![]() |
![]() |
||||||||
Nieuws
zonnestroom actueel |
Nieuws & analyses P.V. pagina actueelmeest recente bericht boven Specials:
|
<<<
recenter |
actueel
197 196
195
194
193 192
191
190-181
180-171
170-161 160-151
150-141
140-131
|
5 februari 2025: Update gecertificeerde PV markt januari 2025. Jaargroei 2023 naar record 2.774 MWp nieuwbouw (2022 +39%), aanwas 2024 naar 1.712 MWp. Voor uitgebreide toelichting van de voorliggende historie van de CertiQ data voor gecertificeerde zonnestroom in Nederland, zie de bespreking van 7 maart 2023 (februari rapportage). Voor de transitie van CertiQ naar de nieuwe organisatie VertiCer, zie introductie in de analyse, van 19 juli 2023.
In de huidige rapportage brengt Polder PV de nieuwe resultaten uit de data rapportage van VertiCer, voor januari 2025, waarmee de jaargroei in kalenderjaar 2023 wederom iets verder blijkt te zijn uitgelopen op het volume in 2022, na eerder al het voormalige topjaar 2020 al ver achter zich te hebben gelaten, m.b.t. de gerealiseerde, gecertificeerde PV capaciteit. Het nog zeer voorlopige aanwas volume voor heel 2024 is al rap weer opwaarts bijgesteld, maar dat zal nog vele malen gaan geschieden in latere updates, als meer actuele cijfers beschikbaar komen.
Byzonder is, dat er drie nieuwe rapportages zijn verschenen bij VertiCer, voor november en december 2024, en voor januari 2025. Het laatstgenoemde rapport, met de meest recente (historische) cijfers, wordt in de huidige analyse behandeld.
Wederom worden de verstrekte Garanties van Oorsprong voor gecertificeerde PV projecten gereconstrueerd en grafisch verbeeld over de afgelopen periode. Weliswaar is de onwaarschijnlijke december 2023 opgave in de afgegeven GvO's in een vorige rapportage reeds glad-gestreken, maar de februari 2024 anomalie is nog steeds niet hersteld.
Inmiddels zou, met de recente data, er in de huidige update bijna 14,9 GWp aan gecertificeerde zonnestroom capaciteit in de database van VertiCer zijn geaccumuleerd. Ook byzonder, is het feit dat er een eerste (nog zeer voorlopig) kwartaal cijfer bekend is geworden, waarbij meer dan 1 GWp in drie maanden tijd netto is toegevoegd aan de VertiCer databank. Meer specifiek: QII 2024, met een toevoeging van 1.004 MWp netto.
Tevens blijkt, voor het eerst in de cijfer historie van VertiCer, er meer dan 10 GWp te zijn geaccumuleerd in de grootste projecten categorie, installaties.
Helaas is er wederom een grote anomalie opgedoken in de gerapporteerde uitgifte van Garanties van Oorsprong. Het uitgifte niveau in augustus 2024 ligt veel te hoog, en moet waarschijnlijk worden gecorrigeerd.
Bijstellingen - niets nieuws onder de zon
Benadrukt zal hier blijven worden, dat de voor sommigen (zelfs specialisten uit de zonnestroom sector) wellicht verwarrende, continu wijzigende maand-cijfers bij VertiCer, en haar rechtsvoorganger CertiQ, beslist géén "nieuw fenomeen" betreffen, ook al wordt regelmatig het tegendeel beweerd. Dit is altijd al staande praktijk geweest bij CertiQ, en wordt gecontinueerd onder VertiCer. Niet alleen werd dat zichtbaar in de soms fors gewijzigde cijfers in de herziene jaar rapportages tot en met het exemplaar voor 2019. Helaas zijn daarna geen jaarlijkse revisies meer verschenen. In een tussentijdse analyse van oorspronkelijk gepubliceerde, en toen actuele, bijgestelde cijfers, werd al duidelijk, dat de databank van de destijds alleen onder TenneT vallende dochter continu wijzigingen ondergaat, zoals geïllustreerd in de Polder PV analyse van 4 november 2020. In dit opzicht, is er dan ook niets nieuws onder de zon. De wijzigingen zijn er altijd al geweest, alleen zijn ze inmiddels, met weliswaar de nodige moeite, regelmatig zichtbaar te maken, door de nieuwe wijze van rapporteren van VertiCer. De cijfermatige consequenties daarvan worden weer besproken in de huidige analyse.
Voordat we de huidige resultaten bespreken, blijft de belangrijke, al lang geleden door Polder PV geïntroduceerde, en tussentijds verder aangepaste disclaimer bij alle (zonnestroom) data van VertiCer / CertiQ recht overeind:
*
Disclaimer & verduidelijking: Status officiële VertiCer
(ex CertiQ) cijfers
|
Het overzicht met de eerste cijfers voor december 2024 verscheen in de nieuwe, drastisch gewijzigde vorm op de website van VertiCer, op 3 februari 2025. Referenties naar eerder verschenen historische data zijn uiteraard impliciet als CertiQ gegevens geanalyseerd, in oudere analyses.
2a. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer juli 2021 - januari 2025
(Herziene) status tm. januari 2025
In deze grafiek, met de meest recente actuele en gewijzigde data uit de januari 2025 rapportage van VertiCer, en deels oudere data uit de CertiQ updates, de stand van zaken vanaf juli 2021 tm. januari 2025. De blauwe kolommen geven de ontwikkeling van de aantallen installaties weer (ref.: rechter Y-as), voorlopig culminerend in 34.475 exemplaren, begin februari 2025. Wat, wederom, een netto negatieve groei weergeeft van 425 projecten** t.o.v. de status, eind december 2024 (gereviseerd, 34.900 exemplaren), en zelfs al 1.471 exemplaren minder is dan het tot nog toe hoogste niveau (35.946 in, inmiddels, juli, waar dit voorheen nog mei 2024 was, gereviseerd).
Er vindt dus, zo blijkt al een tijdje kristalhelder, in toenemende mate, een netto uitstroom van projecten plaats uit de VertiCer databank (meer uitgeschreven dan ingeschreven). Wel is er, t.o.v. het ook weer herziene eindejaars volume van 2022, netto bezien in kalenderjaar 2023 een groei geweest van 1.403 projecten in het VertiCer bestand. Wat bijna 46% minder is dan de groei in 2022 (stabiel op 2.591 nieuwe projecten; voor de half-jaar volumes, zie ook nieuwe half-jaar grafiek verderop). Diverse historische data zijn wederom (licht) gewijzigd t.o.v. de december update. Zo is de stand van zaken voor eind (december) 2022 inmiddels 34.027 projecten, in de vorige rapportage waren dat er nog 34.026.
In de gele kolommen (ref. rechter Y-as, in MWp) de bijbehorende geaccumuleerde gecertificeerde PV-capaciteit, die begin augustus 2024 weer verder is toegenomen, van 13.991 MWp in de vorige update, naar, inmiddels, 14.082 MWp. Wat sinds de update van november 2024 iets hoger ligt dan de status van, inmiddels, 13.967 MWp in februari dat jaar. Dit kan uiteraard nog steeds / wederom verder gaan wijzigen in komende updates, zoals ook in alle vorige exemplaren is geschied. Afhankelijk van komende revisies van historische cijfers, lijkt de 10 GWp in dit grote PV dossier, in ieder geval inmiddels begin januari 2023 te zijn gepasseerd.
Deze ronduit opmerkelijke, forse wisselingen in de netto (overgebleven) volumes aan het eind van de laatste maanden, heeft uiteraard ook gevolgen gehad voor de systeemgemiddelde capaciteit, die eind maart 2024 weer flink lager is geworden, waar dit begin dat jaar nog een opvallende tóename was (groene curve). Na deze terugval, is in mei - juli het gemiddelde weer duidelijk toegenomen.
Capaciteit verschillen lopen flink op
Eind 2022 is de geaccumuleerde capaciteit inmiddels op een niveau gekomen van 9.838,1 MWp. In het eerste flink gewijzigde januari rapport voor 2023 was dat nog 9.409,3 MWp. Voor EOY 2022 is sindsdien dus alweer bijna 429 MWp / 4,6% meer volume bijgeschreven dan oorspronkelijk gerapporteerd.
In nog extremere mate is het verschil bij de opgegeven EOY capaciteit voor kalenderjaar 2023. In de eerste rapportage voor eind december 2023 was er sprake van een cumulatie van 11.106,2 MWp. Dat is inmiddels alweer opgelopen naar 12.612,0 MWp, een verschil van 1.506 MWp / 13,6%. Het is goed om deze flink opgelopen verschillen voor reeds "lang" verstreken jaren op het netvlies te blijven houden, want dit gaat natuurlijk ook geschieden met de cijfers voor 2024. Huidige status updates geven altijd een zeer voorlopige stand van zaken weer. De cijfers daarin gepubliceerd, kunnen nog flink gaan wijzigen in latere rapportages.
Groei 2023 t.o.v. 2022 volume, nieuw jaargroei record houder verstevigt positie
Met de huidige, gereviseerde cijfers van de jaar volumes, is de voorlopige groei in het hele kalenderjaar 2023 2.774 MWp geweest. Dat geeft, in grote tegenstelling tot eerdere maandrapportages door Polder PV (in december 2023 rapportage nog slechts een jaar-aanwas van 1.298 MWp!), inmiddels een forse marktgroei t.o.v. de jaarlijkse aanwas in 2022, zelfs al weten we dat alle cijfers nog steeds regelmatig zullen worden bijgesteld. In dezelfde periode in 2022 was het inmiddels geconsolideerde groei volume namelijk 1.991 MWp. De toename in 2023 is tot nog toe dus alweer ruim 39% hóger dan het nu bekende nieuwe volume in 2022 (in de update van december 2023 was het nog 34% láger!). Bij de aantallen nieuwe projecten was juist een zeer hoge netto negatieve groei vast te stellen uit de huidige cijfers (minus 46%). Deze combinatie is op zijn zachtst gezegd, "hoogst curieus", als je niet beter zou weten hoe deze cijfers tot stand komen. Want dat laatste heeft vooral te maken met een forse uitstroom van oudere projecten, die al een tijdje bij VertiCer de nieuwe instroom overvleugelt.
In ieder geval kan óók geconstateerd worden, dat 2023 al een tijdje onbetwist kampioen is geworden, en het nieuwe jaargroei record heeft. Het is voormalig kampioen 2020 (voorlopig laatst bekend groeicijfer: 2.436,9 MWp) inmiddels met een volume van alweer 337 MWp voorbijgestreefd, pending latere updates.
In de groene curve is de uit voorgaande parameters berekende systeemgemiddelde capaciteit voor de gehele, overgebleven gecertificeerde populatie PV-projecten bij VertiCer, in kWp (referentie linker Y-as) weergegeven. Dit blijft door de bank genomen almaar toenemen, en is sedert eind 2022 verder gegroeid, van 289 naar 356 kWp, eind 2023. In januari - februari 2024 nam dit flink toe, naar 388 resp. bijna 392 kWp. Eind april nam dit echt weer stevig af, vanwege de toen doorgevoerde, forse neerwaartse capaciteits-bijstelling, en eindigde voorlopig op 358 kWp gemiddeld. Vanaf mei steeg het weer naar 392 kWp in juli 2024. Ook dit niveau kan bij latere data bijstellingen weer wijzigen, zowel in negatieve, als in positieve zin.
Links in de grafiek vindt u ook de meest recent bekende EOY cijfers voor 2021 weergegeven. Die zijn net als in de vorige updates bijna stabiel gebleven, inmiddels 31.436 projecten, respectievelijk, 7.847,1 MWp. Deze data zijn belangrijk voor de vaststelling van de aangepaste jaargroei cijfers voor 2022, zie paragraaf 3d. Het ziet er niet naar uit dat er nog substantiële wijzigingen in die eindejaars-cijfers zullen komen, op zijn hoogst nog marginale aanpassingen.
... (gigantische) anomalie in augustus - september rapportages inmiddels, in 2 grote stappen, in publiek toegankelijke data hersteld; meest recente cijfers
In augustus 2024 werd helaas weer een ronduit verbijsterend cijfer gemeld door VertiCer, wat met geen mogelijkheid verklaard kon worden, en wat als het grootste data incident in de lange historie (incl. rechtsvoorganger CertiQ) beschouwd kan worden in de solar statistieken. Hierover is uitvoerig gerapporteerd in een vorige maand update, en is commentaar van VertiCer weergegeven in het intermezzo in deel II van die analyse. Met inmiddels alweer verder opgehoogde, en dus nog steeds ongeloofwaardige cijfers volgens de VertiCer tabel, een ongelofelijk volume van 18.295 MWp, wat een onwaarschijnlijke maandgroei van ruim 4,2 GWp in augustus zou geven. Uit de reactie van VertiCer blijkt, dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en accuraatheid van de aangeleverde cijfers bij de netbeheerders ligt, en moet Polder PV derhalve helaas vaststellen, dat er géén (effectieve) uitgangscontrole bij de netbeheerders is voor deze zeer belangrijke data. En dat, bovendien, een lang geleden beloofde ingangscontrole bij VertiCer moet ontbreken, anders had deze enorme anomalie al snel opgemerkt geweest. Niets van dit alles, (enorm) foute ingaves van netbeheerders blijven kennelijk nog altijd "ongeschonden" de publiek toegankelijke data van VertiCer in ernstige mate vervuilen. En van de daaruit volgende statistieken een puinhoop genereren.
In het september rapport was deze enorme anomalie helaas nog niet hersteld (met inmiddels weer bijgestelde gegevens nu 18.257 MWp). Vanwege deze onmogelijke waarden, heb ik destijds beide kolommen doorzichtig gemaakt en met een rood kader weergegeven. Kennelijk ook door aandrang van collegae bij Solar Magazine, is echter in de oktober rapportage eindelijk een eerste flinke correctie doorgevoerd. Begin november wordt nu nog "maar" een volume van 15.890 MWp (vorige rapportage 15.759 MWp) in accumulatie gerapporteerd, maar ik vond het niveau in de vorige rapportages nog steeds "verdacht hoog". Het is dan ook niet verbazingwekkend, dat begin december de accumulatie verder neerwaarts werd bijgesteld, naar, inmiddels, nog maar 13.874 MWp, wat een "logisch volume" lijkt. Het ligt inmiddels zelfs 208 MWp onder het volume, eind juli 2024. Vermoedelijk is er tussentijds een tweede forse wijziging geweest, en was het volume ook voor eind oktober nog veel te hoog. Vandaar dat ik nu drie kolommen, met waarschijnlijk veel te hoge waarden, rood heb gemarkeerd in de grafiek (augustus tm. oktober). Of die tweede wijziging hetzelfde "project" is geweest wat kennelijk destijds foutief door een netbeheerder is aangemeld, of mogelijk zelfs een tweede (of nog meer) project(en), vertelt het verhaal verder niet. En is slechts voer voor puur giswerk, waar we verder niets mee kunnen. Eind 2024 belanden we inmiddels voorlopig op een volume van 14.324 MWp, wat natuurlijk later gewijzigd zal gaan worden.
Eind januari 2025 zijn we inmiddels op een niveau gearriveerd van 14.882 MWp.
De grootste wijzigingen m.b.t. de "augustus anomalie" worden vooral veroorzaakt door flinke neerwaartse bijstellingen voor de grootste project categorie (projecten groter dan 1 MWp), zie ook verderop bij segmentaties in paragraaf 4b).
Als gevolg van de veel te hoge capaciteiten in augustus tm. oktober, en de wél "logische" aantallen netto overgebleven geregistreerde projecten in die maanden, is de daar uit berekende systeemgemiddelde capaciteit natuurlijk ook véél te hoog (groene curve, incorrecte volumes van 510/511 resp. 448 kWp gemiddeld per project weergevend in die maanden). In de november rapportage zijn we eindelijk weer teruggekeerd naar "normale" verhoudingen. Het project gemiddelde kwam toen op een "geloofwaardig" niveau van 394 kWp. Vanaf december lijkt "de normale routine" weer te zijn teruggekeerd, met een normaal aanwas volume, en eind van die maand een netto project gemiddelde capaciteit van 410 kWp. Eind januari 2025 is dat weer verder gestegen, naar bijna 432 kWp. Dat gemiddelde staat wel steeds duidelijker onder invloed van de fors lagere aantallen netto geregistreerde projecten. Hoe meer (kleine) installaties uitgeschreven zullen worden, hoe hoger de te verwachten gemiddelde capaciteit van de overgebleven populatie zal worden. Zeker met de blijvende schaalvergroting bij nieuwe projecten, zal dat het gemiddelde verder omhoog blijven drijven.
** Beter: "het netto overblijvende nieuwe volume, wat het verschil is tussen de (niet qua volume geopenbaarde) uitschrijvingen en de volumes aan nieuwe inschrijvingen".
2b. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer EOY 2009 - 2024
Ik geef hieronder de volledig gereviseerde grafiek met de evolutie van de eindejaars-accumulaties weer. Hierbij is gebruik gemaakt van een separaat verschenen historische update (24 augustus 2024), van de oudere jaargangen, destijds gepubliceerd in CertiQ rapportages, waarin alleen zeer marginale wijzigingen zijn te vinden, en die dus nauwelijks effect hebben gehad op de hoogte van de kolommen. En waarbij de nu bekende, inmiddels deels weer gewijzigde cijfers in het januari 2025 rapport van VertiCer, voor de jaren 2021 tm. 2024, zijn opgenomen. De cijfers voor 2023 en later zijn uiteraard nog zeer voorlopig en kunnen nog behoorlijk gaan wijzigen in komende updates (gearceerde kolommen). Het capaciteits-cijfer voor 2024 heeft inmiddels een veel realistischer niveau bereikt in vergelijking met de evident foutieve waardes in de augustus-oktober rapportages in dat jaar, vandaar dat ik de laatste kolom voor de capaciteit, weliswaar gearceerd (voorlopige cijfers), weer in normale kleurstelling heb weergegeven.
De tweede grafiek in deze sectie geeft niet de maandelijkse progressie (paragraaf 2a), maar de evolutie van de eindejaars-accumulaties van 2009 tm., achteraan, 2024 weer, met alle ondertussen weer gewijzigde data in de huidige VertiCer update. De opbouw van de grafiek is vergelijkbaar met die voor de laatste maand-cijfers, maar om alle data in 1 grafiek te krijgen zonder extreme verschillen, is de Y-as voor alle drie de parameters hier logarithmisch gekozen. Het aantal installaties is fors toegenomen, van 3.767 exemplaren, eind 2009, naar, inmiddels, 34.027, eind 2022, resulterend in een Compound Annual Growth Rate (CAGR) van gemiddeld 18,4% per jaar in 2009-2022. Eind december 2023 staat de teller alweer op 35.430 projecten; de CAGR voor de periode 2009-2023 heeft, met de nog voorlopige data voor met name 2023, een gemiddelde van 17,4% per jaar.
Bij de capaciteits-ontwikkeling is het echter nog veel harder gegaan. Deze nam toe van 18,7 MWp, eind 2009, tot alweer 9.838,1 MWp, eind 2022. Resulterend in een byzonder hoge CAGR, van gemiddeld 61,9% per jaar (!). Wel begint er, voorstelbaar, na zo'n langdurige, spectaculaire groei periode, een afvlakking zichtbaar te worden in de expansie. Wat veel te maken heeft met overal optredende problemen met beschikbare netcapaciteit, gestegen project kosten, forse competitie met andere CO2 besparende opties binnen de nieuwste SDE regelingen, diverse verzwarende omstandigheden voor planning en realisatie van nieuwe projecten (verzekeringen, participatie trajecten, ecologische eisen), beschikbaar personeel, etc. Eind december 2023 is de capaciteit fors doorgegroeid naar een voorlopig volume van 12.612,0 MWp, resulterend in een nog zeer voorlopige CAGR van gemiddeld 59,2% per jaar, in de periode 2009-2023. Hierbij moet ook worden vermeld, dat het eindejaars-cijfer voor 2023 fors is bijgesteld in eerdere updates van VertiCer. Vermoedelijk is er toen veel capaciteit bijgeschreven na de nodige vertragingen in de administratieve verwerking ervan.
Historische bijstellingen
Dat de cijfers in de databank behoorlijk worden bijgesteld, bezien over een langere periode, laten de nu actuele eindejaars-cijfers voor 2021 weer goed zien. Die zijn al enkele maanden vrijwel ongewijzigd, namelijk 31.436 installaties, en een verzamelde capaciteit van 7.847,1 MWp. In het "klassieke" maandrapport voor (eind) december 2021, alsmede in het gelijktijdig verschenen eerste jaaroverzicht, waren die volumes nog maar 30.549 installaties, resp. 7.417,8 MWp. In de laatste cijfer updates zijn de verschillen t.o.v. de oorspronkelijke, "klassieke" maandrapport opgaves van, destijds, CertiQ, derhalve, opgelopen tot 2,9% (aantallen), resp. bijna 5,8% (capaciteit). Uiteraard hebben deze continu voorkomende bijstellingen ook gevolgen voor de uit de EOY cijfers te berekenen jaargroei volumes (YOY).
Uit voorgaande twee parameters werd door Polder PV weer de gemiddelde systeem-capaciteit aan het eind van elk kalenderjaar berekend (groene curve in bovenstaande grafiek). Ook deze nam spectaculair toe, van slechts 5,0 kWp, eind 2009 (bijna uitsluitend kleinere residentiële installaties), tot alweer 356,0 kWp, eind 2023 (bestand VertiCer inmiddels gedomineerd door duizenden middelgrote tot zeer grote projecten incl. zonneparken). Een factor 72 maal zo groot, in 14 jaar tijd. Wat de enorme schaalvergroting in de projecten sector goed weergeeft.
2024
Helemaal rechts in de grafiek zijn ook de, nog zeer premature, cijfers voor eind december 2024 getoond, met een waarschijnlijk "logisch", doch beslist nog niet definitief aantal van 34.900 installaties. Resulterend in een voorlopig netto verlies van 530 projecten sedert eind 2023 (meer projecten uit- dan ingeschreven bij VertiCer). En met een volume van 14.324 MWp voor de capaciteit, waaraan flinke correcties zijn voorafgegaan, na de al eerder gememoreerde "augustus anomalie". Het voorlopig resulterende systeemgemiddelde komt daarmee uit op 410 kWp, beduidend hoger dan de 356 kWp eind 2023.
Voor de nog zeer voorlopige eindstand van 2024 resulteert de CAGR over de periode 2009-2024 inmiddels in een nog steeds respectabele gemiddelde toename van 16,0% per jaar voor de aantallen projecten. Een percentage, wat echter onder druk komt te staan door de netto uitstroom verliezen bij VertiCer. Voor de capaciteit komt de CAGR in de periode 2009-2024 inmiddels uit op een eerste, nog steeds spectaculaire, gemiddelde groei van 55,7%/jaar.
Sowieso zal er voor kalenderjaar 2024 nog veel volume bijgeschreven worden in de vervolg rapportages in het nieuwe jaar. En ook de data voor de eerste maanden van 2024 zullen daarbij nog flink worden bijgesteld. Waar dat alles zal "eindigen", inclusief potentiële andere correcties, is nog een niet te beantwoorden vraag. Er komen in ieder geval nog flink wat aanvullingen en wijzigingen aan voor dat jaar.
3. Maandelijkse, kwartaal-, half-jaar- en jaarlijkse toenames aantallen en capaciteiten bij VertiCer
3a. Maandelijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer augustus 2021 - januari 2025
Ook al moet ook bij deze grafiek de blijvende waarschuwing, dat de cijfers nog lang niet zijn uitgekristalliseerd, en we nog de nodige bijstellingen kunnen verwachten, de trend bij de nieuwe (netto) aantallen projecten door VertiCer, en rechtsvoorganger CertiQ, geregistreerd van maand tot maand, laten, ook in de huidige versie van januari 2025, een zeer duidelijke afkoeling van de PV-projectenmarkt zien sedert de zomer van 2021. Dit heeft deels te maken met het feit, dat er netto bezien steeds meer (oudere) projecten uitstromen bij VertiCer, dan er nieuw worden gerapporteerd en opgenomen in de databank.
Werden er in januari 2022 nog netto 385 nieuwe gecertificeerde PV-projecten bijgeschreven, is dat in de rest van het jaar al zeer duidelijk minder geworden, en vanaf augustus dat jaar zelfs zeer sterk "afgekoeld". Met wat ups en downs, is het laagste volume in dat jaar voorlopig bereikt in november 2022, met, inmiddels, 107 (netto) nieuwe installaties. Daarna veerde het weer even op, daalde stapsgewijs, leidde tijdelijk tot een inmiddels licht positieve groei van netto 19 nieuwe projecten in augustus 2023 en verdere positieve groei in september tm. december. In 2024 zijn de aanwas cijfers per maand tm. mei, en in juli voor het eerst netto, in de eerste updates ook vaak negatief, al in de plus geraakt, al liggen ze op een zeer "bescheiden" niveau. De aanwas cijfers voor juni, en augustus tm. november zijn nu nog netto 9, 78, 122, 250, 278, resp. 318 exemplaren negatief, (allen: minder negatief dan in de vorige update), maar ook dat kan nog in positieve groei omslaan in latere updates. Januari 2025 start met de eerste waarde ook flink onder de nullijn, met netto minus 425 projecten. Ook dat kan / zal waarschijnlijk in latere updates omslaan in positieve, doch relatief lage groei.
Eerder getoonde negatieve groeicijfers voor 2023 zijn inmiddels, zoals gebruikelijk, omgezet in positieve aanwas, a.g.v. de voortdurend wijzigende historische cijfers in de VertiCer bestanden. In een vorige update had augustus 2023 nog een licht negatieve groei, die inmiddels in een zeer bescheiden positieve aanwas is omgeslagen. Dit zal zeer waarschijnlijk ook volgen voor 7 van de laatste maanden waar op dit moment nog negatieve groeicijfers van bekend zijn. In de huidige, januari 2025, update zijn in totaal voor 19 maanden de waarden inmiddels weer aangepast sinds het exemplaar tm. december 2024. De oudste wijziging was voor januari 2023 (1 project toegevoegd). In 2023 zijn voor in totaal 7 maanden weer nieuwe cijfers vastgesteld, voor 2024 zijn alle 12 maand data bijgesteld.
Al zullen de meeste maandwaarden in positieve zin ombuigen in latere updates, zoals in het recente verleden is geschied, de trend is bij de aantallen onmiskenbaar: er worden, netto bezien, nog maar relatief weinig netgekoppelde projecten bijgeschreven bij VertiCer, per maand. Een van de belangrijkste redenen zal zijn, dat er een toenemend aantal uitschrijvingen uit de databank van de Gasunie/TenneT dochter is begonnen, die de instroom (tijdelijk) afremt of zelfs overvleugelt. Waarschijnlijk is de oorzaak de beginnende uitval van de oudste onder SDE 2008 resp. 2009 gesubsidieerde kleine projectjes, die immers 15 jaar subsidie konden genieten. Eenzelfde lot gaat vanaf het huidige jaar de overgebleven beschikkingen uit de uit twee grootte categorieën bestaande SDE 2010 overkomen. We moeten gaan zien hoe het verloop bij de aantallen zich ontwikkelt, nu de subsidie termijn voor de eerste projecten reeds is verstreken, of aan het aflopen is. Uiteraard betekent uitschrijving uit de VertiCer databank verder beslist niet dat de betreffende projecten fysiek zijn, of worden verwijderd. Ze kunnen nog vele jaren lang met een aardig rendement worden ge-exploiteerd door de eigenaren, zonder SDE-gerelateerde inkomsten. Hier is byzonder weinig zicht op, cijfers over het al of niet verder exploiteren van deze oudere projecten ontbreken in het geheel in statistiek moeras Nederland.
Een vergelijkbare grafiek als voor de aantallen (vorige exemplaar), maar ditmaal de ermee gepaard gaande netto maandelijkse toename (of zelfs tijdelijke afname) van de capaciteit van gecertificeerde PV-projecten, in MWp. De evolutie laat een nogal afwijkend, zo u wilt, zeer chaotisch beeld t.o.v. dat bij de aantallen zien, met sterk fluctuerende verschillen tussen de maanden onderling. Ook deze kunnen uiteraard naderhand nog worden bijgesteld. Als voorbeeld: de "netto negatieve groei" in september 2022, al gesignaleerd in het januari 2023 rapport, is uiteindelijk in latere updates in ieder geval omgeslagen in "normale, positieve groei", van, inmiddels, 74,1 MWp.
Bizarre nieuwe pieken voor eerste maand in jaren 2023 en 2024
Wel is er, zoals al bij de eerst-rapportage gemeld (jan. 2024 rapport), een exceptioneel "verschijnsel" zichtbaar voor de maand januari 2023. Die maand had al lang de hoogste "piekwaarde" ooit meegekregen, en is in veel latere maandrapportages continu bijgeplust, tot het in het december 2023 rapport een al zeer hoog volume bereikte van 432,6 MWp. In het "klassieke" CertiQ december rapport van 2022 was nog een zeer hoge november piek zichtbaar bij de capaciteit. Het lijkt er op, dat een groot volume daarvan naar het begin van het nieuwe jaar is geschoven (de vermoedelijke feitelijke datum van netkoppeling). Ook in januari 2022 zagen we eerder al een "nieuw-jaars-piek", maar die is duidelijk kleiner, inmiddels neerkomend op 306,7 MWp nieuw volume (ongewijzigd in de laatste updates).
In de rapportage van januari 2024 is dat al hoge volume opeens extreem opgehoogd naar 770,2 MWp, en is dat momenteel zelfs verder gegroeid, naar 802,0 MWp in de huidige januari 2025 update (ver buiten de hier weergegeven Y-as vallend).
Tweede en derde groei piek & "negatieve pieken"
En dat is nog niet alles, want hetzelfde is geschied met het nieuwe volume voor januari 2024. Dat was in de update voor die maand nog een negatieve groei van -84,6 MWp. In de februari 2024 rapportage sloeg dat in een keer om in een "record positieve aanwas" van 973,2 MWp, wat inmiddels in de huidige update nog verder is opgehoogd, naar alweer 1.184,4 MWp. Een onwaarschijnlijk hoog volume waar Polder PV, net als bij de vorige piek voor januari 2023, geen plausibele verklaring voor heeft. Ik heb in een eerste rood omkaderd venster aangegeven dat het bij beide maandgroei pieken om "uitzonderlijke", vooralsnog onverklaarbare volumes gaat.
Voor februari 2023 was er aanvankelijk een magere positieve groei van 28,1 MWp positief. Deze sloeg echter in de maart rapportage in dat jaar om in een enorme negatieve bijstelling van 316,1 MWp negatief (!), bij een netto aanwas van 65 nieuwe projecten. In de april 2023 update was er een marginale opwaartse correctie naar -312,3 MWp. In de rapportages voor mei 2023 tm. januari 2025 is de negatieve "groei" verder fors geslonken naar, inmiddels, minus 203,0 MWp.
In een vorige rapportage (maart 2024) heeft dit proces zich herhaald, voor het eerste groeicijfer voor die maand. Terwijl de groei in februari 2024 evolueerde van een "bescheiden" negatieve 11,7 MWp naar een inmiddels "normale" positieve 171,0 MWp, kwam maart opeens met een record negatief groei volume van -1.140,9 MWp (!). Dat is in de huidige, januari 2025 update, weliswaar verminderd, maar is nog steeds sterk negatief (-1.010,9 MWp). Ook deze extreme netto negatieve groei is zeer slecht verklaarbaar, of er moeten weer dramatische wijzigingen in de status van de administratie bij VertiCer hebben plaatsgevonden.
Het eerste beschikbare "groei" cijfer voor april 2024 was ook negatief, maar niet zo extreem als in de voorgaande maand, -218,5 MWp. Dit is inmiddels weer minder sterk negatief geworden, in het januari 2025 rapport neerkomend op een negatieve aanwas van -112,1 MWp. De verwachting is dat dit volume nog behoorlijk "opwaarts" aangepast zal gaan worden.
Mei 2024 verraste weer in twee opzichten. Ten eerste, was het eerst gepubliceerde aanwas volume meteen al fors positief was, netto 198,4 MWp, wat tot de oktober update langzaam doorgroeide naar 207,6 MWp. In de november 2024 update, echter, is er een enorm volume bijgeplust, en zou met nog wat extra volume in de huidige, laatste rapportage, de netto aanwas inmiddels zelfs neerkomen op 948,5 MWp, meer dan het viervoudige van het niveau in de oktober update. Ook dit is weer een raadselachtige wijziging, zonder plausibele verklaring.
Juni en juli 2024 begonnen weer op een negatief niveau, maar hebben inmiddels ook positieve aanwas cijfers (168,1, resp. 120,6 MWp).
Zoals al vaker gemeld, kunnen de redenen voor zulke, soms aanzienlijke bijstellingen, en, meestal tijdelijk, zelfs fors negatieve, of positieve netto groei cijfers, zeer divers zijn, zoals destijds gerapporteerd door CertiQ na vragen van Polder PV daar over (artikel 16 januari 2023). Mogelijk zijn er, daar bovenop, deels forse correcties doorgevoerd van foutieve opgaves, al zullen we nooit weten wat precies de oorzaken zijn geweest van deze, hoge impact hebbende, merkwaardige data updates.
Augustus anomalie met gigantische impact - waarschijnlijk in twee stappen hersteld
De eerder al vermelde anomalie in het augustus 2024 rapport van VertiCer heeft natuurlijk een enorme impact bij de afgeleide maandgroei cijfers. Volgens de huidige data, in het januari 2025 rapport, zou namelijk in augustus een groei opgetreden zijn van 4.214 MWp. Dat is, hoe je het ook wendt of keert, een volslagen onmogelijk groeicijfer en moet op een zeer ernstige fout bij VertiCer ( en/of (een) data aanleverende netbeheerder(s) ) berusten†. Deze enorme fout is zichtbaar gebleven in de september en oktober updates. Kennelijk is of zijn de fout(en) in twee stappen hersteld, in de oktober update ging er zeer veel volume van af, en ook in de update van november is er weer een substantieel volume verwijderd, waardoor de accumulatie op een "meer normaal" niveau is gekomen. U vindt die aanzienlijke bijstellingen onder de betreffende maand aanwas cijfers, als negatieve volumes van -2.367 resp. -2.016 MWp. Maar het aanwas volume voor augustus staat nog steeds op de onwaarschijnlijk hoge omvang, de betreffende kolom is dan ook doorzichtig gemaakt en rood omlijnd, met een extra commentaar venstertje.
September begon met minus 86 MWp, wat inmiddels minder negatief is geworden, -38,1 MWp. De verwachting is, dat dit in komende updates fors opwaarts zal worden aangepast, en vermoedelijk zelfs positief zal gaan worden, zoals in de "normale historie" van de VertiCer records.
December 2024 en januari 2025 verrasten alweer, met een direct al hoog "start" volume van 450,9 MWp, resp. 557,7 MWp in de plus.
† Het beknopte antwoord van VertiCer, met vérstrekkende consequenties voor de betrouwbaarheid van hun (actuele) statistieken, is besproken in een apart intermezzo in het vervolg artikel van een vorige analyse, door Polder PV
Zeer forse wijzigingen in VertiCer data
In het tabelletje hier onder heb ik, voor 2023 en 2024, en voor januari 2025, de wijzigingen tussen de oorspronkelijk gepubliceerde groeicijfers per maand en de huidige, meest recent bekende weergegeven, waar duidelijk de, soms zeer forse, continue veranderingen uit blijken die in het VertiCer dossier worden doorgevoerd, in de loop van de tijd. Achteraan cursief weergegeven = wijziging sedert de update van december 2024:
In de huidige update zijn voor in totaal 19 maanden de nieuwe capaciteit volumes inmiddels weer, allemaal opwaarts, aangepast sinds het exemplaar tm. december 2024, voor 7 maanden in 2023, en alle maanden in 2024. De augustus opgave is en blijft onmogelijk, en berust op (een) enorme blunder(s) bij de data verstrekkende netbeheerder(s). De negatieve groei in september is al wat minder geworden. Oktober en november beginnen met de grootste netto negatieve groei cijfers ooit gedocumenteerd, ook al zijn ze later wat bijgesteld, en zijn vermoedelijk forse correcties voor de evident foute opgave in het augustus rapport. December 2024, en januari 2025 starten weer, verrassend, met een netto hoog positief volume.
Als we de nieuwe maandvolumes voor 2022 optellen, komen we inmiddels op een groei uit van 1.991 MWp. Voor 2023 was de groei in een recente update nog maar 1.298 MWp (en daarmee fors lager dan 2022), maar mede door de bizarre toename in januari, en de daar op volgende extra wijzigingen, is de jaargroei voor 2023 inmiddels stevig bijgesteld, naar momenteel 2.774 MWp. Wat inmiddels ruim 39% hóger is, dan in 2022. Bij de aantallen was er een groot negatief verschil, 46% minder netto nieuwe projecten in 2023 (1.403), dan de 2.591 exemplaren in 2022.
Deze twee trends bij elkaar nemend, en accepterend dat er ook een flinke wegval van waarschijnlijk met name kleine oude installaties uit het VertiCer register is geweest, lijkt de hogere jaargroei bij de capaciteit in 2023 nog steeds slecht te rijmen, met het gering aantal overgebleven nieuwe aantal projecten, in vergelijking tot de situatie in 2022. We zullen moeten afwachten, of toekomstige cijfers over deze 2 kalenderjaren meer klaarheid in deze vreemde situatie zullen gaan geven. En anders moeten we, als meest waarschijnlijke oorzaak, accepteren, dat de flinke terugval in aanwas cijfers bij de aantallen, grotendeels veroorzaakt wordt door wegval van (SDE gesubsidieerde) kleine installaties, en dat alleen nog maar grote(re), inclusief nieuw toegevoegde, projecten overblijven, die een zwaar stempel op de nieuwe, en de geaccumuleerde capaciteit zijn gaan zetten.
3b. Kwartaal groeicijfers QIV 2021 - QI* 2025
In een eerdere update heb ik de kwartaal cijfers weer van stal gehaald en in grafiek weergegeven tm. de toen net "volledig", geworden cijfers voor de kwartalen QIV 2021 tot en met QI 2023. In het huidige exemplaar heb ik de soms weer licht gewijzigde data gebruikt, en nog lang niet definitief vastgestelde, ook aangepaste resultaten voor QII 2023 - QI 2025 rechts toegevoegd. Met name de volumes van de meest recente kwartalen zullen nog flink wijzigen, gezien de continue wijzigingen in door Polder PV bijgehouden data historie van VertiCer en haar rechts-voorganger CertiQ. De anomalie voor de capaciteit in augustus 2024 heeft ook hier een enorme impact, en is dan ook wederom in een aparte kleurstelling in de betreffende kolom weergegeven ("kan niet" / geeft absoluut niet de feitelijke marktontwikkeling weer).
Wederom met bovengenoemde disclaimer in het achterhoofd, waardoor de verhoudingen tussen kwartalen onderling dus ook nog lang niet vaststaan (deze zijn sowieso al fors gewijzigd in recente updates), lijkt een conclusie wel al duidelijk getrokken te kunnen worden: Met name de aantallen netto nieuw geregistreerde PV projecten per kwartaal, zijn sinds het laatste kwartaal van 2021 in globale zin stapsgewijs beduidend verminderd. Het aantal nieuwe projecten per kwartaal is afgenomen van, momenteel, 902 exemplaren in QIV 2021, tot nog maar 452, met de nu bekende cijfers, voor QIV 2022, toegenomen naar 585 exemplaren in het eerste kwartaal van 2023, waarna het een bodem bereikte in QIII 2023 (148 netto nieuwe exemplaren). QIV 2023 zit momenteel op een plus van 340 nieuwe projecten. QI 2024 vertoont, mede door de bizarre negatieve groei in maart, en de later komende correcties, inmiddels, na een periode van netto negatieve aanwas, een positieve groei van netto 305 projecten. QII 2024 had in een vorige update nog een netto negatieve groei van 37 projecten, maar dat is in de december en er op volgende januari updates inmiddels omgeslagen in een netto positieve groei van 196 stuks. Wat ongetwijfeld nog fors verder bijgesteld zal gaan worden, in positieve zin.
Hetzelfde geldt voor QIII 2024, met tot nog toe een netto negatieve aanwas van 185 projecten. Het inmiddels ook weer aangepaste volume voor QIV, is ook flink negatief, -846 projecten. En het eerste maand resultaat voor QI in 2025 start ook onder de nullijn, met 425 projecten netto negatief. We zullen later zien of voor de laatste 3 kwartalen uiteindelijk ook nog een "positief" resultaat gehaald zal worden, al zal dat resultaat dan bescheiden blijven t.o.v. de netto aanwas in die kwartalen in eerdere jaargangen.
Bij de nieuwe gerapporteerde netto capaciteit is het verhaal compleet anders, wat vooral is veroorzaakt door de eerder gesignaleerde "excessieve" extra netto groei voor januari 2023 en 2024, en alle tussentijdse, soms bizarre cijfer wisselingen.
Het netto volume per kwartaal nam even toe, van, momenteel, 557 MWp in QIV 2021, naar 627 MWp, in QI 2022, maar is daarna ook, gemiddeld genomen, enkele kwartalen minder geworden. Om een voorlopig dieptepunt te bereiken in QIV 2022, met 375 MWp netto nieuw gerapporteerd volume, gebaseerd op de huidige cijfers.
En toen kwam de "grote verrassing", QI 2023 telde in een vorige update nog 449 MWp nieuw volume, maar dat is, met name door de zeer hoge toevoeging in januari 2023, en de daar op volgende wijzigingen in de maandrapportages, nu alweer een record volume van 942 MWp. Wat nu alweer de helft hoger zou zijn dan de groei in QI in 2022 (627 MWp). Voor de aanwas in QII 2023 geldt momenteel een netto groei van 545 MWp, waar later waarschijnlijk nog wat volume aan toegevoegd zal gaan worden. Het niveau is daarmee, zoals eerder al voorspeld door Polder PV, gestegen, naar bijna 11% boven het niveau van 492 MWp in QII 2022. De nog premature aanwas in QIII 2023 is inmiddels 509 MWp in de plus. Zoals was te verwachten, is dat inmiddels 2,4% méér dan het nieuwe netto volume in QIII 2022 (497 MWp). Tm. de november 2024 update lag dat nog iets lager.
Voor het laatste kwartaal van 2023 is het totale volume, al flink toegenomen in de januari 2024 update, in de versies van mei 2024 tm. januari 2025 verder gegroeid, naar momenteel 778 MWp. Dit is al ruim het dubbele volume, t.o.v. de 375 MWp in QIV 2022, en met nog latere updates aan toevoegingen te verwachten.
2024
De tweede grote verrassing zien we bij de eerste, nog zeer voorlopige resultaten voor QI 2024. Januari was in een vorige rapportage extreem in positieve zin bijgesteld, maart vertoonde een record negatieve groei, en ook in april was de groei negatief. Met de opvolgende extra bijstellingen, is het voorlopige tussen-resultaat voor het hele kwartaal na even "negatieve aanwas" te hebben gekend, inmiddels op een positieve groei van 345 MWp beland. Dat is nog steeds wel een dramatisch verschil met de inmiddels flink verder toegenomen 942 MWp netto groei in QI 2023.
Het tweede kwartaal van 2024 gaf de derde verrassing. Het startte met een negatieve aanwas, maar groeide al rap in positieve zin in de vorige updates. Door de enorme toename voor de maand mei (zie capaciteit grafiek voor de wijzigingen van maand tot maand), is dit volume abrupt toegenomen naar een record niveau van 1.004 MWp groei. Dat is al 6,6% hoger dan de groei bij de vorige recordhouder, QI 2023. En het zou het eerst kwartaal zijn, met een netto groei van meer dan 1 GWp bij de capaciteit.Het derde kwartaal van 2024 is, met de extreme anomalie voor augustus, vooralsnog een enigma, waar natuurlijk de hoge negatieve correcties op zijn gevolgd in het laatste kwartaal. De rood gemarkeerde kolom voor dit kwartaal heeft een onverklaarbare en onwaarschijnlijke toename van, momenteel, 4.296 MWp.
Het vierde kwartaal van 2024 start, met toevoeging van de laatste, voorlopige maand rapportage voor december, en tussentijdse, zeer forse correcties, met een resulterende "historisch negatieve groei" van maar liefst 3.933 MWp in de min. Het blijft afwachten wat van dat bizarre negatieve getal over zal blijven in de komende updates. Als we de nu bekende cijfers voor QIII en QIV middelen, komen we op een gemiddelde groei van 182 MWp per kwartaal. Uiteraard moeten we gaan afwachten wat voor wijzigingen in de latere updates zullen gaan komen, voordat we hier meer klaarheid in kunnen brengen.
Het eerste resultaat voor QI 2025, 558 MWp positief, is nu ook bekend, maar zal zoals te doen gebruikelijk, nog fors gaan wijzigen.
Hoe eventuele verdere wijzigingen bij de capaciteit van gecertificeerde projecten zal gaan verlopen blijft gezien bovenstaande elke keer weer spannend.
Voor de evolutie van de gemiddelde systeem omvang (per maand), zie ook de grafiek onder paragraaf 2a.
3c. Halfjaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer 2022-2025 HI
Omdat een tijdje geleden de eerste resultaten voor het 1e half-jaar van 2023 beschikbaar waren gekomen, en alweer gewijzigd, heb ik in een vorige analyse ook weer de "half-jaar grafiek" van stal gehaald. Die had ik voor het laatst gepubliceerd op basis van de oude CertiQ data in het bericht van 9 januari 2023. Het huidige exemplaar bevat echter alleen de laatst bekende resultaten gebaseerd op de compleet gereviseerde publicatie systematiek bij VertiCer. In deze grafiek worden alleen de resultaten vanaf de 1e jaarhelft van 2022 getoond, tm. de eerste "complete" cijfers voor HII 2023 (tm. december), de voorlopige eerste resultaten voor HI en HII 2024, en het nog zéér incomplete volume voor HI 2025, waarvoor we ongetwijfeld nog de nodige aanvullingen, en forse bijstellingen kunnen verwachten (gearceerde kolommen).
Ook uit deze nog zeer voorlopige halfjaarlijkse groei cijfers blijkt een duidelijke afname van het aantal (overgebleven) projecten in het VertiCer dossier, wat waarschijnlijk heeft te maken met verwijderde kleine projectjes waarvan de oudste SDE beschikkingen zijn vervallen, danwel actief uitgeschreven bij VertiCer. Bij de aantallen projecten nam de bij VertiCer geregistreerde half-jaarlijkse netto aanwas af, van 1.524 nieuwe projecten in HI 2022, via 1.067 stuks in HII 2022 (30% minder), naar nog maar een (voorlopige) groei van slechts 915 nieuw in HI 2023. Wederom 14,2% minder. De tweede jaarhelft van 2023 heeft nog maar 488 netto nieuwe projecten (-47%), maar daar zal waarschijnlijk nog wel het nodige aan gaan wijzigen. In HI 2024 is tot nog toe netto een iets hoger volume bekend, 501 nieuwe installaties, maar vanaf HII 2024 zien we nu nog netto negatieve groeicijfers (-1.031 voor HII 2024, -425 voor de eerste maand van HI 2025).
Bij de capaciteit is het beeld compleet anders (geworden, in de meest recente updates), en is er zelfs een behoorlijke opleving te zien in beide jaarhelften van 2023 en het eerste van 2024. Met de huidige bekende cijfers 1.119 MWp nieuw in HI 2022, 872 MWp in HII 2022 (22% minder), en, vanwege de bizarre, eerder al besproken toename in 1 maand (januari 2023), nu alweer een record bij de half-jaar aanwas, nog eens flink toegenomen naar 1.487 MWp nieuwe capaciteit in HI 2023. Dat is 33% meer dan in HI 2022, en zelfs al bijna 71% meer dan in HII 2022. In de update van december 2023 was het netto aanwas volume voor HI 2023 nog maar 923 MWp.
De tweede jaarhelft van 2023 geeft, met de netto groei van, momenteel 1.287 MWp, al een fors hoger volume te zien dan in eerdere recente updates, en laat momenteel dan ook alweer een 48% hoger volume zien, dan de aanwas in HII 2022. Voor het eerste half-jaar van 2024 zijn de data uiteraard nog zeer fluïde. Het voorlopige resultaat voor het eerste half-jaar is, van een licht negatieve aanwas tm. mei (-12 MWp), inmiddels omgeslagen in een hoge positieve groei van al 1.349 MWp. Al bijna even hoog als in de eerste jaarhelft van 2023. Het niveau in HI 2024 is al 4,8% groter dan de netto aanwas in HII 2023, het netto volume in HII 2024, 363 MWp, is nog maar ruim een kwart daarvan. De eerste maand van 2025 bracht, wellicht verrassend, al een netto groei van 558 MWp met zich mee.
Het zal nog wel even gaan duren voordat er beter zicht komt op de (definitieve) groeicijfers voor de half-jaren, met name voor de recente jaargangen. Uiteraard gaat met name voor het laatste jaar nog wel flink wat wijzigen in deze cijfers.
Mogelijk wordt de trend van véél minder netto overgebleven (want: deels bij VertiCer uitgeschreven) aantallen installaties, en nog steeds relatief hoge groeicijfers voor de capaciteit, nog verder versterkt, doordat er regelmatig kleinere projecten worden uitgeschreven bij VertiCer (zie tabellen onder paragraaf 5), terwijl de overblijvende (en nieuwe) projecten in de bestanden gemiddeld genomen zelfs al veel groter zijn dan de oude (deels zelfs residentiële) kleine installaties.
3d. Jaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer YOY 2009 - 2023*
Wederom naar analogie van de grafiek voor de eindejaars-volumes, ditmaal de daar uit afgeleide jaargroei cijfers volgens de laatste data update van VertiCer, in bovenstaande grafiek (alle drie parameters met referentie de rechter schaal, logarithmisch weergegeven). Tot en met kalenderjaar 2020 zijn de data gebruikt uit de medio vorig jaar beschikbaar gestelde update (24 aug. 2024), waarin echter nauwelijks wijzigingen zijn opgenomen. De meest recente cijfers voor 2021**, 2022**, en 2023*, rechts toegevoegd, komen uit de huidige update van de data tm. januari 2025, zoals geopenbaard door VertiCer. De grafiek toont dus de meest recente situatie, met de laatst beschikbare bron-cijfers. Mochten toekomstige "historische" jaarcijfers alsnog wijzigen, en wereldkundig worden gemaakt, zullen die in latere updates worden toegevoegd aan deze grafiek. Het is waarschijnlijk, dat eventuele nagekomen correcties, met name voor de oudere jaargangen, marginaal zullen zijn.
Goed is te zien dat er een duidelijk verschil is in de trend bij de nieuwe jaarlijkse aantallen installaties (blauwe kolommen) en bij de nieuwe capaciteit per jaar (gele kolommen). Bij de aantallen beginnen we op een hoog niveau van 3.765 [overgebleven †† !] nieuwe installaties in 2009, het gevolg van de enkele duizenden grotendeels particuliere kleine SDE beschikkingen die in de eerste jaren van de SDE (2008 tm. 2010) werden opgeleverd. Die bron droogde al snel op omdat particuliere installaties de facto uit de opvolger regelingen werden gedwongen (eis minimaal 15 kWp, later ook nog verplicht grootverbruik aansluiting), en zakte de hoeveelheid nieuwe installaties dan ook stapsgewijs naar het dieptepunt van 259 nieuwe projecten in 2014. Daarna zwol het jaarlijkse volume weer aan door een lange reeks van (deels) succesvol geïmplementeerde SDE "+" beschikkingen, tot een voorlopig maximum van 5.503 nieuwe projecten in Corona jaar 2020.
Daarna is, zelfs met grote hoeveelheden nieuw beschikte projecten onder de SDE "++" regimes, het tempo weer fors afgenomen, ook vanwege massieve wegval van beschikte projecten, waar met name de wijdverspreide net-problemen een belangrijke (maar niet de enige) oorzaak van zijn. In 2021 en 2022 zijn met de recentste cijfers nu netto 3.887, resp. 2.591 nieuwe projecten toegevoegd. Dat laatst bekende volume voor 2022 is 47,1% van het record niveau in 2020.
In 2023 is nog maar een beperkt volume van 1.403 (netto) nieuwe projecten bekend (gearceerde blauwe kolom achteraan). Hier kan nog het nodige aan wijzigen, in de te verwachten maandelijkse cijfer updates, later in 2025. Duidelijk is, dat er netto bezien steeds minder aantallen projecten bijkomen. Zoals al vaker gememoreerd, komt dit grotendeels door een toenemende uitstroom van projecten, waarvan grotendeels de subsidie termijn is verlopen. Er komen daarvoor in de plaats slechts relatief weinig nieuwe projecten bij (grotendeels met SDE beschikking), waardoor de netto groei per jaar sterk afneemt, bij de aantallen projecten.
Capaciteit andersoortige trend, met een nieuw record jaar (2023)
Bij de capaciteit is de jaarlijkse aanwas in de beginjaren relatief "stabiel" geweest, met wat kleine op- en neerwaartse bewegingen, van 18,7 MWp nieuw in 2009, tijdelijk zakkend naar 13,0 MWp nieuw volume in 2010, nog eens 4 jaar iets boven dat niveau blijvend, om vanaf 2015 sterk te stijgen. Dat was in het begin vooral vanwege de implementatie van de toen succesvolle SDE 2014 regeling. Er werd elk jaar weer meer capaciteit toegevoegd, tot een voorlopig maximum van 2.436,9 MWp, wederom in het Corona jaar 2020. Maar ook de nieuwe capaciteit begon in de jaren 2021-2022 af te nemen, al was het op een veel minder dramatisch niveau dan bij de aantallen projecten.
In 2021 was het nieuwe netto volume nog 2.007,4 MWp, dat is in 2022 momenteel nog maar 1.991,0 MWp met de bekende cijfers in de huidige update. Dat is voor 2022, met 81,7% van het maximale nieuwbouw volume in 2020, in ieder geval beduidend beter dan de flinke terugval bij de (netto) aantallen nieuwe projecten (47,1%). Met, uiteraard, de blijvende disclaimer, dat ook deze jaargroei cijfers nog niet "in beton zijn gegoten", en nog verder kunnen wijzigen. Opvallend blijft in ieder geval, dat met de laatste updates, het jaargroei volume voor de capaciteit in 2022 continu, maar traag, dichter is toegekropen naar dat van het voorgaande jaar. Het verschil is momenteel nog maar 16,4 MWp.
In 2023 is inmiddels, vooral vanwege de eerder besproken, bizar hoge toevoeging in januari dat jaar, en de nodige toevoegingen in de meest recente updates, een netto volume bijbouw van 2.773,9 MWp geconstateerd (enkele updates hiervoor was dat nog slechts 1.223 MWp!). Dat is nu dus al hoger dan de nu bekende groei in zowel 2021 en 2022, en heeft de eerder vastgestelde record groei in Corona jaar 2020 al met 337 MWp overtroefd. 2023 is dus een nieuw recordjaar, wat de groei van gecertificeerde capaciteit betreft. Met de huidige stand van zaken zou de jaargroei in 2023 dus al ruim 39% hoger hebben gelegen dan de aanwas in 2022, en 13,8% meer dan in vorig record jaar 2020. We hebben echter ook gezien dat data regelmatig (flink) worden bijgesteld, dus de relatieve verhouding van de jaargroeicijfers in deze laatste jaren ligt beslist nog niet vast.
Gemiddelde project omvang
Wederom heb ik, uit deze uit de eindejaars-data afgeleide jaargroei cijfers, uiteraard ook weer de gemiddelde systeemcapaciteit van de nieuwe aanwinsten per jaar berekend, en getoond in de groene curve in bovenstaande grafiek (vermogen in kWp gemiddeld per nieuwe installatie). Deze vertoont, na een lichte inzinking tussen 2009 en 2010, een zeer sterke progressie, van 5,0 kWp bij de nieuwe projecten in 2009, tot alweer ruim 768 kWp gemiddeld per nieuw project in 2022. Een factor 155 maal zo groot, in 13 jaar tijd. Deze enorme schaalvergroting, sterk gedreven door de oplevering van honderden zonneparken en enorme distributiecentra bomvol zonnepanelen op de uitgestrekte platte daken, is een van de belangrijkste oorzaken, van de nieuwe realiteit bij de stroomvoorziening in Nederland: de overal zichtbaar geworden netcongestie, met name op de middenspannings-netten. Voor de bijna actuele situatie, met details, zie de nieuwe gedetailleerde capaciteitskaart van Netbeheer Nederland (gescheiden in netafname resp. -invoeding, in de kaarten is reeds al lang van tevoren gereserveerde capaciteit voor nieuwe, nog te bouwen projecten, ingesloten). Wat uiteraard ook zijn weerslag heeft gekregen op de progressie van de uitbouw van de gecertificeerde nieuwe volumes in de VertiCer databank: die is sterk aan het vertragen. En slechts met veel moeite "op niveau" te houden.
Voor 2023 is een sterke toename van de gemiddelde capaciteit zichtbaar, naar inmiddels 1.977 kWp per project (!). Echter, omdat deze maatvoering van 2 input variabelen afhankelijk is (die beiden netto volumes betreffen, verschillen tussen instroom en uitstroom bij VertiCer), die beiden nog flink, in beide richtingen, kunnen gaan afwijken van de huidige waarden, is er nog niet veel te zeggen over wat dit uiteindelijk op kalenderjaar basis zal gaan opleveren. Het is echter wel waarschijnlijk, dat die gemiddelde nieuwe project capaciteit op een hoog niveau zal komen te liggen, vanweg de sterk neerwaartse trend bij het aantal nieuwe projecten, bij een blijvend hoog niveau voor de nieuwe totale capaciteiten.
†† Met name uit de oudere SDE regelingen, vallen regelmatig lang geleden bij VertiCer voorganger CertiQ ingeschreven projecten weg. Hier zijn verschillende redenen voor. In de uitgebreide SDE project analyses van Polder PV wordt hier regelmatig, en gedetailleerd over gerapporteerd (exemplaar 1 januari 2025, zie hier).
4. 100 procents-grafieken en segmentatie naar grootteklasse
Een van de nieuwe mogelijkheden van de compleet herziene presentaties bij VertiCer, is de segmentatie naar grootteklasse. Daar kon tot enkele jaren geleden uitsluitend iets over gezegd worden op basis van de jaaroverzichten, waar, al lang geleden op basis van een verzoek in die richting door Polder PV, inderdaad werk van gemaakt is door rechtsvoorganger CertiQ. Zoals in de eerste analyses al duidelijk werd, is dit nu ook op maandelijkse basis mogelijk. Met, we blijven dit herhalen, de waarschuwing, dat alle cijfers bijgesteld kunnen worden in latere updates, met name m.b.t. de meest recente data. Bij de al wat oudere periodes vinden wijzingen minder vaak plaats, en zijn ze meestal van een bescheiden omvang.
In het 3e artikel over de eerste resultaten van januari 2023 heb ik al meer-jaarlijkse trends laten zien bij de evolutie van de diverse grootte klasses. Inclusief een toen nog in de bestanden van CertiQ voorkomende enorme anomalie, die niet bleek te zijn hersteld (artikel 14 februari 2023). Van dat historische overzicht is medio 2024 een recente update verschenen, maar daar blijkt nauwelijks iets in te zijn gewijzigd (marginale bijstellingen). De huidige grafiek geeft voor de kortere termijn de nieuwe data tot en met januari 2025, en de aangepaste waarden voor de maanden in de meest recente periode daar aan voorafgaand.
4a. 100 procents-grafiek aantallen per categorie
Een zogenaamde "100-procents-grafiek" voor de evolutie trends van de 8 door VertiCer en haar rechtsvoorganger onderscheiden grootteklassen van de gecertificeerde PV-populatie die zij bijhouden, dit exemplaar voor de aantallen projecten aan het eind van elke maand. Voor eind januari / begin februari 2025 zijn de absolute waarden per grootteklasse rechts weergegeven. Globaal genomen namen de kleinste categorieën (1-5 kWp, 5-10 kWp, en 10-50 kWp) in betekenis af sedert juli 2021, de impact van de grotere categorieën werd groter. Vervolgens kwam er een stabilisatie, omdat het tempo bij de aantallen nieuw netgekoppelde (danwel netto overgebleven) projecten onder de SDE regimes weer flink is afgenomen. In de laatste maand cijfers zien we het aandeel van de kleinste project categorie weer toenemen t.o.v. de overige categorieën, waarschijnlijk omdat de uitval vooral wat grotere projecten betreft.
In de januari 2025 update, is het totale aantal installaties groter of gelijk aan 50 kWp, medio 2021 al meer dan de helft, met het gezamenlijke volume al op ruim 57% van het totaal gekomen (19.735 van, in totaal, 34.475 netto overgebleven projecten). De categorie 100-250 kWp omvat het grootste aantal projecten, 7.387 exemplaren, afgezien van de kleinste installaties tot 5 kWp (overgebleven 8.601 stuks, eind januari 2025). Uiteraard hebben de grotere project categorieën, vanaf 250 kWp, relatief weinig tot bescheiden aantallen. Maar schijn bedriegt: ze omvatten de allergrootste volumes bij de capaciteit, en hebben dus een zéér grote impact op de totale populatie, en dus ook op de te verwachten stroomproductie. Zie de volgende grafiek, in paragraaf 4b.
Plussen en minnen
Een klein deel van de afnemende betekenis van de kleinste project categorieën wordt veroorzaakt door continue uitval uit het databestand van VertiCer (diverse redenen mogelijk, ook al heel lang waargenomen bij de SDE portfolio's, analyse status 1 januari 2025). Daar staat ook weer tegenover dat volledig buiten de populaire SDE regelingen om gerealiseerde kleinschalige projecten bijgeschreven kunnen worden in de registers van VertiCer. Een fenomeen wat compleet onbekend lijkt in de PV sector in ons land, er wordt in ieder geval nooit over gerept, behalve dan bij Polder PV. In 2023 werden er bijvoorbeeld, met de meest recente data, netto 38 installaties in de kleinste project categorie uitgeschreven, maar kwam er tegelijkertijd een verrassende hoeveelheid van 143 exemplaren bij in de categorie 5 tm. 10 kWp, waarvoor normaliter beslist géén (nieuwe) SDE beschikking afgegeven kan zijn sedert SDE 2011 (zie ook tabel paragraaf 5b). Tot nog toe waren het netto 47 uitgeschreven projecten voor de kleinste categorie, resp. netto 19 nieuw ingeschreven projecten voor categorie 5-10 kWp, in 2024.
Dat soort kleine projecten zijn mogelijk afkomstig uit portfolio's van bedrijven zoals Powerpeers, Vandebron, en Allinpower, en het in België al actieve EnergySwap, die geoormerkt garanties van oorsprong (GvO's) van door de afnemer aangewezen projecten afboeken, ter "vergroening" van de stroomconsumptie van de klant. Daar kunnen ook (zeer) kleine residentiële projecten, of bijvoorbeeld kleine installaties op scholen, gymzalen e.d. bij zitten. Om dat soort transacties in Nederland te kunnen / mogen doen, moeten de betrokken projectjes ook verplicht geregistreerd worden bij VertiCer. En die zien we hier dus tevoorschijn komen.
Bijstellingen aantallen per categorie
De grootste categorie, projecten (of eigenlijk: "registraties") groter dan 1 MWp per stuk, omvat eind januari 2025 1.726 installaties. Dit is, zeer byzonder in de VertiCer cijfer historie, 13 exemplaren mínder, dan de 1.739 in de vorige update. En zelfs 26 stuks voor de nieuwe opgave voor de status aan het eind van 2024, in de huidige update (1.754 exemplaren in de grootste categorie). Normaliter stijgt dit aantal met elke nieuwe update. Onduidelijk is waar dit aan ligt. Je zou kunnen denken aan mogelijk te groot ingeschatte vermogens voor die grote projecten, die, na bijstelling, wellicht onder de 1 MWp drempel zijn geraakt. Maar ook dit blijkt niet te kloppen, want bijna alle categorieën zijn (netto) aantallen projecten kwijtgeraakt. Hierdoor ontstaan weer vreemde wisselingen in de statistieken.
Hoe het ook zij, het huidige volume van 1.726 installaties in deze grootste categorie, is slechts 5,0% van het totale aantal op dit moment. Op herhaalde verzoeken van Polder PV, om deze grote "verzamelbak" verder op te splitsen, gezien de dominante hoeveelheid capaciteit in deze categorie (zie grafiek onder paragraaf 4b), is, destijds, CertiQ, helaas niet ingegaan.
4b. 100 procents-grafiek capaciteit per categorie - augustus 2024 anomalie lijkt hersteld
Een vergelijkbare "100 procents-grafiek" als voor de aantallen projecten, maar nu voor de periode juli 2021 tm. januari 2025, voor de daarmee gepaard gaande capaciteiten in MWp. Voor eind januari 2025 zijn wederom de absolute volumes rechts weergegeven, alsmede, voor de grootste categorie, voor eind juli 2024 (vóór de "Grote Augustus Anomalie"). Een totaal ander beeld is hier te zien, met "überdominant" de grootste project categorie (installaties groter dan 1 MWp). Ook is direct te zien, waar de enorme capaciteits-anomalie voor augustus, eerder reeds beschreven, zijn grondslag heeft. Eind juli was het volume in die categorie, met projecten per stuk groter dan 1 MWp, namelijk "nog maar" 9.428 MWp groot (wel alweer, door voortdurende bijstellingen / nagekomen volume, 14,4% meer dan de eind van die maand gerapporteerde 8.238 MWp). Wat in lijn is met de historie van de voorgaande evolutie.
In augustus tm. september zou, volgens de oorspronkelijke cijfers van VertiCer, er al een absurd hoog volume van ruim 13,6 GWp zijn geaccumuleerd in die categorie. Dit is terug te voeren op de toen nog niet publiekelijk gecorrigeerde grote anomalie voor augustus dit jaar, en heeft een enorme impact op de kwaliteit van deze 100-procents-grafiek. In de augustus update ben ik kort ingegaan op de onmogelijkheid van deze accumulatie cijfers (paragraaf "29 Dorhoutmeessen"). Omdat de cijfers voor deze 2 maanden onwaarschijnlijk hoog zijn, heb ik deze gearceerd weergegeven, met rode kolom rand. Ook voor oktober zien we een nog steeds onwaarschijnlijk hoge status van, inmiddels, 11,3 GWp, waarbij er kennelijk al een eerste "correctie ronde" over de data heen is gegaan bij VertiCer. In november lijken de data weer "genormaliseerd", en is het volume op een voorstelbaar niveau van 9.330 MWp uitgekomen, zoals in een vorige update al was voorspeld door Polder PV. Vandaar dat ik ook oktober hier gearceerd heb weergegeven, toen was er waarschijnlijk nog steeds sprake van gedeeltelijk incorrecte (veel te hoge) data. De sterk verstorende invloed op de evolutie van alle data in deze 100% grafiek is duidelijk zichtbaar bij de maandcijfers voor augustus tm. oktober.
Status eind januari 2025
De toegevoegde eerste cijfers voor januari 2025 laten weer een groei zien t.o.v. december 2024. Het volume in de belangrijkste, grootste categorie is daarmee gestegen naar 10.459 MWp. Waarmee dus voor het eerst in de (CertiQ / ) VertiCer historie, er meer dan 10 GWp blijkt te zijn geaccumuleerd, in de grootste categorie. Wat tevens al ruim 70% van het totale volume is (bijna 14,9 GWp). Eind juli 2021 was dat nog 51%, het relatieve verschil is dus behoorlijk groot geworden, in 3 en een half jaar tijd.
De grootste categorie heeft tegelijkertijd een relatief bescheiden aantal projecten, de hierboven al genoemde (neerwaarts bijgestelde) 1.726 exemplaren. Dit resulteert in een steeds hoger wordende systeemgemiddelde capaciteit. In juli 2021 was dat nog 4.024 kWp gemiddeld, begin februari 2025 is dat alweer toegenomen naar 6.060 kWp, een toename van 51% in 42 maanden tijd. Een deel van die toename is te wijten aan het feit, dat er 13 projecten in de grootste categorie "verdwenen" lijken te zijn uit de VertiCer bestanden ...
Voor de overige categorieën blijft er dan niet zeer veel "ruimte" meer over op het totaal. Nemen we ook nog de drie opvolgende categorieën mee (flinke projecten van een halve - 1 MWp, 250 - 500 kWp, resp. 100 - 250 kWp), claimen de grootste vier project categorieën het allergrootste geregistreerde volume in de totale markt. Dit was in juli 2021 al 93,3%, eind januari 2025 is dat, met de meest recente data in de huidige update, 96,5% geworden. De kleinste 2 categorieën zijn op deze schaal al vrijwel niet meer zichtbaar. Hun aandeel is begin februari 2025 geslonken naar nog maar 0,11% van totaal volume (15,6 MWp, projecten van elk 5 - 10 kWp), resp. 0,15% (21,9 MWp, projecten van elk 1 - 5 kWp).
Dan resteren, eind januari 2025, nog relatief bescheiden volumes voor de categorieën projecten van 50-100 kWp (totaal volume gedaald naar 357 MWp, 2,4%), resp. 10-50 kWp (van 123 MWp afgenomen naar nog maar 121 MWp, 0,8%).
5. Jaarvolume segmentaties 2022 - 2023
5a. 2022 revisited - status update publicatie 3 februari 2025
In de maandrapport analyse voor januari 2023 publiceerde ik ook een tabel met de nieuw gereconstrueerde cijfers voor de jaargroei voor kalenderjaar 2022. Daar zijn natuurlijk in de tussenliggende rapportages weer veel wijzigingen in gekomen, waarbij ik de laatste stand van zaken in de januari 2025 update hier onder weergeef in tabelvorm. Voor nadere toelichting, zie de analyse bij het januari 2023 rapport. Het is voor het eerst in lange tijd, dat in deze tabel nu geen wijzigingen meer zijn doorgevoerd, de tabel is dus identiek aan die van eind 2024. Dit sluit echter niet uit dat er later nog (marginale) wijzigingen voor 2022 kunnen worden doorgevoerd. Als dat gebeurt, wordt op deze plek in komende updates daar melding van gemaakt, met een aangepaste tabel.
Nieuwe
jaarvolumes 2022 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
Gemiddelde
capaciteit per nieuwe installatie (kWp) |
1-5
kWp |
-53 |
-2,0% |
-0,058 |
-0,003% |
1,1 |
5-10
kWp |
50 |
1,9% |
0,406 |
0,02% |
8,1 |
10-50
kWp |
228 |
8,8% |
7,145 |
0,36% |
31,3 |
50-100
kWp |
438 |
16,9% |
33,606 |
1,7% |
76,7 |
100-250
kWp |
800 |
30,9% |
138,143 |
6,9% |
172,7 |
250-500
kWp |
528 |
20,4% |
182,497 |
9,2% |
345,6 |
500-1.000
kWp |
270 |
10,4% |
193,087 |
9,7% |
715,1 |
>
1 MWp |
330 |
12,7% |
1.436,174 |
72,1% |
4.352,0 |
Totaal |
2.591 |
100% |
1.991,000 |
100% |
768,4 |
Aantallen nieuw "totaal": 2.591; capaciteit: 1.991,000 MWp. De systeemgemiddelde capaciteit van de toevoegingen in 2022 is 768,4 kWp bij de totale volumes. Zie de tabel voor de overige details bij alle segmentaties.
Overduidelijk blijft, dat de grootste groei bij de aantallen nieuwe projecten in 2022 lag bij de installaties van 100 tm. 250 kWp (inmiddels 800 nieuwe exemplaren bekend, 30,9% van totale jaarvolume), met categorie 250 tm. 500 kWp als goede tweede (528 nieuwe projecten, 20,4%). Dat zijn beide populaire categorieën PV projecten op boerderijen, kleinere industriële daken en -complexen, en bij het midden- en kleinbedrijf.
Opvallend blijft het forse volume van, inmiddels, 330 nieuwe installaties in de grootste projecten categorie >1 MWp (12,7%), waar de meeste grondgebonden zonneparken en grote rooftop installaties op distributiecentra e.d. onder vallen. Ook valt de negatieve groei van de kleinste project categorie op, er zijn in totaal netto 53 projecten uit de databank van VertiCer "uitgeschreven" in 2022. Daarvoor zijn diverse redenen mogelijk, waar onder mogelijk eerste oude projecten met een SDE 2008 of 2009 beschikking, die door hun subsidie termijn heen zijn, en waarvan de eigenaren actief de registratie bij VertiCer hebben be-eindigd.
Bij de capaciteit is het verhaal compleet anders. Hier blijft de categorie projecten groter dan 1 MWp alles veruit domineren, met maar liefst 1.436,2 MWp van het totale 2022 jaarvolume (72,1%) op haar conto, een zoveelste illustratie van de schaalvergroting in de projecten markt. De drie opvolgende categorieën kunnen nog enigszins - op grote afstand - meekomen, met aandelen van 9,7, 9,2, resp. 6,9% van het totale toegevoegde project volume (capaciteit). De kleinste 3 categorieën doen uitsluitend voor spek en bonen mee bij dit grote projecten-geweld (aandelen 0,36% of veel minder bij de capaciteit).
5b. Groei in 2023 (voorlopig) - status update publicatie 3 februari 2025
Naar analogie van de cijfers voor de nieuwe aanwas in heel 2022 (vorige tabel), geef ik hier onder de uiteraard nog voorlopige data voor de 12 maanden van 2023 (cumulatie januari tm. december), volgens de cijfers in het laatste maandrapport verschenen op de VertiCer website. Ondanks de hier al weergegeven aanpassingen, gaat er waarschijnlijk nog wel meer veranderen aan deze data, dus nog zéér voorlopige cijfers voor dat jaar (cursief: wijziging t.o.v. rapportage december 2024). De meeste primaire data zijn in de januari 2025 update gewijzigd t.o.v. die in het voorlaatste maandrapport (cijfers voor 2 kleinere categorieën, en voor de grootste, zijn ongewijzigd).
Nieuwe
jaarvolumes 2023 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
Gemiddelde
capaciteit per nieuwe installatie (kWp) |
1-5
kWp |
-38 |
-2,7% |
-0,040 |
-0,001% |
1,1 |
5-10
kWp |
143 |
10,2% |
1,255 |
0,05% |
8,8 |
10-50
kWp |
73 |
5,2% |
2,306 |
0,08% |
31,6 |
50-100
kWp |
260 |
18,5% |
19,819 |
0,7% |
76,2 |
100-250
kWp |
329 |
23,4% |
54,611 |
2,0% |
166,0 |
250-500
kWp |
215 |
15,3% |
70,951 |
2,6% |
330,0 |
500-1.000
kWp |
167 |
11,9% |
123,249 |
4,4% |
738,0 |
>
1 MWp |
254 |
18,1% |
2.501,697 |
90,2% |
9.849,2 |
Totaal |
1.403 |
100% |
2.773,848 |
100% |
1.977,1 |
Uit dit overzicht blijken 2 zaken kristalhelder: de groei is in 2023, wat de toegevoegde capaciteit betreft, in bijna alle kleinere categorieën "niet van betekenis" geweest, en/of, vanwege de vele wijzigingen in de actuele databestanden bij VertiCer, hebben deze zelfs (tijdelijk ?) tot negatieve groeicijfers geleid t.o.v. de herziene status aan het begin van het jaar (= status EOY 2022, vorige tabel). Er zijn vanaf begin 2023 nogal wat wijzigingen geweest in de updates van dat jaar. Sommige voorheen "negatieve groeicijfers" zijn inmiddels omgeturnd in positieve exemplaren, en vice versa. De categorie 10-50 kWp had eerst negatieve groeicijfers, kwam bij de aantallen op precies nul uit in de update van juli 2024, en laat nu al een positieve groei zien van 73 exemplaren. Nogmaals wijs ik op het oorspronkelijke, uitgebreide commentaar van CertiQ, hoe dergelijke (tijdelijke) negatieve groeicijfers en wijzigingen daarin tot stand kunnen komen in hun databestanden.
Negatieve groei cijfers zijn er nu alleen nog maar voor zowel aantallen als bij de capaciteit bij de categorie 1-5 kWp (-38, resp. -0,040 MWp). Het gemiddelde van die "netto afvoer" geeft een project gemiddelde van 1,1 kWp.
In totaal zijn er netto bezien in 2023 nog maar 1.403 nieuwe projecten bijgekomen, dat zijn er slechts 15 meer dan in de voorgaande update. Dat zal echter nog steeds bijgesteld kunnen gaan worden in komende updates. Het blijft in ieder geval een zeer laag niveau, dat is al een tijdje duidelijk. Een neergaande trend bij de netto bijkomende projecten was al veel langer zichtbaar in de klassieke maand rapportages. Zie de eerste grafiek in de analyse van het laatste "gangbare" maandrapport van rechtsvoorganger CertiQ (december 2022). Deze trend lijkt zich te hebben versterkt, vooral bij de netto aantallen nieuwkomers (netto = nieuwe aanwas minus bij VertiCer uitgeschreven projecten per maand).
Flinke wijziging bij groei capaciteit in 2023
Wat overblijft, is het enige positieve punt, namelijk de groei van de capaciteit, ondanks de vele, structurele problemen in de markt (met name voorhanden actuele netcapaciteit en hogere project kosten). De facto is die vrijwel exclusief neergekomen op een toename in, het wordt eentonig, de grootste project categorie (registraties per stuk groter dan 1 MWp). Want daar werd tussen januari en eind december 2023 een aanzienlijk volume van 2.501,7 MWp aan toegevoegd, ruim 90% van het totale nieuwe record jaar volume van bijna 2.774 MWp. Inmiddels dus al duidelijk hoger dan de niet meer formeel gewijzigde jaargroei van voorgaand record jaar 2020 (bijna 2.437 MWp). Dit was in de update van eind 2023 nog maar 1.298 MWp, de bizarre toename van het bij VertiCer geregistreerde vermogen in januari 2023, gevolgd door de vele verdere wijzigingen in de volgende updates, is hier grotendeels debet aan. Er wordt dus heel veel volume later bijgeschreven voor reeds verstreken jaren, het is goed dat men dit beseft. Met bovengenoemd volume is 2023 bovendien het nieuwe record jaar geworden bij de aanwas cijfers voor capaciteit in de gecertificeerde projecten markt.
Schaalvergroting nochmals
De schaalvergroting in de projecten sector wordt duidelijk geïllustreerd, door het feit dat de capaciteits-aanwas voor de grootste PV installatie categorie (projecten per stuk groter dan 1 MWp), in 2023 nu al 74% groter is dan in 2022 (2.502 MWp voor 2023, tabel 5b, versus 1.436 MWp voor 2022, tabel 5a). Dit zien we ook terug bij de gemiddelde capaciteit voor die categorie. Die was in 2023 nog, netto, 4.352 MWp per project. In 2023 is dat gemiddeld 9.849 MWp geworden, een factor 2,3 maal zo groot in 1 jaar tijd!
Ook vanwege de hoge project gemiddelde capaciteit in deze grootste categorie blijft deze een zeer dominant stempel op het totale gerealiseerde volume zetten.
De enige categorieën die nog enigszins iets voorstellen zijn de 3 op een na grootsten, met projecten tussen de 500 en 1.000 kWp, resp. 250-500 kWp, en 100-250 kWp, die momenteel cumulatief in 2023 een verzameling van 123 MWp, resp. 71 MWp en 55 MWp nieuw toegevoegde capaciteit tellen. De overige categorieën stellen weinig voor bij de nieuw opgeleverde capaciteit in deze periode.
2024 pending
In een volgende update zal ik ook de nog zéér voorlopige cijfers voor 2024 gaan toevoegen. Deze zullen in komende updates sowieso nog dramatisch gaan wijzigen en verder aangevuld worden. Vooralsnog is de nu bekende kalender jaargroei 1.712 MWp in 2024, zie ook de optelling van de twee half-jaren in de grafiek in paragraaf 3c. 1.349 MWp toename in het eerste half-jaar, en nog eens 363 MWp in de tweede jaarhelft. Maar die cijfers zullen nog dramatisch gewijzigd gaan worden. Pro memori, dus.
6. Evolutie van gecertificeerde zonnestroom productie / uitgifte van GvO's tm. december 2024
Ook voor deze parameter, afgegeven hoeveelheid Garanties van Oorsprong (GvO's), geldt, dat er op 24 augustus een update van de historische cijfers is gegeven. Deze zijn weergegeven in de tweede VertiCer revisie naast het voorgaande maandrapport. In het huidige bijgestelde overzicht geef ik weer alleen de meest recente cijfers weer, vanaf mei 2021. Voor een fraaie, bijgewerkte grafiek die verder terug gaat in de tijd, zie de update in de bespreking van het augustus 2024 rapport, en het commentaar daarbij. Nadat in een recente update voor het eerst een nog zéér voorlopige, totale jaarproductie bekend is geworden voor 2023, zijn inmiddels de eerste resultaten voor januari tot en met december in het nieuwe jaar, 2024, gepubliceerd. Met, het wordt saai, de anomalie in februari, die ook nog steeds niet officieel is "gerepareerd" in de publiek beschikbare VertiCer data.***
De daar op volgende anomalie die Polder PV ontdekte voor december 2023, en die hij uiteraard direct aan VertiCer rapporteerde, is inmiddels wél gerepareerd. Helaas is daar, het zal u mogelijk niet verbazen, alweer een nieuwe anomalie voor in de plaats gekomen, en wel voor augustus 2024, die, wederom, een onwaarschijnlijk hoge uitgifte van GvO's laat zien ...
In de vorige rapportage ontbraken cijfers voor november, deze zijn in de huidige rapportage toegevoegd, en ook al eerste data voor december.
Opmerkelijk
Opmerkelijk is ook, dat in het januari 2025 rapport, voor het eerst in lange tijd, voor drie maanden in het reeds lang verstreken jaar 2015 (voor februari, juni, en juli), wat (marginale) data van destijds uitgegeven, kennelijk nu pas ontdekte dan wel gevalideerde GvO's zijn toegevoegd. Deze maken verder weinig verschil voor geconstateerde totalen over dat jaar. Wel is het belangrijk te blijven wijzen op het feit dat dergelijke "historische correcties" nog steeds kunnen voorkomen, in de actuele VertiCer data.
De extractie van een continue reeks van zonnestroom productie data uit de nieuwe spreadsheets van VertiCer is niet eenvoudig omdat de zonnestroom data tussen alle overige GvO cijfers in staan (diverse energie productie platforms), sterk verspreid over meerdere locaties, er terug gerekend moet worden naar maand van productie, er continu wijzigingen / bijstellingen zijn, en alle over verschillende periodes uitgegeven garanties van oorsprong (GvO's) voor gecertificeerde zonnestroom uiteindelijk per maand opgeteld moeten worden. Bovenstaande grafiek is het uiteindelijke resultaat, met de meest recent beschikbare reeks van mei 2021 tm. de eerste cijfers voor december 2024. In de maand rapportages lopen de productie resultaten normaliter altijd 1 maand achter op die van de opgestelde generator capaciteit. De productie is weergegeven in de blauwe curve (rechter Y-as als referentie, eenheid GWh = 1 miljoen kWh).
De curves geven het netto resultaat weer van: garanties van oorsprong uitgegeven voor zonnestroom geleverd aan het net (grootste hoeveelheden) + GvO's uitgegeven voor "niet-netlevering" (directe eigen consumptie), minus het aantal om wat voor reden dan ook in de betreffende maand teruggetrokken GvO's. Dat laatste is meestal een relatief bescheiden aftrekpost. In een vorige update was mei 2023 de maand met het hoogste volume wat ooit was afgetrokken (15,3 GWh), netto werd toen voor 1,36 TWh aan GvO's aangemaakt. Daar zijn inmiddels echter alweer 3 maanden overheen gekomen. Ten eerste, maart 2024, met inmiddels 32,6 GWh aan terug getrokken GvO's, en een netto aanmaak (dus minus teruggetrokken) van 776 GWh. December 2023 kwam daar overheen, met inmiddels 89,6 GWh teruggetrokken GvO's (zie ook verderop). In de huidige update is echter, "met stip", november 2024 de nieuwe kampioen geworden. Waarvoor maar liefst 142,5 GWh aan GvO's werden teruggetrokken, ten opzichte van een netto uitgave niveau van slechts 298 GWh ...
Drijvende krachten GvO uitgifte
Er zijn twee "drijvende krachten" achter het verloop van deze curve. Ten eerste natuurlijk de seizoens-variabiliteit, die zich uit in hoge producties in de zomermaanden ("toppen"), resp. lage output in de wintermaanden ("dalen"). Meestal is december de minst producerende maand. Eerder zagen we al dat, sterk afhankelijk van de gemiddelde instralings-condities in de betreffende maand, in de zomerperiodes hetzij mei (2020), juni (2019, 2021, 2022), of juli (2017, 2018) de best performer waren bij de productie. Voor de hier getoonde recentere periode zijn de waargenomen "zomer pieken" langere tijd alle 4 in juni gevallen. De huidige piek waarden voor juni 2021 is ditmaal gestabiliseerd, voor juni 2022 iets toegenomen, en voor juni 2023 iets afgenomen t.o.v. de vorige update. Voor 2024 heeft juni echter plaats moeten maken voor een hogere GvO uitgifte in de opvolgende zomermaand, juli. Die nu 1.369 GWh in de boeken heeft staan, tegenover slechts 1.359 GWh voor juni. Of dat in komende updates ook de nieuwe verhouding zal blijven weergeven, is echter de nog niet te beantwoorden vraag. Dat hangt volledig af van de nog onbekende, nakomende toewijzingen van GvO's voor beide maanden.
De tot nog toe gecertificeerde productie in juni 2023 heeft een nieuw record niveau van, inmiddels 1.561 GWh bereikt. Dat is 25,2% hoger dan in juni 2022, waarvoor tot nog toe 1.247 GWh aan zonnestroom GvO's zijn uitgegeven. Anton Boonstra had voor heel Nederland, voor juni 2023, 11% meer instraling vastgesteld dan in juni 2022, de maand was dan ook "record zonnig" volgens het KNMI. Dit opmerkelijke resultaat voor juni is dus niet verbazingwekkend. Dat, in combinatie met de continu voortschrijdende nieuwbouw van PV projecten (al dan niet met SDE subsidie), maakt dat we eind juni 2023 al een (gecertificeerd) productie record te pakken hebben. Deze piek kan in theorie nog steeds iets hoger kan gaan worden in komende updates, zoals reeds in eerdere exemplaren is geschied.
Ook de piek volumes uit met name 2021 en 2022 kunnen later nog, zij het marginaal, worden bijgeplust. Zeker van de kleinere projecten, die niet maandelijks door een meetbedrijf worden gemeten, komen productiecijfers namelijk heel erg laat pas beschikbaar, en worden ze dan pas aan de databestanden van VertiCer toegevoegd. En worden ze "zichtbaar" in de hier getoonde productie historie. Als dit al geschiedt, zal de impact ervan echter zeer bescheiden zijn.
Juli 2023 duidelijk minder productie dan juni
Het resultaat voor juli 2023 laat een scherpe neerwaartse knik in de grafiek zien, en komt, voorlopig, uit op een productie van 1.222 GWh in die maand, inmiddels 0,7% hoger dan de 1.214 GWh in de zeer zonnige juli maand van 2022. Ten eerste was juli 2023, i.t.t. juni, een historisch bezien "normale" maand wat het aantal zonne-uren betreft. Boonstra meldde dat er in die maand 11,3% minder instraling was dan in juli 2022, en productie is altijd direct gerelateerd aan de hoeveelheid instraling. Dat er nu toch iets meer is geproduceerd, ligt uiteraard aan de ondertussen gegroeide gecertificeerde capaciteit die, ondanks lagere zoninstraling, in totaal dus een hogere output gaf te zien.
In juli 2023 steeg het aantal uren met negatieve prijzen op de stroommarkt behoorlijk, volgens de bekende grafiek van Martien Visser van Entrance op "X" (28 oktober 2023). Het kan dus ook beslist zo zijn geweest, dat hierdoor met name grotere projecten tijdelijk hun productie hebben gestaakt, om geen geld te moeten betalen i.p.v. te ontvangen. Geen productie = geen GvO's. De omvang daarvan is echter nog steeds een aardig mysterie, want die afschakelingen worden bij mijn weten niet nationaal bijgehouden cq. geopenbaard. Visser probeert die verliezen / "non-producties" weliswaar met steeds betere aannames te "modelleren" voor zijn data platform (zie tweet van 27 mei 2024), maar Minister Rob Jetten van MinEZK moest bij beantwoording van vragen van Eerdmans van JA21 het antwoord schuldig blijven over de mogelijke volumes die afgeschakeld zouden zijn / worden. Die zijn volgens hem niet bekend (zie tweet van Polder PV met het betreffende antwoord, van 30 mei 2024). De heer Visser probeert nog steeds de vinger te krijgen achter fysieke afschakeling, zoals bleek uit een recente vraag van hem aan Anton Boonstra over de PV Output.org statistieken. Op 1 januari 2025 schatte hij dat er 0,6 procent-punt van het totaal aan energie uit hernieuwbare bronnen (zon, wind) verloren gegaan zou kunnen zijn in 2024 (post op X).
Resterende maanden 2023 ff.
Augustus 2023 zit momenteel op 1.084 GWh, wat 7,7% lager is dan de 1.174 GWh, die tot nog toe voor ook zeer zonnig augustus 2022 door VertiCer zijn uitgegeven.
Voor september 2023 is tot nog toe voor 929 GWh aan GvO's afgegeven. Dat is al 20,2% meer, dan de al meer geconsolideerde uitkomst voor september 2022 (773 GWh). Dit is in lijn met het feit, dat Anton Boonstra uit de KNMI data 6,8% meer horizontale instraling in september 2023 heeft berekend dan in september 2022 (platform "X", 1 oktober 2023), in combinatie met de toegenomen capaciteit in het tussenliggende jaar.
Oktober 2023 heeft een voorlopig volume van 457 GWh, 8,5% onder het voorlopige resultaat voor oktober 2022. November 2023 heeft tot nog toe 6,5% relatieve minder opbrengst, dan in november van het voorgaande jaar. Voor december, zie de volgende paragraaf.
6a Casussen anomalieën bij GvO uitgifte volumes
(1) Nog niet herstelde nieuwe anomalie GvO uitgiftes februari 2024***; december 2023 wel gecorrigeerd
Februari 2024 heeft een volstrekt onwaarschijnlijk niveau van, inmiddels zelfs 2.135 GWh (!) aan "kennelijk" afgegeven volume van GvO's (dunne blauwe stippellijn). Vooral voor de categorie "Aantal uitgegeven GvO's (niet-netlevering)" was de uitgifte in die maand extreem hoog, 1.937 GWh (91% van totale uitgifte niveau, verminderd met een marginaal niveau van teruggetrokken GvO's voor zonnestroom, 3.380 MWh). Dit is volstrekt onbestaanbaar, en leek toen op een grote fout in het VertiCer systeem te wijzen, waarover ik destijds al een e-mail had verstuurd. Het antwoord kwam op 15 april 2024 binnen bij Polder PV:
*** Naar aanleiding van mijn e-mail aan VertiCer ter opheldering van de hoogst merkwaardige anomalie m.b.t. de gerapporteerde afgegeven hoeveelheid GvO's in de februari rapportage, kreeg ik op 15 april een kort, maar zeer duidelijk antwoord: "De oorzaak ligt in een foutieve meetwaarde die de netbeheerder heeft ingestuurd en geaccordeerd. De netbeheerder heeft na onze constatering een gecorrigeerde meetwaarde ingestuurd". We zouden dus een herstel van deze grote fout kunnen gaan verwachten in een van de komende updates, maar helaas is deze nog steeds niet doorgevoerd in de updates van april tm december 2024. In ieder geval, met dank aan VertiCer voor deze verklaring. Zie verder ook het intermezzo in de vorige analyse, waarin Verticer ingaat op het waarom van uitblijvende data wijzigingen.
Vanwege de nog steeds niet herstelde anomalie, is het betreffende gedeelte in de grafiek gestippeld weergegeven. Het "logische verloop" is in de grafiek weergegeven middels de streepjeslijn tussen de punten januari en maart 2024.
(2) GvO anomalie II - december 2023, is hersteld
Helaas had Polder PV in de data van de oktober update alwéér een nieuwe fout ontdekt. Het nieuwe volume voor december 2023 was opeens veel te hoog. Dat was in de update van september namelijk nog maar 142,9 GWh, een "logisch volume" gezien de historische context. Echter, in de update van oktober was opeens een netto (netlevering + niet netlevering - teruggetrokken) hoeveelheid van maar liefst 224,9 GWh te zien. Dit was weliswaar in de november update iets bijgesteld tot 224,8 GWh, wat slechts marginaal lager lag dan het niveau in in november. Maar, overduidelijk incorrect, véél hoger dan het huidige volume voor zeer zonnige januari 2024 (212,9 GWh) zou zijn. Ik stelde toen al vast dat dit onmogelijk was, zelfs als we zouden aannemen, dat er nog het nodige aan GvO's bijgeschreven zou moeten gaan worden voor al deze maanden. Volgens de definitieve KNMI rapportages voor de maanden november 2023, december 2023, en januari 2024, zou de globale instraling op het horizontale vlak achtereenvolgens 8.798 J/cm², 4.942 J/cm², resp. 8.824 J/cm² te zijn geweest. Waarbij december 2023 van het drietal dus by far de láágste instraling had, en opvolgend januari 2024 veruit de hoogste instraling, hoger nog dan in november 2023.
Geconcludeerd moet worden, dat er iets goed misgegaan moet zijn bij de ingave van de december 2023 volumes. Het enige wat namelijk blijkt te zijn gewijzigd, is een nieuwe entry voor december 2023, toegevoegd in de maand van melding, oktober 2024, waarin een extra volume van maar liefst 82,3 GWh is weergegeven. Wat gewoon niet kan kloppen. Hierover is direct door Polder PV contact opgenomen met VertiCer. Naar aanleiding van enkele vragen hierover kwam een medewerker met een reply, die in het hierboven al gelinkte intermezzo is weergegeven, omdat die belangrijk is voor een beter begrip over de "fouten correctie policy" bij dit dochterbedrijf van TenneT / Gasunie.
Inmiddels lijkt de betreffende netbeheerder haar data te hebben gecorrigeerd. In de december 2024 rapportage, is namelijk een record hoeveelheid GvO's (89,5 GWh) teruggetrokken, waardoor de optelling van netlevering, niet-netlevering, en (negatief) de teruggetrokken hoeveelheid uitkomt op een "normale" maandsom van 142,6 GWh voor december 2023 (huidige update van jan. 2025). In bovenstaande grafiek is daarom ook het eerder geplotte rode cirkeltje verwijderd, we hebben voor die maand weer met een "normaal", cq. "logisch verloop" te maken.
(3) En alwéér een forse anomalie - augustus 2024
Het zal u in het licht van bovenstaande missers wellicht niet verbazen, dat in de januari 2025 update alwéér een nieuwe, grote afwijking, is ontdekt door Polder PV. En wel, voor de nieuwste data voor augustus 2024. Deze laten inmiddels een nieuw, "record" volume aan GvO's geleverd aan het net zien, van 2.791,5 GWh. In de update van december 2024 was dit nog slechts 1.036,4 GWh. Dat volume zou dus met 1 nieuwe rapportage met een factor 2,7 groter zijn geworden, hoogst onwaarschijnlijk. Mede gezien het hoogste "normale" volume wat ooit is uitgegeven, voor juni 2023, 1.296,8 GWh voor netinvoeding.
Met de optelling van eigenconsumptie (219,1 GWh), en onder aftrek van weer ingetrokken GvO's (bijna 5 GWh), komt augustus 2024 netto bezien op een hoogst onwaarschijnlijk niveau uit van bijna 3.006 GWh. Dat is sowieso al veel hoger dan de 2.135 GWh voor februari dat jaar, wat ook al een grote fout blijkt te zijn, die nog niet publiekelijk is hersteld. En het ligt op bijna het dubbele niveau van de "normale" record waarde voor juni 2023, bijna 1.561 GWh.
Ergo: alwéér een grove fout, dus. Die ik in de grafieke wederom met een lichte stippellijn heb weergegeven, en het "waarschijnlijke verloop van de curve", met een dikke streepjeslijn.
VertiCer zal van deze zoveelste anomalie wederom op de hoogte worden gesteld door Polder PV ...
Duidelijk blijft, uit bovenstaande 3 voorbeelden, dat zelfs bij gecertificeerde meetwaarden opgaves, dus (grote) fouten kunnen arriveren op de VertiCer burelen. Dit is, wat Polder PV betreft, een zeer zorgwekkende constatering. Alleen zeer stricte, continue controles op die aangeleverde waarden, kunnen garanderen dat het GvO systeem 100 procent waterdicht blijft.
2024 - alle / andere maandcijfers
In onderstaand lijstje laat ik de verschillen zien tussen de huidige opgave van netto verstrekte GvO's per maand in 2024, de opgave voor dezelfde maand in het voorgaande jaar, en het procentuele verschil.
Maand / nieuwe netto uitgifte / idem zelfde maand voorgaande jaar / procent verschil
Met name voor de laatst gerapporteerde maanden zullen er sowieso nog het nodige aan uitgegeven GvO's bij gaan komen. Standaard bij de GvO data van VertiCer is, dat de eerstpublicatie voor een willekeurige maand al het veruit grootste volume GvO's voor die maand oplevert. Afgiftes die later worden gepubliceerd, zijn al veel geringer van omvang, en worden stapsgewijs kleiner qua volume. Het "doorsijpelen" van later afgegeven GvO's, die met terugwerkende kracht voor de betreffende maand worden bijgeschreven, kan echter zeer lang doorgaan. Dat kan langer dan een jaar duren in veel gevallen.
Meer capaciteit, meer GvO's, maar ook keerzijde
De tweede drijvende kracht achter de curve in bovenstaande grafiek is uiteraard de in het recente verleden zeer onstuimige groei van de projecten markt, met telkens flink meer, gemiddeld genomen steeds grotere PV projecten, wier nieuwe productie volumes in de loop van het kalenderjaar toegevoegd worden aan de output van het eerder al bestaande productie "park". Dat is dé drijvende kracht achter de steeds hoger wordende pieken (bovenop de verschillen in instraling van jaar tot jaar). Alle nieuwe capaciteit zal bijdragen aan het verhogen van de pieken, zelfs al hebben ze in sterk toenemende mate oost-west opstellingen om de voor netbeheerders zeer vervelende "middag-output-piek" te verlagen. Ook het steeds meer om zich heen grijpende fenomeen van afschakelingen bij negatieve marktprijzen, zal in de projecten markt al te sterke stijgingen bij de afgifte van GvO's onder druk zetten. De potentiële zonnestroom productie wordt dus in toenemende mate uitgehold.
Nog niet is bekend, hoe er bij VertiCer omgegaan zal gaan worden met certificaten voor, bijvoorbeeld, door grote zonnestroom projecten tijdelijk in accu's opgeslagen elektra. Mijn vermoeden is, dat zo'n accu dan als "afnemer" gezien zal worden, en dat daarna het recht op "groenheid" bij gebruik verloren is gegaan. Er is immers al bij de productie een certificaat afgegeven, dat kan niet "verdubbeld" worden.
Progressie in winter"dips"
In de productie curve was tot aan een vorige update goed te zien dat de zogenaamde "winter-dips" in de periode 2021 - 2023 ook op een steeds hoger niveau komen te liggen, a.g.v. de almaar toenemende productie capaciteiten, die ook in de winter aan een toenemende hoeveelheid zonnestroom output bijdragen. In deze laatste update blijkt december 2022 weer, achter de komma, een marginaal hoger volume te zijn toegerekend, het blijft echter steken op 137,6 GWh. Dat is wel al 13,6% hoger dan in december 2021 (121,1 GWh), en is zelfs al een factor 4,6 maal het niveau van de "dip" in het winterseizoen van 2017/18 (jan. 2018 29,8 GWh, zie eerder gepubliceerde historische grafiek).
Het gecorrigeerde volume voor december 2023, inmiddels 142,6 GWh aan netto afgegeven GvO's is nu 3,7% hoger dan in die wintermaand in het voorgaande jaar. En het is al een factor 4,8 maal het niveau van januari 2018.
December 2024 is nu voor het eerst gepubliceerd. Met 117,9 GWh ligt het nu nog ruim 17% lager dan het volume in december 2023, maar de verwachting is, mede gezien de historische ontwikkeling van de VertiCer cijfers, dat dit nog fors bijgesteld zal gaan worden. En uiteindelijk zelfs zal gaan omslaan in een positief verschil.
7. Jaarproducties volgens Garanties van Oorsprong
Een herziene versie van de grafiek met de jaarlijkse uitgifte van Garanties van Oorsprong (GvO's) werd door Polder PV gegeven in de analyse van de augustus cijfers van 2024 (link).
Integreren we de data uit dat overzicht, met de meest recente toevoegingen (ook uit eerdere jaren) van de update van 3 februari 2025, krijgen we de volgende grafiek met de totaal uitgegeven hoeveelheden GvO's (lees: zonnestroom producties) in de kalenderjaren 2006 tm. 2023, en de eerste, al forse volumes, voor 2024. Aangezien voor 2024 er nog steeds twee zeer grote anomalieën in de cijfers aanwezig zijn, voor februari, en, nieuw toegevoegd in de huidige update, voor augustus, zal het uiteindelijke uitgifte niveau zeer waarschijnlijk fors lager gaan worden. Tenminste, als die grote fouten ook daadwerkelijk publiekelijk zullen worden hersteld in de cijfers van VertiCer. Vandaar dat ik de kolom voor 2024 gearceerd heb weergegeven.
De tot nog toe bekende zonnestroom productie van uitsluitend de gecertificeerde zonnestroom markt (dus exclusief vrijwel alle residentiële en andere niet bij VertiCer bekende capaciteit) groeide razendsnel. Van nog bijna onmeetbare hoeveelheden in 2006, tot een volume van 219 GWh in 2015. Vervolgens zette de groei stevig in, vooral veroorzaakt door een toenemende hoeveelheid, en steeds grotere, via de SDE regelingen gesubsidieerde projecten. Van 556 GWh in 2016, 1,6 TWh in 2018, 2,9 TWh in 2019, 5,1 TWh in toenmalig record jaar 2020, naar 6,2 TWh in 2021. Aangezien 2022 zeer zonnig was (Anton Boonstra: 13% meer horizontale instraling dan in 2021), volgt meteen een grote sprong naar bijna 8,6 TWh in 2022.
Vervolgens werden er voorlopig al bijna 9,1 TWh aan GvO's afgegeven voor 2023. Hierbij komt ook nog, dat de nodige nakomende volumes van eerdere maanden worden bijgeplust. Het zal daarbij interessant zijn, te zien, wat de balans zal gaan worden tussen de méér productie van de (record) toegevoegde nieuwe gecertificeerde capaciteit in 2023, in relatie tot het feit, dat de cumulatieve instraling in dat jaar, 7,2% láger lag, dan in het relatief zonnige jaar 2022, aldus de data-extracten en waarnemingen van Anton Boonstra.
Verrassend is, dat 2024, met nog veel updates te verwachten, nu al flink boven het kalenderjaar totaal voor 2023 uitkomt, met netto ruim 13,1 TWh aan reeds uitgegeven GvO's. Hiermee is voor het eerst in de historie de 10 terawattuur gecertificeerde stroomproductie in een kalenderjaar al vroegtijdig "geboekt". Echter, omdat er twee zeer grote anomalieën in deze cijfers zitten (feb. en aug.), zal het uiteindelijke niveau veel lager gaan worden.
Reken we de nog te corrigeren fouten voor februari en augustus 2024 mee, zouden er vanaf 2006 tot en met 2024 door VertiCer en haar rechts-voorgangers, inmiddels 48,5 TWh aan garanties van oorsprong zijn uitgegeven voor gecertificeerde PV capaciteit (netto resultaat van netlevering, niet netlevering, minus terug getrokken GvO's).
Intern - eerdere rapportages CertiQ / VertiCer
Voor 2024: zie de lijst gepubliceerd in de update van 6 januari 2025
Voor 2023: zie de lijst gepubliceerd in de update van 1 februari 2024
Voor 2022 en 2021, zie overzichtje onderaan analyse van 9 januari 2023
CertiQ herziet cijfer presentatie methodiek - een nieuw tijdperk ? (8 februari 2023)
Meer licht in de duisternis (?) omtrent ontwikkeling gecertificeerde zonnestroom portfolio in (2019-) 2020 bij CertiQ. (4 november 2020; vroege signalering van sterk wijzigende historische CertiQ data door Polder PV)
Extern
Data overzichten website VertiCer (vooralsnog alleen rapportages over 2023 tm. 2025, en 1 gereviseerd overzicht met data tot juni 2021)
Wijziging correctie meetwaarden (nieuwsbericht voor handelaren op site VertiCer, 6 januari 2025)
NB: de oude website van CertiQ is niet meer actief, de url verwijst door naar de site van rechtsopvolger VertiCer !
2 februari 2025. Zonnestroom productie PV systeem Polder PV - ondergemiddelde januari opbrengst, maar niet het laagst. De zonnestroom productie lag bij Polder PV, onder anderen vanwege diverse ouderdoms-verschijnselen, waaronder hardnekkige problemen bij minstens 1 verbinding (zeker 1 micro-inverter daardoor zeer povere opbrengst genererend), op een ondergemiddeld niveau. De balans van alle cijfers vindt u hier onder.
In deze analyse de cijfers voor januari 2025, voor het referentie systeem bij Polder PV. Wat sedert de netkoppeling van de eerste vier zonnepanelen, op 13 maart 2000, in de basis, eind januari 2025, inmiddels 9.091 dagen in bedrijf is.
De tabel met de gemeten producties van de verschillende "sets" zonnepanelen van Polder PV, voor januari 2025. Naast het opgestelde vermogen in Wp wordt de productie per groep in Wattuur (Wh) vermeld, ernaast de belangrijke afgeleide specifieke opbrengst (in kWh/kWp, hetzelfde als Wh/Wp), waarmee de uit verschillende vermogens bestaande deelgroepjes goed vergeleken kunnen worden. Rechts, de vergelijkbare staatjes voor de specifieke opbrengsten in januari 2024, ontleend aan het bericht over die zonnige maand, op de Polder PV website.
In de vrij sombere januari van 2025 was de kleine Kyocera set (2x 50 Wp op 1 OK4E-100 micro-inverter), wederom de best performer, met 25,2 kWh/kWp, gevolgd door een setje van 2 108 Wp panelen wat pal op zuid staat gericht, en de oudste zonnepanelen set, 4x 93 Wp Shell Solar modules (23,8, resp. 22,6 kWh/kWp). De verschillen met de zeer zonnige januari in 2024 zijn groot, minus 27% voor de set 2x 108 Wp op zuid, tot zelfs minus 36% voor de 2 in de voorste rij staande 108 Wp exemplaren waar al lange tijd structureel problemen mee zijn (rode band).
Het "groeps-resultaat" van de eerste set 108 Wp panelen (6 stuks, paarse band) wordt in negatieve zin beïnvloed door de twee slecht functionerende deelsets in die groep (19,4 kWh/kWp). Deze set liet een 33% lagere opbrengst zien dan in januari 2024.
Het kern-systeem van 10 panelen / 1,02 kWp (lichtgroene band) had een opbrengst van 21,0 kWh in januari, wat neerkomt op een relatief lage specifieke opbrengst van 20,6 kWh/kWp. Dat ligt 31,5% onder het niveau in januari 2024 (30,1 kWh/kWp).
KNMI maandbericht
Januari 2025 was "vrij somber en nat" volgens het KNMI, met 62 zonuren t.o.v. het langjarige gemiddelde van 68 voor die maand. Oost en zuid Nederland hadden ditmaal het minst aantal uren zon, met Twente slechts 47 zonuren. De Kooy bij Den Helder (NH) telde het meeste aantal uren zon, 72 stuks.
Het resultaat voor het 1,02 kWp kernsysteem in januari 2025 is inmiddels geplot in het welbekende maandproductie diagram, wat Polder PV al vele jaren lang elke maand van een update voorziet.
In deze grafiek alle maandproducties van het kern-systeem van 10 panelen (1,02 kWp) bijeen, met elk kalenderjaar een eigen kleur. 2025 heeft een eigen kleurstelling. Tot oktober 2001 waren er nog maar 4 panelen in het eerste systeem, en de producties daarvan zijn dan ook niet vergelijkbaar met de rest van de datapunten. Oktober 2010 was het hele systeem grotendeels afgekoppeld van het net, vandaar de zeer lage waarde voor die maand. Die wordt dan ook niet meegenomen in de berekening van het langjarige gemiddelde per maand, de dikke zwarte lijn in de grafiek.
Januari 2025 begint sub-gemiddeld, maar heeft niet de laagste opbrengst sinds het begin van de metingen. Er zijn negen jaren waarin die maand een lagere productie liet zien.
In deze vergelijkbare grafiek zijn alleen de maandproducties van de laatste vier jaar getoond. 2021 is verwijderd, en 2025 is toegevoegd in deze nieuwe grafiek. Zelfs in zo'n relatief korte periode zijn de verschillen soms groot in de lange zomerse periode. Het relatieve verschil in maart was het hoogst, omdat die maand in 2022 zéér hoog scoorde (zelfs hoger dan de opvolgende maand april). Goed is te zien dat 2024 sterk tegenvallende producties heeft laten zien, afgezien van januari. Dat komt door problemen met de aansluitingen. Januari 2025 begint op een subgemiddeld niveau, maar lag hoger dan in januari 2022. Januari 2024 had een hoge opbrengst voor die maand, die dan ook zeer zonnig was, volgens het KNMI.
In deze grafiek geef ik de cumulatieve opbrengsten per kalenderjaar voor alle maanden per kalenderjaar, tot en met de maand weergegeven in de titel (momenteel: januari 2025). De eerste twee jaren gelden niet voor het gemiddelde of de mediaan, omdat er toen grotendeels nog maar 4 panelen aanwezig waren en de producties dus veel lager dan met tien panelen. Het gemiddelde voor de productie in januari is in de laatste oranje kolom weergegeven, en door de horizontale zwarte streepjeslijn, en bedraagt (periode 2002-2025) inmiddels 23,4 kWh voor dit deel-systeem.
We zien een grote spreiding in de cumulatieve opbrengst voor deze eerste maand, met een zeven-tal jaren die behoorlijk tot flink boven het gemiddelde uitsteken, en nogal wat jaren er (ver) onder. Het overall zeer zonnige jaar 2003 had nog een relatief trage start in die maand (wat later ruimschoots goed werd gemaakt). Drie jaren steken boven de rest uit, met 30-31 kWh productie in januari (2009, 2024, en 2017).
De productie in januari 2025 is 10,3% lager dan het langjarige gemiddelde. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door (een) slechte verbinding(en) bij (minimaal) een paneel, natuurlijk in combinatie met het niet erg zonnige weer.
In bovenstaande grafiek is ook weer de mediaan waarde voor de jaren 2002 tm. 2025 weergegeven, in de vorm van de horizontale, magenta streepjeslijn. Deze waarde ligt iets onder het gemiddelde, op een niveau van 22,8 kWh. De productie in januari 2025 ligt 7,9% onder deze mediaan waarde.
In deze grafiek zijn de voortschrijdende cumulaties van de energie (stroom) productie van het 1,02 kWp basis-systeem te zien, met elk jaar een eigen kleur. 2023 (lichtgeel) was tot voor kort het slechtste productiejaar in de lange historie van Polder PV geworden, met een jaaropbrengst van slechts 868 kWh voor deze deel-installatie. Dat is 2% lager dan het toen nog laagste productie tonende "normale" jaar, 2012 (885 kWh).
2024 heeft, helaas "met stip", 2023 in negatieve zin overtroefd, en kwam, door een combinatie van structurele problemen met de oude installatie, en het beslist niet meewerkende weer door het jaar heen, tot en met december bij de productie op een nieuw laagte-record, 806 kWh (gemiddelde over alle jaren: 922 kWh).
De cumulatieve jaarproducties van de twee hoogst (2003 en 2022), en 2 slechtst presterende jaargangen (2024, 2023) zijn rechtsboven naast de Y-as weergegeven, om een indruk van de spreiding te geven.
2025 begon met een subgemiddelde opbrengst voor januari. Wat het jaar verder zal gaan brengen is nog ongewis.
Data Anton Boonstra, Siderea.nl, NKP, Energieopwek.nl
Boonstra is al enige tijd naar het platform "Bluesky" gemigreerd. Daar worden de bekende kaartjes getoond die hij eerder in een lange periode, getrouw, op Twitter had gepubliceerd. Voor januari postte hij daar weer een exemplaar voor de instraling, en 1 voor de zonnestroom productie gegevens van het PVOutput.org portal, waarvan hij een flinke set data beheert. Voor onderhavig maandverslag ongeveer 1.250, grotendeels residentiële installaties betreffend.
De horizontale instraling in januari 2025 lag in Nederland gemiddeld een flinke 18,1% lager, dan in dezelfde maand in 2024. Er was gemiddeld 19,9 kWh/m² aan instraling, met, als extremen, 18,5 kWh/m² in Groningen, en 22,0 kWh/m² in Zeeland. De relatieve verschillen met januari 2024 lagen tussen de -24,5% in Noord-Brabant, en -14,4% in Zeeland. Januari 2024 was dan ook beduidend zonniger dan januari 2025.
De gemiddelde specifieke productie opbrengst (van grotendeels residentiële installaties) lag voor de PVOutput data van de Nederlandse contribuanten op 17,5 kWh/kWp in januari, wat, volgens Boonstra, maar liefst 23,0% lager lag dan in dezelfde maand in 2024. Wederom was Fryslân de matigste presteerder, met een gemiddelde specifieke productie van 14,9 kWh/kWp. Langjarig kampioen Zeeland deed haar naam eer aan, met gemiddeld de hoogste specifieke opbrengst, 20,5 kWh/kWp, op enige afstand gevolgd door de 2 andere kustprovincies (Noord-Holland 19,1 kWh/kWp, Zuid-Holland 18,0 kWh/kWp).
Ondanks de al langer durende problemen bij Polder PV's oude zonnepanelen systeem kwam, met gemiddeld 20,6 kWh/kWp (eerste tabel aan het begin van dit artikel), de productie duidelijk boven het provinciale gemiddelde uit (Zuid-Holland). Zelfs de problematische deel-set zat er, met 18,7 kWh/kWp, boven.
De relatieve verschillen met januari 2024 waren in negatieve zin het grootst in Gelderland (-29,4% !), en slechts -9,4%, in Drenthe.
Verschillen
instraling vs. productie
De negatieve verschillen van de gemeten producties blijven wederom groter
t.o.v. dezelfde maand in 2024, dan bij de instralings-data. Dit is al
langere tijd zo, en is waarschijnlijk terug te voeren op extra problemen,
zoals tijdelijk uitvallende omvormers bij netspannings-problemen in met
name laagspanningsnet - gebieden (woonwijken e.d.), en vermoedelijk ook,
actieve uitschakeling van PV installaties bij klanten met een dynamisch
stroom contract, in periodes met negatieve stroomprijzen. Deze problemen
zullen vermoedelijk stapsgewijs gaan toenemen.
Siderea verwijst al enige tijd voor hun opbrengst prognoses naar de nieuwe, interactieve Landelijke Opbrengst Berekening (LOB), met meer datapunten dan vroeger werden vermeld. De methodiek bij Siderea is verder verfijnd, zie het separate bericht onderaan. Dit werkt ook door in de resultaten op de LOB pagina. Deze resultaten worden ook apart weergegeven in een separaat tabblad.
Er wordt op de LOB pagina gerekend met haalbare specifieke opbrengsten van 19 (Noord Limburg) tot 25 kWh/kWp (Zeeland), voor goed werkende installaties met "gemiddelde oriëntaties", ZW of ZO. Tot waarden van 22 kWh/kWp (Noord Limburg en oostelijk Brabant), tot 29 kWh/kWp voor Zeeland, voor installaties met optimale oriëntaties.
Voor de langjarige periode 2001-2020 berekende Siderea voor januari haalbare opbrengsten, tussen de 20 kWh/kWp (Groningen) en 26 kWh/kWp in Zeeland en Utrecht, voor "gemiddelde oriëntaties", en 23 kWh/kWp (Groningen), tot 31 kWh/kWp voor Zeeland, voor "optimale oriëntaties".
Zoals eerder al gememoreerd, zijn deze, door Siderea finaal berekende cijfers allemaal ideale gevallen. De meeste van de recenter geplaatste installaties halen deze prognoses niet (zoals al jaren blijkt uit de verzamelde data van Boonstra), omdat ze onder suboptimale omstandigheden zijn gerealiseerd. Bovendien komen tijdelijke afschakelingen, gewild (negatieve stroomprijzen bij dynamisch stroom contract), dan wel ongewild (spanningsproblemen op het laagspanningsnet, a.g.v. hoge penetratiegraad van PV op relatief "dun" uitgelegde netten) vaker voor, wat de werkelijk haalbare jaarproductie onder druk zet bij de getroffen installaties. Dit zal sowieso niet gaan verbeteren, maar eerder nog minder gaan worden. In ieder geval in de "zonnige" maanden. Wat de inmiddels door de Eerste Kamer aangenomen wet afschaffen salderen voor extra negatieve gevolgen zal gaan hebben voor de te verwachten (specifieke) productie volumes is nog afwachten. Dit kan beslist een significante rol gaan spelen.
Nationaal Klimaat Platform had op 2 februari 2025 nog geen maandbericht klaar staan over januari.
De actueel berekende data zijn tegenwoordig te raadplegen via het Nationale Energie Dashboard, zie ook het artikel van 21 maart 2024, op Polder PV. Eerder leek te worden gesuggereerd, dat de energieopwek.nl site in de 2e helft van 2024 zou worden opgeheven, en in het NED zal worden ondergebracht. Begin februari 2025 is deze echter nog steeds als separate entiteit actief, zie hier onder.
Energieopwek.nl
De brondata voor het Klimaatakkoord, Nationaal Klimaat Platform, en het Nationale Energie Dashboard, worden als vanouds berekend door de computers van En-Tran-Ce van Martien Visser (energieopwek.nl website). In januari 2025 werd het hoogste gemiddelde vermogen voor de berekende zonnestroom productie op de 31e bereikt, met een berekende output van gemiddeld 1,91 GW over dat etmaal. In 2024 lag het hoogste niveau in die maand iets hoger, op 1,94 GW, op 28 januari. We beginnen weer in het "steeds meer productieve" seizoen te komen, de berekende producties zullen hard gaan stijgen, komende maanden. En, ongetwijfeld, weer nieuwe dag- en maandrecords gaan vestigen.
De gemiddelde output piek voor januari 2025 ligt nog op een laag niveau. In de voorliggende maanden werden de gemiddelde record waarden bereikt op 1 december 2024 (1,48 GW), 3 november (2,29 GW), 5 oktober (3,95 GW), 1 september (5,1 GW), 12 augustus (6,4 GW), 29 juli (7,0 GW), resp. nieuw record houder 26 juni 2024, met 7,33 GW gemiddeld). In 2023 werd het vorige jaar record, ook in juni, op de 13e vastgesteld op 6,23 GW gemiddeld (aangepaste berekening, bij eerst-publicatie was het namelijk nog maar 5,85 GW).
Het dag-"record" van 31 januari 2025 komt neer op een berekende zonnestroom productie van 1,91 (GW) x 24 (uren) = 45,8 GWh. Dat ligt 1,7% lager dan het hoogste niveau in januari 2024 (28e: 46,6 GWh).
Voor de maand januari 2025 werd de hoogste momentane output piek voor zonnestroom door energieopwek.nl midden op de dag niet op de laatste maand-dag bereikt, die op een niveau van 8,53 GW bleef steken. Maar liefst drie andere dagen bereikten hogere (berekende) piekwaarden. Achtereenvolgens 8,67 GW op 26 januari, een dag later 9,1 GW, en zelfs 9,27 GW op de 13e. Dat is uiteraard wel substantieel, ruim de helft, lager dan de record piek, 19,87 GW, berekend voor 26 juni 2024, toen de zon veel gunstiger stond t.o.v. de normaliter vaste zonnepaneel opstellingen in Nederland.
De maximale output waarden in de zomermaanden juni, juli en augustus 2024, lagen alweer flink hoger dan het momentane productie record in 2023. Dat was op 3 juni 2023, waarvoor 16,9 GW piek opbrengst is vastgesteld. De piek op 13 januari 2025 lag uiteraard wel duidelijk lager, maar ruim 9 Gigawatt vermogen is in zo'n winterse maand, bij laag staande zonnestand, beslist zeer hoog. Nieuwe langjarige absolute maandrecords kunnen we pas verwachten vanaf het late voorjaar in 2025.
Solarcare 2024
Het bekende monitoring platform van Solarcare heeft inmiddels ook weer haar bevindingen over het kalenderjaar 2024 gepubliceerd. Uiteraard komen ook zij met minder hoge gemiddelde opbrengsten dan in het zonniger jaar 2023. De gemiddelde specifieke opbrengst die zij hebben bepaald over hun deel-populatie (22 MWp, 2.500 installaties, dus gemiddeld vrij klein, 8,8 kWp per stuk), is 820 kWh/kWp.jaar. In 2023 was het nog 870 kWh/kWp.jr. Zie de twee links naar de rapportages onder de bronvermeldingen.
Bronnen:
Meetdata Polder PV sedert maart 2000
Extern:
Vrij sombere en natte januari (nieuwsbericht KNMI, 31 januari 2025)
Januari 2025. Januari was vrij somber en nat met de normale temperatuur (1 februari 2025, voorlopig maandbericht KNMI)
Jaar 2024. Extreem warm en zeer nat met vrijwel de normale hoeveelheid zon (voorlopig jaaroverzicht over 2024, KNMI, 30 december 2024)
De staat van ons klimaat 2024: Weer een recordwarm jaar (31 januari 2025, nieuwsbericht KNMI, met link naar volledige rapportage. Let daarbij vooral ook op het instralingsdiagram op slide 10, en door Nationaal Energie Dashboard berekende zonne- plus windenergie [potentieel] per dag, op slide 11!)
Klimaatstreepjescode vanaf het begin van de jaartelling (nieuwsbericht 8 januari 2025, KNMI, incl. "klimaatstreepjescode" tm. 2024)
En verder:
Anton Boonstra (grafieken met gemiddelde waarden van KNMI weerstations resp. PVOutput.org, gelumpt per provincie). Vanaf eind 2024 op "Bluesky" platform.
1 februari 2025. Horizontale instraling KNMI weerstations, voor de maand januari 2025, en relatieve verschillen met januari 2024
1 februari 2025. Gemiddelde productie in januari 2025, t.o.v. ditto 2024 bij ongeveer 1.250 zonnestroom installaties op het PVOutput.org platform
1 februari 2025. Bijgewerkte gegevens voor gehele jaar 2024 (eerder nog 5 dagen missend)
Siderea.nl (met name de interactieve LOB berekening pagina)
Update "Siderea PV Simulator". Bericht gedateerd 7 april 2024, over enkele wijzigingen in de berekenings-methodiek bij Siderea
Gemiddelde zonnepanelen opbrengsten in Nederland in 2024: 0,82 kWh/Wp (Solarcare, ongedateerd, januari 2025. Totale jaaropbrengsten 2024 van zo'n 2.500 installaties / ruim 22 MWp, ongeveer 6% lager dan in 2023. Incl. provinciale verdeling).
Gemiddelde zonnepanelen opbrengsten in Nederland in 2023: 0,87 kWh/Wp (Solarcare, ongedateerd, januari 2024)
Martien Visser / En-Tran-Ce, meestal met hoogst interessante weetjes in de "grafiek van de dag", een paar recente voorbeelden. Productie data zijn veelal berekend, middels steeds fijnere modelleringen, en - voor PV - gebaseerd op voortschrijdende inzichten in combinatie met meest recente capaciteits-data van het CBS (zie ook deze verklarende tweet):
Dagrecord (zomer in) Covid jaar 2020 op 1 februari 2025 al verbroken, 20% van Nederlands stroomverbruik op die dag (2 februari 2025)
Meer dan 10 GW piek output zonnestroom (1 februari 2025)
De beroemde "winterpenen grafiek" (bijdrage wind + zon per dag) in januari 2025 (1 februari 2025)
Zonnestroom producties per maand vanaf 2020. Berekend voor jan. 2025: 3% toename, met name vanwege aanname capaciteits-uitbouw (31 januari 2025)
Elektriciteitsproductie per dag voor zonnestroom berekend in periode 2023-2025 (27 januari 2025)
"Duck curve" gemiddelde Nederlandse "dag - elektriciteits-mix", incl. berekende zonnestroom productie (25 januari 2025)
In 2024 potentieel ruim 900 uren met meer dan 100% wind- en zon in de stroommix (met export meegerekend; 24 januari 2025)
Gemiddelde berekende zonnestroom output in MW, in 2024, 3 scenario's, zonder afschakelen, day-ahead prijs ruim 0, resp. ruim 5 ct/kWh (23 januari 2025)
Groot effect van zonnestroom productie op gemiddelde CO2 emissie van de Nederlandse stroomvraag (21 januari 2025)
27 januari 2025. Financial close voor grootste zonnepark van Nederland - karakteristiek voor voortdurende schaalvergroting PV projecten. Over schaalvergroting van projecten in de zonnestroom sector heeft Polder PV regelmatig, in het verleden uitspraken gedaan, altijd ondersteund met cijfers en andere feiten. Vaak gerelateerd aan de immer groter wordende zonneprojecten uit de SDE dossiers. In dit artikel ga ik in op de "finale" aankondiging van de bouw van het grootste zonnepark van Nederland, Zonnepark Eekerweg, en toon ik in de tweede sectie een nieuwe grafiek, die, voor vier afzonderlijke sectoren in de Nederlandse solar sector, de enorme opschaling van (gerealiseerde) projecten nogmaals laat zien in de loop van de jaren.
1. Grootste zonnestroom project van Nederland aangekondigd
Uiteraard was het bericht over het grootste zonnestroom project van Nederland in wording beslist niet het eerste, Polder PV had al de nodige eerdere aankondigingen en berichten over de te bouwen installatie gezien en opgeslagen in het enorme projecten archief. Maar als er een zogenaamde "financial close" wordt afgekondigd, is er een deur dichtgetrokken die niet meer open gaat. Het is de belangrijkste stap om zo'n enorm, op diverse vlakken risicovol project ook daadwerkelijk doorgang te laten vinden. Er is een omvangrijke hoeveelheid hardware voor zo'n project nodig, het spul moet van goede kwaliteit zijn, en intensief worden gecontroleerd, er moet goed, kwalitatief en kundig personeel worden aangetrokken voor de bouw, er moeten opzichters komen, de ingewikkelde logistieke stromen moeten in goeden banen worden geleid. Dit soort projecten gaan gepaard met steeds omvangrijkere landinpassings-plannen, waarvoor aannemers, hoveniers, ecologen, etc. moeten worden ingehuurd. Er moeten trafostations worden gebouwd, een zeer specialistische tak van sport. En in onderhavig geval wordt er zelfs een eigen hoogspanning koppeling gebouwd die direct op het netwerk van TenneT zal gaan invoeden, gezien de omvang van het project, en, natuurlijk, vanwege de ook in deze contreien heersende, extreem knellende netcongestie.
Daarnaast is het afdekken van financiële risico's, een aan alle kanten kloppend business-model, een profijtelijke exploitatie, een in de exploitatie opgenomen post met benodigd onderhoud, controle, monitoring en checks, het aangaan van goede verzekeringen, het beveiligen van het project, etc. ook allemaal niet gratis, het moet allemaal worden meegenomen in de toestand die moet leiden tot "financial close", waarbij álles tot in de puntjes geregeld moet zijn vóórdat de bouw is begonnen. Uit organisatorisch oogpunt bezien beslist een "monsterklus".
Op 22 januari 2025 verscheen onder anderen bij de primaire ontwikkelaar van dit grootste Nederlandse PV project in wording, Novar, een persbericht met al de nodige informatie en toelichting.
Locatie
Het project heet Zonnepark Eekerweg, de eerste plannen voor een zonnepark in deze polder stammen al uit 2015. Het zonnepark wordt gebouwd op het grondgebied van twee dorpen in oostelijk Groningen, oostelijk van het verkeersknooppunt A7 / N33, en is tussen het spoor (Hoogezand-Winschoten), en het Winschoterdiep in geklemd. Het eerste deel, met een omvang van 70 hectare, wordt gebouwd op het grondgebied van Meeden (gem. Midden-Groningen), gevolgd door het grootste deel, 90 hectare, in Scheemda (gem. Oldambt). Het hele vergunningen traject was het eerste klaar voor het deel in Meeden, waarvoor vervolgens een beschikking uit de najaarsronde van SDE 2020 werd verkregen (de eerste SDE "++" regeling, dat exemplaar is goed voor ruim 94 MWp). Het traject voor de percelen in Oldambt werd, nadat ook nog een extensie van 14 hectare werd toegevoegd, uiteindelijk afgehamerd door deze gemeente, op 27 maart 2024. Hiervoor was al een tweede, grote SDE beschikking voor het Oldambt deel afgegeven, onder de SDE 2023 regeling (ruim 116 MWp). In totaal zijn er drie separate omgevingsvergunningen voor het hele project door de twee betrokken Groningse gemeentes verstrekt.
Kaartje van de website van Coöperatie Eekerpolder. Het zonnepark bestaat uit een drietal afzonderlijk vergunde gedeeltes. In geel het deel voor Meeden, gem. Midden-Groningen, in blauw de 2 eerste delen voor Scheemda, gem. Oldambt, en gestippeld in blauw, de 14 hectare extensie aan laatstgenoemde project deel. Links het klaverblad / knooppunt Zuidbroek (A7 / N33), direct N. van het project is het Winschoterdiep te zien. Direct rechts van het project gebied bevinden zich ook nog een Gasunie Compressorstation van GTS (Nederlandse Gasunie), en tussen die locatie en Scheemda in ligt een uit gebruik genomen gaswinnings-locatie van de NAM (De Eeker), met Hoogspanningsstation Scheemda van TenneT. TenneT station Meeden, waar het te bouwen GDS net op moet worden gekoppeld, is niet op deze foto te zien, dat ligt ruim 5 km. zuidelijker.
In het ruim 160 hectare grote projectgebied van het geplande zonnepark is zo'n 18 hectare "ter bevordering van de natuur" besloten, waarvan een tiental hectares zal worden opengesteld voor het publiek, inclusief een nieuw fietspad, waarbij men het moderne energielandschap kan ervaren.
De vroeg bij het project betrokken coöperatie zet flink in op natuurlijke waarden. Een van de hoofdthema's voor het project is "Levend Water". Ze zeggen daar zelf het volgende over:
"Het is de bedoeling een natuurinclusief zonnepark te realiseren in de Eekerpolder op het gebied van flora en fauna. Hierbij is het hoofddoel om levend water te creëren omdat dit de meeste potentie heeft voor biodiversiteit toename in dit gebied. Levend Water betekent niet alleen dat er letterlijk leven in het water zit, maar ook dat het water kan stromen (deze twee toepassingen versterken elkaar). Dit hopen we te realiseren door de bestaande sloten met elkaar te verbinden en zo een watercirculatie te laten ontstaan".
Er komt een noord-zuid verbinding met groen en plas-dras gebieden, en er komen tevens zogenaamde "wild-akkers". Het gehele projectgebied is omgeven door dijken, van zowel het spoor, als van het Winschoterdiep.
De exploitatie zou maximaal 30 jaar zijn. Daarna wordt beslist of er eventueel kan worden doorgestart (met volledig nieuwe omgevingsvergunning, onder een compleet ander gesternte), of moet het project volledig worden geruimd door de project eigenaar.
Inpassing elektra
Elektrisch bezien zal het project met het naastgelegen, grote N33 windpark project, bestaande uit 2 deelprojecten voor RWE en Eurus Energy, met 35 turbines van elk 4,3 MW, totaal goed voor 150,5 MW, worden gecombineerd. Er wordt voorts sinds mei 2024 al een elektriciteitsstation gebouwd in het westelijke deel van het Oldambt zonnepark perceel, wat middels een 220 kV verbinding direct op het TenneT netwerk zal worden aangesloten. De verwachte oplevering is in mei 2025. Van het resulterende Gesloten Distributie Systeem (GDS Avermieden), wat goedkeuring van Autoriteit Consument & Markt heeft gekregen, en wat al sinds 2019 in ontwikkeling is, kunnen straks ook andere partijen gebruik gaan maken. Volgens de vergunning van ACM zouden er sowieso al van vier project ontwikkelaars in totaal 8 zonneparken aangesloten gaan worden op dit GDS netwerk.
1 van de andere grote projecten waarvoor het plan is om dat op dit eigen GDS net aan te sluiten, is het noordelijker gelegen Evenreiten zonnepark in Noordbroek, ook van Novar. Een project wat ontwikkeld wordt, in samenwerking met coöperatie Menterwolde. Zowel Eekerweg, als Evenreiten, zal op het transformator station worden ingekoppeld via separaat aan te leggen 33 kV kabelverbindingen.
Omdat het om een GDS netwerk gaat, moeten de aangesloten resp. aan te sluiten opwekkers / afnemers alle kosten daarvan betalen. Deze kunnen niet worden doorberekend aan consumenten, zoals normaliter wel zou gebeuren, als er direct op het regionale net van Enexis ingevoed zou gaan worden.
De betreffende TenneT hoogspannings-aansluiting wordt gerealiseerd op het bijna 5 kilometer zuidelijker gelegen, grote station Meeden. Over de talloze klant aansluitingen op dit grote complex vindt u een uiterst lezenswaardig, leerzaam draadje op het onvolprezen hoogspanningsforum.com. Een van de al eerder gerealiseerde opvallende private invoedingen daar zou afkomstig zijn van het 12 kilometer zuidelijker gelegen 110 kV station van Zonnepark Stadskanaal, waar weer een eigen enorm lang GDS netwerk aan hangt, met Zonnepark Fluitenberg N. van het Drentse Hoogeveen als ultieme, verst gelegen zonnepark (Blue Elephant zonneparken reeks, gebouwd door Chint Solar).
Sowieso zullen bedrijven die op de wachtlijst staan voor uitbreiding van hun capaciteit in de regio rond Zonnepark Eekerweg waarschijnlijk versneld aangesloten worden, zodra het GDS Avermieden in werking treedt.
Er is ook al opslag gepland in hetzelfde gebied als Zonnepark Eekerweg. Dit alles, om het lokale distributienet van Enexis zoveel mogelijk te ontzien. Als batterij opslag gefaciliteerd kan worden, kunnen zelfs bedrijven in de omgeving (in)direct gebruik gaan maken van duurzame stroom, opgewekt in de regio.
Financieel
Al op 15 september 2022 werd een contract opgemaakt waarbij Coöperatie Eekerpolder voor 50% aandeelhouder werd van het veel later te bouwen project Zonnepark Eekerweg B.V. Dat is byzonder in de Nederlandse historie, dat al zo vroeg zo'n enorm belang werd verzilverd door een lokale energiecoöperatie, die de belangen van de betrokken inwoners van Midden-Groningen en Oldambt gaat bewaken.
In het persbericht van Novar staan meer details over de vele betrokken partijen, inclusief de belangrijke financiële partners, waaronder Rabobank, en Fonds Nieuwe Doen, die via het "Fonds Ontwikkelkosten Energiecoöperaties Groningen" een lening heeft verstrekt aan Coöperatie Eekerpolder om alles goed en grondig te gaan opzetten voor hun 50% aandeel in het project. Genoemd fonds heeft ook een lening verstrekt voor het ontwerp en uitvoering van het transformatorstation en de kabels voor het GDS netwerk. Eigen vermogen is beschikbaar gesteld door Novar zelf. De totale project kosten bedragen ruim 100 miljoen Euro.
Bouw partners en omvang van het project
In het originele persbericht worden de bekende Duitse EPC partijen Belectric (primaire aannemer) en ibvogt (feitelijke bouwer) genoemd als bouw partners. Het service bedrijf van Novar, Klaer (Solarfield Services, in juli 2023 verzelfstandigd), zal als zogenaamde "asset manager" gaan optreden, die verantwoordelijk is voor zowel het onderhoud, als het technische en commerciële beheer van het project.
De eerste vijf jaar is een PPA afgesloten met Eneco, die de opgewekte hoeveelheid duurzame elektriciteit zal gaan afnemen, en die ook "het zonnepark zal aansturen en inzetten op verschillende markten". Dat kunnen frequentie en onbalans markten zijn, al wordt dat verder niet gespecificeerd.
In het persbericht van Novar wordt gesproken van een project van "bijna 200 MWp". Dit is verder niet gespecificeerd, maar werd door vrijwel alle persbureaus en commentatoren overgenomen. Meer hierover was te vinden op het Duitse Presseportal, waarop het bekende Belectric uiteraard ook, als hoofdaannemer, kond wilde doen van dit voor hen byzondere project, op dezelfde datum gepubliceerd. Dit project wordt zelfs het grootste Europese project voor hen, tevens het grootste Nederlandse zonnepark. Als het is gebouwd, zou Belectric in ons land bijna een halve GWp aan zonneparken hebben gerealiseerd, bij een globale portfolio van ruim 5 GWp.
Het Duitse bedrijf, wat sedert eind 2021 onderdeel is geworden van Elevion Group, specificeert de plannen nauwkeuriger, dan Novar deed. Zonnepark Eekerpolder zou namelijk een omvang moeten krijgen van "slechts" 189 MWp (flink lager dan Novar leek te claimen), waarbij, volgens Novar, 312.939 zonnepanelen opgebouwd zouden gaan worden. Dit resulteert in toepassing, van, vermoedelijk, grote exemplaren van zo'n 600-605 Wp per stuk. Belectric claimt een oppervlakte van "249 voetbalvelden", zonder te specificeren van welk type voetbalveld ze dan wel uitgaan. Zou het gelijk zijn aan de geclaimde totaal oppervlakte van ruim 160 hectare vlg. Novar, zouden ze rekenen met voetbalvelden van 0,64 ha per stuk. Wat ongeveer overeen zou komen met de "kleinste" velden waar de KNVB resp. FIFA International mee zouden rekenen (Wikipedia).
De verwachte stroomproductie van het project zou in totaal neerkomen op 182 GWh per jaar, volgens Coöperatie Eekerpolder. Als die opgave nog klopt zou, in combinatie met de capaciteit claim van Belectric, er gerekend worden met een zeer hoge specifieke opbrengst van 963 kWh/kWp.jr. Mogelijk wordt dit later nog bijgesteld. Novar claimt een equivalent van "67.000 huishoudens voorzien", wat, bij gebruik van bovenvermelde 182 GWh/jaar, zou betekenen, dat er mogelijk uitgegaan zou worden met een gemiddeld jaarverbruik van 2.716 kWh per huishouden.
Volgens Belectric zou de bouw tussen februari 2025 en mei 2026 moeten plaatsvinden, ijs en weder dienende.
2. Schaalvergroting grote projecten op nieuwe wijze verbeeld
Naar aanleiding van bovengenoemd concreet geworden plan voor het (nu) grootste zonnepark van Nederland, ben ik ook weer wat scherper gaan kijken naar de evolutie van de grootste, reeds netgekoppelde solar projecten in ons land. Om daar het nieuwe exemplaar, mogelijk in het voorjaar 2026 on-line te komen, tegen af te zetten.
In onderstaande grafiek heb ik daartoe voor vier project categorieën uit mijn "Big List", alle grootste projecten per categorie op een rij gezet. Helemaal achteraan, gearceerd, staat voor 2026, het geplande Zonnepark Eekerweg afgebeeld. Let op dat, om alle categorieën mooi in beeld te krijgen, de Y-as logarithmisch is gekozen.
In sommige jaren staat geen nieuw project afgebeeld in de vier reeksen. In betreffend jaar werd er géén project in betreffende categorie opgeleverd, dat groter was dan het tot dat jaar grootste project in die categorie. Daar kan soms zelfs meer dan 2 jaar overheen gaan (bijv. in periode 2014-2016 voor floating solar). In 2024 zijn, voor zover de informatie bekend is over dat jaar, in alle vier de project categorieën, (nog) geen grotere netgekoppelde projecten gevonden dan in voorgaande jaren.
(a) Rooftop projecten. In de "klassiekste aller klassieken" categorie, zonnepanelen op daken, is de evolutie gestaag naar steeds grotere projecten gegaan. In 2011 was het grootste (bij mij bekende) rooftop project nog een installatie van een melkveehouder in Limburg, die, nota bene met 2 SDE 2009 beschikkingen beiden gemaximeerd op 100 kWp, een 200 kWp project wist te realiseren. Stapsgewijs zijn de daken (veel) groter geworden, wat uiteraard alles had te maken met het feit, dat vanaf SDE 2011 de "bovencap" uit de regelingen is gesloopt, en er dus in 1 keer (of in stappen) steeds grotere volumes op een erf konden worden gerealiseerd. In 2022 is het grootste mij bekend rooftop project gerealiseerd van Nederland, mogelijk ook van Europa. Het 31,2 MWp kasdek systeem van GroenLeven op grond van Royal Pride in Middenmeer, waar Polder PV een special met scoop aan wijdde, in 2023. Een mogelijk ongeveer even groot project in Velden (Venlo) heeft een handhavingsverzoek en forse dwangsom aan de broek gekregen, en kan mogelijk een zelfde lot tegemoet zien als het door de rechter als "illegaal" beschouwde project in Meijel (zie intermezzo Polder PV van 26 juli 2024). De verhouding tussen de grootste projecten in deze rooftop categorie, in 2022 en 2011 is een factor 156 : 1.
(b) Wat de door Polder PV als aparte categorie vrijstaande solar carports (en vergelijkbare projecten) betreft, is de ontwikkeling heftiger geweest. Dit heeft deels te maken met het feit dat er niet erg veel van dit soort installaties zijn. In 2012 was het grootste tot dan bekende project een combinatie van 2 carports en een pergola bij de Apenheul in Apeldoorn, met een bescheiden omvang van 114 kWp. In een viertal grote stappen, zijn opvolgende grotere projecten van 0,6 MWp (2014), 1,2 MWp (2015), 5,6 MWp (2016), en, uiteindelijk, het Biddinghuizen solar carport project van 37,7 MWp in 2021 opgeleverd. Grotere gerealiseerde projecten in deze categorie zijn nog niet bekend geworden. De verhouding tussen de grootste projecten in deze categorie, in 2021 en 2012 is een factor 343 : 1.
(c) De evolutie is nog sterker geweest in de schaalgrootte bij de floating solar projecten, of, zo u wilt, "zonnepanelen drijvend op water" (bassins, veelal zandwinning plassen). Het "grootste" mij bekende project in 2013 had een bescheiden omvang van ruim 26 kWp, op het bassin van een groententeler in het Brabantse Meierijstad. Dit is, schoksgewijs, in een vijftal stappen, fors opgehoogd, naar projecten met een omvang van 0,8 MWp (2017), 2,1 MWp (2018), 27,3 MWp (2020), 29,8 MWp (2021), tot, in 2023, het grootste project van allemaal werd opgeleverd. Het bekende, ruim 41 MWp grote floating solar project op de Sekdoornse Plas, van de hand van GroenLeven, wat de machinerie van de zandwinning daar van duurzaam opgewekte stroom voorziet. Er staat wel al een wat grotere SDE beschikking klaar, voor het Friese Skûlenboarch project op de grens van de dorpen Eastermar en Drogeham (gem. Tytsjerksteradiel), maar wat daar uiteindelijk daadwerkelijk opgeleverd gaat worden is nog niet duidelijk. De verhouding tussen de grootste projecten in deze categorie, in 2023 en 2013 is een factor 1.370 : 1. Alweer fors groter, dus, dan de ratio bij de solar carports. Over de desondanks veel lagere realisatie dan verwacht in deze categorie, publiceerde Polder PV op 22 januari 2025 nog een tweet met bijbehorende grafiek uit zijn recente zonnepark analyse.
(d) De ontwikkeling bij de grondgebonden zonneparken, tot slot, is t.o.v. voorgaande drie categorieën, ronduit spectaculair geweest. Van de 1.010 grondgebonden veldopstellingen, geopenbaard in de uitgebreide zonnepark update van Polder PV, van 14 januari 2025, was in het jaar 2011 1 resterend pilot project bekend, bij Acrres in Lelystad, met een totaal opgesteld vermogen van zo'n 27 kWp. Stapsgewijs werden de projecten groter, en groter, na de zonneparken op Ameland (2015), Sunport te Delfzijl (2016), Scaldia in Borsele / Vlissingen (2018), Midden-Groningen (2019), Vlagtwedde (2020), Vloeivelden Hollandia (2021), tot het al enige jaren stand houdende record project Dorhout-Mees van Novar te Biddinghuizen, met een omvang van ruim 144 MWp. Daarmee is de verhouding tussen de grootste projecten in deze categorie, bereikt in 2022 en 2011, zeer sterk toegenomen, met een factor 4.807 : 1. Een bijna vier maal zo grote verhouding wat de op-een-na-grootste categorie bij deze factor betreft (drijvende zonneparken). Kijken we naar het in 2026 op te leveren 189 MWp Zonnepark Eekerweg project, zou die verhouding zelfs kunnen gaan toenemen naar een factor 6.300 : 1.
Wat al deze vier project categorieën in ieder geval goed laten zien is dat de schaalvergroting van de afzonderlijke projecten fors tot zeer groot is geweest. Waar er zelfs superlatieven gebruikt moeten worden voor de qua aantallen, en, vooral, vermogens, grootste categorie, die van de grondgebonden zonneparken. De verhouding van de omvang bij de eerste en laatste grootste projecten is in deze categorie ongekend hoog, in vergelijking met de overige 3 categorieën.
Mogelijke andere kandidaten
Eekerpolder staat hier nog aangegeven als grootste "concrete" project, als er tenminste geen andere grotere projecten rond die tijd gerealiseerd zouden zijn. Meerdere kandidaten staan al te trappelen van ongeduld. Het Noordermeerdijk deelproject langs de dijken van de Noordoostpolder (gepland 98 MWp) is er slechts 1 van, daarvan is de bouw al lang begonnen. Zouden ook andere project delen van dat "superproject" (deels) opgeleverd zijn in 2026 (bijv. Westermeerdijk deelproject, waarvoor zelfs 211 MWp is beschikt), is het best mogelijk dat daar dan nog meer volume zou kunnen staan dan in het Eekerweg project. Maar dat is natuurlijk van diverse factoren afhankelijk. Bovendien zijn de deelprojecten eigendom van verschillende projectontwikkelaars, en dienen ze formeel gescheiden gehouden te worden. Een andere kandidaat is het vervolg van het al grote Vlagtwedde project, waarvoor nog eens 132 MWp staat beschikt voor een nieuw groot veld oostelijk van het reeds gerealiseerde eerste, westelijke deel ervan. Wat al een vermogen heeft van 110 MWp.
Het zal verder beslist moeilijk gaan worden om nóg grotere projecten te plannen, laat staan deze te bouwen. Maar wie de soms verbazingwekkende historie van zonnestroom in Nederland goed bekijkt weet, dat er veel mogelijk is op dat gebied.
Primaire bronnen voor Zonnepark Eekerweg (heel veel duplicaten / samenvattingen op tal van websites):
Grootste zonnepark van Nederland gefinancierd (persbericht Novar, 22 januari 2025)
BELECTRIC baut größten Solarpark der Niederlande (persbericht Belectric, 22 januari 2025)
Energiecoöperatie Eekerpolder is officieel mede-eigenaar van Nederlands grootste zonproject (bericht Novar, 15 september 2022)
Zonnepark Eekerpolder (project website van Coöperatie Eekerpolder)
Zonnepark Eekerpolder. Een zonnepark in twee gemeentes (project pagina Novar)
Duurzame initiatieven mogelijk dankzij netoplossing (GDS Avermieden, website Novar)
Ontwerpbesluit omgevingsvergunning deel Scheemda (16 nov. 2022; Gemeenteblad Oldambt)
Omgevingsvergunning deel Meeden (20 dec. 2023; Gemeenteblad Midden-Groningen)
Ontwerpbesluit omgevingsvergunning deel Scheemda - uitbreiding (17 apr. 2024; Gemeenteblad Oldambt)
|