Nieuws zonnestroom actueel
links
PV-systeem
basics
grafieken
graphs
huurwoningen
nieuws
index
 

SOLARENERGYERGY

Nieuws & analyses P.V. pagina 200

meest recente bericht boven

Specials:

RVO - SDE update 1 april 2025: netto 342 MWp toegevoegd in QI 2025; jaargroei 2024 voorlopig 1.240 MWp

Vanaf 10 april 2025

<<< recenter

actueel 199 198 197 196 195 194 193 192 191 190-181 180-171 170-161 160-151 150-141 140-131
130-121
120-111 110-101 100-91 90-81 80-71 70-61 60-51 50-41>>> highlights


 
^
TOP

10 april 2025: RVO SDE overzicht eerste kwartaal 2025 - 341,6 MWp netto toename PV projecten sedert 1 januari 2025, 992 MWp in eerste kwartaal. Nieuwe jaargroei 2023 & 2024 voorlopig 1.778 MWp & 1.240 MWp.

In de tweede week van april 2025 verscheen het eerste kwartaal overzicht voor de SDE regelingen in 2025 bij RVO, met peildatum (1) april 2025, en alle overgebleven beschikkingen en realisaties. In deze analyse worden de meest recente cijfers getoond. Nieuw toegevoegd werd, t.o.v. de status op 1 januari 2025, een netto beschikt vermogen van bijna 342 MWp, resp. 54 beschikkingen (verschil tussen realisaties en verdwenen beschikkingen, resp. neerwaarts bijgestelde capaciteit). Sinds de update van 1 januari 2025 zijn er in totaal 355 beschikkingen, "goed" voor 210 MWp aan beschikte capaciteit verdwenen. De hoogste realisatie werd wederom bij de SDE 2021 bereikt, met een toename van 81 beschikkingen, resp. bijna 158 MWp. Het grootste verlies vond plaats onder de SDE 2021 en SDE 2022 regelingen (bijna 87 MWp capaciteit kwijt, resp. 160 beschikkingen).

De nieuwe realisaties leidden, in cumulatie, begin april 2025, tot een volume van 12.685 MWp aan (SDE) beschikt gerealiseerd PV vermogen, verdeeld over inmiddels 30.623 gerealiseerde aanvragen. De netto realisatie van bijna 342 MWp beschikt vermogen in het eerste kwartaal van 2025, is ruim 12% hoger dan de bijna 161 MWp toename in de voorgaande update (QIV 2024). Gerekend naar het door RVO gemelde jaar van oplevering van de afzonderlijke beschikkingen, zou er een voorlopige toename van 1.778 MWp aan beschikte capaciteit zijn geweest in 2023, momenteel 15% minder dan de huidig vastgestelde aanwas in 2022 (2.091 MWp). De jaargroei in 2024, momenteel 1.240 MWp, weer 30% minder dan de jaargroei in 2023, is nog zéér voorlopig. De verwachting is, dat deze cijfers, met name die voor 2024, in komende updates nog flink zullen worden aangepast, mede gezien de al langer bekende, zeer sterk afwijkende jaargroei cijfers gepubliceerd door VertiCer (fysieke realisaties gecertificeerde installaties, incl. de SDE markt).

De najaars-ronde van SDE 2018 blijft, met 1.752 MWp aan opgeleverde, beschikte capaciteit (iets opwaarts aangepast), realisatie kampioen van alle SDE regelingen, op behoorlijke afstand van de nieuwe numero 2, de najaars-ronde van SDE 2019, waar inmiddels 1.541 MWp van is gerealiseerd, volgens beschikt volume. Opvallend daarbij is, dat de SDE 2019 II regeling al een realisatie percentage van bijna 79% bij de capaciteit heeft bereikt ten opzichte van de oorspronkelijk beschikte hoeveelheid, het hoogste relatieve aandeel van alle SDE regimes. De laatste officiële SDE "+" ronde, SDE 2020 I, de zesde regeling met meer dan 1 GWp, staat momenteel op een, iets neerwaarts bijgestelde, beschikte realisatie van 1.116 MWp. Relateren we de nieuwe volumes aan het opgeleverde (beschikte) vermogen per dag, is er in de huidige versie, voor het totaal van alle SDE regelingen, in het 1e kwartaal van 2025, gemiddeld 3,8 MWp per dag gerealiseerd, meer dan het dubbele van de 1,7 MWp/dag in het laatste kwartaal van 2024. Het gerealiseerde volume is bij de realisaties dus weer flink toegenomen in de SDE gedreven projecten markt. Al zullen records (QI 2022, 8,8 MWp/dag gemiddeld) zeer waarschijnlijk niet meer worden gehaald, gezien de blijvende, grote problemen bij met name de actuele elektrische infrastructuur.

In de huidige update zijn de overblijvende beschikkingen voor de SDE 2017 II, resp. SDE 2018 II regeling ingetrokken dan wel (sterk verlaat) als opgeleverd gemarkeerd, waarmee inmiddels alle SDE en SDE "+" regelingen tm. SDE 2018 II als "officieel afgerond" kunnen worden beschouwd (pending latere wijzigingen in capaciteiten en eventuele uitschrijvingen). Onder de overblijvende SDE "+" regimes (SDE 2019 I tm. SDE 2020 I) staan nog maar 25 beschikkingen, resp. 126 MWp capaciteit open. Onder de vier SDE "++" regimes is nog het grootste volume voorhanden, 1.744 openstaande beschikkingen, met ruim 5,7 GWp aan capaciteit. De grootste resterende volumes vinden we onder SDE 2023 (1.069 beschikkingen, bijna 3,1 GWp).

De verliezen van talloze eerder beschikte projecten blijven ook in de huidige update aanhouden, al is het wederom op een iets lager niveau dan in de voorgaande update. Voor alleen de SDE "+" regelingen is, mede door het enorme, historisch geaccumuleerde verlies onder SDE 2020 I, al 43,6% (8.323 MWp) van het oorspronkelijk toegekende vermogen verloren gegaan. In totaal is er bij alle ooit toegekende SDE beschikkingen (SDE, SDE "+", en de 4 SDE "++" regelingen, SDE 2020 II, SDE 2021, SDE 2022, en SDE 2023) inmiddels al ruim 13,0 GWp aan beschikte PV capaciteit, verdeeld over inmiddels al ruim dertig-duizend oorspronkelijke beschikkingen verdwenen. Hiermee heeft de omvangrijke PV sector reeds een maximale marktwaarde aan subsidies van bijna 11,0 miljard Euro laten verdampen sedert de start van de eerste SDE regeling, SDE 2008.

Met deze update resteert, tot en met SDE 2023, de vierde officiële SDE "++" ronde, een nog in te vullen, beschikt volume van bijna 5,9 GWp, verdeeld over 1.769 overgebleven PV project beschikkingen in dit omvangrijke dossier. Ook al is RVO al flink op weg met de beoordeling van de aanvragen onder SDE 2024, de uiteindelijke omvang van alle afgegeven (dan wel nog te verstrekken) beschikkingen is nu nog niet bekend. Er is iig voor 2.023 MWp PV capaciteit aangevraagd, verdeeld over een zeer bescheiden aantal van 319 aanvragen (die per stuk een flink gemiddeld volume hebben). De resterende potentie is dus, inclusief SDE 2024, maximaal 8 GWp. Dit artikel behandelt de actuele status update volgens de recentste cijfers gepubliceerd door RVO.



Introductie / samenvatting

Dit artikel behandelt in ieder geval de status update voor zonnestroom en, kort, thermische zonne-energie, gedateerd 1 april 2025. De vorige analyse, voor de status op 1 januari 2025, vindt u hier. Voor een overzicht van alle oudere detail analyses, vanaf mei 2017, zie de opsomming in de introductie van de update van 1 oktober 2023.

In deze meest recente update is bij de opgeleverde capaciteit, door RVO een "officieel" SDE beschikt zonnestroom volume opgegeven van 12.685 MWp (voor peildatum 1 januari 2025 was dat 12.343 MWp), verdeeld over 30.623 overgebleven project beschikkingen. In het overzicht van 1 januari 2025 lag dat laatste nog op een volume van 30.569 gerealiseerde toekenningen. De groei is dus weer duidelijk toegenomen. In de update van januari 2024 werd de piketpaal van netto dertigduizend gerealiseerde beschikkingen gepasseerd.

De laatste beschikkingen voor SDE 2017 II en SDE 2018 II zijn inmiddels ingetrokken dan wel gerealiseerd, waarmee tot en met SDE 2018 II inmiddels alle SDE en SDE "+" regelingen formeel zijn afgerond. Dit, uiteraard, pending latere bijstellingen aan capaciteiten, dan wel verdwijnende entries voor beschikkingen die om wat voor reden dan ook weer worden uitgeschreven bij RVO. Voor SDE 2019 I staat nog slechts 1 beschikking voor een caravanstalling in Amsterdam open, voor bijna 2,8 MWp. De PV generator is echter al zichtbaar vanaf de zomer van 2024, dus vermoedelijk is ook dat project al lang netgekoppeld opgeleverd, en moet dat nog doordringen tot de administratie van RVO. Voor de hele SDE "+" (SDE 2011 tm. 2020 I) staan, vanaf SDE 2019-I, in totaal nog maar 25 beschikkingen open (126 MWp).

In de rating van realisaties zijn er 6 regelingen die meer dan 1 GWp aan beschikte capaciteit hebben staan bij RVO. Bovenop de tussentijdse toevoegingen, verdwijnt er soms ook weer een gering volume per regeling, vermoedelijk vanwege de al frequent door Polder PV gememoreerde (continue) bijstellingen van de beschikte capaciteiten door RVO. Van boven naar onder zijn de overgebleven volumes nu actueel, achtereenvolgens, SDE 2018 II (1.752 MWp), SDE 2019 II (1.541 MWp), SDE 2017 I (1.492 MWp), SDE 2019 I (1.313 MWp), SDE 2017 II (1.269 MWp), en de meest recente nieuwkomer SDE 2020 I (1.116 MWp).

Er is, tm. de hier besproken RVO update, die alle resterende beschikkingen omvat inclusief SDE 2023, in totaal al een enorm volume van 13,0 GWp, aan beschikte SDE capaciteit, verdeeld over 30.136 beschikkingen, voor zonnestroom verloren gegaan (!) om diverse redenen. Hier wordt verderop in dit artikel dieper op ingegaan. In de huidige update staan, gecombineerd met de gecontinueerde verliezen onder oudere project beschikkingen, tot en met de laatst geïncorporeerde SDE 2023 toekenningen, nog resterende volumes open van 1.769 beschikkingen, resp. 5.869 MWp. Vanaf de reeds genoemde exemplaren voor de oudere regelingen, tm. de slechts 18 overgebleven exemplaren voor "grote verliezer" SDE 2020 I (SDE "+"), en de 63 resterende beschikkingen voor SDE 2020 II (SDE "++"). Nog maar 300 overgebleven exemplaren voor SDE 2021, en 312 voor SDE 2022 (beiden bovendien, met het grootste capaciteits-verlies in de huidige update). De 1.069 overgebleven exemplaren van de grotendeels nog ongeschonden SDE 2023 completeren het geheel aan resterend potentieel.

In het huidige artikel presenteer ik zoveel mogelijk de harde, actuele, "officiële" cijfers, mijn commentaar, en interpretaties. En geef ik uiteraard ook weer actuele updates van grafieken en tabellen. 2 nieuwe grafieken, toegevoegd in de vorige update, die de verliezen per SDE regeling in de loop van de tijd in beeld brengen, zijn ook weer bijgewerkt. Afgesloten wordt met de kleine update van thermische zonne-energie, waarin bijna niets is gewijzigd.

Voetnoot "negatieve groei"
Zeer veel projecten worden de laatste jaren (soms fors) kleiner gerealiseerd dan waarvoor ze oorspronkelijk zijn beschikt. Wat waarschijnlijk (deels) met de grote problemen met aansluitingen, en overgebleven capaciteit voor grootverbruikers op het net heeft te maken. In ieder geval is het gevolg de al jaren door Polder PV gesignaleerde trend, dat RVO de omvang van de gepubliceerde beschikkingen neerwaarts bijstelt in de meest actuele updates over de SDE regelingen. Als dit geschiedt bij een SDE regeling, waarbinnen weinig "activiteit" (lees: nieuwbouw) is geweest sinds de voorlaatste rapportage, kan het gevolg zijn, dat de totale overgebleven beschikte capaciteit binnen die regeling lager uitpakt dan in de voorgaande update.


Complete evolutie SDE dossier voor zonnestroom


Update van de grafiek gepresenteerd voor de status van 1 januari 2025, met de nieuwe cijfers voor 1 april 2025 toegevoegd (laatste kolom achteraan). Ik heb voor het huidige overzicht wederom de fysieke optelling genomen van de (overgebleven) beschikte volumes van alle gerealiseerde projecten in de recent gepubliceerde spreadsheet van RVO. In deze update zijn de volumes aan gerealiseerde PV beschikkingen weer behoorlijk toegenomen, de groei was ditmaal, wat de capaciteit aanwas betreft, het hoogst onder de SDE 2021 en de SDE 2020 II rondes. De in een vorige update toegevoegde realisaties van de SDE 2023 zijn inmiddels weer wat groter geworden, en in het kolom segment bovenaan al iets beter zichtbaar aan het worden.

De totale groei is in het eerste kwartaal van 2025 redelijk geweest, zoals getoond rechtsboven in bovenstaande grafiek. Deze heeft, met 341,6 MWp t.o.v. het flink tegenvallende vierde kwartaal van 2024 zelfs een ruime verdubbeling opgeleverd. Maar t.o.v. QI 2024 (437,1 MWp groei) was de aanwas bijna 22% lager. Voor de details, zie ook de bekende tabel, verderop in deze analyse.

Tot en met SDE 2018 I zijn er, op 3 jaargangen na, weer neerwaartse correcties van oudere aantallen beschikkingen en capaciteiten doorgevoerd bij de realisaties, waarschijnlijk omdat deze oudere projecten actief zijn uitgeschreven uit de RVO registers. Het hoogste volume van verdwenen beschikkingen vinden we weer bij SDE 2008, ditmaal 84 exemplaren. Bij de 1e 3 SDE rondes ging het om meestal residentiële projectjes, tussen de 2 en 6 kWp per stuk. Bij de capaciteiten gaat het bij de neerwaartse bijstellingen ook om relatief geringe aanpassingen, tot minus 0,7 MWp onder SDE 2017 II. Bij de overgebleven beschikkingen zijn, op een tweetal SDE regelingen na, álle beschikte capaciteiten neerwaarts bijgesteld. Onder SDE 2018 II, SDE 2019 II, en vanaf SDE 2020 II zijn er bij de realisaties positieve groeicijfers vastgesteld, bij zowel de aantallen opgeleverde beschikkingen, als de capaciteit. SDE 2008-2011 en SDE 2013 hadden marginale negatieve groei in deze update. SDE 2012 en SDE 2015 hadden netto bezien een nihil aanwas. Per gewijzigde regeling zijn bij de realisaties de volgende "eind"standen te zien, die ook in de grafiek zichtbaar zijn gemaakt.

Regelingen met (netto) negatieve groeicijfers. De gerealiseerde capaciteit bij de ooit succesvolle SDE 2014 is iets gekrompen, naar ruim 569 MWp. Onder SDE 2016 I is de status realisaties op 121 MWp gekomen. De najaarsregeling in dat jaar kwam op bijna 585 MWp uit. SDE 2017 I en II op 1.492 MWp, resp. op 1.269 MWp. SDE 2018 I (voorjaars-regeling) kwam uit op 786 MWp. De voorjaarsronde van SDE 2019 verloor, bij ongewijzigd aantal realisaties, netto 17 kWp aan capaciteit, en bleef steken op een accumulatie van ruim 1.313 MWp. Bij de laatste SDE "+", SDE 2020 I, was het netto verlies groter, bijna 3,9 MWp, en kwam de accumulatie bij de realisaties momenteel op 1.116 MWp. Het is wel de 6e SDE regeling in de historie waar onder meer dan 1 GWp zou zijn gerealiseerd.

Regelingen met (netto) positieve groeicijfers. De najaarsregeling van SDE 2018 is de eerste regeling waar sinds de vorige update netto capaciteitsgroei valt waar te nemen (ruim 1,5 MWp). Daarmee is inmiddels, in accumulatie, 1.752 MWp gerealiseerd. Deze SDE ronde is nog steeds het meest succesvol bij de gerealiseerde, beschikte capaciteit. De najaars-ronde van SDE 2019 liet een netto groei zien met 15,4 MWp nieuwe capaciteit, en verstevigde daarmee haar 2e positie, met een totaal gerealiseerd volume van bijna 1.541 MWp.

Voor de vier volgende SDE "++" regelingen zijn netto positieve aanwas cijfers terug te zien. SDE 2020 II voegde 118,0 MWp netto nieuw vermogen toe, waarmee de teller op 891 MWp is gekomen. De SDE 2021 (enige jaar ronde) voegde weer de hoogste volumes in deze update toe, netto 157,7 MWp aan capaciteit (met 81 opgeleverde beschikkingen). Daarmee kwam de stand op 846 MWp bij de capaciteit. Onder SDE 2022 was de toevoeging 43,2 MWp, resulterend in bijna 223 MWp bij de accumulatie.

Onder SDE 2023, tot slot, werd weer een relatief bescheiden groei gerealiseerd, met 11,0 MWp aan netto toegevoegde capaciteit. Daarmee kwam het voorlopig gerealiseerde, beschikte volume op bijna 46 MWp (kleine bovenste segment in de laatste kolom rechts).

Systeemgemiddelde capaciteit bij de realisaties

Als we terugrekenen naar gemiddelde capaciteit per beschikking die in het laatste kwartaal is gerealiseerd zien we, zoals is te verwachten, een behoorlijke spreiding tussen de SDE regelingen onderling. Deze varieert, bij de regelingen met netto groeicijfers, tussen de 734 kWp bij SDE 2023, tot grote (gemiddelde) projecten van 10,7 MWp onder de eerste SDE "++" regeling, SDE 2020 II (netto 11 realisaties). Onder die laatste opleveringen vallen uiteraard grotere zonneparken en grote rooftop projecten, die de gemiddeldes per regeling flink kunnen opstuwen.

Totale progressie - realisatie

Omdat er tegelijkertijd ook weer de nodige beschikkingen zijn verdwenen in oudere SDE regelingen, met weer een relatief hoge hoeveelheid van 84 exemplaren onder de oudste, SDE 2008 regeling, is het netto effect van alle plussen en minnen, sedert de status in de update van 1 januari 2025, inmiddels weer 54 ingevulde beschikkingen geweest (resultaat van 160 nieuw, minus 106 verdwenen). Bij de capaciteit domineren, als vanouds, de toevoegingen duidelijk de verdwenen hoeveelheden: er is netto 341,6 MWp toegevoegd sedert de vorige update. Dit is het netto effect van (a) gerealiseerde groei bij meestal recentere SDE regelingen (347 MWp), en (b) de uit de voorgaande bestanden weer verwijderde beschikte capaciteit, ruim 5 MWp (diverse redenen mogelijk). Het resultaat is beduidend hoger dan in de vorige update: een factor 2,1 maal de netto 160,8 MWp toename in QIV 2024.

Toenames afgelopen updates; evolutie MWp realisaties PV projecten per dag

De netto nieuw toegevoegde volumes tussen 2 RVO updates, meestal een tijdsspanne van een kwartaal omvattend, lagen in 2022 tussen 189 MWp (QII) en 790 MWp (QI), in 2023 tussen 317 MWp (QI) en 598 MWp (QII), en in 2024 tussen 161 MWp (laatste kwartaal) en 491 MWp (QIII). Het eerste resultaat voor 2025 voegt daar nu genoemde bijna 342 MWp aan toe.

Als we, voor een eerlijker vergelijking, terug rekenen naar het aantal dagen tussen de peildata (die behoorlijk kunnen verschillen, zie de afstanden tussen de updates in de grafiek), komen we tot een minimale aanwas in de tweede jaarhelft van 2013 (gemiddeld 22 kWp/dag), en een maximale groei in QI 2022 (8,8 MWp/dag !). In QI 2025 lag het niveau weer op een aardig niveau, gemiddeld ruim 3,8 MWp/dag. Dat was in het voorgaande kwartaal nog slechts 1,7 MWp/dag.

Genoemde 3,8 MWp gemiddeld per dag in het SDE dossier komt uiteraard bovenop andere realisaties bij projecten die andere incentives kennen (zoals EIA, SCE - "postcoderoos 2.0", subsidies voor sportinstellingen, VvE's, MIA / Vamil, Dumava, etc.), of zelfs helemaal geen subsidies. Zoals vaak bij nieuwbouw projecten, waarin eventuele PV daken in de bouwsom worden meegenomen. Dit nog exclusief de inmiddels flink afgekoelde residentiële markt, de dominante aandeelhouder van de "sub 1 MW markt" (recent overzicht hier), inclusief de grote portfolio's die bij de huur corporaties werden uitgerold (volumes: qua toegevoegde MWp-en onbekend, maar groot).

Voor de evolutie van deze relatieve maatvoering in uitsluitend het RVO - SDE dossier, heb ik een nieuwe versie van de bekende grafiek hier onder getoond:

Deze grafiek toont de gemiddelde groei van de nieuwe capaciteit per dag tussen twee RVO updates, daarbij rekening houdend met het aantal dagen tussen de peildata van de gepubliceerde rapportages. Tm. 2015 gebeurde er relatief weinig, met de laagste toename eind 2013 (22 kWp gemiddeld per dag nieuw volume gerealiseerd in die periode). Vanaf 2016 zijn de administratieve bijschrijvingen in de SDE gedreven projectenmarkt merkbaar gegroeid, vielen ze in Corona jaar 2020 kort terug, en lieten daarna nog sterkere wisselingen van het tempo te zien. Om te culmineren in het eerste kwartaal van 2022, met een record niveau van gemiddeld 8.776 kWp per dag toegevoegd in die periode. Na sterke wisselingen in het tempo werd 2024, met het laagste niveau in lange tijd afgesloten, 1.747 kWp/dag. We moeten naar 2018 teruggrijpen voor nog lagere gemiddelde volumes. Gelukkig veerde het tempo weer op in het eerste kwartaal van 2025, naar 3.795 kWp/dag, al haalt dit nog lang niet de getoonde record volumes in de voorgaande jaren.

Alles bij elkaar opgeteld is er inmiddels, binnen het SDE dossier, voor een beschikt volume van 12.685 MWp aan "officieel gerealiseerde" PV-projecten, en dus met "ja vinkje" in de gepubliceerde lijst, bekend bij RVO, die een (of meer) SDE beschikking(en) hebben. Zoals te zien bovenaan de laatste kolom in de eerste grafiek in dit artikel. In werkelijkheid is er echter al meer aan het net gekoppeld, omdat (a) er flinke administratieve vertragingen zijn in de verwerking van data bij RVO, en (b) er ook heel veel projecten zijn die groter uitgevoerd worden dan het gemaximeerde volume in de beschikking, waarvan de "meer-capaciteit" door RVO echter niet wordt geopenbaard. Polder PV heeft hier honderden voorbeelden van in zijn eigen, al vele jaren lang bijgehouden project overzichten.


(Nieuwe) afvallers update 1 april 2025

Terugkerend naar de eerste grafiek: bij de oudste regelingen, SDE 2008 tm. SDE 2018 II, zal er niets meer bijkomen, er staan geen beschikkingen meer "open" voor die regelingen. Wel zijn er in recentere updates nog steeds, regelmatig, om niet gespecificeerde redenen beschikkingen, soms zelfs voor reeds (lang) gerealiseerde projecten, afgevallen. Redenen zouden kunnen zijn: brand, diefstal, hagel schade, installatie afgebroken, verhuizing / nieuwe eigenaar niet geïnteresseerd in subsidie perikelen, of een onbekende, andere reden. Die verloren gegane volumes zijn hier onder in detail weergegeven t.o.v. de update van 1 januari 2025. Zie ook de bespreking van de uitgebreide update voor de totale volume accumulaties in de tabel verderop.

Let hierbij op, dat het aantal verloren gegane beschikkingen en de capaciteiten beslist niet hoeven te "corresponderen". Zoals eerder in een voetnoot opgemerkt, zie ik al langere tijd, dat RVO zeer regelmatig forse (altijd: neerwaartse) bijstellingen van eerder beschikte capaciteiten doorvoert in haar SDE lijsten, die dus niet gepaard gaan met uitschrijving van de betreffende beschikte projecten. Men dient "projecten" derhalve beter te lezen als "beschikkingen", omdat er regelmatig meer dan 1 beschikking voor een en hetzelfde "PV project" wordt aangevraagd en afgegeven (meestal uit verschillende jaargangen, maar niet noodzakelijkerwijs). RVO besteedde in de "Monitor Zon-pv 2023 in Nederland" ook weer aandacht aan wat zij de "vrijval" van capaciteit noemen, met de nodige cijfers, (22 okt. 2024). Polder PV bericht hier al vele jaren over, en documenteert de volumes op basis van de meest recente RVO data in de bekende SDE lijsten.

Polder PV heeft van projecten met meer dan 1 SDE beschikking honderden voorbeelden in zijn overzichten staan. De grootste projecten, vanaf 500 kWp per stuk, waarvoor SDE beschikkingen zijn uitgegeven in mijn actuele overzicht, momenteel 2.819 stuks, hebben gemiddeld zo'n 1,26 beschikking per project. Ook dat is in de sector kennelijk extreem slecht bekend, want je hoort er verder niemand over, en/of de implicaties worden verzwegen. Zelfs door bekende analisten in de markt. Ook bij RVO wordt hier met geen woord over gerept.

  • SDE 2008 verloor in deze update voor de oudere regelingen de grootste hoeveelheid van 84 beschikkingen, gepaard gaand met 155 kWp minder capaciteit (waarschijnlijk grotendeels residentieel, of kleine projecten achter andersoortige kleinverbruik aansluiting; vermoedelijk verder gaande uitval van oorspronkelijk beschikte eerste SDE projecten bij de afloop van de 15-jarige subsidie periode)
  • SDE 2009 4 beschikkingen minder, 10 kWp minder
  • SDE 2010 4 beschikkingen minder, 23 kWp minder
  • SDE 2011 2 beschikkingen minder, 31 kWp minder
  • SDE 2013 aantal beschikkingen constant, 81 kWp minder
  • SDE 2014 2 beschikkingen minder, 109 kWp minder
  • SDE 2016 I 1 beschikking minder, 46 kWp minder
  • SDE 2016 II 2 beschikkingen minder, 55 kWp minder
  • SDE 2017 I 2 beschikkingen minder, 96 kWp minder
  • SDE 2017 II 4 beschikkingen minder, 739 kWp minder
  • SDE 2018 I 1 beschikking minder, 66 kWp minder
  • SDE 2018 II aantal beschikkingen constant, 7 kWp minder
  • SDE 2019 I aantal beschikkingen constant, 17 kWp minder
  • SDE 2019 II 1 beschikking minder, 9,8 MWp minder
  • SDE 2020 I 4 beschikkingen minder, 6,4 MWp minder
  • SDE 2020 II 5 beschikkingen minder, 16,8 MWp minder
  • SDE 2021 73 beschikkingen minder, 86,8 MWp minder (hoogste capaciteit verlies in deze update)
  • SDE 2022 160 beschikkingen minder, en 73,5 MWp minder (hoogste aantal verlies in deze update)
  • SDE 2023 6 beschikkingen minder, 15,3 MWp minder.

In bovenstaand overzicht blijkt de afvoer van aantallen beschikkingen en daarmee gepaard gaande verloren gegane capaciteit als een normale gang van zaken te zijn opgetreden, de meeste regelingen hebben weer beschikkingen en capaciteit verloren. De grootste volumes in de recentere regelingen. Record houder voor de aantallen is weer SDE 2022, die bijna 160 beschikkingen verloor. SDE 2021 verloor echter het meeste beschikte vermogen, 86,8 MWp.

De eerste SDE regeling, die in een recente update door de continue verliezen (uitschrijvingen) van overgebleven beschikkingen onder de vierduizend exemplaren was gekomen, en er nu weer 84 heeft "ingeleverd", heeft momenteel nog maar 3.816 exemplaren over. Oorspronkelijk waren er voor die 1e regeling 8.033 beschikkingen afgegeven, dus ruim de helft is alweer verdwenen resp. uitgeschreven bij RVO. Dit hoeft echter nog niets te zeggen over de installaties zelf, die kunnen (deels) prima zonder SDE subsidie blijven doordraaien.

Bij de capaciteit zijn, na SDE 2021, de opvallendste verliezen zichtbaar bij SDE 2022 (minus 74 MWp), en SDE 2020 II, en SDE 2023 (bijna 17, resp. ruim 15 MWp minder).

De totale, netto uitval t.o.v. de vorige update betreft een volume van 355 beschikkingen (in de vorige update lag dat wat hoger, 442 stuks), met, een netto verlies van 210,0 MWp aan (oorspronkelijk) beschikte capaciteit. Dat is gelukkig wederom duidelijk lager dan het niveau in de vorige update (verlies toen bijna 266 MWp).

In de update van 1 april 2022 ging een bizar hoog, historisch volume van 4.062 beschikkingen verloren.

Bij de capaciteit trad in de totale SDE historie het verlies record ook op in de update van april 2022. Toen viel zelfs 1.624 MWp weg, het grootste volume onder SDE 2020 I. In nog oudere updates waren het vooral de twee SDE 2017 rondes die zeer fors moesten incasseren met talloze verdwenen beschikkingen en capaciteiten. De grote klappen werden daarna vooral aan de twee SDE 2018 rondes, SDE 2019 I en SDE 2020 I toebedeeld. Inmiddels begint de wegval ook onder de SDE "++" regelingen significant te worden. De verliezen blijven op een hoog niveau, wat ongetwijfeld te maken heeft met de vele problemen in de oververhitte projecten markt, met de netcapaciteit als permanent etterende zweer die realisaties niet makkelijk maakt. En regelmatig zelfs actueel onmogelijk maakt. Het gevolg is dat een substantieel deel van de vaak met veel moeite gepaard gaande aanvragen, en uiteindelijk zelfs verzilverde SDE beschikkingen, uiteindelijk toch worden teruggetrokken door de ontwikkelaars. En/of langdurig op ijs worden gelegd. Zelfs de nodige zonnepark plannen, waar heel erg veel planning en geld in is gestoken, zijn, met SDE beschikking, de laatste tijd, uit de RVO lijsten verdwenen. Dat was nog niet zo lang geleden een zeldzame gebeurtenis.

Triest lijstje verliezen, impact wel weer iets minder in huidige update

In de historie van het SDE gebeuren zijn grote volumes aan afgegeven beschikkingen, gerelateerd aan capaciteit verloren gegaan, per RVO update. In de oktober 2023 update heb ik die voor het laatst op een rijtje gezet, zie aldaar. Ook zijn daar de percentages verliezen per regeling gememoreerd. Die vindt u verder ook terug in de bijgewerkte, grote SDE tabel verderop. Hier komt nu dus weer 210 MWp nieuw verlies bovenop. Om u een idee te geven van de impact van dat laatste cijfer: gerekend met moderne PV modules van 480 Wp (plm. 2,21 m²) per stuk, hebben we het, wat het verlies in de huidige, laatste update betreft, alweer over een niet gerealiseerd potentieel van bijna 438 duizend zonnepanelen, met een gezamenlijke oppervlakte van zo'n 97 hectare, in een periode van 3 maanden tijd...

Nieuwe grafieken - uitval in beeld

Voor het eerst heeft Polder PV in de vorige update ook de verliezen uit de SDE regelingen in grafische vorm verbeeld. Deze grafieken zijn inmiddels ook ververst.


In de hierboven weergegeven eerste grafiek wordt de evolutie van de overgebleven aantallen SDE beschikkingen voor PV projecten in de loop van de tijd vervolgd, per regeling, en met een markering per peildatum, beginnend op 1 april 2020. Toen waren de meeste SDE regelingen al langer "actief". Later actief geworden regelingen zijn, vanaf de peildatum dat er voor het eerst data van bij RVO verschenen, met een eigen kleurstelling opgenomen, vanaf SDE 2019 II.

Sommige SDE regelingen kenden slechts geringe volumes beschikkingen en/of het verloop is zeer gering in de loop van de tijd. Maar er zijn meerdere SDE regelingen waarbij de verliezen groot, tot zelfs catastrofaal zijn geweest. De meest impact hadden de uitschrijvingen onder SDE 2020 II, waarvoor de overgebleven volumes in de getoonde periode onderuit gingen, van 6.882 naar nog maar 2.405 beschikkingen, begin QII 2025. Er was nog maar 35% over van de beginwaarde in de grafiek. Ook de aantallen in andere "recente" regelingen, eroderen sterk, wat voor een belangrijk deel te maken heeft met de overal optredende netcongestie, die realisatie van veel nieuwe project onmogelijk maakt.

Let ook op de structurele, voortgaande uitholling van het aantal overgebleven exemplaren onder de oudste regeling, SDE 2008. Waarvan de uitschrijving bij RVO sinds het 2e kwartaal van 2024 in de versnelling lijkt te gaan.


In deze tweede grafiek, die de erosie van de overblijvende capaciteit (in MWp) aangeeft van alle SDE regelingen, is het verval nog duidelijker te zien. Dit heeft deels te maken met de schaalvergroting bij de aanvragen, en dus ook bij de beschikkingen. Komen dergelijke beschikkingen, om wat voor reden dan ook, te vervallen, heeft dit met name bij de overblijvende vermogens een merkbare impact (meestal groter dan bij de aantallen beschikkingen). Daarbij komt óók, dat al jaren een duidelijke trend is bij RVO, dat talloze bestaande beschikkingen, bij uiteindelijke realisatie, bijna altijd neerwaarts worden bijgesteld: de projecten worden meestal kleiner opgeleverd dan waarvoor ze (ooit) zijn beschikt, mede vanwege netcongestie en andere problemen. Vaak zijn de neerwaartse bijstellingen zelfs aanzienlijk, en gaan bij grote geplande projecten als zonneparken en daken op distributiecentra, vele megawattpieken aan oorspronkelijk toegekende capaciteit verloren. In de al gememoreerde SDE 2020 I is het verval in de getoonde periode van 3.440 MWp naar nog maar 1.213 MWp gegaan (35,3% van beginwaarde in grafiek). Ook drie van de vier nakomende, SDE "+" regelingen (SDE 2020 II tm. SDE 2022), kennen al hoge uitval cijfers. Alleen de nog niet zo lang geleden opgenomen SDE 2023 heeft nog het grootste deel van de oorspronkelijk beschikte capaciteit staan. Al zal daar ongetwijfeld ook de nodige uitval gaan optreden.

Uitval totalen en percentages t.o.v. oorspronkelijke beschikkingen

Wat de totale aantallen verloren gegane beschikkingen betreft, zijn de procentuele verliezen momenteel het hoogst: onder de 3 SDE regelingen SDE 2008 (-52,2% t.o.v. oorspronkelijk beschikt), onder de 14 SDE "+" regelingen SDE 2012 (-72,7%), resp. onder de 3 SDE "++" regelingen SDE 2020 II (-67,3%), al hijgt SDE 2021 voornoemde regeling, met -67,2%, al flink in de nek. Bij de capaciteit zijn de grootste verliezers voor deze 3 super categorieën te vinden bij 2 van dezelfde regelingen. Dus, wederom SDE 2008 (-46,3%), en SDE 2012 (-75,0%). Echter, de grootste - nieuwe - verliezer in de vorige update, SDE 2022, is nog dieper in het rood gekomen, en is inmiddels al 55,5% van het oorspronkelijk beschikte volume kwijtgeraakt. Laatstgenoemde 2 belangrijke regelingen hebben dus al meer dan de helft van de ooit beschikte capaciteit verloren ...

Het allergrootste deel van de omvangrijke verliezen betreft beschikkingen voor dakgebonden projecten. Toekenningen voor grondgebonden en/of drijvende zonneparken werden in een lange periode zelden terug getrokken, omdat er door ontwikkelaars vaak al veel geld in de plannen was gestoken, er al vroeg netcapaciteit was gecontracteerd met de regionale netbeheerder, en er een grondige (soms zelfs jaren lange) voorbereiding had plaatsgevonden. De meeste grondgebonden projecten met SDE beschikking(en) die in het verleden waren gestaakt, en die Polder PV in een apart overzicht bijhoudt, betreft kleinere projecten, met enkele honderden kWp tot een paar MWp in de oorspronkelijke plannen. Hier is voor het eerst in de update van oktober 2023 verandering in gekomen, toen een behoorlijke hoeveelheid grotere zonnepark beschikkingen waren ingetrokken, en waarvan destijds door Polder PV werd gehoopt, dat ze onder iets minder ongunstige condities, onder SDE 2023 opnieuw konden indienen. Uit de recente analyse van de gepubliceerde SDE 2023 regeling blijkt inderdaad, dat vrijwel het gehele volume aan toen ingetrokken grondgebonden projecten, daadwerkelijk weer een (of meer) beschikkingen onder SDE 2023 hebben weten te verzilveren (analyse PPV).

Desondanks staat er in de "afvoer" map van Polder PV inmiddels ook al een fors volume aan - deels SDE beschikte - zonnepark plannen. In de recente omvangrijke zonnepark update is Polder PV daar al kort op ingegaan.

Voor de eerder gesignaleerde forse uitval onder SDE 2017 was al vroeg gewaarschuwd, door Siebe Schootstra op Twitter. Dit in verband met een geclaimd slecht business model voor bedrijven met hoog eigenverbruik van via een SDE beschikking gegenereerde hoeveelheid zonnestroom, waarvoor lagere subsidie bedragen dan voor directe net-invoeding zijn gaan gelden (rooftop projecten). De verliezen zijn voor alle rondes onder SDE 2017 en SDE 2018 weer iets opgelopen, door extra uitgevallen beschikkingen en capaciteit in de huidige update. Er staan voor genoemde regelingen sowieso geen beschikkingen meer open.

De grote gesignaleerde en gedocumenteerde verliezen in de eerdere updates zijn in ieder geval beslist slecht nieuws, ook voor Den Haag. Alle moeite die voor de hier dus definitief afgevoerde projecten is gedaan, honderden miljoenen Euro's aan SDE subsidie toezeggingen, alle duur betaalde ambtelijke tijd (en flinke consultancy uitgaven voor ontwikkelaars) die hiermee zinloos is verspild: dat alles is voor niets geweest...

11 miljard Euro misgelopen door de PV sector

Bovendien is het voor de branche organisatie ook zeer slecht nieuws, zeker in de huidige crisis tijd, met de hoge (doch weer afnemende) energie- en grondstof prijzen, flinke problemen bij de uitvoering van - vaak enorme - project portfolio's, grote krapte op de arbeidsmarkt voor gespecialiseerd - en kundig - personeel, en chronische problemen met beschikbare net-capaciteiten. Alle beschikte (overgebleven) PV projecten tm. SDE 2023 hebben een maximale subsidie claim van, inmiddels, 14,9 miljard Euro (over een periode van max. 15 jaar exclusief "banking year"), tm. SDE 2022 is dat momenteel nog 13,9 miljard Euro. In de versie van 1 januari 2025 was het overgebleven maximale subsidie bedrag tm. SDE 2022 nog bijna 14,0 miljard Euro, waarmee inmiddels alweer maximaal ruim 110 miljoen Euro in een kwartaal tijd is verdampt voor de sector. Dat is wel duidelijk lager dan de 167 miljoen verlies in de vorige update. In april 2022 was er een catastrofaal verlies van zelfs 1.284 miljoen Euro vanwege de enorme hoeveelheid beschikkingen die toen met name voor de SDE 2020 I regeling verloren gingen.

Oorspronkelijk is er vanaf SDE 2008 tot en met SDE 2023 voor zonnestroom maximaal voor zo'n 25,9 miljard Euro aan subsidie toekenningen uitgegeven door RVO en haar voorgangers. Gezien bovenstaande cijfers, hebben de zonne-energie branche, en de talloze niet aangesloten binnenlandse en buitenlandse organisaties die ook PV projecten ontwikkelen, nu al voor bijna 11,0 miljard Euro aan (maximaal haalbare) subsidie beschikkingen voor fotovoltaïsche capaciteit laten liggen. Daar hadden mooie dingen mee gedaan kunnen worden, de afgelopen jaren ...


Het goede nieuws - (nieuwe) realisaties update 1 april 2025

Uiteraard zijn er ook projecten cq. beschikkingen tussentijds "volgens de administratieve definities" van RVO gerealiseerd. Deze zijn, per regeling, benoemd in de sectie onder de eerste grafiek in dit artikel.

Bij elkaar is er een totaal van 160 nieuwe formeel gerealiseerde beschikkingen, met een beschikt volume van 346,8 MWp t.o.v. de januari 2025 update toegevoegd tm. de SDE 2023. Tegelijkertijd zijn er echter ook, bij 11 resp. 13 van de oudere regelingen, 106 beschikkingen verdwenen (meeste bij de SDE 2008, 84 stuks). En is er in totaal 5,3 MWp aan beschikte capaciteit afgeschreven. Dit betreft zeer waarschijnlijk deels neerwaartse bijstellingen van kleiner dan beschikt opgeleverde projecten, en/of daadwerkelijk fysiek uitgeschreven project beschikkingen. Bij elkaar genomen is het netto resultaat van al deze wijzigingen, t.o.v. de status in januari 2025, dus bij de aantallen een groei van 54 met "ja vinkje", resp. 341,6 MWp capaciteit toegevoegd.

Het absolute record bij de capaciteit nieuwbouw was te vinden in de update van 4 januari 2021, toen er netto 891 MWp werd toegevoegd aan de SDE records bij RVO. In eerdere regelingen werden hogere aantallen beschikkingen gerealiseerd, maar die waren per stuk flink kleiner, dan wat er tegenwoordig gemiddeld genomen wordt opgeleverd vanuit de SDE regelingen.

Met alle SDE regelingen bij elkaar, was het in de update van 1 januari 2024 voor het eerst in de geschiedenis, dat er meer dan dertigduizend toekenningen de status "realisatie" hebben bereikt, en die niet om een of andere reden weer zijn afgevoerd uit de RVO databank. In de huidige update is dat weer verder toegenomen, naar inmiddels 30.623 exemplaren. In totaal is er bij de capaciteit inmiddels 12.685 MWp opgeleverd, volgens het door RVO gepubliceerde niveau van de beschikkingen.

Disclaimer

Let altijd op, dat de "capaciteit" (deze update, 342 MWp "netto groei" sedert januari 2025) beslist niet het daadwerkelijke, fysiek gerealiseerde volume is, of hoeft te zijn. RVO geeft dat namelijk in de meeste gevallen niet op. Zoals meermalen gesteld, heb ik van talloze projecten met SDE subsidies fors verschillende opgeleverde capaciteiten in mijn spreadsheet staan, die soms wel tot 30% kunnen afwijken van het capaciteit cijfer getoond in de RVO lijsten. Zowel afwijkend naar boven, als naar onder. RVO stelt de laatste paar jaar wel frequent de opgevoerde toegekende projecten middels (neerwaartse !) correcties bij t.o.v. de eerder beschikte volumes. Ze noemen dat "vrijval", maar ze beperken, erg vreemd, het tellen daarvan tot project beschikkingen waarvan de realisatie minder dan 90% bedraagt t.o.v. oorspronkelijk beschikking (capaciteit, zie Monitor 2024). Daar staat tegenover, dat voor projecten die groter worden uitgevoerd dan waarvoor staat beschikt, zeker in het verleden vaak gesignaleerd, RVO de beschikte capaciteiten vrijwel nooit aanpast in hun overzichten. Bovendien kunnen we nog heel wat meer neerwaartse bijstellingen gaan verwachten van reeds opgeleverde projecten, omdat informatie over feitelijke realisaties pas (zeer) laat op de RVO burelen kan arriveren. Die correcties verschijnen dan pas achteraf, in toekomstige updates.

Dit alles, nog zonder de nieuwe projecten die géén SDE beschikking(en) hebben, maar die wel degelijk worden gerealiseerd. Ook daarvan heeft Polder PV al een forse hoeveelheid in zijn project overzichten, die dus niet in de RVO records voorkomt.

Voor de details van alle wijzigingen en "overgebleven" aantallen bij de verschillende categorieën, en de diverse SDE regelingen, zie de volgende tabel hier onder.


Progressie bij de deel-dossiers van de SDE regelingen - update 1 april 2025

Voor uitgebreide toelichting bij de (inhoud van de) tabel, zie artikel met analyse status 3 april 2017.


^^^
KLIK
op plaatje voor uitvergroting (komt in apart tabblad ter referentie, naast tabblad met tekst artikel)

In deze regelmatig door Polder PV ververste hoofd-tabel alle relevante bijgewerkte zonnestroom cijfers voor de aantallen en Megawatten voor alle (bekende) SDE regelingen, waarbij de vierde SDE "++" ronde (SDE 2023) in een vorige update is toegevoegd, met inmiddels al de nodige realisaties. De tabel bevat verder de actuele cijfers van de update van 1 april 2025 voor alle oudere regelingen. Links de oorspronkelijk beschikte volumes, in rood de actuele status van wat RVO met de huidige (detail) update nog in portfolio heeft staan, in blauw de daar uit resulterende, verloren gegane hoeveelheden t.o.v. oorspronkelijk toegekend. In groen volgen de fysieke volumes, volgens administratieve normen van RVO geldende "opgeleverde" (gerealiseerde) project beschikkingen. De laatste vier kolommen betreffen de overgebleven hoeveelheden, nog in te vullen (of t.z.t. af te voeren) beschikkingen van de betreffende SDE regimes. Ook wel: de projecten "pijplijn" genoemd.

Zowel voor de aantallen als voor de beschikte capaciteit waren de oorspronkelijke toevoegingen onder de najaars-ronde van SDE 2018 aanvankelijk wederom record hoeveelheden, die de voorgaande records onder de voorjaars-ronde van 2017 hebben vervangen. Het aantal beschikkingen onder de voorjaars-ronde van SDE 2019 had het stokje op dat punt van die van het voorgaande jaar overgenomen, met een record van 4.738 toekenningen door RVO. SDE 2019-II viel echter weer sterk terug, vanwege zeer hoge uitval als gevolg van de extreme overtekening van het beschikbare budget. En het feit, dat door felle competitie met andere projecten, alleen de beschikkingen overbleven die laag hebben ingezet met het betreffende fase bedrag. Dat zijn grotendeels alleen de grotere projecten geweest, talloze aanvragen voor kleinere rooftop projecten zijn binnen die regeling gesneuveld.

De laatste SDE "+" ronde, SDE 2020 I, verzette wederom alle piketpalen. Onder die ronde zijn zowel bij de aantallen oorspronkelijk goedgekeurde beschikkingen (6.882 exemplaren), als de daarmee gepaard gaande toegekende capaciteit (3.440,1 MWp), destijds nieuwe records gevestigd (dikke rode kader voor aantallen). Waarbij ook rekenschap gehouden moet worden met het feit, dat onder SDE 2017 I tm. SDE 2018 II er telkens 6 miljard Euro was te vergeven, sedert SDE 2019 I echter nog maar 5 miljard Euro per ronde (NB: voor álle projecten, niet alleen voor zonnestroom). Op het gebied van de toegekende capaciteit, werd dat record echter al snel verbroken onder de SDE 2020 II regeling, met 3.602,9 MWp aan toegekende capaciteit. Dat was geen lang leven beschoren, want SDE 2021 heeft dat alweer verbeterd naar 3.790 MWp (rood kader), met slechts ruim de helft van het aantal beschikkingen onder SDE 2020 I. Daarbij de voortdurende schaalvergroting in de projecten markt nogmaals benadrukkend: er worden gemiddeld genomen steeds grotere projecten aangevraagd, en toegekend.

Bij de oudere "SDE" voorgangers waren de oorspronkelijk beschikte aanvragen maximaal bij SDE 2008 (8.033 oorspronkelijke beschikkingen), bij de capaciteit was het SDE 2009, die voor de twee varianten bij elkaar ("klein" resp. "groot" categorie) 29,0 MWp kreeg beschikt (dunne rode kaders).

SDE 2022 - SDE 2023

Zowel de SDE 2022 als SDE 2023 hebben geen records gebroken, mede omdat de competitie met andere CO2 verminderende modaliteiten fel was, er al langer structurele netproblemen zijn waardoor in veel gevallen er geen aanvraag voor grote projecten gedaan kunnen worden in veel locaties, omdat de eisen voor zonnestroom projecten steeds stringenter zijn geworden, én omdat de kostprijzen tijdelijk waren gestegen i.p.v. gedaald.

Volgens de Kamerbrief voor SDE 2022 zouden er oorspronkelijk 1.505 beschikkingen voor PV projecten zijn afgegeven, goed voor 1.913,1 MWp, maar bij RVO bleken oorspronkelijk iets hogere volumes te zijn genoteerd, waar verder niets over is geventileerd op de sites van Min. EZK of RVO (zie update juli 2023). Voor deze regeling zijn vanaf de huidige update de startwaarden bij RVO weergegeven onder de "oorspronkelijk beschikte volumes".

Voor SDE 2023 is er geen verschil tussen de opgaves in de betreffende Kamerbrief, en de eerste publicatie van de beschikkingen lijst door RVO.

Voor SDE 2024 moeten de toekenningen nog volgen. Zoals de verwachting was, gezien alle problemen rond netinpassing e.d., zijn er voor zonnestroom projecten relatief weinig aanvragen binnengekomen, 319 stuks, met een gevraagd vermogen van 2.023 MWp (kamerbrief van Hermans / MinKGG, van 17 december 2024). Tijdens publicatie van de huidige analyse waren er bij RVO nog 18 aanvragen in behandeling voor 3 domeinen, waarvan de helft voor de (potentieel) geld vretende projecten binnen het CCS / CCU domein (status update 3 april 2025), dus dat is nog even afwachten wat hier uit gaat komen.

Wegval beschikkingen en capaciteiten - maar ook opvallend positieve correcties in huidige update

In oranje veldjes heb ik in het blok "overgebleven beschikte volumes" bij de primaire data wederom aangegeven dat er negatieve wijzigingen zijn geweest t.o.v. de status in de voorgaande update (januari 2025, alleen wijzigingen t.o.v. de eerste komma plaats bij capaciteit). Negatieve wijzigingen zijn ditmaal weer bij een groot deel van de regelingen voorgekomen. Data in de overige "blanco" veldjes zijn niet meer gewijzigd sedert de vorige update van 1 januari 2025. Dit kan in toekomstige updates echter beslist weer geschieden.


(a) Verloren gegane beschikkingen t.o.v. de oorspronkelijk toegekende volumes (blauwe sectie in tabel), accumulaties - ruim 13,0 GWp aan capaciteit teloor gegaan

Er is t.o.v. de accumulatie status getoond in de vorige update wederom een fors verlies aan beschikkingen en daarmee gepaard gaande, eerder toegekende capaciteit gesignaleerd. Beschikkingen die, om wat voor reden dan ook, zijn ingetrokken, of die alsnog ongeldig zijn verklaard door RVO, zie ook paragraaf "nieuwe afvallers" hier boven. Voor de langdurig een dominante rol spelende, al langer formeel afgesloten SDE 2014 is na al die jaren in totaal een (theoretische) capaciteit van 313 MWp verspeeld (overgebleven: 2.108 project beschikkingen, 2 minder dan in de vorige update, inclusief latere uitval van realisaties). Het capaciteits-verlies is opgelopen tot 35,5% (aantallen: 29%) ten opzichte van oorspronkelijk beschikt. Nog steeds "lekt" er af en toe wat volume weg uit deze, en andere oudere regelingen.

Deze populaire oudere regeling is op het gebied van capaciteit verlies echter in (extreem) negatieve zin overtroefd door meerdere latere regelingen. Cumulatief gingen daarbij met name de volgende grote volumes aan beschikte capaciteiten verloren:

386,1 MWp onder SDE 2016 II, 642,0 MWp onder SDE 2017 II, 862,0 MWp onder SDE 2017 I, 924,3 MWp onder SDE 2018 I, 1.198,4 MWp onder de voorjaars-regeling van SDE 2019, resp. 1.201,5 MWp onder SDE 2018 II, en, bij fast risers met de capaciteits-uitval, SDE 2021, met al een verlies van 1.740,0 MWp, resp. SDE 2020 II, met 1.870,8 MWp uitgeschreven bij RVO. Absoluut record houder blijft de eerder al regelmatig met catastrofale verliezen geconfronteerde laatste SDE "+" regeling, SDE 2020 I, die er in de huidige update nog een kleine schep bovenop heeft gedaan. Inmiddels is deze regeling, waarvoor ooit 3.440 MWp was toegekend voor zonnestroom projecten, al een record volume van 2.227,3 MWp aan beschikte capaciteit kwijtgeraakt, 64,7% van oorspronkelijk toegekend volume (gemarkeerd in de tabel). Bij de aantallen beschikkingen was het nog erger, er is al 65,1% van de beschikkingen verdwenen (4.477 stuks). Een waar slachtveld voor die regeling.

De najaars-regeling van SDE 2019 heeft nog een relatief beperkt teloorgegaan volume van 386,8 MWp, maar bekend is dat er voornamelijk (zeer) grote beschikkingen zijn overgebleven, na een grote slachtpartij onder de kleinere rooftop aanvragen vanwege de enorme overtekening in die ronde. De verwachting, dat de meeste van dergelijke grote beschikkingen wel gerealiseerd zouden gaan worden, ook omdat er grote (financiële) belangen bij zullen spelen, is grotendeels uitgekomen. Er staat nog een beperkte volume van 26,8 MWp open voor deze ronde.

De verliezen voor de in juli 2023 toegevoegde SDE 2022 zijn inmiddels al opgelopen naar 1.066,8 MWp, verdeeld over 816 beschikkingen. Waarmee het zich als 6e SDE regeling schaart in het trieste rijtje, waarbij al (ver) over de GWp aan beschikte capaciteit verloren is gegaan.

Van de in een vorige update toegevoegde SDE 2023 zijn nog maar 13 verloren gegane beschikkingen bekend, met een hoeveelheid van 18,2 MWp aan niet gerealiseerde capaciteit.

Gezamenlijk verloren alle SDE regelingen bij elkaar, "geholpen" door o.a. de massieve verliezen onder SDE 2020 I, 30.136 project beschikkingen met een geaccumuleerde capaciteit van 13.041 MWp. Al ruim 13,0 GWp aan ooit toegekende capaciteit is dus al verloren gegaan. Voor alleen de regelingen onder het SDE "+" regime waren die hoeveelheden 17.195 stuks, wat al sedert de april 2020 update meer is dan het geaccumuleerde verlies van de oude drie SDE regelingen (inmiddels alweer 7.190 beschikkingen teloor gegaan, en/of niet meer ingeschreven bij RVO). Dat is t.o.v. de enorme hoeveelheid oorspronkelijke beschikkingen (36.470 onder SDE "+", incl. SDE 2020 I) al ruim 47%. Kijken we naar de beschikte capaciteit, is het totaal verlies voor SDE "+" 8.323 MWp (!). T.o.v. het oorspronkelijk beschikte volume (19.082 MWp) is dat al een totaal verlies van 43,6%.

Voor de drie opvolgende SDE "++" regelingen, inclusief de SDE 2023) is het verlies al opgelopen tot 5.751 beschikkingen (57%, dus al een flink hoger relatief verlies dan onder SDE "+", en al meer dan de helft van oorspronkelijk beschikt), resp. 4.696 MWp (38%). Deze cijfers vindt u onderaan in het blauwe veld van de tabel.

Claim Schootstra deels onwaar

Energie specialist Siebe Schootstra plaatste op 5 september 2018 een nogal onrustbarende tweet (wegens opheffing account niet meer beschikbaar) waarin hij claimde: "dat van de voorjaarsronde van 2018 nog niet de helft gerealiseerd zal worden. Voor 2017 geldt ook zoiets". Wat de aantallen beschikkingen voor SDE 2017 betreft, heeft hij echter al geruime tijd ongelijk gekregen, het realisatie percentage is daar, na afvoer van de laatst overgebleven beschikking, naar 62,7 resp. 55,9% voor SDE 2017 II. Wat de beschikte capaciteit betreft, is dat voor SDE 2017 I op 63,4% gekomen (1.492 MWp). De najaars-ronde van SDE 2017 heeft echter een invulling van 66,4% van de lagere oorspronkelijk beschikte capaciteit bereikt. Dus ook in dat opzicht, heeft Schootstra voor in ieder geval de SDE 2017 regelingen ongelijk gekregen.

SDE 2018 I heeft 50% inderdaad (net) niet gehaald

De voorjaars-ronde van SDE 2018 is de laatste 2 resterende beschikkingen kwijtgeraakt in een vorige update, en is op 49,2% van realisatie t.o.v. oorspronkelijk beschikt volume gekomen bij de aantallen. En is uiteindelijk 54% van de ooit toegekende capaciteit kwijtgeraakt (ingetrokken of anderszins). In ieder geval is voor SDE 2018 I Schootstra's claim correct gebleken, zowel wat de aantallen beschikkingen, als de capaciteit betreft. Dit alles verder zonder de aanname van verdergaande uitval van eerder gerealiseerde beschikkingen.

Het totaal verloren gegane volume van 13.041 MWp aan ooit beschikte SDE capaciteit voor zonnestroom (SDE, SDE "+", en al forse verliezen voor SDE "++"), is inmiddels al flink hoger dan de eindejaars-accumulatie in heel Nederland (11.108 MWp), aan het eind van 2020, volgens de meest recente CBS cijfers van 10 maart 2025. Het totale verlies is al 41,3% van de oorspronkelijk beschikte volumes voor al die regelingen tezamen, inclusief de recent toegevoegde SDE 2023 regeling, die nog eens een volume van 3,1 GWp aan beschikte capaciteit inbracht in het totaal.

Aan dit reeds kolossale verloren volume kan beslist nog het nodige worden toegevoegd, gezien de vele "riskante" grote project beschikkingen van de afgelopen rondes in 2019-2023. M.b.t. de aantallen is het verlies al fors groter, 30.136 projecten, 48,2% van oorspronkelijk toegekend door RVO en haar voorgangers. Dat lag aanvankelijk vooral aan de enorme verliezen bij de oude SDE regelingen, zoals hierboven gemeld. Die staan boven de eerste stippellijn in de tabel. Het betreft veelal beschikkingen voor particulieren, maar ook woningbouw projecten die niet zijn doorgegaan, of die om diverse andere redenen zijn ge-cancelled. Helaas is de SDE "+" al langere tijd ook bij de aantallen project beschikkingen massale verliezen aan het lijden, cumulerend in de enorme afschrijvingen onder SDE 2020 I, en de nog steeds optredende behoorlijke verliezen bij andere regelingen. Het SDE "+" regime heeft de hoeveelheden teloor gegane project beschikkingen bij de oude SDE regelingen sedert de update van april 2020 ingehaald. Inmiddels komt dat alweer neer op 17.195 om 7.190 stuks. Onder SDE "++" zien we een vergelijkbare, onrustbarende trend, met al 5.751 afgeschreven beschikkingen, en nog het nodige aan teloor gegaan volume in de verwachting.

Nieuwe grafieken oorspronkelijke versus overgebleven beschikkingen - updates

Om goed zichtbaar te maken wat de volumes aan teloor gegane (beschikte) aantallen en capaciteiten zijn, heb ik in deze analyse wederom de 2 volgende, bijgewerkte grafieken opgenomen.


In bovenstaande grafiek links de stapel kolom met de aantallen oorspronkelijk uitgegeven PV beschikkingen, voor alle SDE (2008-2010), SDE "+" (2011-2020 I), resp. SDE "++" (2020 II-2023) regelingen. Met bovenaan de sommatie van wat ooit is uitgegeven voor solar: 62.528 beschikkingen tm. de in een vorige overzicht nieuw opgenomen SDE 2023. NB: het gaat hierbij niet om "projecten", omdat heel veel project sites meerdere beschikkingen hebben gekregen. In de rechter kolom de hoeveelheden die er in de RVO update van 1 april 2025, tot en met SDE 2023, in totaal zijn overgebleven, als gevolg van voortdurende eliminatie van om wat voor reden dan ook weer verwijderde project beschikkingen uit de RVO database (of, in de huidige update, zelfs bescheiden toevoegingen). Er zijn nu nog in totaal 32.392 beschikkingen over. Dat laatstgenoemde totaal cijfer is 51,8% van het oorspronkelijke toegekende volume (blauwe pijl). In de vorige update was dit percentage nog 52,4%. Ergo: ruim 48% van alle oorspronkelijk toegekende project beschikkingen is alweer verdwenen bij RVO.

Vooral de forse verliezen bij de populaire SDE "+" 2017-2018 regelingen vallen hier al op, en, recenter, onder SDE 2020 I, de eerste SDE "++" regeling, SDE 2020 II, en inmiddels ook SDE 2021: De hoeveelheid overgebleven beschikkingen is nog maar 34,9% onder SDE 2020 I. SDE 2020 II heeft haar zelfs in negatieve zin ingehaald, met nog maar 32,7% van oorspronkelijk beschikt volume. SDE 2021 heeft die regeling ook in negatieve zin gevolgd, en zit nog maar op een resterend volume van 32,8%. Onder de oude 3 SDE regelingen zijn destijds ook al grote volumes verloren gegaan, waarvan de nodige op kleinzakelijke projecten, en bij veel particulieren. Nog steeds "lekken" er ook van de oudste, al lang formeel afgeronde regelingen, af en toe beschikkingen weg, in vrijwel elke RVO update. Zo ook in de huidige, met onder SDE 2008 weer een verlies van 84 beschikkingen in huidige update. RVO besteedt vrijwel geen aandacht aan de wegval van die oudere, reeds lang geleden opgeleverde project beschikkingen. Van de oorspronkelijk uitgegeven 16.047 beschikkingen voor genoemde eerste drie SDE regelingen zijn er inmiddels nog maar 8.857 over (55,2%). Hoogstwaarschijnlijk heeft het verdwijnen van met name de oudere beschikkingen te maken met het (bijna) verstrijken van de subsidie termijn (15 jaar vanaf 2008 = 2023), gevolgd door actieve uitschrijving bij zowel VertiCer, als bij RVO.

Voor de feitelijke realisaties t.o.v. de rechts weergegeven overgebleven beschikkingen, zie de nieuwe grafiek onder aantallen in sectie f.


In deze tweede grafiek een vergelijkbaar beeld als bij de aantallen beschikkingen, maar ditmaal met de oorspronkelijk beschikte capaciteit per regeling (in MWp, links), resp. de daarvan overgebleven beschikte volumes in de update van 1 april 2025 (ditto, MWp, rechter kolommen stapel). Aan de stapels zijn in een recente update ook, bovenaan de kolommen, de actuele volumes voor de vierde SDE "++" regeling, SDE 2023, toegevoegd (inmiddels al wat wijzigingen in volume).

In totaal is er, tm. SDE 2023, een spectaculair volume van 31.595 MWp (31,6 GWp) ooit beschikt onder SDE en haar opvolger regelingen, onder de noemers SDE "+", resp. SDE "++". Daarvan zou op 1 april 2025, een volume van in totaal 18.553 MWp zijn overgebleven volgens de RVO boekhouding, een nog steeds relatief hoge score van 58,7% (blauwe pijl bovenaan). In de vorige update was dit nog 59,4%.

Dat het totale percentage, in verhouding tot de aantallen beschikkingen (51,8%, vorige grafiek), zo hoog ligt, komt vooral doordat de verliezen bij de aantallen zeer groot zijn geweest, aanvankelijk bij de drie oude SDE regelingen, en culminerend onder SDE 2020 I. Terwijl de in een recente update toegevoegde regeling SDE 2023, met oorspronkelijk beschikt 3.128 MWp, weer een behoorlijke positieve impact op de relatieve verhoudingen heeft gemaakt. Al is er inmiddels ook in de recentere regelingen alweer vrij snel een forse hoeveelheid capaciteit verdwenen.

In het "kader" gevormd door de twee lange zwarte stippellijnen heb ik de volumes voor de vier "historisch succesvolle" SDE 2017 en 2018 regelingen weergegeven. Oorspronkelijk was dat een volume van 8.928 MWp, maar daar is inmiddels nog maar 5.299 MWp van overgebleven. Derhalve, een verhouding van 59,4%. Een nog erger lot gaan de opvolger regelingen SDE 2019 I, SDE 2020 II, SDE 2022 en SDE 2020 I tegemoet, waarvoor nog maar 52,3%, 48,1%, 44,5%, resp. 35,3% van de oorspronkelijk beschikte capaciteit van over is.

Voor het feitelijke gerealiseerde volume aan beschikte capaciteit t.o.v. de rechts weergegeven overgebleven beschikkingen, zie de nieuwe grafiek onder capaciteit in sectie f.


(b) Fysieke realisaties per SDE jaar-ronde "volgens de officiële RVO cijfers" (groene sectie in tabel), accumulaties

In totaal is er tot en met de huidige officiële RVO update een volume van 12.685 MWp "SDE beschikt" opgeleverd (bijna 12,7 GWp), verdeeld over 30.623 project beschikkingen, waarbij we de forse interne administratieve vertragingen bij RVO voor lief nemen. De volumes zijn derhalve minimale hoeveelheden, er is aan het begin van het 2e kwartaal van 2025 al veel meer netgekoppelde, (grotendeels) SDE gesubsidieerde capaciteit opgeleverd.

De opleverings-sequentie van de beschikte capaciteiten, en de relatieve percentages in de loop van de tijd, volgens berekeningen n.a.v. de RVO updates, kunt u onder paragraaf (b) in de update van 1 oktober 2023 terugvinden.

Genoemde aantal van ruim 30 en een half duizend opgeleverde beschikkingen geaccumuleerd in de huidige update betreft echter beslist veel minder projecten, omdat er veel sites meerdere beschikkingen hebben, een van vele eigenaardigheden van de SDE regelingen die nooit de pers halen, maar die Polder PV al vele jaren signaleert en inhoudelijk toelicht. Aanvankelijk kwam het merendeel van dat "aantal" uit de oude SDE regelingen, toen duizenden particulieren mee konden doen. Dat is echter al in latere updates omgeslagen naar het SDE "+", en de later toegevoegde SDE "++" volumes, die vrijwel exclusief op en door bedrijven, instellingen, gemeentes e.d. wordt gerealiseerd, achter grootverbruik aansluitingen. Veel grote rooftop projecten hebben meerdere beschikkingen, deels onder dezelfde regeling, deels onder verschillende SDE rondes. Een deel betreft uitbreidingen van eerder gerealiseerde projecten, een fors deel is gewoon opsplitsing van projectplannen voor dezelfde lokatie, verdeeld over meerdere tranches. Hetzelfde geldt voor diverse grote veld-installatie projecten. Alle individuele beschikkingen moeten separaat, fysiek gecertificeerd en geijkt bemeten worden (pers. comm. met, destijds, CertiQ), dus dat gaat vaak om technisch-logistiek bezien nogal complexe bedradings-, en, gezien de hoge capaciteiten die daarmee gepaard gaan, ingewikkelde afzekerings-trajecten.

Alle anderszins gefinancierde projecten, inclusief de al vele honderden PCR of, recenter, SCE ("postcoderoos 2.0") gesubsidieerde installaties die geen SDE "component" hebben, recentere installaties met EIA belasting voordelen, diverse andere subsidie regimes, en ook de projecten zonder enige (traceerbare) vorm van directe overheids-subsidie, zult u in de hier geanalyseerde SDE overzichten in het geheel niet terugvinden. Er zullen ook steeds meer niet-gesubsidieerde projecten worden opgeleverd, en daar vindt Polder PV ook steeds meer voorbeelden van in diverse bronnen, die hij uiteraard ook in zijn "Big Sheet" opneemt. Het is goed om dat in de oren te blijven knopen.

Aandeel SDE t.o.v. latere SDE "+" en SDE "++" regelingen

Het aandeel van alleen SDE op totaal realisatie SDE + SDE "+" + SDE "++" bedraagt momenteel 8.857 (overgebleven !) beschikkingen = 28,9% bij de aantallen, inclusief de SDE 2023 regeling. Dat aandeel was nog 60% in de augustus 2019 update (zonder de SDE 2019 - SDE 2022 rondes), en dit zal stapsgewijs verder blijven dalen, naarmate er meer SDE "+" en SDE "++" projecten zullen worden opgeleverd. Bovendien verdwijnen er nog steeds druppelsgewijs eerder afgegeven beschikkingen, maar dat geschiedt zowel bij de oude SDE, als bij de latere SDE "+" en SDE "++" rondes.

Het aandeel van alleen opgeleverde (overgebleven) SDE beschikkingen is slechts 46,4 MWp op een totaal van momenteel 12.685 MWp (SDE + SDE "+" + SDE "++") bij de capaciteit, is 0,37%. In juli 2017 was dat aandeel nog ruim 10%. Wezenlijk verschillend, dus, van de situatie bij de aantallen beschikkingen.

Dat heeft alles te maken met de enorme schaalvergroting onder de SDE "+" en opvolgende SDE "++" regimes, waar onder de "bovencap" van, ooit, 100 kWp is ge-elimineerd, en er enorm grote projecten werden beschikt, en inmiddels, in een steeds rapper tempo, zijn, en worden opgeleverd. Zoals Zonnepark Harpel / Vlagtwedde, het daar op volgende nog grotere Zonnepark Vloeivelden Hollandia, het recenter opgeleverde grote Dorhout Mees project op de oude golfbaan in Biddinghuizen, en het inmiddels in bouw zijnde, flink over de tong gaande, "schitterende" Groene Corridor project bij Zwanenburg. Nog grotere projecten staan al enige tijd op stapel, zoals Energielandgoed Wells Meer (Limburgse gemeente Bergen), en het inmiddels al 2 SDE beschikkingen hebbende dubbel-project Eekerpolder, op de grens van Groninger gemeentes Midden-Groningen en Oldambt. Als alle beschikkingen voor de "zon op dijken" projecten van drie ontwikkelaar groepen voor de westkust van de Noordoostpolder (Fl.) bij elkaar worden geveegd, zou je op mogelijk zelfs op een nog groter project volume komen (beschikt ruim 400 MWp). Inmiddels is van het Noordermeer deelproject (2 ontwikkelaars) al het grootste deel van de generator velden te zien op recente luchtfoto's. Ik houd de aparte delen daarvan echter vooralsnog gescheiden, vanwege het gesplitste eigenaarschap van die grote deelprojecten.

Relevant in dit aspect blijft, dat de opgevoerde beschikte capaciteit bij RVO zeker bij de duizenden oudere installaties bijna nooit het daadwerkelijk gerealiseerde vermogen van de installaties weergeeft. Daar kunnen behoorlijke afwijkingen in zitten. Bovendien kunnen beschikkingen door RVO later nog aangepast worden. Zo verloor de beschikking voor het bekende, in 2017 opgeleverde Woldjerspoor project van GroenLeven in Groningen maar liefst 6 MWp (!) t.o.v. de oorspronkelijk beschikte capaciteit. Het resultaat lijkt echter, met de huidige update van 1 april 2025, nog steeds niet de daadwerkelijk opgeleverde capaciteit weer te geven, volgens de detail project informatie beschikbaar bij Polder PV, het verschil is dik 20%. Er zijn geen andere (al dan niet anonieme) veldopstelling beschikkingen bekend in dit gebied. Ook van talloze andere (grote) projecten heb ik realisaties die (veel) hoger (zoals het Duurkenakker project), óf véél lager uitvallen dan de beschikking van RVO in de publiek toegangelijke cijfers toont. Veel secundaire bronnen volgen blind de opgave van RVO op in hun artikelen, en zitten dus consequent fout (te laag) ...

Relatieve recordhouders bij de realisaties

Kijken we bij de realisaties naar de percentages t.o.v. de oorspronkelijke beschikkingen, duiken andere "record houdende SDE jaarrondes" op dan bij de absolute volumes. Voor de "oude SDE" was dat SDE 2009 voor zowel aantallen en capaciteiten (inmiddels, door historische uitval ruim 63 resp. 74 procent van oorspronkelijk beschikt). Hierin zal geen (positieve) wijziging meer komen, die regelingen zijn al lang "afgerond". Alleen wegval van dergelijke projecten zou nog tot kleine neerwaartse bijstellingen kunnen gaan leiden. Waarbij "wegval" beslist niet persé hoeft te betekenen, dat het project is afgebroken o.i.d. Het kan zijn verhuisd (zonder de beschikking "mee te nemen"), of overgenomen, waarbij de nieuwe eigenaar geen trek had in SDE administratie "gedoe", of er zijn andere redenen waarom de beschikking zou kunnen zijn vervallen. Wie weet hoort "fraude" daar ook bij, al hoor je daar nooit iets over in relatie tot de oude, kleine beschikkingen jaren geleden verstrekt.

Voor het SDE "+" regime zijn de "records" inmiddels voor de aantallen (71%) nog steeds de inmiddels afgesloten SDE 2014 regeling, ook al is in absolute zin al in latere updates SDE 2017 I deze ooit populaire regeling voorbij gestreefd, gevolgd door meerdere andere regelingen. Door wijzigingen bij de overgebleven beschikkingen onder SDE 2016 I, heeft deze nu slechts 67,0% t.o.v. oorspronkelijk volume gerealiseerd bij de aantallen. SDE 2015, die SDE 2016 I in een vorige update tijdelijk had ingehaald is, ook door tussentijdse wegval, die positie weer kwijt, en moet het nu nog stellen met 66,7%.

Nieuwe kampioen bij relatief aandeel realisatie capaciteit: SDE 2019 II

Bij de capaciteit is SDE 2015, met nog maar 32 realisaties, en 71,5% t.o.v. oorspronkelijk beschikt, in een vorige update door SDE 2019 II van de eerste plaats verdrongen. Laatstgenoemde regeling heeft namelijk al 78,8% van het oorspronkelijke toegekende volume gerealiseerd. Tussentijds is SDE 2014, met 64,5%, ook al voorbijgestreefd door de najaars-ronde van SDE 2017 (66,4%), en SDE 2016 I (67,9%), beiden onder het SDE "+" regime.

Opvallend is de zeer slechte prestatie voor de (ook reeds lang afgeronde) SDE 2012: slechts 27,3% van aantal oorspronkelijke beschikkingen opgeleverd, en zelfs maar 25% van de capaciteit. Uiteraard was er ook maar heel weinig beschikt (oorspronkelijk 17,1 MWp, waarvan er nu echter, na een tussentijdse kleine correctie, maar een bedroevend volume van 4,3 MWp is overgebleven), anders had dat een "ramp-subsidie-jaar" geworden.

De latere regelingen gaan nog spannend worden, mede gezien de enorme verliezen van beschikkingen binnen die rondes, die waarschijnlijk nog verder zullen gaan oplopen. SDE 2017 I is gestrand op 63,4% realisatie t.o.v. oorspronkelijk beschikt, zonder overblijvende beschikkingen. Bij verdere uitval van eerder gerealiseerde beschikkingen kan dat aandeel nog wat uitgehold worden. De najaarsronde van dat jaar zit met de realisaties zelfs al wat hoger, 66,4% bij de capaciteit, en heeft inmiddels ook geen beschikkingen meer openstaan.

De eerder afgeronde SDE 2016 II is op 60,2% uitgekomen. SDE 2018 II zit op 59,3%, de laatste beschikking is al langer geleden ingevuld (2022, maar nu pas bekend geworden!). SDE 2019 I zit momenteel op 52,2% realisatie, en kan, met nog maar 1 beschikking, resp. 2,8 MWp open staand, nog iets hoger uitkomen (het open staande project lijkt al in 2024 te zijn gerealiseerd). Afgezien van de al genoemde nieuwe record houder, SDE 2019 II, zitten alle recente SDE regelingen bij de capaciteits-realisatie nu nog op beperkte realisatie percentages t.o.v. de oorspronkelijk beschikte volumes. En zullen, gezien de al dramatische ontwikkeling bij de uitval, vermoedelijk niet zeer hoog uitkomen bij deze relatieve maatvoering.

Gemiddelde beschikking grootte bij de realisaties

In de kolom realisaties ziet u achteraan de uit de aantallen en beschikte capaciteiten berekende gemiddelde omvang per beschikking, volgens de toekenningen van RVO. Hierin is een duidelijk trend van schaalvergroting herkenbaar, die al jarenlang door Polder PV wordt gesignaleerd, in verschillende grafiek updates. Van zeer klein (gemiddeldes van zo'n 2-9 kWp per beschikking onder de 1e 3 SDE regimes), tot fors uit de kluiten gewassen in groeiende tendens onder de "SDE+" regimes vanaf SDE 2011. Groeiend van gemiddeld 49 kWp onder SDE 2011 tot volumes tussen de 218 en 270 kWp gemiddeld in de SDE 2014-2016 I regelingen. Een vorig recordhouder, SDE 2016 II in de april 2020 update nog even op 489 kWp gekomen, is door de nieuwe, gemiddeld genomen kennelijk kleinere realisaties in de latere updates uiteindelijk een stuk lager uitgekomen, 461 kWp.

In een van de vorige updates is een nieuwe recordhouder opgedoken, de najaars-ronde van SDE 2019, die momenteel op een record van 2.732 kWp gemiddeld per beschikking is gekomen. Dat was ooit slechts 184 kWp, en was in de januari 2024 update nog 2.366 kWp. Dat gemiddelde is dus aanzienlijk gegroeid in de loop van de tijd, er zijn dus zeer forse project realisaties toegevoegd aan dat deel-dossier. Er zijn relatief weinig beschikkingen ingevuld, 564 stuks, maar dat is wel al 57% van de oorspronkelijk beschikte hoeveelheid. Door ook tussentijdse uitval van beschikkingen, staan er nog maar 6 exemplaren open voor die regeling, goed voor maximaal 27 MWp.

Na het hoge niveau van deze najaars-ronde van SDE 2019, vallen de overige gemiddeldes globaal genomen weer terug naar 718 kWp (SDE 2018 II), 575 kWp (SDE 2017 II), 543 kWp (SDE 2017 I), 461 kWp voor SDE 2016 II, en 424 kWp onder SDE 2018 I. De inmiddels 2.387 overgebleven gerealiseerde beschikkingen van SDE 2020 I, aanvankelijk nog relatief kleinere projecten, hebben inmiddels al een gemiddelde capaciteit van 468 kWp per stuk (volgens beschikking). En zijn dus op dat punt de SDE 2018 I én inmiddels ook SDE 2016 II voorbij. Omdat de verliezen binnen deze regeling kolossaal waren, en er nog maar 18 beschikkingen open staan, zal hier vermoedelijk niet veel verandering in gaan optreden.

Voor SDE "++" gelden de volgende overwegingen. SDE 2020 II heeft nog maar 1.115 gerealiseerde beschikkingen, maar daarvan is het gemiddelde flink toegenomen, naar inmiddels al 799 kWp per realisatie. De SDE 2021 zit zelfs al op gemiddeld 922 kWp, voor 918 opgeleverde beschikkingen. Onder SDE 2022 zijn tot nog toe 384 beschikkingen gerealiseerd, met gemiddeld 580 kWp per stuk. Onder SDE 2023 zijn de eerste 99 realisaties typische "beginner" projectjes, met gemiddeld 461 kWp per project (volgens beschikking). Het gemiddelde vermogen in die regeling stijgt wel door. Onder SDE "++" lijkt het in ieder geval duidelijk naar verdere schaalvergroting te gaan, t.o.v. de gemiddeldes getoond bij de SDE "+" regelingen.

Voor alle realisaties bij elkaar heeft het gemiddelde per beschikking inmiddels al een omvang bereikt van 414 kWp. In de vorige updates waren die gemiddeldes achtereenvolgens, van "nieuw" naar "oud": januari 2025 404 kWp, oktober 2024 400 kWp, juli 2024 383 kWp, april 2024 371 kWp, januari 2024 359 kWp, oktober 2023 347 kWp, juli 2023 338 kWp, april 2023 321 kWp, januari 2023 314 kWp, oktober 2022 300 kWp, juli 2022 287 kWp, april 2022 286 kWp, januari 2022 266 kWp, oktober 2021 251 kWp, juli 2021 245 kWp, apr. 2021 229 kWp, jan. 2021 215 kWp, sep. 2020 184 kWp, juli 2020 175 kWp, apr. 2020 167 kWp, jan. 2020 150 kWp, nov. 2019 138 kWp, aug. 2019 121 kWp, mei 2019 114 kWp, jan. 2019 90 kWp, daar voor 77 kWp. Ook al groeit dat gemiddelde dus continu door, het wordt nog steeds fors gedrukt door de vele kleine residentiële projecten onder de 3 oudste SDE regimes, zoals ook al lang bekend is uit de maandelijks door Polder PV geanalyseerde VertiCer (ex CertiQ) data over de gecertificeerde zonnestroom capaciteit in ons land.

Splitsen we de inmiddels 3 verschillende regimes uit (onderaan in de tabel), is de oude SDE op de gemiddelde overgebleven beschikking grootte blijven steken van 5,2 kWp. SDE "+" heeft een aanzienlijk groter gemiddelde bij de realisaties, inmiddels 552 kWp. Dat is wel nog steeds wat lager dan het gemiddelde volume van alle overgebleven beschikkingen (rode cijfer veld, 558 kWp).

Onderaan vinden we, tot slot, de gemiddeldes bij de 4 SDE "++" rondes, inclusief de recent toegevoegde SDE 2023. Met 797 kWp is dat wederom flink hoger t.o.v. de 710 kWp in de vorige update. Er is nog veel volume (incl. voor veel grotere projecten) te gaan, dus dat kan nog flink verder bijtrekken.

De gemiddelde project groottes bij de overgebleven beschikkingen (rode veld in tabel) zijn, voor de regelingen waarvoor nog (veel) projecten open staan, ook bij de deel regelingen hoger dan die bij de realisaties. Dit komt omdat veel zeer grote projecten nog niet zijn gerealiseerd. Als die worden opgeleverd, zullen ze een opwaartse druk geven aan het systeem gemiddelde van de uiteindelijk gerealiseerde projecten cumulaties.

(c) Realisaties per kalenderjaar - status 1 april 2025

RVO geeft bij de opgeleverde beschikkingen ook het jaar van oplevering weer, indien volgens haar administratieve normen aan alle voorwaarden daartoe is voldaan. Ook al strookt dit niet met de oplevering, zoals VertiCer die hanteert (sterker nog, RVO zet zeer vaak pas "ja" vinkjes, vele maanden nadat een project al lang groene stroom levert, vaak pas in het opvolgende jaar, of nóg later), het geeft wel een interessant doorkijkje naar de evolutie van de (beschikte) realisaties per kalenderjaar. Polder PV heeft daartoe in de update van januari 2024 een nieuwe grafiek gemaakt, met, per kalenderjaar van oplevering, de aantallen projecten, de cumulatieve beschikte capaciteit volgens RVO (MWp), en het gemiddelde capaciteit niveau per beschikking (kWp), volgens de publieke informatie van het Agentschap. Hier onder geef ik de meest recente versie van die grafiek, met de data uit de 1 april 2025 update.

In dit diagram zijn uiteraard niet de beschikkingen met "nee" vinkje opgenomen. Dat waren in de 1 april 2025 update 1.769 exemplaren, met een verzamelde capaciteit van 5.869 MWp.

Uit deze grafiek, die uiteraard sterk lijkt op het exemplaar voor de administratie van VertiCer (paragraaf 3d in de meest recente analyse), maar die géén projecten bevat zonder SDE beschikking, resulteren de volgende waarnemingen:

De SDE beschikkingen zijn wat aantallen (blauwe kolommen) betreft eerst explosief gestegen, en stapsgewijs afgenomen, vanaf 2008, met de max. in 2009 (2.587 beschikkingen overgebleven gerealiseerd, dus exclusief uitschrijvingen). Dit waren bijna uitsluitend residentiële mini-projectjes, op enkele uitzonderingen na (zoals het met tientallen SDE 2009 beschikkingen "gezegende" Klepperstee veldinstallatie project, opgeleverd in het voorjaar van 2012). De "all-time low" werd bereikt in 2014, met slechts 223 nieuwe opleveringen dat jaar. Gelukkig was daar de zeer succesvolle SDE 2014, die voor nieuwe energie zorgde, en voor die tijd een record aantal toekenningen. Gaandeweg namen de volumes weer rap toe, uiteraard extra versneld door met name de enorme hoeveelheid beschikkingen voor de SDE 2016 en latere regelingen. De uiteindelijke max. kwam in Corona jaar 2020, met 4.554 opgeleverde, overgebleven beschikkingen dat jaar. Daarna gingen de volumes rap omlaag, grotendeels vanwege landelijk optredende congestie op de netten. Het realisatie tempo nam flink af, om in 2023 haar voorlopige dieptepunt te bereiken, momenteel 1.161 nieuw opgeleverde beschikkingen, althans, volgens de RVO administratie.

In de update van 1 april 2025 zijn inmiddels ook al 533 opgeleverde beschikkingen aan kalenderjaar 2024 toegewezen. Waar nog veel volume bij zal gaan komen in latere updates. Deels door grote administratieve vertragingen bij RVO zelf. Deels doordat opleveringen van in dat jaar gerealiseerde projecten waarschijnlijk pas zeer laat, tot ver in het jaar 2025, en later, doorgegeven zullen gaan worden.

Bij de capaciteit (oranje kolommen) zien we in het begin nauwelijks "waarneembare" volumes op deze schaal, wat natuurlijk te wijten is aan het feit dat het in het begin om uitsluitend (zeer) kleine project beschikkingen is gegaan. Tot en met 2013 was de max. 21 MWp nieuw volume, in 2011, waarna het weer even inzakte. In 2014 begon het gerealiseerde (beschikte) niveau weer toe te nemen bij de realisaties. Vanaf 25 MWp in dat jaar, waarna het gaspedaal werd ingedrukt, veroorzaakt door de combinatie van vrijgave van de zogenaamde "ondercap" in de SDE systematiek, vanaf SDE 2011, en de daar op volgende enorme schaalvergroting van aangevraagde, beschikte, en daadwerkelijk gerealiseerde projecten. Veel daarvan bovendien met meer dan 1 beschikking die werd verzilverd.

Ook de (beschikte) capaciteit van de realisaties had haar maximum in 2020, inmiddels 2.433 MWp. Opvallend is dat, bij reeds "instortende" nieuwe aantallen gerealiseerde beschikkingen, de nieuwe capaciteit in de jaren 2021 en 2022 nog redelijk "op niveau" bleef, 2.104 resp. 2.091 MWp. In 2023 was het pleit echter voorlopig beslecht, met een duidelijk lager niveau, 1.778 MWp nieuw beschikt vermogen onder de SDE regelingen, 15% lager dan de aanwas in 2022. Dat wil beslist niet zeggen dat dit het "definitieve" cijfer is. Bij RVO worden heel vaak, vele maanden nadat een project daadwerkelijk al netgekoppeld groene stroom staat te produceren, pas een "ja" vinkje gezet. Die administratieve vertraging kan soms oplopen tot langer dan een jaar. Derhalve, kan het volume voor 2023 (en in veel mindere mate mogelijk ook voor 2022 nog) beslist nog enigszins worden bijgeplust. Maar het niveau van de jaren 2021 - 2022 gaat dat jaar vermoedelijk niet halen.

Het nog zeer voorlopig geturfde nieuwe vermogen in 2024 bedraagt momenteel 1.240 MWp. Dat is wel al duidelijk meer dan de 1.012 MWp bekend in de vorige update, maar echt hard gaat het nog niet. Hier zal in een later stadium sowieso nog veel volume aan toegevoegd gaan worden.

Uit bovenstaande 2 primaire parameters heb ik, zoals te doen gebruikelijk, het gemiddelde vermogen per beschikking per kalenderjaar berekend, weergegeven in de groene curve. In het begin was de gemiddelde capaciteit van de opgeleverde beschikkingen vrijwel niet waarneembaar, maar de lijn begint vanaf 2013 duidelijk te stijgen: de opgeleverde beschikkingen worden continu groter. De curve stijgt tm. 2018, heeft dan even een kleine dip, maar begint vanaf 2020 zeer opvallend verder te stijgen. Let wel: bij instortende aantallen beschikkingen, en stapsgewijs afnemende capaciteiten opgeleverd per jaar. Dit is een perfecte illustratie voor het fenomeen wat ik al jaren signaleer. In recente jaren is er sprake van een enorme schaalvergroting van de daadwerkelijk opgeleverde projecten en beschikkingen. Deze bereikte voorlopig haar maximum in 2023, met gemiddeld 1.531 kWp per opgeleverde beschikking. Het relatief geringe aantal projecten tot nog toe opgeleverd in 2024 heeft een al veel hoger gemiddelde omvang (2.327 kWp), maar dat is nog lang niet representatief voor alle nieuwe beschikkingen die opgeleverd zullen blijken te zijn in dat jaar.

Hetzelfde geldt, voor het eerste resultaat voor 2025, waarvoor het gemiddelde verder is doorgestegen, naar 2.410 kWp. Vandaar dat ik de laatste lijnstukken gestippeld heb weergegeven.

Vergelijking aantallen nieuwe beschikkingen RVO / projecten VertiCer per kalenderjaar

Om te kijken hoe de nieuwe opleveringen, zoals RVO die bijhoudt voor het SDE dossier, zich verhouden tot de gecertificeerde PV projecten, die TenneT/Gasunie dochter VertiCer (opvolger van CertiQ) registreert sedert er Garanties van Oorsprong worden uitgegeven in Nederland (2003), heb ik updates voor twee nieuwe grafieken toegevoegd met een vergelijking tussen de beschikbare data van de twee instanties. Eerst de aantallen beschikkingen / projecten:

In deze grafiek worden de uit de oudere CertiQ, en meer recente VertiCer updates ge-extraheerde aantallen nieuwe gecertificeerde PV-projecten per kalenderjaar (groene kolommen) vergeleken met de uit de vorige grafiek overgezette aantallen SDE beschikkingen die per jaar zouden zijn opgeleverd volgens de RVO administratie (oranje kolommen). Direct valt op, dat de aantallen bij de CertiQ/VertiCer data nu stelselmatig een stuk hoger liggen dan die voor de SDE beschikkingen bij RVO. De laatste liggen op niveaus tussen de 69% (2009) en 92% (2011), tot ruim 93% (2022) ten opzichte van die van VertiCer. In een eerdere update was de verhouding voor 2023 nog in het voordeel van de data van RVO, maar ook dat is het inmiddels, met de meeste recente data, in het voordeel van de cijfers van VertiCer omgeslagen, zoals in een voorgaande update al was voorspeld.

Voor 2024 is de situatie nog lang niet duidelijk. Voor de data van VertiCer is er zelfs sprake van negatieve groei bij de aantallen, maar dat trekt in latere updates beslist weer bij, zoals hun continu evoluerende historische cijfers tonen. En kan flink positief gaan worden. Veel volume is nog helemaal niet bekend, bij zowel VertiCer, als het ver achter de feiten aan lopende RVO dossier, dus er is over dit jaar nog niet veel zinnigs te zeggen.

Blijft over de vraag: waar ligt het structurele verschil tussen de RVO en VertiCer data aan?

Bij RVO staan, in dit dossier, uitsluitend SDE beschikkingen geregistreerd. VertiCer verstrekt Garanties van Oorsprong, ook aan projecten zónder SDE subsidie (!). Daar staat dus sowieso meer volume (ook: aantallen projecten), en kennelijk is dat een behoorlijk, doch van jaar tot jaar wisselend volume.

Mogelijk is er, daarnaast, verschil in de wijze van "tellen". In theorie zou er bij RVO dan méér SDE aantallen kunnen staan dan bij VertiCer, als de laatstgenoemde alleen projecten "per aansluiting" of "per adresnummer" telt. Polder PV heeft immers al lang vastgesteld, dat er meer dan 1 SDE beschikking per adres / project locatie afgegeven kan zijn, wat bij verschil in wijze van "tellen" tot flinke discrepanties kan leiden. Het is echter nog niet duidelijk of zo'n theoretisch verschillende wijze van tellen tot genoemde, soms grote verschillen bijdragen.

Ook zouden er, in theorie, verschillen bij zowel de aantallen als de capaciteiten kunnen ontstaan, bij het weer uitschrijven van projecten, uit de (publiek zichtbare) bestanden, zowel bij VertiCer, als bij RVO. Het hangt maar helemaal af van de wijze van administratie, hoe e.e.a. uit zal pakken bij de nieuwe volumes per kalenderjaar, bij beide instanties.

Feit blijft, dat VertiCer stelselmatig, structureel meer volume heeft staan bij de nieuwe aanwas per jaar. In ieder geval bij de aantallen.

Vergelijking capaciteit nieuwe beschikkingen RVO / projecten VertiCer per kalenderjaar

Bij de capaciteit toewijzingen per "jaar van oplevering", zoals getoond in bovenstaande nieuwe grafiek, lijkt, wat bovenstaande betreft, er in recente kalenderjaren een onlogische wijziging in de verhouding te ontstaan tussen de meest recente cijfers van VertiCer, en, voor alleen de SDE beschikte projecten, van RVO.

Tot en met 2020 ligt ook bij de nieuwe PV capaciteit per kalenderjaar, het SDE volume toegewezen door RVO onder dat van alle gecertificeerde PV projecten door VertiCer als opgeleverd beschouwd in het betreffende jaar. Wat in ieder geval strookt met de trend bij de aantallen projecten. Die percentages liggen wel verder uit elkaar, tussen de 30% (2009), 70% (2013), en 96% (2017), resp. vrijwel 100% (2020), een flinke spreiding, dus. In 2021 en 2022 zijn de volumes bij RVO echter iets groter dan bij VertiCer, de omgekeerde wereld, dus. In 2023 is echter de "klassieke verhouding" weer aanwezig in de huidige data, waarbij RVO inmiddels zelfs véél minder nieuw jaarvolume heeft staan dan VertiCer momenteel heeft (37%, vorige update nog 36%).

Het kan zijn dat hier deels een andere factor in het spel komt, waar ik regelmatig op heb gewezen. Bij RVO worden namelijk de capaciteiten van SDE beschikkingen waarvan de projecten (veel) kleiner zijn uitgevoerd dan waarvoor oorspronkelijk is beschikt, vooral de laatste jaren neerwaarts bijgesteld. Als een project echter (veel) gróter is uitgevoerd dan waarvoor (oorspronkelijk) is beschikt, wordt dit niet door RVO aangepast. Ergo: capaciteit die wél is gerealiseerd (VertiCer data), maar die niet in de publieke cijfers van RVO is meegenomen, zouden deze verschillen in theorie deels kunnen verklaren, voor 2023. Voor veel projecten uit oudere jaren, zijn capaciteiten vaak niet (meer) aangepast, in de beschikkingen overzichten van RVO.

Een ander aspect wat benoemd moet blijven worden, is dat de cijfers van beide instanties "nogal vloeibaar" blijken te zijn, en van update tot update flink kunnen wijzigen. Vooral bij VertiCer treden regelmatig forse wijzigingen in historische cijfers op, en kunnen dus vreemde verschillen ontstaan t.o.v. de RVO data.

Het kan zijn dat bij latere updates van beide instanties dergelijke nog niet goed begrepen verschillen stapsgewijs zullen verdwijnen, met name voor de jaren 2022-2023. Met dien verstande, dat de algemene trend in ieder geval bij cijfers van eerdere jaren duidelijk is: meer volume (zowel bij de aantallen als bij de capaciteiten) in de VertiCer cijfers, dan bij (alleen) de SDE data van RVO.

Over 2024 is nog veel zinnigs te zeggen, gezien veel informatie die nog helemaal niet bekend is. RVO zit momenteel op een niveau van 1.240 MWp toevoeging aan alleen SDE projecten. Bij VertiCer was er helaas een gigantische anomalie in de augustus rapportage opgetreden, die inmiddels lijkt te zijn hersteld na rapportage door Polder PV (zie laatste maandrapportage van Polder PV). VertiCer komt nu op een jaarvolume van alweer 2.186 MWp, veel hoger dan RVO. De verhouding na deze wijzigingen blijkt tot nog toe, wederom in extremo in het voordeel van VertiCer te zijn (RVO : VertiCer ruim 43%!). Over dit soort forse verschillen tussen de twee datasets zal nog wel water door de Rijn gaan vloeien, ze zijn lastig te duiden. Mogelijk is er aan het eind van 2025 meer duidelijkheid over deze waargenomen verschillen.

Project gemiddelde capaciteit verschillen

Een andere observatie is de trend bij de gemiddelde project dan wel beschikking omvang. Bij RVO ontwikkelde de gemiddelde omvang per beschikking zich, bij de nieuwe installaties per kalenderjaar, tussen 1,81 en 2,13 kWp in 2008-2009 (vrijwel uitsluitend residentiële mini projectjes) tot 865 kWp gemiddeld in 2022, en zelfs al 1.531 kWp in 2023. Bij VertiCer is de evolutie vanaf het eerst bekende jaar, 2009, 4,97 kWp, tot 768 kWp in 2022, en alweer 1.982 kWp in 2023 (!). De verwachting is, dat de cijfers in de laatste 2 jaren nog wel behoorlijk kunnen wijzigen, maar de onherroepelijke trend is, en blijft: een enorme schaalvergroting bij de nieuwe PV projecten per kalenderjaar, in beide dossiers.

Mocht u inhoudelijk commentaar hebben op deze observaties, hoor ik die gaarne van u (via het bekende mail-adres).


(d) Actuele portfolio aan overgebleven SDE beschikkingen voor PV (zwarte sectie in tabel), accumulaties

Dit alles (oorspronkelijk beschikt minus verloren gegane beschikkingen cq. realisaties) leidt tot een "overgebleven" pool aan beschikte projecten die nog opgeleverd moet gaan worden. Of, bij pech, tot extra verlies om wat voor reden dan ook. Zie de laatste, zwarte sectie in de tabel. Door de toevoeging van de beschikkingen voor SDE 2023 in een vorige update, in combinatie met tussentijdse realisaties, en wegval, bij andere regelingen, is hier weer e.e.a. in gewijzigd.

Sequentie overgebleven, nog te realiseren beschikte capaciteit

In de april 2025 update waren er bij RVO voor SDE 2019 I tm. SDE 2023 nog 1.769 beschikkingen over, resp. 5.869 MWp door RVO toegekende capaciteit. In de update van januari 2025 was dat nog, vanaf SDE 2017 I, 6.420 MWp, in oktober 2024 6.847 MWp, in juli 2024 8.047 MWp (incl. toen toegevoegde SDE 2023), in april 2024, nog zónder SDE 2023, 5.977 MWp, in januari 2024 7.072 MWp, in oktober 2023 7.973 MWp, juli 2023, met SDE 2022, 9,8 GWp, april 2023, nog zónder SDE 2022, 8,7 GWp, januari 2023 9,2 GWp, oktober 2022 10,4 GWp, juli 2022, mét SDE 2021 11,7 GWp, april 2022, nog zónder SDE 2021, 8,5 GWp, januari 2022 10,9 GWp, oktober 2021, incl. SDE 2020 II, 11,8 GWp, juli 2021, nog zónder SDE 2020 II, bijna 9,0 GWp, april 2021 9,8 GWp, januari 2021 10,9 GWp, sep. 2020, met SDE 2020 I toegevoegd, 12,1 GWp, juli 2020, nog zonder SDE 2020 I 9,4 GWp, apr. 2020, nog zonder SDE 2019 II 8,1 GWp, jan. 2020 nog 9,3 GWp, nov. 2019 10,1 GWp, aug. 2019, nog zonder SDE 2019 I, nog ruim 8,2 GWp.

Deze resterende capaciteit van ruim 5,9 GWp blijft een groot volume, voor een klein land wat, eind 2024, volgens de meest recente CBS update, inclusief de projecten markt, én residentieel, na al die jaren, 24.359 MWac aan PV "systeem" capaciteit had staan (AC vermogen, generator capaciteit nog niet gepubliceerd). Puur theoretisch zou dat volume alleen al vanwege de resterende, nog niet ingevulde SDE beschikkingen, en exclusief het nog niet gekende volume voor SDE 2024, met maximaal een kwart kunnen toenemen. Maar helaas gaat daar natuurlijk nog heel veel capaciteit om diverse redenen van wegvallen. Zoals de soms schokkende cijfer historie bij RVO heeft aangetoond, de laatste jaren.

De kleine resterende volumes voor SDE 2019 I-II, 29,6 MWp, verdeeld over 7 beschikkingen, zal, afhankelijk van realisatie of definitieve "afvoer", niet veel meer uitmaken gezien de geringe omvang.

Wat de som nog forse resterende volumes voor de opvolgende regelingen betreft, vanaf SDE 2020 II, moet daar deels wel voor worden gevreesd, als ze niet op tijd gebouwd of aan het net kunnen worden gekoppeld. Mede gezien de smaller geworden tijd-vensters voor de oplevering, gecombineerd met de hardnekkige, continu om zich heen grijpende netcapaciteit problemen en tekorten aan personeel bij de netbeheerders. Voorspellingen zullen op dit vlak met prudentie moeten worden genoten (zie tweet over een dergelijke suggestie), want het aantal onzekerheden over de (potentie aan) realisaties neemt alleen maar toe. Zelfs als we er van uitgaan dat verschillende "oplossingsrichtingen" voor de beperkte net capaciteit al lang in gang zijn gezet (voorbeeld bericht TenneT van 8 april 2025). Makkelijk zal het allemaal beslist niet gaan.


(e) Ratio SDE+/SDE

Onderaan twee velden in de grote verzamel-tabel heb ik weer de ratio berekend van de officieel overgebleven beschikte volumes voor alle SDE "+" t.o.v. de oude SDE regelingen (rode veld), en dit herhaald voor de reeds door RVO als opgeleverd beschouwde project beschikkingen (groene veld). Die verhouding ligt, vanwege heftige toevoegingen van beschikkingen onder met name de laatste acht SDE "+" rondes, verminderd met de tussentijdse aanzienlijke hoeveelheden reeds verloren gegane exemplaren, inmiddels rond de 2,2 voor de aantallen overgebleven beschikkingen. In de update van juli 2017 was het slechts een factor 0,6. De SDE werd door duizenden particuliere toekenningen gedomineerd, en die was tot niet zo lang geleden bepalend voor deze inmiddels aardig "recht getrokken" verhouding. Bij de realisaties is die verhouding inmiddels ook op dat niveau beland, een factor 2,2.

Bij de capaciteiten is de verhouding precies andersom, omdat SDE "+" gedomineerd werd door talloze zeer grote projecten. Bij de overgebleven beschikkingen, incl. de zeven toegevoegde SDE 2017-2019 en SDE 2020 I regelingen, is die factor flink gedaald, naar een verhouding 232 : 1 (SDE "+" staat tot SDE; in de update van september 2020 was dat nog 326 : 1).

Bij de realisaties ligt die verhouding nog iets lager, al is ze wel flink toegenomen, inmiddels een factor 229 : 1 (in de update van januari 2024 nog 210 : 1). In de update van juni 2018 update was dat nog 17 : 1, die ratio is dus aanzienlijk opgelopen sinds dat jaar. Nogal wat grote projecten in de resterende verzameling beschikkingen zijn nog niet opgeleverd, inclusief grote volumes uit de recentere regelingen. Als ze worden gebouwd, zal de ratio verder gaan toenemen t.o.v. de SDE volumes.

Tot slot, bij de gemiddelde systeemgrootte vinden we die trend wederom terug. SDE "+" staat tot SDE bij de overgebleven beschikkingen 107 : 1, bij de realisaties iets lager, een factor 105 : 1 (juni 2018 update 43 : 1). Ook deze verhoudingen kunnen wijzigen, naar gelang er een fors aantal grote "SDE + projecten" daadwerkelijk alsnog gerealiseerd zal gaan worden.

Ratio SDE++/SDE+

Helemaal onderaan heb ik ook weer berekeningen gemaakt voor dergelijke verhoudingen tussen de beschikkingen en realisaties van de tot nog toe bekende 4 SDE "++" rondes (SDE 2020 II tm. SDE 2023). Omdat er veel meer volume onder SDE "+" is afgegeven dan tot nog toe onder SDE "++", is die verhouding telkens kleiner dan 1.

Bij de (overgebleven) beschikkingen is die verhouding SDE++/SDE+ bij de aantallen een factor 0,2 : 1, bij de realisaties 0,13 : 1. Bij de capaciteit is die factor 0,7 : 1 bij de beschikkingen, bij de realisaties is het 0,19 : 1. Kijken we naar de gemiddelde omvang per beschikking, is deze ratio veel hoger, 3,3 : 1 bij de overgebleven beschikkingen. Bij de realisaties is deze ook al in het "voordeel" van SDE "++" omgeslagen: 1,4 : 1. De reden: verdere schaalvergroting bij de opgeleverde projecten, met name onder de SDE "++" regimes.


(f) Evolutie systeemgemiddelde capaciteit volgens RVO beschikkingen

In een van de artikelen over de effecten van de beschikkingen van SDE 2019 I, heb ik reeds uitgebreid stil gestaan bij de belangrijke factor "gemiddelde capaciteit" per beschikking, en bij de realisaties. Zie daarvoor het 5e artikel in die reeks (16 november 2019), paragraaf 3.


(g) Verzamel grafieken alle SDE regelingen - Aantallen en capaciteit bij beschikkingen / realisaties

In deze paragraaf toon ik weer de meest recente versies van de 2 bekende "stapel grafieken" met de begin april 2025 overgebleven volumes bij de beschikkingen (weergegeven in de grafiek hierboven, onder a), en bij de door RVO opgegeven "realisaties". Die vindt u hier onder.


Stapelgrafiek met links de kolommen stapel met de overgebleven (!!) hoeveelheden beschikkingen van SDE 2008 tm. SDE "++" 2023 (laatstgenoemde in vorige update bovenaan toegevoegd, paarse segment bovenaan). In combinatie met de voortgaande uitval bij de oudere SDE regelingen, zien we momenteel een cumulatie in de resterende, overgebleven hoeveelheid van 32.392 toekenningen voor zonnestroom (project beschikkingen). Dat waren bij de ooit oorspronkelijk vergeven exemplaren nog 62.528 beschikkingen (zie tabel en eerste grafiek onder a), waarvan dus al een aanzienlijk deel in de (digitale) papiershredder is verdwenen. De rechter stapel kolom geeft de in de update van 1 april 2025 door RVO formeel als "gerealiseerd" verklaarde hoeveelheden beschikkingen per regeling weer. Met als voorlopige cumulatie 30.623 beschikkingen gerealiseerd. Wat 93,5% van het overgebleven aantal "totaal overgebleven beschikt" (linker stapel) is. Weer een lichte toename t.o.v. de 93,4% in de vorige update.

Goed is hier het grote verschil tussen de SDE 2019 II en SDE 2020 I regelingen te zien. De eerste had relatief zeer weinig beschikkingen, die gemiddeld per stuk echter wel "zeer groot" waren. De laatste SDE "+" regeling, 2020 I, had een record aantal aan gemiddeld genomen véél kleinere toekenningen, waar, ondanks de massieve uitval, nog steeds veel volume van over is. Bij de realisaties is de verhouding tussen de 2 regelingen vergelijkbaar met de nu actuele stand van zaken bij de overgebleven beschikkingen.

Daar bovenop zijn links de nieuwe volumes voor SDE 2020 II tm. SDE 2023 gestapeld, waarvan echter nog maar relatief weinig beschikkingen zijn opgeleverd. "Onderin" de kolommen stapel is er tot en met SDE 2019 vrijwel geen activiteit meer, omdat al die oudere regelingen geen openstaande beschikkingen meer hebben, of nog maar een handvol (SDE 2019 I-II). Wel blijft er zeer regelmatig uitval bij de oudste SDE regelingen optreden. Die uitvallers zien we druppelsgewijs in deze, en de voorgaande grafiek terug komen, al hebben ze relatief weinig impact. Voor SDE 2008 begint deze wegval inmiddels wel significant te worden, met de 222 + 47 + 84 extra weggevallen beschikkingen uit de RVO bestanden in de vorige 2, en de huidige update, zijn de resterende volumes duidelijk onder de 4 duizend exemplaren beland. Op momenteel 3.836 exemplaren, om precies te zijn.


Vergelijkbare stapelgrafiek, met nu niet de aantallen (overgebleven) beschikkingen, maar links ditto, de totale capaciteit in MWp die er over is gebleven in de laatste update (met reeds aanzienlijke volumes door RVO virtueel weg gekieperd en dus niet meer zichtbaar). Zie ook de tweede grafiek onder paragraaf (a), voor een vergelijking tussen oorspronkelijk beschikte volumes en op 1 april 2025 daarvan overgebleven hoeveelheden.

De in een recente update nieuw toegevoegde SDE 2023 regeling had oorspronkelijk 3.128 MWp beschikt gekregen, waar inmiddels 3.110 MWp van over is. Het totale volume wat is overgebleven voor alle regelingen inclusief SDE 2023 is momenteel 18.553 MWp. Dat was bij het ooit oorspronkelijk vergeven / beschikte project volume nog 31.595 MWp (zie tabel en grafiek onder paragraaf a), er is dus extreem veel capaciteit al verloren gegaan. Vooral de verliezen bij de SDE 2017 tm. SDE 2020 II regelingen, en onder de drie SDE "++" opvolgers, zijn substantieel. Rechts het nog beperkte "gerealiseerde" volume, althans van de beschikkingen (voor een belangrijk deel niet de werkelijk opgeleverde capaciteit !). Met in totaal "officieel" 12.685 MWp gerealiseerd. In de juli 2023 update werd de 10 GWp grens gepasseerd bij deze parameter. Genoemde, bijna 12,7 GWp, is 68,4% van het (overgebleven) beschikte volume (vorige update 65,8%). Er is dus in ieder geval wat het RVO - SDE dossier betreft, op het gebied van te realiseren capaciteit, nog bijna 32% van het nu (overgebleven) beschikte volume te gaan.

VertiCer / RVO

Het VertiCer (voorheen CertiQ) dossier, met fysiek gerealiseerde volumes, blijkt in hun laatste status updates, zoals te doen gebruikelijk, alweer een stuk verder te zijn, t.o.v. de gerealiseerde volumes beschikkingen van RVO. Bij VertiCer stond eind maart 2025 namelijk alweer 13.816 MWp aan fysieke opleveringen, waarvan het allergrootste deel SDE beschikte projecten betreft (en nog een onbekend, hoogstwaarschijnlijk "zeer beperkt" deel zonder SDE beschikking). Dat volume is wat de realisaties betreft alweer bijna 9% groter dan het totaal aan beschikte capaciteit wat er eind QI 2025 bij RVO nog over zou zijn voor de SDE projecten. Zouden we het reeds bereikte VertiCer volume afmeten aan het overgebleven beschikte totaal volume bij RVO, begin april 2025, zouden we al op 74,5% realisatie komen, duidelijk hoger dan de status bij RVO zelf (kader in grafiek). Met de voorbehouden die daar bij horen.

Normaliter liggen de cijfers bij VertiCer altijd (ver) voor op het RVO - SDE dossier. Feit blijft, dat sowieso bij RVO talloze reeds netgekoppelde projecten nog niet met een "ja" vinkje zijn gezegend in de publiek beschikbare data overzichten. Die dus nog niet in hun (actuele) cijfers kunnen zitten. Die projecten staan al lang in de VertiCer databank, omdat er al meteen garanties van oorsprong aangemaakt moeten gaan worden, "zodra de stekker in het betreffende project gaat". Voor de meeste projecten achter grootverbruik aansluitingen worden maandelijks (automatisch) meetgegevens via de meet-gemachtigde ingediend, die direct naar VertiCer worden doorgesluisd na validatie door de betreffende netbeheerder. Registratie bij VertiCer gebeurt in het grootste deel van de gevallen zeer rap na fysieke netkoppeling. Dagelijks worden updates gedraaid met de nieuwste toevoegingen die door de exploitanten worden doorgegeven, en waarvoor de netbeheerders hun formele fiat hebben gegeven (pers. comm. Polder PV met medewerker van VertiCer rechtsvoorganger CertiQ, in 2022). Wat daarna geschiedt in het RVO traject kan echter vele maanden kosten, voordat dit leidt tot een "formeel ja vinkje" in hún databestand. Ik kom soms nieuwe "ja" vinkjes tegen van projecten die vroeg in 2024, of zelfs in de 2 voorgaande jaren netgekoppeld zijn opgeleverd, dus die vertraging kan bij sommige projecten zeer fors oplopen.

Het verschil tussen "overgebleven beschikt" volume en "gerealiseerd volume status 1 april 2025" bij RVO bedraagt 18.553,5 - 12.685,0 = (in afronding) 5.869 MWp (bijna 5,9 GWp). Dat is de nu nog overeind gebleven "pijplijn" aan PV projecten binnen alle SDE regelingen. Dit is alweer een stuk minder (551 MWp), dan de overgebleven 6.420 MWp pijplijn in de status van januari 2025. De pijplijn droogt snel op, al komt er nog wel het nog niet bekende (max. 2 GWp) volume uit de SDE 2024 bij.

Sowieso gaat hier ook nog heel veel volume van afvallen, gezien de trend van de afgelopen overzichten van RVO. En het is nog steeds niet het "gerealiseerde" volume. Dat kunnen we alleen te weten komen als exacte project informatie beschikbaar komt, zoals in ultimo bij de netbeheerders en VertiCer bekend moet zijn of worden. Polder PV heeft in ieder geval van de "top" in de markt, de grootste projecten, inclusief de inmiddels alweer alhier bekende, 1.046 reeds gerealiseerde, netgekoppelde grondgebonden zonneparken (> 15 kWp per stuk, excl. andere "niet rooftop" projecten zoals drijvende projecten), die de grootste volumes aan MWp-en inbrengen, het meest complete, continu ververste, en gedetailleerde overzicht van Nederland. Voor de zeer recente uitgebreide analyse van de zonneparken in Nederland (peildatum 17 december 2024), volg deze link.


RES & uitgebreid "klimaat doel elektra"

RVO insereerde in oudere updates ook een tabblad bij de projecten status sheets, waaruit bleek dat ze al ruim 5 TWh tekort zouden komen voor het behalen van de oorspronkelijke RES doel (35 TWh productie elektra uit hernieuwbare bronnen op land in 2030), als je alleen van het SDE potentieel zou uitgaan. In de meest recente updates is echter géén nieuwe berekening cq. prognose toegevoegd door RVO.

Recent heeft het CBS echter, voor nadere duiding van de RES doelen, data tot en met 2022 gepubliceerd, met de berekende productie voor wind + zon op land, die eind dat jaar al neerkomen op een volume van 30,47 TWh. Het doel in 2030 is 35 TWh, dus, zelfs al moeten we rekening houden met eventuele tussentijdse bijstellingen van de data door het CBS, dat gaan we spreekwoordelijk (toch) "met de vingers in de neus" halen. Polder PV heeft het verloop van die producties getoond in 1 van de talloze grafieken van zijn recent gepubliceerde "Ultimate solar CBS overzicht" (met ook al veel data tm. medio 2023).

Naar aanleiding van het verschijnen van de nieuwe RVO cijfers, postte de bekend Martien Visser van Hanzehogeschool op 15 januari 2025 een tweet, met een nieuwe berekening van het behalen van de doelstellingen voor 2030, zelfs rekening houdend met "10-15% afschakelen in 2030" (van wind/PV projecten). Hij kwam daarbij op zo'n 43 TWh, wat ruim boven die eerste doelstelling (35 TWh) zou zijn. Hij waarschuwde daarbij wel voor de stagnatie bij de SDE portfolio's, en de gevolgen vanwege de afschaffing van de salderingsregeling vanaf 1 januari 2027.

Het zeer ambitieuze nieuwe doel voor 2030, 55 TWh elektra uit wind en zon op land, is een compleet ander verhaal. Het Planbureau voor de Leefomgeving had daar in een persbericht en bijbehorend rapport, begin december 2023, al harde noten over gekraakt. Ondanks herzieningen van het (positief gegroeide) aandeel van, met name kleinschalig opgewekte zonnestroom, en opwaardering van de resultaten, stelde het PBL toen: "het streefdoel van 55 TWh [zal] nog steeds buiten beeld blijven".

In het op 12 december 2024 gepubliceerde vijfde voortgangsrapport over de RES (Monitor RES 2024), concludeert het PBL inmiddels: "Halen doel 35 TWh heel erg waarschijnlijk; streefdoel 55 TWh heel erg onwaarschijnlijk", en adviseert deze organisatie: "Om doorgroei na 2030 mogelijk te maken is het belangrijk om nu goed na te denken over behoud van draagvlak en een integratie met andere ruimtelijke claims, zoals woningbouw en natuur."

De vraag is, of het huidige "rechtser dan rechts kabinet" van plan zal zijn om nóg meer incentives in de markt te gaan gooien, om die doelstellingen voor 2050 te kunnen bereiken. Drie van de beoogde "coalitie" partijen vinden de duimschroeven kennelijk al hard genoeg aangedraaid, en wensen niet nog strakker beleid op dit gebied. De coalitie lijkt bepááld niet stabiel, gezien recente ontwikkelingen in de Tweede Kamer. Dat lijkt dus, de komende jaren, áls de coalitie tenminste overeind blijft, meer een wensdroom dan een zekerheid ...


Thermische zonne-energie

Over dit kleine andere zonne-energie dossier was al wat langer niet zeer veel zinnigs te melden, gezien de trage ontwikkeling. In de meer recente versies is er echter wel een en ander gewijzigd t.o.v. de update van oktober 2023. In de versie van januari 2024 werden er 7 nieuwe realisaties gemeld, en werd er 1 beschikking afgevoerd uit de RVO databank. In de update van 1 april 2024 zijn er wederom 5 nieuwe realisaties bekendgemaakt. 1 maal een beschikking uit de SDE 2019 II (493 kWth. toegevoegd), 2x SDE 2020 I (841 kWth.), en de eerste SDE 2020 II (350 kWth.), resp. SDE 2021 beschikkingen (232 kWth.), die zijn opgeleverd. Daarnaast is 1 al langer geleden opgeleverde SDE 2016 II beschikking (140 kWth.) afgevoerd, om onbekende reden.

Hier bovenop is een belangrijke nieuwe wijziging gekomen. Of eigenlijk 2. In de update van 1 juli 2024 is een SDE 2019 II beschikking geprullebakkeerd (Nagele Warmte, 322 kWth, in Noordoostpolder). Maar tegelijkertijd is ook de grootste ooit afgegeven beschikking voor thermische zonne-energie, in dezelfde SDE 2019 II regeling als opgeleverd gemarkeerd. Het gaat daarbij, uiteraard, om zonne-energie park Dorkwerd van Novar, in Groningen, wat het lokale stadswarmte net moet gaan beleveren. De beschikking heeft een omvang van 37,4 MWth, wat natuurlijk direct een zeer forse impact heeft op de progressie voor alle regelingen, zoals in onderstaande grafiek getoond (laatste kolom). Volgens Novar zou dit het "3e grootste zonthermiepark ter wereld" zijn (geworden), en het project heeft de grootste SDE beschikking ooit voor deze zonne-energie techniek afgegeven, in de historie van die reeks subsidie regelingen.

In de update van 1 oktober 2024, is de beschikking voor het Dorkwerd project iets neerwaarts bijgesteld (38,28 MWth), en is een klein rooftop project op een appartementencomplex in Blaricum (NH) als gerealiseerd opgevoerd, met een capaciteit van 186 kWth. Het betreft de laatst overgebleven beschikking uit de SDE 2020 voorjaarsronde. Er verdwenen 2 beschikkingen, 1 uit de SDE 2019 II, en 1 uit de SDE 2021 (vermoedelijk teruggetrokken).

Updates 1 januari en 1 april 2025

In de update van 1 januari 2025, zijn er geen nieuwe realisaties afgevinkt door RVO. Wel is er 1 kleine beschikking van 168 kWh-th uit de voorjaars-regeling van SDE 2019 afgeschreven (Nassau Staete, Nijmegen). Verder is er toen niets gewijzigd.

In de huidige update van 1 april 2025 verdwenen er weer 2 beschikkingen, uit de SDE 2022 regeling. Dit bracht een extra verlies op van 8,9 MWth aan beschikte capaciteit. Tot slot, werd de capaciteit voor SDE 2019 II iets opwaarts bijgesteld. Er waren geen nieuwe realisaties.

Tezamen met voorgaande verliezen van oorspronkelijk toegekende beschikkingen, zijn er inmiddels nog 77 beschikkingen voor thermische zonne-energie projecten over, met een geaccumuleerd vermogen van 99,0 MWth. De oudste beschikking komt uit de SDE 2012 (al lang gerealiseerd), SDE 2015 en SDE 2017 II hebben géén beschikkingen voor dergelijke thermische warmte projecten (meer). Er zijn in totaal 71 SDE beschikkingen gerealiseerd middels deze zonne-energie techniek, met als gerealiseerd vermogen 96,4 MWth. Opvallend is, dat onder de SDE 2023 regeling, géén nieuwe beschikte projecten zijn bijgekomen.

Er staan nog maar 6 beschikkingen open. De oudste nog openstaande beschikking is voor een project voor Landgoed Leudal te Haelen (L.), van de SDE 2016 II regeling, waarvan afgevraagd kan worden of die ooit nog wordt opgeleverd. De meest significante overblijvende toekenning is voor 1,2 MWth project op een bedrijfsverzamelgebouw op het terrein van de voormalige, gesloopte, Elektriciteitscentrale Gelderland, pal naast de De Oversteek brug over de Waal in Nijmegen. De 1 MWth veldsysteem installatie bij Marrewijk Amaryllis in de Lier (ZH) is alweer enige tijd geleden opgeleverd.

Naast deze puur thermische zonne-energie installaties ontdekte Polder PV eerder ook nog een "innovatief" project in de groslijst met SDE beschikkingen. Dat is een PVT-project in combinatie met een warmtepomp, met een beschikking voor 3,75 MW thermisch vermogen, die door RVO in de deel-categorie "CO2-arme warmte" van SDE 2021 is ondergebracht. Dat gaat dus deels om een combi-systeem thermische zonnewarmte / fotovoltaïsche omzetting, en deels om genoemd warmtepomp systeem om de opgewekte warmte (ook) direct te gebruiken. Het betreft een project van Escom.nu in een flatgebouw vlakbij metrostation Reigersbos in Amsterdam. Ook deze beschikking staat nog open.

Voor details van de status quo bij eerdere realisaties, zie ook onder de analyse van de 1 april 2022 update (onderaan het artikel).


Bronnen

Frequente updates over de SDE regelingen bij Polder PV, sedert 2008. Huidig exemplaar: status 1 april 2025.

Bronnen (extern):

Feiten en cijfers SDE(+)(+) - RVO, status april 2025

Monitoring zonne-energie - RVO, status 10 oktober 2024 (cijfers betreffende stand van zaken tm. 2023)

Bronnen (intern):

Status updates SDE bij Polder PV over het jaar 2024

update 1 januari 2025

update 1 oktober 2024

update 1 juli 2024

update 1 april 2024

update 1 januari 2024

 
 
 
© 2025 Peter J. Segaar / Polder PV, Leiden (NL)
^
TOP