zontwikkelingen
"oud" |
Nieuws P.V. pagina 120meest recente bericht boven Specials: 1 oktober 2014 - 5 november 2014 Voor belangrijke "highlights" voor ons PV-systeem, zie pagina nieuws_PVJSS22.htm5 november 2014: CertiQ update oktober - wederom een klein kinkje in de kabel. Dacht ik de laatste tijd nog dat het langzaam aan weer een beetje de goede kant op ging met de registraties van gecertificeerde zonnestroom installaties, moet ik dat weer voor de zoveelste maal - in geringe mate - bijstellen. Althans, de bevindingen voor de rapportage maand oktober zijn tweeledig: (1) Helaas zijn er weer netto 5 "PV-participanten" verdwenen uit de CertiQ statistieken sinds het vorige maandrapport. (2) Maar "gelukkig" heeft dat geen effect op de al enkele maanden in verhevigde mate optredende (netto) toename van de capaciteit. Die laatste is zelfs weer een mooie 2,471 MWp gegroeid in een maand tijd. En ik heb al meermalen uitgelegd waardoor dat komt. Ondanks kennelijk nog steeds optredende uitschrijvingen uit de CertiQ cijfers (netto, dus het verschil van nieuwe inschrijvingen minus uitschrijvingen in een maand), zijn de "paar" nieuwe SDE/SDE "+" installaties inmiddels kennelijk van zo'n fors formaat, dat zelfs bij netto negatief aantal uitschrijvingen er toch een forse hoeveelheid netto capaciteit (opgesteld vermogen geregistreerd bij CertiQ) bij komt. Het gaat dan waarschijnlijk om nieuwe SDE installaties van tientallen tot mogelijk een paar 100 kWp. Gemiddeld waarschijnlijk veel groter dan de paar oude PV-installaties die kennelijk nog steeds (tijdelijk) uit het register verdwijnen. In enkele grafieken de laatste stand van zaken. Verloop van de accumulatie van het aantal bij CertiQ geregistreerde "gecertificeerde" zonnestroom "participanten". Door de verplichte herinschrijvingen zijn er verstoringen in de trend opgetreden en is nog steeds het maximum geregistreerde aantal van november 2013 niet geëvenaard. Sterker nog, na een korte, zeer lichte opleving zijn in oktober er weer netto 5 participanten uitgeschreven... Totaal eind oktober 10.861, nog steeds fors onder het maximum van november 2013 (11.088). Na aftrek van het laatst bekende cijfer voor eind maart 2008 (start 1e SDE regeling) houden we dan nog steeds maar 10.371 participanten over met een SDE beschikking (rode getal). De rest zou uit participanten met een oude MEP beschikking moeten bestaan (NB: aantal kan zijn afgenomen, wat inhoudt dat er iets meer SDE participanten zouden kunnen zijn dan nu geschat; recentere data zijn echter nog niet beschikbaar). Gek makende "knipperlicht" curve die als je niet beter wist ook het Nationale Ramp Beleid Ter Ondersteuning van Energie Uit Hernieuwbare Bronnen zou kunnen weergeven in ons polderlandje. Alleen geeft het onderhavige exemplaar de netto toename (helaas ook regelmatig sinds eind vorig jaar "maandelijkse afname") van het aantal bij CertiQ geregistreerde PV participanten weer. Negatieve netto maandgroei is in blauwe cijfers onder de X-as weergegeven (positief in zwart erboven, max. in roodbruin in mei 2011, plus 412 nieuwe participanten netto). Oktober 2014 gaf helaas alweer zo'n - ditmaal licht negatieve - trend te zien: minus 5 "participanten". Ondanks weer tegenvallende (netto) aanwas van nieuwe zonnestroom producerende - gecertificeerde - participanten een wederom "gezonde groei" van de nieuwe (netto) capaciteit in oktober: plus 2.471 kWp. Dat is een volume wat fors hoger ligt dan in dezelfde maanden in 2010, 2012 en 2013, en slechts iets lager dan die maand in "record" jaar 2011. De verwachting is dat, mede door een waarschijnlijk hoge implementatie graad van 133 MWp aan beschikt SDE 2013 PV-vermogen (grootste deel in laatste lucratieve fase beschikt), deze maandelijkse groei ondanks een laag aantal nieuwe participanten, behoorlijk verder toe kan gaan nemen de komende tijd. Lees: SDE gaat, wat nieuw vermogen betreft, eindelijk een "rol van betekenis" spelen voor PV. Na 6 lange jaren, en nadat de particulieren uit de regeling zijn geschopt (onder Kamp's voorganger Verhagen, met ingang van SDE 2011). Ook, ondanks de stagnerende "groei" van het aantal netto participanten in zonnestroom zaken, blijven de nieuwe toevoegingen van door CertiQ uitgegeven garanties van oorsprong voor zonnestroom rap toenemen. Wederom werd een nieuw maandrecord gevestigd, namelijk 9,65 GWh aan "zonnestroom" GVO's die in de maand oktober zijn aangemaakt. Daarmee werd het vorige maandrecord verbroken (9,102 GWh in augustus 2014). GVO's kunnen "aangemaakt" worden in latere maanden dan in de maand waarin de zonnestroom werd opgewekt, dus de groene curve geeft niet de exacte zonnestroom productie trend weer van de gecertificeerd bemeten installaties (die worden zeker bij particulieren slechts 1 maal in het jaar uitgelezen, CertiQ houdt zeker voor die honderden systemen geen fysieke producties over korte periodes bij). In totaal is er sinds 1 juli 2001 (slechts) 241,6 GWh aan zonnestroom GVO's uitgegeven. Dat betreft vooralsnog slechts een minuscule fractie van de werkelijke fysieke zonnestroom productie die we in ons land al moeten hebben geproduceerd. Maar die werd en wordt nergens "centraal gemeten" of via decentrale metingen verantwoord, en geijkt en universeel bemeten "verzameld". Er kan alleen maar worden "afgeschat". En daar kunnen behoorlijk grote vraagtekens bij worden blijven gezet, zelfs met een nieuw "kengetal" van 875 kWh/kWp.jaar... Tot slot het bijgewerkte staatje voor het signaleren van de progressie van de "herinschrijvings-operatie" van alle vier de "groene" modaliteiten voor elektra bij CertiQ. Inmiddels blijkt wat aantallen installaties betreft biomassa weer op het "vertrekpunt van 1 december 2013" te zijn beland (groen), maar het geregistreerde vermogen heeft nog een "netto domper" van 617 MW (10 procent minder!) te verstouwen. Bij hydropower een lichte verbetering, maar nog steeds 3 participanten "netto" tekort, en ruim 13 MW vermogen (minus 35%). Zon is zoals bekend nu weer een extra duwtje omlaag wat aantallen betreft (227 participanten minder dan 1 dec. 2013, minus 2%), maar als enige optie bij het vermogen uitlopend netto "in de plus". Met maar liefst bijna 22 MWp vermogen meer geregistreerd dan bijna een jaar eerder (plus 25%). Wind moet ook nog e.e.a. inhalen, 71 participanten "netto" te kort (minus 6,5%), bij het vermogen valt de inhaalslag nog relatief mee, met 54 MW in te halen (1,9% t.o.v. status 1 dec. 2013). Wat de totalen betreft, moet nog 2,4% aan aantallen participanten t.o.v. bijna een jaar geleden "netto worden ingehaald". Voor het vermogen is de impact nog relatief sterk negatief: 662 MW totaal "tekort", een vette 7% die nog moet worden goedgemaakt t.o.v. 1 december 2013. Toch een beetje een teleurstellende ontwikkeling dat dit soort administratieve complicaties bij de statistieken zo verschrikkelijk lang - nu al bijna een jaar! - het algehele beeld cq. de "werkelijke statistische realiteit" blijven vertroebelen... Statistische overzichten CertiQ 4 november 2014: Klimaatmonitor update - vingeroefening voor 1 GWp? Klimaatmonitor "alle dossiers" bevat inmiddels 899 MWp resp. 230.277 adressen met zonnepanelen. Het is beslist niet het complete volume in Nederland, verdere wijzigingen en aanvullingen worden nog verwacht. Mogelijk volgt nog een verrassing bij een eventuele aanpassing van CBS data voor 2013. Een analyse. Het heeft een tijdje geduurd, maar gisteravond werden nieuwe cijfers over zonnestroom statistieken in het Klimaatmonitor (KM) portal gepubliceerd door Rijkswaterstaat. Er waren eerder al wat kleine aanpassingen doorgevoerd in de deel-registraties voor o.a. het PIR (productie installatie-)register, zoals dat - kennelijk - wordt aangeleverd door Netbeheer Nederland, en ook gisteren is er weer een update geweest. Er zijn nogal wat problemen rond die data, zoals het kennelijk niet (meer??) opnemen van een groot deel van de grote PV projecten, waar ik op 6 oktober jl. een detail analyse over heb gepubliceerd. Ergo: ook "updates" van het PIR deeldossier bij KM moeten met een pot zout blijven worden genomen, omdat het waarschijnlijk nooit alle bij de netbeheerders bekende volume "kan" bevatten, zoals ik aannemelijk heb gemaakt. Herhaalde waarschuwingen heb ik verder gezet bij de nog zeer premature cijfers die Groene Courant bij Netbeheer Nederland recent heeft opgevraagd over het derde kwartaal van 2014. Data die nu - bijna identiek - in KM-PIR blijken te zijn overgenomen. Alleen al de berekening van het "vermeende gemiddelde systeem vermogen" van die laatst toegevoegde capaciteit doen bij mij alarmvlaggen de hemel in gaan. De daaruit volgende "zogenaamde instorting" van dat gemiddelde systeem vermogen is namelijk volslagen bizar, compleet ongeloofwaardig, en duidt op ernstige fouten in en/of onvolledigheid van de aangeleverde, premature data (analyse 17 oktober 2014). In ieder geval is er weer een zogenaamde "adressen ontdubbeling" slag gemaakt door Gert Nijsink van KM, waarbij met name het totaal volume "alle bekende dossiers" aanmerkelijk is gewijzigd. Natuurlijk omhoog, en met de gebruikelijke daarbij behorende waarschuwing: dit zijn "historische" cijfers die best later nog weer kunnen veranderen, ook omdat van diverse dossiers (nu met name SDE, wat vér achter loopt) er nog helemaal geen recente (laat staan "complete") data zijn. Het is dus een tijdsopname, maar beslist wederom interessant genoeg om die in grafieken te gaan weergeven. (a) Wijzigingen
PIR deeldossier bij KM In de laatste kolom de geactualiseerde data in het KM-PIR deeldossier (grootste dossier in KM), tot nog toe 53.484 nieuwe PV-installaties in PIR toegevoegd in 2014 (kan nog fors meer worden), tegenover bijna 74.000 stuks in 2013 (toen met name de nationale subsidie regeling een groot effect had op het aantal nieuwe particuliere - kleine - installaties). In ieder geval ook nu al fors meer dan in 2012, toen er in het hele jaar ruim 45.000 nieuwe PV installaties werden geregistreerd in het PIR register. Wat het vermogen betreft een vergelijkbaar verhaal, bijna 198 MWp in 2014 toegevoegd in het PIR register (kan nog fors toenemen), in record jaar 2013 was dat voor het hele kalenderjaar in de huidige update 321 MWp, in het voorgaande jaar 2012 echter al minder dan nu voor 2014 is opgevoerd, 180 MWp in het volledige kalenderjaar. Als we de PIR data tegenover de "vermeend definitieve" CBS jaargroei cijfers voor 2012 en 2013 zetten, zien we een relatief "stabiel verschil" van bijna 40 MWp in beide jaren. Dat betekent dat in het record jaar 2013 (volgens eerste cijfer CBS 360 MWp nieuwe afzet in de markt) het relatieve verschil PIR t.o.v. CBS lager ligt, bijna 11% in 2013 tegenover een forse 18% in 2012, toen er nog maar 220 MWp groei zou zijn geweest (bijstelling medio november 2013, cijfers in rood). Het is natuurlijk te hopen dat de trend omlaag (minder hoge relatieve afwijking tussen PIR en CBS cijfers) ook in 2014 door zal zetten. Maar zeker is dat niet, gezien blijvende cijfer problemen in alle dossiers. Ik heb de uit deze wijziging volgende meest recente "KM-PIR deeldossier" accumulatie data in de "totaal" curve opgenomen, zie verderop. (b) Wijzigingen
"alle dossiers Klimaatmonitor" - met surprise Bij deze update een verrassing bij de uit de accumulatie data afgeleide jaargroei cijfers, als je deze vergelijkt met de gepubliceerde afzet cijfers van het CBS. Er zijn uiteraard verschillen tussen de twee data bestanden, maar hier valt met name de resulterende jaargroei van 418 MWp in "KMt" op voor 2013 (rood omrand in tabel). Terwijl het eerste cijfer van CBS (nog steeds niet herzien) 360 MWp liet zien. Als KMt representatief blijkt te zijn voor een minimum aan nieuw volume voor 2013 (aangezien het totaal dossier nog steeds onvolledig is), kan een eventuele CBS update aan het eind van het jaar nog voor een aardige verrassing (gedeeltelijke bevestiging "nog meer jaargroei dan gedacht in 2013"?) zorgen. Daar staat tegenover dat er ook "negatieve" verschillen waargenomen kunnen worden. Zo was het verschil CBS - KMt wat de jaargroei cijfers betreft in het voordeel van de CBS cijfers in 2011 en 2012. Als er imperfecties en/of fouten in de KMt cijfers zijn beland (bijvoorbeeld via de soms twijfelachtige PIR input), kunnen dit soort negatieve - en positieve - verschillen wellicht deels worden verklaard. Vooralsnog is het jaargroei cijfer voor 2014 nog niet hoopvol, momenteel op 205 MWp staand "volgens de KMt data". Dat kan natuurlijk nog fors worden bijgeplust, en wellicht moet er nog e.e.a. aan de cijfers voor 2013 worden hersteld. Wat weer impact kan hebben op het jaargroei cijfer voor 2014. (c) Aantallen
adressen met PV per provincie *
Status laatste gegevens KM zoals weergegeven in het portal: Laatstgenoemde is nu net met voorlopige gegevens QIII-2014 uitgebreid. SDE loopt hopeloos achter, data moeten van RVO.nl komen (zie voor zeer actuele totaal data mijn CertiQ analyses, september resp. het na dit bericht gepubliceerde stukje voor oktober). In toelichting verder: "per PC6 wordt het hoogste getal uit de verschillende administraties opgenomen. In de praktijk zal het werkelijke aantal daardoor hoger liggen." In dit "op PC6 ontdubbelde" totaal adressen overzicht van KM blijkt mijn provincie Zuid-Holland met kop en schouders kampioen, met voorlopig als meest recente getal voor 2014 bijna 37.000 adressen. Op een afstandje gevolgd door drie andere provincies met grote steden, Noord-Holland, Noord-Brabant, en Gelderland, de laatste met bijna 29 en een half duizend adressen. Daarna valt een groot gat en volgen de meer landelijke en/of kleine provincies, met Flevoland als hekkensluiter (bijna 6.600 adressen met PV-modules geregistreerd in KM "alle bekende dossiers"). Er zijn beslist trendverschuivingen waarneembaar, te zien aan de hellingshoek van de verbindingslijnen tussen de jaren. Noord-Brabant was bijvoorbeeld een rappe groeier in de periode 2012-2013, waarbij Gelderland werd gepasseerd. Flevoland toonde een zeer lage groei. Voor 2014 moet u die lijnen echter zeer waarschijnlijk nog fors naar boven bijstellen, als meer (recente) data en - uiteindelijk - hopelijk "definitieve" jaartotalen beschikbaar komen. Met deze eerste resultaten voor 2014 (voorlopige data tm. QIII) lijkt wel dat Limburg qua groeisnelheid behoorlijk is terug gevallen, waardoor het nu net onder het rap groeiende Overijssel terecht is gekomen (kan ook nog wijzigen). In een stippellijn is het gemiddelde aantal adressen per provincie weergegeven. (d)
Geaccumuleerd vermogen per provincie I.p.v. Zuid-Holland nu een heel andere koploper, Noord-Brabant, die wat capaciteit van de bij KM bekende PV generatoren betreft de hemel lijkt te zoeken, zo ver liggen ze voor met 149 MWp in dit KM totaal dossier. Maar liefst 34% (!) meer dan nummer 2, Gelderland (111 MWp), die mijn provincie Zuid-Holland naar de derde plaats verwijst (103 MWp). Ook voor deze grafiek geldt natuurlijk dat de resultaten voor 2014 nog zeer onvolledig zijn, en dat de data nog fors bijgesteld moeten gaan worden voor dat jaar. Maar niemand lijkt te kunnen tippen aan Noord Brabant, dat is duidelijk. Overijssel en Noord-Holland lijken elkaar momenteel in evenwicht te houden, rond de 95 MWp, op behoorlijke afstand gevolgd door - wellicht verrassend - Limburg (bijna 80 MWp). Daarna is het sappelen geblazen voor de kleinere provincies, al moet daarbij worden gezegd dat het om vaak dun(ner) bevolkte regionen gaat, dus dat zegt eigenlijk ook weer niet zo heel veel (zie ook verderop voor relatieve cijfers). De rode lantaarndragers zijn hier Zeeland en Flevoland met 31-32 MWp per provincie. (e)
Vergelijking KM-"totaal" met KM-PIR In de blauwe curves de aantallen installaties in deeldossier KM-PIR (lichtblauw), resp. "synthese alle dossiers" (donkerblauw), referentie is de linker Y-as. In de rood-oranje curves het totale PV-vermogen in MWp, deeldossier KM-PIR (oranje), resp. "synthese alle dossiers" (rood), referentie is de rechter Y-as. De lijnen voor 2014 zijn hier bewust gestippeld weergegeven om aan te duiden dat het nog om zeer voorlopige data gaat voor het huidige jaar. Duidelijk is dat er forse gaten zitten tussen de twee registraties. Wat al van meet af aan duidelijk was, en wat aangeeft dat een substantieel volume niet in (het door Netbeheer Nederland aangeleverde) PIR-register staat / "kan staan". Er zijn hier ook foutenbronnen, want bij het "ontdubbelen op PC6" kunnen per ongeluk installaties toch onterecht over het hoofd worden gezien. Niet bekend is hoe groot de "fout" is die dan kan optreden, en of die mogelijk weer door andere foutenbronnen kunnen worden "gecompenseerd". Maar we moeten het er mee doen. Wat aantallen betreft lijkt het verschil tussen KM-PIR en "alle dossiers" relatief stabiel te zijn. Bij de eerste cijfers voor 2014 is het verschil 14,5% meer installaties (dik 29 duizend) in "alle dossiers" dan in het KM-PIR deeldossier. Bij het vermogen treedt echter al in 2013 in absolute zin (verschil in geaccumuleerd vermogen) een behoorlijke discrepantie op, die bij de voorlopig eerste cijfers voor 2014 lijkt te zijn bestendigd. De verschillen tussen "alle dossiers" en KM-PIR waren in 2012 64 MWp (30% t.o.v. KM-PIR), in 2013 116 MWp (20%), en bij de voorlopige eerste cijfers in 2014 110 MWp (14%). NB: dit gaat dus om de door Netbeheer Nederland doorgegeven data, waarvan nu al duidelijk is dat er sowieso al een forse hoeveelheid vermogen van grote projecten in ontbreekt! De werkelijkheid "gemist vermogen" is dus nog substantieel groter dan in de grafiek wordt afgebeeld. Hoeveel is nog onduidelijk, omdat het onderzoek naar de status van grote(re) projecten uiterst moeizaam is, en ook weer de nodige pitfalls kent. (f)
1 GWp feestje te vroeg? Hoeft niet Het meest recente cijfer voor "alle bekende dossiers" bij KM is echter nog "slechts" 898,8 MWp, en dat is nog lang geen "1 GWp". Dat hoeft elkaar beslist niet te bijten. Immers, het PIR register is niet volledig, er is geen wettelijke verplichting om ergens te registreren, er is nergens een "volledig" register, dat "bestaat" gewoonweg niet. Dus mist er capaciteit. Wat de verschillen zijn is anybody's guess, maar soms circuleren cijfers rond, gemaakt met natte vingers, die hetzij voor het PIR deelregister, hetzij voor "alle dossiers bekend bij Klimaatmonitor" percentages tussen 80 en 90 procent noemen. Ik ga in de hier onder staande opsomming natuurlijk uit van het minder onvolledige KM "totaal dossier", met genoemde voorlopige 898,8 MWp als vertrekpunt. En bereken daaruit het mogelijke daadwerkelijke volume in de NL PV markt, bij de huidige, zeer voorlopige QIII 2014 "status":
Bij de eerste aanname, "KM totaal dossier is waarschijnlijk 90% van het werkelijke PV vermogen in Nederland", is het al Bingo, en zitten we met de huidige QIII cijfers "dus" inderdaad al op vrijwel 1 GWp. Wel wat later dan genoemde medio september, maar een zeurpiet die daar om maalt. Gaan we van lagere percentages uit, komen we in het 2e "scenario", KM bevat "85% van reëel geplaatst PV vermogen" al op bijna 1,1 GWp. En bij 80% zitten we daar alweer een stuk boven, wat mogelijkerwijs betekend kan hebben, dat het "1 GWp feestje" zelfs "te laat" gevierd zou zijn. Zolang nauwkeurige data ontbreken blijft het gokken. Wel is nog steeds het jaar nog niet voorbij, kunnen cijfers nog steeds worden bijgeplust (of, als netbeheerders nog ongerechtigheden in hun databases vinden, ook worden afgetrokken). Alle potentiële plussen en minnen bij elkaar schrapend mogen we wel veronderstellen dat die "1 GWp" waarschijnlijk inmiddels wel "kat in het bakkie" is in Nederland. En dat gaat volgend jaar rap meer worden, want de geur in de markt is, dat er e.e.a. aan initiatieven in harde pegels (lees: megawatten) omgezet zullen gaan worden, waarvan een waarschijnlijk heftig deel uit SDE 2013 en de net in laatste fase waarschijnlijk overmoedig ingetekende SDE 2014. Wanneer het "2 GWp" feestje gevierd kan gaan worden: neem s.v.p. een jaarkalender 2015/16, doe een blinddoek om, en prik ergens in het latere gedeelte... (g)
Gemiddelde systeemgrootte revisited In de grafiek in rood de uit de nieuwe data berekende "gemiddelde systeemgrootte" van het geaccumuleerde eindejaars-volume in "KM alle bekende dossiers" (voor 2014 de laatst bekende, nog lang niet complete cijfers gebruikend). In oranje dat voor alleen het KM-PIR deeldossier. Eind 2012 is er een forse discrepantie tussen de twee data verzamelingen. De gemiddelde systeemgrootte (NB: van alle installaties, een forse hoeveelheid!) ligt in het "totaal" dossier veel lager dan bij alleen het PIR. Dat zou betekenen, dat het PIR in dat jaar relatief meer "grote projecten" zou moeten bevatten dan het "totaal" dossier van KM. Maar dat staat weer op gespannen voet met mijn onontkoombare conclusie dat het PIR juist veel capaciteit van - ook oudere! - grote projecten ontbeert. Dus dat lijkt een vreemde tegenstrijdigheid. Die tegenstrijdigheid lijkt nog te worden versterkt bij het vrijwel naar elkaar toe groeien van de twee aanvankelijk nogal afwijkende curves in 2013, een trend die nog wordt versterkt tot en met de laatst bekende cijfers voor 2014, waarbij in beide data verzamelingen de gemiddelde systeemgrootte rond de 3,9 kWp lijkt te zijn gestabiliseerd (wat trouwens erg laag ligt, veel lager dan in omringende landen!). Deze nogal forse verschuiving in "trend" en "systeemgemiddelde" lijkt ook al aan te geven dat er iets goed "mis" is met een of beide datasets. En/of dat de data voor 2012 structurele fouten zou kunnen bevatten. (h)
Cijfers provincies op een rij
(j) Enkele cijfers individuele gemeentes met waarschuwing Ook kan natuurlijk gegrasduind worden in de data voor de individuele gemeentes. Een paar cijfers.
Wordt uiteraard vervolgd: Dit is en blijft immers "slechts" een status update. Op naar de volgende update van Klimaatmonitor. Eerdere
links artikelen over Klimaatmonitor data op Polder PV: http://klimaatmonitor.databank.nl Analyse
- Behoefte aan betrouwbare marktdata neemt toe, tenminste al 200 megawatt
bijgebouwd in 2014 (SolarMagazine, 5 nov. 2014) 4 november 2014: Leiden - de transformatie en metamorfose van zonne-energie. Dat de zonne-energie sector een zeer dynamische is mag, als u Polder PV jarenlang intensief heeft gevolgd, duidelijk zijn. Er zijn weinig andere industriële sectoren waar de ontwikkelingen elkaar zo rap opvolgen, de markt zo explosief kan evolueren, maar ook tijdelijk, zeker per land bekeken, zulke enorme "dips" kent. Een markt waarbinnen de "trends" elkaar rapper opvolgen dan u spreekwoordelijk met de ogen kunt knipperen. Het "high-end" module wat u gisteren kocht over een half jaar alweer achterhaald blijkt te zijn (doch nog steeds prima presteert, en daar deed u het voor). De kostprijs ontwikkeling een ongekende, en op energie gebied nergens ge-evenaarde trend heeft laten zien (de enige juiste kant op: down, down, down). En de technologische evolutie haars gelijke niet kent. Met niet alleen het ene spetterende "laboratorium" record na het andere. Maar, veel belangrijker nog, daadwerkelijke stapsgewijze implementatie in een keur aan toepassingen, in diverse "platforms" (kristallijn, dunnelaag, organische PV, concentrator technieken, etc.), in de harde commerciële realiteit. And that is the only thing that counts. Dynamiek cq. permanent change, dat zijn de sleutelwoorden in de solar business. Alweer
wat veranderd aan de overkant...
Vroege
renovatie - na 16 jaar Een van de bewoners van de PV-renovatie woningen heeft - mogelijk een tijdje na deze forse gevel renovatie - ook nog verkozen voor een dubbele thermische collectorplaat op het platte dakdeel tussen het bovenste en het middelste PV segment. Deze "status quo" was de situatie die jarenlang het beeld heeft bepaald van de aangepaste façade van het Zonnewende project. Zowel voor de wandelaars langs de westdijk van de Zijl (Rozenpad), als voor het verkeer over de Zijldijk ter oosterzijde van het water:
El
cheapo PV modules, dus weer handen uit de mouwen
Inhalen
van achterstand Stapelen
maar Op de LD foto is het tweede nieuwe PV syteem van Kuijers te zien, op de 2e woning van rechts (NO). Vanaf foto materiaal telde ik 9 nieuwe PV-modules op de bovenste façade verdieping, en nog eens - waarschijnlijk - 6 modules in portrait oriëntatie op het platte tussendak. Deels vergelijkbaar aan het al eerder op vergelijkbare wijze op de "dummy panelen" aangebrachte systeem van het lang "PV-loze" huis in het rijtje (3e van links). Alleen zijn daar ook op de onderste façade segmenten nieuwe modules aangebracht, en lijken er zelfs 9 zonnepanelen in landscape, in 3 rijen op het platte daksegment te staan. Plat
dak meer opbrengst dan "optimaal" façade systeem? Bovendien is al jaren bekend dat zelfs bij PV-systemen met relatief lage hellingshoeken zeer goede resultaten behaald kunnen worden. Dat komt omdat de gemiddelde lichtcondities op gematigde breedtes, en dus ook in Nederland op jaarbasis een hoge component strooilicht (indirect dan wel door wolken verstrooid licht) bevatten vanwege vaak deels bewolkt tot bewolkt weer. Siderea.nl kwam met het door hen gehanteerde instralingsmodel op een optimale hellingshoek van 30 graden. Bij aanwezigheid van forse "horizonobstakels" en een daardoor wenselijke nog iets lagere hellingshoek van de zonnepanelen kwamen uit de modelberekening nog steeds hoge totale instralingscijfers tevoorschijn. Maar bij 60 graden hellingshoek, zoals de façades in het Zonnewende project hebben, ligt de instraling op het modulevlak op een dramatisch lager niveau dan bij 30 graden. Zie grafiek en uitleg in het tweede "hellingshoek" artikel op Siderea.nl. Uiteraard zullen alleen harde meetresultaten van opeenvolgende jaren echt goed uitsluitsel kunnen geven over eventuele structurele opbrengst verschillen. Want het ene jaar is het andere niet, en zowel gemiddelde licht- als temperatuur condities verschillen van jaar tot jaar, kunnen elkaar zelfs tegenwerken of versterken, en kunnen derhalve productie resultaten van deel-installaties op dit soort projecten aanmerkelijk beïnvloeden. Voorlopig
laatste metamorfose Zonnewende In de laatste foto hier onder heb ik een poging gedaan om bij benadering vast te stellen wat de meest recente situatie is qua aantallen "overgebleven" zonnepanelen, en het mogelijke totaal opgestelde vermogen van het hele Zonnewende project. Aangezien vanaf de grond het aantal "plat dak panelen" altijd moeilijk is te tellen, en het feitelijke module vermogen niet bekend is (geschat: gemiddeld 250 Wp per nieuw module), is dit een educated guess. Alleen harde "nieuwe project data" kunnen daar echt uitsluitsel over geven. Zo is er nog niets bekend over module type of eventueel nieuw toegepaste omvormers (de oorspronkelijke exemplaren waren volgens BEAR 1,8 kW Mastervolt Sunmasters, 78% ondergedimensioneerd t.o.v. de toenmalige PV generator). Afsluiting
Zonnewende project Zelfs als je - in theorie - grip zou kunnen krijgen op de capaciteit aan "afgevoerde" volumes zonnepanelen via een organisatie als PV-Cycle* (het vermogen wordt echter helaas niet geregistreerd, slechts "afgevoerd tonnage"), moeten we bij onderhavig Leids project constateren: er is hier wel een behoorlijke hoeveelheid nieuw PV-vermogen aangebracht, het "afgeschreven vermogen" is echter niet fysiek afgevoerd, maar zit nog steeds op dezelfde plek waar het twintig jaar geleden ook al zat. * Inmiddels 25 inzamelpunten in Nederland, zie http://netherlands.pvcycle.org/collection-points/map/ Metamorfose
rond jubileum Polder PV Een goed recent voorbeeld van dat laatste is het ronduit opmerkelijke feit dat er (inmiddels) zo'n 55% van het vermogen van de 72 grootste mij bekende PV projecten in Nederland NIET in de PIR registraties bij Klimaatmonitor is terug te vinden. Een nogal opzienbare ontdekking waar tot nog toe niemand anders dan diepgravende Polder PV op is gestuit. Resulterend in een goed gedocumenteerde analyse, waar ik heel wat tijd in heb gestoken. Maar waar ik tot nog toe uit zowel de PV-sector als vanuit de richting van "net beherend Nederland" onrustbarend weinig reacties op heb gekregen... Dat geeft toch te denken. Luchtiger
compensatie Ik blijf de PV markt in Nederland uiteraard kritisch volgen, in een ietwat andere gedaante dan "vroeger", en steeds meer mijn handen af trekkend van dossiers waar ik toch geen tijd meer voor heb. Een metamorfose die niet alleen met het "ouder worden" van de webmaster heeft te maken. Maar doodgewoon met tijdgebrek, en een halstarrige weigering om niemendalletjes cq. flutverhaaltjes op het net te gooien die niet of slecht zijn onderbouwd. Een persberichten duplicator zal Polder PV nooit gaan worden, ik zie het nut daar niet van in. We gaan zien waar het polderiaensche schip gaat stranden. Entree in de tweede decade. Feestje
"elders"
Roof retrofit of 5 houses in Leiden (NL) Informatieve pagina over de Leidse Zonnewende façade renovatie in de mid-negentiger jaren van het vorige millennium, door BEAR Architecten uit Gouda 17 oktober 2014: Zeer voorlopige zonnestroom cijfers Q3 Netbeheer NL - zegt nog niet zo veel. In Groene Courant (GC) verscheen op 16 oktober 2014 een kort stukje met twee grafieken. Ze hadden cijfers bij Netbeheer Nederland (NNL) opgevraagd die nog helemaal niet op de website van deze actieve branche organisatie zijn gepubliceerd. Er werden in het artikel wat "conclusies" getrokken, die ik, gezien de zeer premature status van die nieuwe cijfers niet zal trekken. Er is immers met alle "statistische" cijfers over PV in Nederland nogal wat te doen, overal zijn nog steeds vraagtekens bij te plaatsen, en conclusies kunnen alleen met de nodige prudentie worden getrokken. Er kan bovendien nog het e.e.a. veranderen in oudere cijfers (berucht, high impact hebbend voorbeeld: aanzienlijke negatieve bijstellingen bij Liander). Dus zeker als het over "groeicijfers" gaat moet u erg voorzichtig zijn bij het doen van al te stellige aannames. Polder PV rapporteert regelmatig op deze website tot in groot detail over alle pitfalls, valkuilen, en stekelige braamstruiken die je tegenkomt als je je serieus met de materie gaat bezighouden. Geruchten Ik maak hierbij dankbaar gebruik van de in de twee door Groene Courant gepubliceerde grafieken met cijfers, die ik in eigen exemplaren heb verwerkt, en, middels enkele berekeningen, in enkele afgeleide grafieken over de ogenschijnlijke "trends" in het (nu) beschikbare cijfer materiaal. Ik gebruik daarbij ook de eerste gedetailleerde (maand-)data van Netbeheer Nederland, uitvoerig door mij uitgediept op 24 juli jl, als referentie. Progressie
aantallen PV installaties in PIR tm. 2014 Q3 In groene kolommen de nieuwe cijfers die GC heeft gepubliceerd, accumulatie van het aantal PV-installaties zoals geregistreerd in het Productie Installatie Register (PIR), aan het eind van elk kwartaal (totaal cijfers op rechter Y-as). Hieruit "zou volgen" dat er in het derde kwartaal 15.611 nieuwe PV-systemen bijgekomen zouden zijn. Aardig, zelfs boven het niveau van het laatste kwartaal van 2013 en het opvolgend eerste in 2014. Maar beslist geen dijenkletser. Ongeveer 170 installaties gemiddeld per dag. Het PIR omvat daarnaast beslist niet alle volume (Klimaatmonitor van Rijkswaterstaat heeft nog enkele "extra dossiers", en ook dat is nog steeds niet alles, er is geen wettelijk voorgeschreven meldplicht). Verder heb ik recent na diepgaand onderzoek ontdekt dat grote bedrijfsmatige PV-installaties voor een aanzienlijk deel in het PIR blijken te ontbreken. Dat voorlopig - pro memori - terzijde schuivend, ik heb de oudere NNL data ("NNO") in paarse kolommen naast de nieuwste gegevens gezet, en daaruit blijkt dat er bijna niets is veranderd in de "historische" accumulatie gegevens. Die zijn weergegeven sinds het eerste kwartaal van 2010, de oude data waren slechts vanaf (eind) vierde kwartaal 2010 te reconstrueren uit het toenmalige cijfermateriaal. De enige uitzondering zijn de - deels mysterieuze - kwartaal cijfers van NNL voor 2014. Waarbij grote vraagtekens gezet mochten worden omdat NNL in de zomer natuurlijk niet kon noch kan weten wanneer installaties daadwerkelijk zouden worden opgeleverd in de laatste maanden van dit jaar. Voor het tweede en derde kwartaal blijken de nieuwe cijfers 1,9 resp. 8,4% boven die in juli dit jaar gerapporteerd door NNL te liggen. Sterker nog, voor het eerste kwartaal dit jaar ligt het nieuwe cijfer zelfs een half procent onder dat gepubliceerd in de zomer. Kennelijk is hier weer eens e.e.a. (in negatieve zin) "gecorrigeerd" in de registers. Het lichtgele vlak in de grafiek is de periode dat er door RVO.nl (voorheen Agentschap NL) beschikkingen voor de Nationale Subsidie Regeling (NSR) voor particulieren PV-systemen uitgegeven konden worden, en wat een spectaculair volume van 272 MWp met bijna 88.000 nieuwe installaties heeft gegenereerd (analyse). Derhalve is de groei in de accumulatie cijfers voor de aantallen PV-systemen zeer substantieel geweest in die periode. Derde
kwartaal nog zeer onzeker Rode
lijn Uiteraard viel het plaatsingstempo na het overschrijden van de NSR subsidie fors terug, maar opvallend is dat er in het tweede kwartaal van 2014 weer een significante opleving kwam (tijdens de overal rond gebazuinde "btw teruggaaf regeling", die nog voortduurt tot op de dag van vandaag). 23.021 nieuwe installaties zouden er toen zijn aangemeld in het PIR. Niet eens zo ver verwijderd van de piek een jaar daarvoor. Erna treedt echter weer een zeer frappante daling op - als we tenminste de eerste cijfers voor het derde kwartaal van 2014 voor reeël moeten aannemen. Ik heb niet vernomen dat er zo'n extreme "high" gevolgd door zo'n enorme "dip" plaatsgevonden zou hebben in de residentiële markt. Dus of die heftige "marktbeweging" de werkelijkheid heeft weerspiegeld mogen we betwijfelen. Een enorm inkoop collectief als i-Choosr kan natuurlijk significante versnelling van residentiële plaatsingen genereren (bespreking), maar of dat genoemd zeer sterke effect kan verklaren is onwaarschijnlijk. Voor het "pakket aan toen lopende acties" stonden voor de zomer nog zo'n 3.000 nog af te ronden gecontracteerde installaties op de rol. Dat volume kan genoemde heftige "plaatsingspiek" in de grafiek (Q2 2014) niet verklaren. Vandaar heb ik het laatste rode lijnsegment gestippeld weergegeven, met in gedachten "Q3 kan nog behoorlijk wijzigen". Progressie
vermogen van PV installaties in PIR tm. 2014 Q3 In essentie zijn hier vergelijkbare trends waar te nemen, maar wel met verschillende impact. Accumulatie cijfers (einde kwartaal) rechter Y-as, nieuwbouw per kwartaal op linker Y-as, beiden in MWp (1000-en kWp). Met name de "totale instorting" tussen het tweede en derde kwartaal (2014) bij het PV-vermogen is bizar. Er zou volgens de premature nieuwe cijfers slechts 26,6 MWp zijn toegevoegd in het 3e kwartaal van 2014, terwijl dat vanaf 2012 Q2 volumes van 28,7 tot en met 108,7 MWp (record in 2013 Q2) per kwartaal zijn geweest. Met een gemiddelde vanaf 2012 Q2 tot en met 2014 Q2, van 72,9 MWp/kwartaal! De terugval geeft een veel heftiger beeld te zien dan bij de aantallen installaties. Het vreemde is dat vanwege de sterke groei in grote commerciële projecten (ik heb inmiddels een extreem incomplete, maar rap groeiende lijst met al 50 MWp aan single-site systemen vanaf 15 kWp), dat een onlogische trend is. Dat het "minder" dan tijdens de NSR periode kan worden is een gegeven. Maar "instorting" na de zomer (juni)? Onwaarschijnlijk. Ook hieruit moeten we concluderen dat gevoltrekkingen (GC) als "groei een van de laagste in de laatste jaren" nog zeer prematuur is. Let op dat het bij de "aantallen" installaties optredende piekje in 2012 Q4 niet terug te vinden is bij de vermogens: er treedt in de NN cijfers zelfs een lichte vermindering op in de nieuwbouw tm. 2013 Q1, waarna de vermogens-nieuwbouw explosief toeneemt, en na een nieuw kwartaal record (109 MWp in 2013 Q2) opnieuw fors onderuit gaat. Om na een nieuw "dieptepunt" van ruim 62 MWp in 2013 Q4 opnieuw naar een interessante piek van 101 MWp in 2014 Q2 te stijgen. Maar wat daarna gebeurt in de cijfers lijkt op een "nationaal PV drama": instorting naar een nieuwbouw van slechts 27 MWp na de vakantie??? Een factor 3,7 maal zo weinig!? Ook hier blijven grote vraagtekens staan, want ik heb dat soort "collapse" signalen niet uit de markt vernomen (wel dat het "allemaal wat minder is" dan in 2013). Eerst maar eens wachten op gedetailleerdere, en hopelijk fors bijgestelde cijfers van Netbeheer Nederland. Verschillen tussen de "oude" data van Netbeheer NL en de nu gepresenteerde "meest recente" data: 2014 Q1 39 kWp (0,01%) mínder dan eerdere cijfers, idem Q2 19,429 MWp (2,6%) méér, Q3 26,895 MWp (3,5%) méér. Relatieve
(voortschrijdende) groei aantallen De gemiddelde kwartaal groei in 4 opvolgende kwartalen (rechter Y-as) was bij de aantallen installaties relatief bescheiden, tussen de 2.374 (dieptepunt tm. 2011 Q4) en 3.936 installaties (tm. 2011 Q1) voordat de NSR regeling in ging (medio 2012). Daarna werden alle registers open getrokken bij de aantallen installaties, culminerend in een gemiddeld vier aaneengesloten kwartalen volume van 19.533 stuks tm. 2013 Q3. Daarna nam het tempo stapsgewijs af, logisch gezien de hoge impact van de NSR regeling. Maar desondanks blijven de nieuwe gemiddelde volumes in 4 aaneengesloten kwartalen nog steeds respectabel: in 2014 Q2 nog steeds 17.222 stuks gemiddeld inclusief de voorgaande drie kwartalen. Je zou een totale instorting verwachten na dit kwartaal, omdat na 2013 Q3 de NSR volledig buiten beeld was verdwenen. Maar dat gebeurt niet. Minder wordt het wel, maar de eerste cijfers voor 2014 Q3 laten zien dat het gemiddelde nog steeds relatief hoog blijft bij de volumes in een periode van een jaar: 16.941 installaties (later waarschijnlijk nog bij te stellen, vermoedelijk omhoog). Het procentuele aandeel van de individuele kwartaal groei t.o.v. het 4-kwartaal-gemiddelde staat op de linker Y-as weergegeven. De percentages kunnen natuurlijk negatief of positief zijn (0-as gestippeld weergegeven). Lange tijd is er een enorme progressie zichtbaar, van 57% negatief groei resultaat in 2011 Q1 (t.o.v. 4-kwartaal-gemiddelde kwartaalgroei), tot een record van +130% in 2012 Q3. Daarna gaat het bergafwaarts, omdat de toename per kwartaal niet meer de gemiddelde bijplaatsing in de 4-kwartaal reeksen in positieve zin kan bijhouden. Nog steeds zijn de nieuwe kwartaalgroei resultaten positief, tot een "dip" van +8% in 2013 Q1 ("rustpauze tussen 2 delen van de NSR" effect), daarna een lichte verhoging tot +33% in het opvolgende kwartaal. Hierna wordt de trend "fysiek negatief", met een "slechtste" kwartaalgroei resultaat in 2013 Q4 (-23% t.o.v. 4-kwartaal gemiddelde). Daarna krabbelt de trend weer flink omhoog, tot een nieuw positieve van +30% in 2014 Q2. Maar daarna duikt de trend weer op schokkende wijze in mineur, naar minus 8% in 2014 Q3. Of die trend klopt, zullen toekomstige cijfers moeten gaan uitwijzen. Ik heb er grote twijfels over, gezien de ontwikkelingen in de markt. Relatieve
(voorschrijdende) groei bij vermogen Ook deze grafiek lijkt in grove lijnen op die voor de aantallen PV-installaties (kolommen, rechter Y-as, in kWp). Tussen de 9,7 en 16,8 MWp per kwartaal gemiddelde groei in aaneengesloten 4-kwartaal periodes vóór de NSR subsidie kermis. Explosieve stijging naar 81,4 MWp/kwartaal gemiddeld tot in 2013 Q3. En dan, in tegenstelling tot de gestage afbouw bij de aantallen (vorige grafiek), een kennelijke stabilisatie van de (gemiddelde) bijbouw van vermogen, zelfs even culminerend in een nieuw 4-kwartaal record in 2014 Q1 (iets hoger dan 2013 Q3). Nog steeds op een hoog niveau (79,9 MWp in 2014 Q2). Dit laat zich verklaren door de toename aan commerciële, grote PV projecten, die een hoop vermogen in de markt brengen, wat een positief effect op deze grafiek zal hebben. Zelfs al weten we inmiddels dat veel van die project volumes niet eens in het PIR register ingeschreven (of: "gepubliceerd" !) lijken te zijn... Het is met name het derde kwartaal van 2014 wat hier een enorm "probleem" vormt, want de terugval naar 65,0 MWp/kwartaal gemiddeld over de aaneengesloten 4-kwartaal periode lijkt te onwaarschijnlijk voor woorden. Dan hadden groothandels al lang flinke stennis moeten schoppen vanwege heftige aderlatingen bij de verkoopcijfers. Ik heb nog geen aanwijzingen dat dat inderdaad is geschied na de vakantie, dus ik zet maar weer een potje met zout bij deze nog zeer voorbarige cijfers. Ook bij de uit deze cijfers afgeleide procentuele aandelen per kwartaalgroei (rode lijn, linker Y-as). Die in 2014 Q3 tot een heftige negatieve trend van -59% kwartaalgroei t.o.v. gemiddelde kwartaalgroei in de laatste 4 kwartalen "zou moeten hebben geleid". Systeemgemiddelde
indicatief voor voorbarige cijfers Echter, in een periode dat commerciële, grote projecten voortvarend worden geplaatst, mag worden verwacht dat die trend juist omgekeerd is: zeker in zo'n periode zal het gemiddelde nieuwe systeemvermogen flink toenemen. Dit is het verhaal wat de afgeleide cijfers ontleend aan de net gepubliceerde NNL - GC data vertellen: In groen het gemiddelde systeem vermogen van alle (geaccumuleerde) PV-installaties bekend in het PIR (zeker niet alles, maar substantieel groot volume). Per kwartaal geplot. Zoals te verwachten valt: licht stijgende trend in de jaren dat er flinke groei was, van 2,44 kWp in 2010 Q1 naar 4,11 kWp in 2014 Q2. Byzonder, en een cijfer wat al een alarm vlaggetje in de mast doet wapperen: opeens neemt dat systeemgemiddelde "all-in", enkele jaren lang continu groeiend, in 2014 Q3 weer af, naar 3,92 kWp, een afname van bijna 5%. Dat is "raar". Gaan we over naar de laatste grafieklijn, de rode, voor het systeemgemiddelde voor de nieuwe capaciteit per kwartaal. Zoals te verwachten in de eerste "enigszins succesvolle" SDE periode in 2011, toen veel "SDE 2009 en 2010 groot" projecten werden gerealiseerd (veel Horizon Energy en SunUnited projecten!): toename van het systeemgemiddelde in die periode. Echter, toen particulieren de smaak te pakken begonnen te krijgen begin 2012 (spotgoedkope Chinese modules everywhere), en, vooral, toen er ook nog een max. EUR 650 cadeautje viel te scoren tijden de NSR regeling (lichtgele blok), werd er massaal door particulieren geïnvesteerd en daalde de gemiddelde systeemgrootte per kwartaal. Inmiddels begon echter ook de commerciële sector eindelijk een serie leuke grote(re) projecten af te leveren (SDE, ook veel onder EIA etc.). En sindsdien (2013 Q1) is ook per kwartaal de trend "systeemgemiddelde van nieuwe installaties" stapsgewijs omhoog aan het gaan. En dan komen we bij dat compleet onwaarschijnlijke "breekpunt" in die rode lijn, weergegeven door een groot vraagteken: van 2014 Q2 (nieuwe systeem gemiddelde capaciteit 4,39 kWp) stort deze in een keer volledig in elkaar tot slechts een compleet onwaarschijnlijke 1,70 kWp in 2014 Q3, 61% minder! Alleen dit bizarre cijfer al, zou alle seinen op rood moeten doen zetten. Derhalve dient de pot zout naast deze nieuwe cijfers "van Netbeheer Nederland" te worden gezet. Het is zeer onwaarschijnlijk dat deze extreme trendbreuk "kan kloppen". De opmerkingen over Stichting Zonnestroom in het GC stukje kunnen ook in de categorie "speculatie" worden bijgezet. Want een nauwkeurige "schatting" in de trant van "PIR zou 81,9% van totale PV capaciteit in NL" bevatten is: (a) onzinnig nauwkeurig, (b) uit de duim gezogen, want die verhouding is nog steeds onbekend, er wordt maar een slag naar geslagen, en (c) mijn ontdekking dat een zeer substantieel deel van het voor de (totale ) PV capaciteit steeds belangrijker wordende "commerciële" PV volume NIET in het PIR register, lijkt te zijn opgenomen, zoals gedocumenteerd door Klimaatmonitor, wordt totaal genegeerd. Voor de opmerking over het al dan niet behalen van "1 GWp PV vermogen" in Nederland verwijs ik u naar mijn uitgebreide artikel over deze heikele materie. Lichte stijging aangemeld vermogen zonnepanelen bij netbeheerders (16 oktober 2014, Groene Courant) 8 oktober 2014: CertiQ maandrapport september - gecertificeerde PV blijft rustig bij bouwen. Na de kleine opleving in augustus, toen een record hoeveelheid "Garanties van Oorsprong" voor zonnestroom productie werd bijgeschreven bij CertiQ, is september weer een rustiger beeld te zien. In totaal zijn t.o.v. augustus slechts 25 nieuwe "participanten zonnestroom" toegevoegd. Met een gezamenlijk opgesteld vermogen van 1,905 MWp. Netto bezien heeft dit tot gevolg, in aanmerking nemende dat nog steeds herinschrijvingen kunnen plaatsvinden in het register, dat "gemiddeld genomen" installaties ter grootte van zo'n 76 kWp zouden zijn toegevoegd. Wederom geeft dit aan dat sowieso de nieuw ingeschreven installaties (met geijkte, gecertificeerde bruto productie meting) een forse omvang hebben bereikt. En dat dit waarschijnlijk uitsluitend te wijten is aan nieuwe, middels SDE/SDE+ gesubsidieerde projecten bij bedrijven. Particulieren kunnen nooit dergelijke installaties realiseren zonder degelijke "business" modellen, "postcoderoos" dubbeling met SDE is wettelijk verboden. Nog steeds is het tot nog toe maximaal genoteerde aantal participanten van november 2013, 11.088, niet bereikt. Met het laatste rapport is het aantal participanten blijven steken op 10.866. Kennelijk zijn er nog steeds projecteigenaren die zich niet hebben "heringeschreven", en is de aanwas vanuit de SDE (nieuwe projecten) wat aantallen betreft, in tien maanden tijd onvoldoende groot geweest om de door CertiQ doorgevoerde "uitschrijving" te compenseren (gele lijn in grafiek hier onder). Bij het vermogen is het verhaal anders, wat ik eerder al had gesignaleerd: in november 2013 was de bij CertiQ ingeschreven PV-capaciteit nog 88,241 kWp. Met doorgevoerde tijdelijke uitschrijvingen daalde dat tot een minimum van 83,570 kWp in januari 2014. Maar vervolgens schoot het weer rap omhoog naar, momenteel, eind sep. 2014, 107,632 kWp bij CertiQ geregistreerd MEP + SDE (incl. "SDE+") vermogen (2e grafiek hier onder). Ook dat is een duidelijke indicatie, dat van de relatief weinig nieuwe SDE-gesubsidieerde installaties ingeschreven bij CertiQ, het individuele project vermogen gemiddeld genomen, voor Nederlandse begrippen, (zeer) hoog moet zijn. Anders kan het totale volume nooit zo rap stijgen.
De "dips" in bovenstaande grafiek (met name begin 2014) worden veroorzaakt door administratieve correcties cq. 5-jarige "her-registratie" verplichtingen van de participanten - die dus tijdelijk uit de "records" verdwijnen, inclusief de bij hen opgestelde capaciteit. Eind september 2014 stond er bij CertiQ bijna 108 MWp MEP + SDE PV-vermogen ingeschreven. Dat is slechts een klein deel (maximaal ongeveer 11%) van het totale PV volume wat er inmiddels staat in ons land. Waarschijnlijk "ruim 1 GWp". Zie analyse over dat veronderstelde totale volume. Wat het nieuwe aantal aangemaakte Garanties van Oorsprong betreft, is na de "record" hoeveelheid van augustus, 9,1 GWh, het volume iets terug gevallen naar 8,1 GWh in september. Met daarbij de blijvende disclaimer, dat het ook (deels) zonnestroom productie uit eerdere maanden heeft kunnen betroffen. Gemiddeld genomen gaat de "lijn" (blauw) natuurlijk omhoog, omdat er netto steeds meer projecten bij komen, bovenop de al bestaande (er wordt nog vrijwel geen capaciteit uit de markt genomen, ook niet bij de bij CertiQ ingeschreven installaties). De groene lijn is de accumulatie van al die jaren door CertiQ (of voorganger EnerQ) uitgegeven GvO's, voor, wederom een waarschuwing, uitsluitend bij CertiQ geregistreerde PV capaciteit. Dat bereikte een niveau van 232 GWh "gecertificeerde" productie sinds juli 2001. Dat is absurd weinig, en is dan ook slechts een fractie van de werkelijke (doch niet centraal fysiek geijkt bemeten) landelijke zonnestroom productie geweest, in die ruim dertien jaar. Status
herinschrijvingen / progressie CertiQ Er is een duidelijke (verdere) verslechtering opgetreden bij de modaliteit biomassa. In het vorige rapport (augustus) waren er namelijk nog maar 4 participanten minder dan eind nov. 2013, nu zijn daar kennelijk weer (netto) 3 afhakers bijgekomen. Wat gepaard gaat met maar liefst 621 MW vermogen minder (!) ingeschreven bij CertiQ sinds eind nov. 2013. Dit kan veroorzaakt zijn door twee dingen. (a) Een ongunstige marktsituatie voor bijvoorbeeld biovergisters en andere gesubsidieerde biomassa handlers, die hoge onderhouds- en proceskosten kennen, en waarbij mogelijk dus soms zelfs projecten worden stopgezet (of wellicht zelfs ondernemingen worden gefailleerd). (b) Het "uit de MEP subsidie" lopen van oudere projecten die biomassa verwerken. Het is bekend dat bijvoorbeeld de subsidie voor bijstook in fossiele (kolen) centrales afloopt, en dat het geen zin meer heeft voor zo'n centrale bij CertiQ geregistreerd te blijven voor (schaam)"groene" certificaten. Of dit ook voor andere biomassa projecten opportuun is weet ik niet. Maar als ook die op oude MEP subsidies drijven, kan dat binnenkort "einde verhaal" worden als de business-case zonder subsidie niet meer loont. Bij waterkracht is de situatie onveranderd, nog steeds ontbreken "netto" 4 projecten (ruim 13 megawatt vermogen). Zonnestroom is hierboven besproken. Nog steeds een gering aantal participanten wat "netto ontbreekt" (minus 2%), maar de vermogensaanwas (in rood, plus 22% t.o.v. eind nov. 2013) is het enige positieve signaal voor alle opties in de CertiQ statistieken. Ook bij wind een licht positief signaal. Was het aantal participanten in het augustus rapport nog bijna 9% negatief (93 "stuks", met 116 MW, ruim 4% "tekort"), is dat in het huidige rapport naar bijna (minus) 8% gegaan (nog steeds 85 "participanten" minder dan eind nov. 2013). Gepaard gaand met 78 MW vermogen tekort. Een flinke verbetering t.o.v. het vorige rapport toen dat tekort nog op ruim 116 MW lag. Vandaar dat het percentage "minder capaciteit dan eind nov. 2013" van minus 4,2 omhoog werd bijgesteld naar minus 2,8%. Maar nog steeds moet voor alle categorieën behalve "capaciteit PV installaties" worden geconcludeerd: de cijfers liggen nog steeds onder die van eind november 2013. De netto totaal resultaten voor alle 4 de opties, eind september 2014: 2,6% minder participanten, 7,7% minder capaciteit. Statistische overzichten CertiQ 7/14 oktober 2014: Ikea goes solar deel 2 - er komt weer wat moois aan, in ... Zwolle + nagekomen. Van de week kreeg ik een persbericht in de mailbox met interessant nieuws. Het kwam van een oude bekende uit de Nederlandse installatie wereld, Esdec B.V. De bedenkers, ontwikkelaars en producenten van het zeer populaire ClickFit opbouw systeem voor, aanvankelijk, schuine daken. Wat al vele jaren lang succesvol wordt ingezet, zowel in Nederland als daar buiten. Bij zowel professionals als - met name in ons land - bij vele honderden doe-het-zelvers. En die met hun slimme, zorgvuldig geteste, van alle noodzakelijke certificaten voorziene lichte opbouw systemen evenveel succes hebben op het plat dak segment, onder de nieuwe naam FlatFix. Het bedrijf uit Deventer introduceerde tijdens de laatste Solar Solutions beurs nog hun nagelneue FlatFix Fusion opbouw systeem, wat volledig "in elkaar kan worden geklikt". En wat voor een stevig, integrale support zorgdraagt op grote, commerciële platte daken. Het geheel geeft een zeer lage hellingshoek voor de PV modules (13 graden), en kan met minimale ballast op kritische plekken (randen installatie) toch de zwaarste stormen de baas.
ClickFit presenteerde met trots dat ze sinds september bezig zijn met het grootste "CIS" PV-systeem van Nederland, "op een plat dak van 13.000 vierkante meter". Waar hun nieuwe FlatFix Fusion systeem grootschalig werd toegepast. Er zouden "ruim 5.500" dunnelaag modules van de beroemde Shell dochter Solar Frontier pal zuid gericht worden geplaatst op het grote dak, met een gezamenlijk vermogen van "in totaal 850 kWp". Omdat het om een enkelvoudige installatie opzet gaat, zijn er dus ook even zoveel basis eenheden van het nieuwe FlatFix systeem nodig. Een forse klus voor de producent. U zult begrijpen dat Polder PV, die zich de laatste tijd intensief met grote projecten heeft bezig gehouden (analyse in vorige artikel), zich meteen met grote interesse op het bericht wierp. Met name ook omdat er niet bij werd verteld waar het bedoelde project was gelokaliseerd in Nederland. Of wat het bedrijf was waar dit project op werd gerealiseerd. Dit gebeurt wel vaker, de opdrachtgevers van dit soort grote, spraakmakende projecten willen meestal graag zelf de regie houden over de berichtgeving, en dat is geen probleem.
Weer
wat speurwerk voor Polder PV: waar staat het?
Echte
lokatie 103 kilometer verder oostwaarts... Ergo: we hebben het natuurlijk over het nieuwe IKEA filiaal in Zwolle, Overijssel, met een vloeroppervlakte van 35.000 m². Volgens het bestemmingsplan gebouwd op de plek van de oude Diepholtstraat, tussen de Bentheimstraat (ingang) en de Nieuwleusenerdijk in het oostelijk van de Vecht gelegen industriegebied Hessenpoort (zuidelijk van de A28). Met al van meet af aan plannen voor installatie van zonnepanelen (hoeveel was toen nog volstrekt onduidelijk, dat het "veel" zou worden wel), kleine windturbines, en natuurlijk warmte-koude opslag, terugwinning van warmte, en volledige LED verlichting... Afgezien van de reeds genoemde markante blauwe "IKEA façade" geeft de foto van Esdec diverse expliciete aanwijzingen dat het inderdaad deze nieuwbouw lokatie van IKEA in Zwolle betreft:
Al met al een overstelpende hoeveelheid bewijs: het PV project wordt "onherroepelijk" aangelegd op het nieuwe filiaal van IKEA, op industrieterrein Hessenpoort, oostelijk van Zwolle. De opening van dat filiaal is voorzien in het voorjaar van 2015.
Project
vermogen
** Nagekomen (8 okt. 2014): In de referenties lijst van project ontwikkelaar Ikaros Solar (zie "Pikant 2") wordt voor alle Belgische IKEA projecten "inclusief NL Zwolle" 5.313 kWp opgevoerd. In de (uitsluitend) Belgische project "datasheet" voor IKEA worden enkele voorbeelden uitgelicht, en wordt ook een totaal voor alle 6 (Belgische) projecten bij elkaar (excl. Zwolle) gegeven, 4.459 kWp. Het "verschil" zou het project volume voor Zwolle moeten betreffen. Dat verschil is 854 kWp. Dat is slechts iets hoger dan mijn calculatie liet zien (852,5 kWp). Het verschil kan ook zijn ontstaan door mogelijk gehanteerde afrondingen van totale project volumes. In 2012 werd in een voorbespreking van de energetische maatregelen in/bij IKEA Zwolle nog gespeculeerd over een potentieel van slechts 450-500 kWp aan PV capaciteit door Energeia. Dit is dus gemiddeld een factor 1,8 maal zo hoog geworden, zelfs met dunnelaag modules. Pikant
1 Maar "vreemd" is het natuurlijk niet, Ikaros is sinds februari 2014 volgens een op hun site getoond certificaat authorized distributor voor dunnelaag Solar Frontier CIS modules in België (bericht 17 feb. 2014). De grote vraag is dan nog: mochten ze die modules ook op dit Nederlandse project gebruiken? Of moesten ze diezelfde modules van de bekende Nederlandse groothandel SolarClarity uit Weesp betrekken, die immers (ook) claimt sinds voorjaar 2013 geautoriseerd Solar Frontier distributeur in Nederland, België én Luxemburg te zijn geworden (bericht 29 maart 2013)? Pikant
2 Ikaros is een bekend project ontwikkelaar met grote PV installaties op haar naam. Waaronder projecten op Belgische IKEA vestigingen in (Vlaanderen:) Gent, Zaventem, Wilrijk, en Anderlecht, en het Waalse Arlon en Hognoul. Ze hadden nog geen bericht over hun nieuwste pareltje in Nederland op hun website staan. Wel stuitte ik, toen ik dit artikel al zo'n beetje klaar had, op hun referenties pagina. Waar "Zwolle" inmiddels wordt genoemd onder de Belgische project portfolio "IKEA", die in totaal een volume zou omvatten (incl. Zwolle?) van ruim 5,3 MWp. Een extra bevestiging, dus, dat mijn speurtocht met succes tot de correcte lokatie heeft geleid. Buitenlandse
projectontwikkelaar niet abnormaal, wel pijnlijk Maar na het door het kapitaalkrachtige Belgische Ecorus verworven grote PV project op - mogelijk - 2.000 huurwoningen bij Woningstichting Den Helder (bericht 4 april 2014). Het ook al door hen geentameerde "mogelijke" zonneveld van 5 MWp (?) bij Den Helder (Noordhollands Dagblad, 2 oktober 2014). En nu dus alweer een machtige Belgische ontwikkelaar, die een mooi project heeft weg gekaapt voor de ogen van de talloze op dit gebied actieve Nederlandse partijen (Polder PV heeft 39 in NL gevestigde [PV] projectontwikkelaars in een lijst staan). Blijkbaar moeten die Hollandse ontwikkelaars nog beter "hun stinkende best" doen, om te voorkomen dat ze in eigen land vaker zullen worden afgetroefd door buitenlandse partijen. En de altijd leuke persmomenten bij de officiële opening van dat soort "pareltjes in de portfolio" aan zich voorbij zien gaan... Tot
slot 1 Tot
slot 2 Nagekomen
1 - IKEA PV installatie Zwolle opgeleverd (14 oktober 2014, rest
van bericht zie artikel
hierboven) Tevens werden eerste verwachte productie cijfers gegeven. De ongeveer 853 kWp grote dunnelaag CIS PV-installatie zou volgens die opgave per jaar 800 MWh per jaar opwekken, wat neer zou komen op een specifieke opbrengst van 938 kWh/kWp.jaar. En dat met een eerder dit jaar opgehoogde "verwachting" van gemiddeld 875 kWh/kWp.jaar, en ook nog eens in een van de "licht-armere" gebieden van Nederland. Zwolle ligt volgens het KNMI instralingscontour in de band van 959-973 kWh/m². Er is een sterke instralingsgradiënt van "relatief veel zonlicht" aan de westkust (oranje-rood), tot "relatief veel minder" zonlicht per jaar in het oosten van het land (lichtgeel). Die variatie gelieve met prudentie tot u nemen: de oostgrens contour ontvangt ongeveer 12% minder licht dan de hoogste instralings-contour aan de westkust, dus dat valt nog binnen redelijk overzichtelijke grenzen. Zwolle heb ik met een sterretje aangegeven in het instralingsdiagram van KNMI:
Waarschijnlijk ligt het aan de hoge verwachte opbrengst van de Solar Frontier CIS modules, waarvan tests wereldwijd aangetoond zouden hebben dat die meer elektriciteit per opgestelde Wp zouden produceren dan klassieke kristallijne modules, dat de verwachte opbrengst zo (relatief) hoog ligt. Ik ben benieuwd wat de installatie daadwerkelijk zal gaan produceren de komende jaren. Het PV project van IKEA Zwolle zou op jaarbasis 340 ton CO2 uitstoot vermijden (als we puur naar vermeden afname van grijze stroommix kijken, en niet naar eventuele onfrisse gevolgen vanwege een totaal geflopt CO2 emissiehandels-systeem). De 9 kleine windturbientjes zouden daar nog eens 5,4 ton aan toevoegen, een zeer bescheiden deel, dus. IKEA rekent trouwens "ruimhartig" met een gemiddeld verbruik van 3.404 kWh/huishouden.jaar. Het laatst beschikbare CBS cijfer - voor het reeds lang verstreken jaar 2012 - bleef steken op 3.200 kWh/jaar. Waarbij natuurlijk rekening gehouden moet worden met een steeds verdere afname van de gemiddelde gezinsgrootte cq. omvang van een gemiddeld "huishouden", en daardoor steeds kleinere huishoudens. Het persbericht besluit met een ambitieuze doelstelling die, als IKEA op deze voortvarende wijze zo blijft doorgaan, het Zweedse conglomeraat misschien best wel eens zou kunnen halen. En daarbij talloze regeringen in het stof doen bijten (de Nederlandse voorop): "de IKEA Group wil in 2020 meer 'hernieuwbare energie' produceren dan zij per jaar wereldwijd gebruikt". Eind oktober zou een volgende mijlpaal worden aangekondigd. Die kan de heer Rutte en zijn clan in Den Haag in zijn zak steken... Nagekomen 2 (13 dec. 2014) - uitgebreide publicatie (via) Ikaros Solar. Pas op 2 december 2014, bijna 2 maanden na mijn eerste artikel over het toen al geïdentificeerde Ikea Zwolle project, verscheen een uitgebreide toelichting van de installateur Ikaros Solar. Ze verwezen daarbij ook nog door naar een artikel in het tijdschrift Stedenbouw, wat ingaat op de constructie van het hele complex, met fraaie afbeeldingen van - o.a. - de PV-installatie. Uiteindelijk blijken zelfs 5.510 CI(G)S Solar Frontier modules te zijn geplaatst, wat het totale project vermogen op 854,05 kWp brengt. In het aparte artikel wordt ook gewag gemaakt van de werkelijke leverancier van de Solar Frontier panelen: dat blijkt het dochterbedrijf Solar Frontier Europe GmbH uit het bij München gelegen Grünwald te zijn, de hoofd-verdeler voor Europa. Zie verder toegevoegde links in lijstje hier onder. Persbericht Esdec B.V. (3 oktober 2014) Artikel
in Stedenbouw (incl. "Zonnedak Ikea Zwolle ijkpunt groeiende
Nederlandse PV-markt", nagekomen) Omgevingsvergunning
IKEA
(7 oktober 2012) Leuk detail over zonnepanelen en IKEA bij SolSolutions (8 okt. 2013, op Facebook)... 6 oktober 2014: Something is a-miss ... PIR register bewezen onvolledig. Polder PV presenteert bewijsmateriaal over onvolledigheid van het PIR (productie installatie-) register voor zonnestroom installaties. Na zeer zorgvuldige, diepgaande screening van ruim 60 "grootste" bekende PV projecten werd duidelijk dat zo'n 58 procent van het vermogen van deze meestal commerciële, grote installaties, 33 stuks van in totaal 59 bestaande projecten betreffend, niet in het PIR dossier van Klimaatmonitor kan zijn opgenomen. Dit, op basis van de beschikbare gegevens voor de "buurt" waar deze installaties in staan. Van 59 "grootste" projecten zou ruim 15 MWp aan geaccumuleerd vermogen niet in het PIR staan, ruim 2% van het actueel in Klimaatmonitor data opgenomen vermogen voor dat (grootste) deel-dossier, momenteel 740 MWp. En waarschijnlijk een zeer substantieel deel van het "niet-residentiële" vermogen in Nederland. De verwachting is dat het missende volume groter zal worden, als meer installaties zullen worden gescreend. Tijdens de talloze deliberaties over de immer "vloeibare" cijfers over de zonnestroom statistieken in ons land heb ik recent de eerste bewijzen verzameld dat er iets "mis" is met het zogenaamde PIR register. Wat op de betreffende beknopte pagina sowieso een nogal verbijsterend, en compleet achterhaald getal ("alle installaties ruim 28.000 stuks") hanteert. In Klimaatmonitor staat onder het hoofdje "alle dossiers" alleen al voor zonnestroom inmiddels een volume van ... 210.050 stuks geïnventariseerd. Een factor 7,5 maal zoveel... PIR over
de tong PIR residentieel
sowieso incompleet... Er is géén zicht op zowel de aantallen residentiële PV installaties die niet in het PIR staan, als het geaccumuleerde, daar niet geregistreerde vermogen wat daarmee gepaard gaat. Alle getallen die u daarover verneemt zijn pure speculatie en zijn nooit onderbouwd. De conclusie moet zijn: we weten het gewoon niet. Het kán "10% van het totaal" zijn, zoals wel eens wordt genoemd (meestal wordt daarbij aan "aantallen" installaties gerefereerd). Het kan ook "veel minder" of "veel meer" zijn. Wel is het zo dat verschillende cijfer reeksen steeds meer naar elkaar convergeren, zoals ik in mijn grafieken heb laten zien (artikel 5 juni 2014). Maar de groeilijnen hebben de laatste 2 jaar zo'n hoge hellingshoek, dat bij aanname fouten, systematische blunders, of vergissingen in de betreffende databases, er bij het eindresultaat (geaccumuleerd aantal cq. vermogen aan het einde van het jaar) er een grote spreiding zal volgen. Ook worden af en toe historische data met terugwerkende kracht bijgesteld, waardoor aannames op drijfzand blijven berusten. Zeker wat de volumes bij residentiële systemen betreft (vooralsnog in Nederland het dominante marktsegment). ... maar
ook bij grote projecten PIR aantoonbaar rammelend Dit onderzoek werd bemoeilijkt omdat de kaartbeelden in de Klimaatmonitor "generator" (een door mij al een paar jaar gescreende, omvangrijke database van Rijkswaterstaat, Min. IenM) lange tijd geen duidelijk landschapsbeeld gaven te zien. Zelfs al wist je exact waar een groot PV project zich bevond, was het in de geabstraheerde vermogens-verdeling bij Klimaatmonitor (kleurvlak per "buurt") vrijwel onmogelijk om genoemd project terug te vinden. Na vragen van mij daarover aan mijn contactpersoon daar, werd dat hersteld, en sindsdien kon ik zeer gericht gaan zoeken naar genoemde projecten. Moeizaam
onderzoek Voorbeeld
1: project (momenteel) beslist niet in KM - PIR
Dit project in Abbenes (NH) is een van de vele exemplaren die (nog) niet in het PIR deeldossier van Klimaatmonitor is terug te vinden. Dit kan liggen aan het feit dat het recent opgeleverd lijkt te zijn. Het volgende plaatje laat zien waaróm dit project (momenteel) niet in het PIR dossier "kan staan": In dit overzicht op buurt niveau de vermogens momenteel bekend in KM - PIR, in blauwe cijfers. Project Abbenes in gele cirkel, met het bekende vermogen in geel, 168 kWp. Dit matcht in het geheel niet met het vermogen in de betreffende "buurt" (omgeving Abbenes, lichtgroen vlak exclusief Abbenes zelf, waarvoor momenteel 17,25 kWp wordt opgegeven). Een "buurt" die maar 53,20 kWp heeft staan in de database. Conclusie: dit project staat niet (in deze buurt) in KM - PIR. Voorbeeld
2: ouder project (momenteel) beslist niet in KM - PIR
Duidelijk blijkt uit de KM - PIR data, dat de 518,4 kWp capaciteit van het PV project Sunport Oceanium op geen enkele wijze kan "passen" in het microscopische, bij KM - PIR (momenteel) geregistreerde vermogen van slechts 4,90 kWp in de "buurt" Blijdorpse Polder, waarin Oceanium zich bevindt.
Goed om in uw oren te knopen: Sunport Blijdorp is al dik tien jaar oud, en het staat al sinds 2011 niet in KM - PIR (energieleveren.nl was eind 2011 in de lucht). De rol van Eneco als hoofdaannemer bij Sunport Oceanium is hier natuurlijk extra pikant, want die zit als energieleverancier particuliere klanten regelmatig achter de broek dat ze zich met hun paar zonnepaneeltjes "zouden moeten" aanmelden bij het PIR register.
En dat is nog niet alles, want ook het nog grotere Ecopark Waalwijk PV project (674 kWp), al in 2004 opgeleverd, blijkt niet in het KM - PIR terug te vinden. Het park is eigendom van Eneco. We zijn er op 22 september jl. nog langs gefietst (foto). Het project ligt er nog prima bij en leverde ongetwijfeld "bakken" aan zonnestroom op die mooie najaars-dag. Extra interessant is hierbij, dat dit "Eneco project" in het netgebied ligt van netbeheerder Enexis, die er het hardst aan heeft getrokken om hun PIR bestand op orde te krijgen... Voorbeeld
3: twijfelgeval. Niet in KM - PIR, of wellicht iets anders aan de hand? Het zou dus een theoretische mogelijkheid kunnen zijn, dat de aansluiting van dit kantoor onder de aangrenzende buurt "Ommoord inclusief A20" wordt gerekend, en dat het project dus feitelijk in de "verkeerde buurt" zou kunnen zijn ondergebracht bij Klimaatmonitor. Dit blijft pure speculatie, maar ik heb enkele gevallen gezien waar het met de statistiek op dit punt "misgegaan" zou kunnen zijn. Zolang we niet weten wat het ultieme criterium is om een project lokatie in te delen (zowel bij de netbeheerders, als bij de "indelingscriteria volgens Klimaatmonitor"), blijven ook op dit punt de nodige onzekerheden aanwezig. Zo zou een vergelijkbare situatie zich kunnen hebben voorgedaan bij het PV project op de bierbrouwerij van Heineken in Den Bosch, wat absoluut niet binnen de "buurt" past waarin de brouwerij zich bevindt volgens de Klimaatmonitor - PIR data. Het PV project heeft een omvang van maar liefst 908 kWp, en bevindt zich volgens de Klimaatmonitor data aan de westrand van de buurt Rietlanden-Oost. Dat bevat echter in totaal slechts 5,5 kWp in KM - PIR! De aan de project lokatie grenzende buurt Rietlanden-West heeft 913,88 kWp in KM - PIR staan, wat de suggestie van mislabeling oproept, en/of zou kunnen wijzen op "aansluiting niet in het projectgebied, maar in de aangrenzende buurt". Ik noem deze 2 projecten specifiek om wederom een waarschuwing te doen uitgaan aan iedereen die met dit soort cijfers gaat stoeien: de werkelijkheid kán nog weerbarstiger en complexer zijn dan u wellicht zou denken of zou willen. Terugkomend op het Eneco hoofdkantoor, blijf ik dat project vooralsnog rekenen als "opgeleverd binnen buurt Oosterflank", en dus (momenteel) niet in KM - PIR aanwezig. Maar dan wel onder de categorie "potentieel twijfelgeval". Totdat harde bewijzen worden geleverd dat er met de statistieken iets misgegaan zou kunnen zijn. Voorbeeld
4: twijfelgeval. Zeer waarschijnlijk wél in KM - PIR Maatschap Goselink in Albergen (3e kern van Tubbergen, Overijssel) heeft een nieuwe varkensfokkerij met een grote PV installatie van 203,3 kWp (impressie zie o.a. afbeeldingen Gouden Krul pagina). Dit project bevindt zich in de omvangrijke KM - PIR buurt "Verspreide huizen Albergen", wat (momenteel) een totaal volume kent van 445,35 kWp. En waar slechts een gedeelte van is afgebeeld in de weergave hierboven. Je zou dan kunnen veronderstellen dat het project in KM - PIR is ingeschreven. Echter, genoemde buurt omvat een grote oppervlakte, met veel meer boerderijen, in een provincie waar veel activiteit is (geweest) met ondersteuning van zonne-energie. Het is dus ook mogelijk dat "andere boerderijen" het genoemde totaal volume hebben veroorzaakt, waardoor Mts Goselink alsnog niet zou (kunnen) zijn vertegenwoordigd. Omdat het project echter al in juli 2011 is opgeleverd, vermoed ik dat het waarschijnlijk wel zal zijn ingeschreven. Zeker weten doen we het echter niet. Soortgelijke situaties doen zich ook bij andere projecten voor. Resumerend Inventarisatie Voor wat betreft de rest van deze lijst ben ik tot de volgende bevindingen gekomen:
Consequentie Lichtpuntje
Het Floriade dak project staat in het netgebied van Liander (buurt "Noordoost omgeving Vijfhuizen", wat een iets hoger vermogen telt dan het Floriade dak), en wat naar mijn bevindingen absoluut geen andere projecten van een significante grootte "kan bevatten". Het is te hopen dat alle netbeheerders ook daadwerkelijk álle PV-installaties in hun netgebieden in het PIR register gaan onderbrengen. Anders blijven de Nederlandse statistieken een zooitje. En dat moet nu eindelijk eens afgelopen wezen. Dank voor uw medewerking! Eerdere
kritiek* To register, or not to register? (27 juli 2012) Toegevoegd na 1e publicatie: opmerking Ecopark Waalwijk in netgebied Enexis; herstel opmerking (59 >> 33 "missende" PV projecten), irritante fout met eenheid (dank, S.!).
|
|