Nieuws zonnestroom actueel
links
PV-systeem
basics
grafieken
graphs
huurwoningen
nieuws
index
   
 

SOLARENERGYERGY

Nieuws & analyses P.V. pagina actueel

meest recente bericht boven

Specials:
CBS update deel 2 - zonnestroom producties in relatie tot andere "hernieuwbare bronnen"
CBS nationale zonnestroom update - 2023 nieuw record jaar bij groei, medio 2024 3 miljoen PV installaties
Licht herstel sub 1 MWac PV markt in oktober 2024 (energieleveren.nl data)
VertiCer update oktober 2024 - 14,5 GWp accumulatie; verdere toename jaargroei 2023, nieuwe anomalie GvOs

vanaf 5 november 2024

<<< recenter

actueel 195 194 193 192 191 190-181 180-171 170-161 160-151 150-141 140-131
130-121
120-111 110-101 100-91 90-81 80-71 70-61 60-51 50-41>>> highlights


 
^
TOP

19 november 2024: CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes. In het vorige artikel werden de laatst bekende wijzigingen van de capaciteits-cijfers voor PV installaties in Nederland, van de hand van het CBS, getoond en besproken door Polder PV. In dit vervolg artikel volgen de aangepaste cijfers voor de berekende zonnestroom producties. In tweede instantie wordt de relatie gelegd met de producties van andere als "hernieuwbaar" bestempelde bronnen. Data voor de jaren 2022 en 2023 zijn gewijzigd, in licht negatieve zin.

(1) Door CBS berekende zonnestroom productie 1998 - 2023

In de huidige update zijn de primaire productie data voor 2022 én 2023 gewijzigd bij het CBS, en ook ditmaal, verder neerwaarts bijgesteld. Deze wijzigingen vindt u in de laatste kolommen in onderstaande grafiek. In principe zijn de data voor 2022 definitief, die voor 2023 nog steeds "nader voorlopig", en kunnen dus nog (verder) wijzigen. Dat betekent, gezien de meestal sterk positieve evolutie van de capaciteits-cijfers, die ten grondslag liggen aan de berekeningen van de uiteindelijke productie cijfers, dat er later ook weer voor 2023 opwaartse aanpassingen in deze grafiek kunnen gaan komen.

Door diverse aanpassingen, zoals o.a. aan de berekende productie voor windenergie, zijn wel ook de relatieve aandeel percentages van zonnestroom weer gewijzigd. En wel, voor de jaren 2021 tm. 2023. In de toelichting, omschrijft het CBS genoemde wijzigingen voor windenergie als volgt:

"De methode achter de elektriciteitsproductie uit wind is gewijzigd; het eigen verbruik van de windmolens wordt nu meegenomen in de cijfers. Dit is teruggelegd tot en met 2021. Verder zijn er meer windmolens afgesloten in 2021 dan voorheen gedacht. Dit heeft ook invloed op het opgestelde vermogen van 2022 en 2023 en daarmee op de genormaliseerde bruto productie. Hierdoor wijzigt zowel de bruto (genormaliseerd en niet-genormaliseerd) als de netto productie vanaf 2021".

Voor zonnestroom, wordt, zoals in deel 1 van deze mini serie is beschreven, vanaf 2022 door het CBS uitgegaan van een nieuw type vermogen, het "systeemvermogen van de installatie", wat kennelijk voor de huidige productie tabel als uitgangspunt wordt gebruikt om de hoeveelheid zonnestroom te berekenen, vanaf dat jaar. Dit systeemvermogen heeft verschillende waarden, vergeleken met zowel het opgestelde omvormer vermogen, als met de opgestelde generator capaciteit van de PV modules.

Voor de vorige grafiek, met status update 7 juni 2024, zie het artikel van 9 juni 2024.

De door het CBS berekende jaarlijkse zonnestroom productie, van 1998 tm. 2023 (groene kolommen, referentie: rechter Y-as). Data tm. 2021 zijn, wat de producties betreft, ongewijzigd, voor zowel 2022 en 2023 zijn de berekeningen iets neerwaarts aangepast (definitieve, resp. nader voorlopige cijfers). De productie van zonnestroom nam van 2019 tm. 2023 enorm toe, van 5.399 GWh (2019), via 8.568 GWh (2020), en 11.304 GWh in 2021, 16.657 GWh in 2022 (gewijzigd & definitief), naar een, nog steeds nader voorlopig, volume van 19.578 GWh, in 2023 (neerwaartse bijstelling t.o.v. de 20,0 TWh in de vorige update). Daarmee is het relatieve aandeel van de "niet-genormaliseerde" zonnestroom productie in het binnenlandse bruto stroomverbruik (rode datapunten, referentie: linker Y-as) alweer gestegen, van 4,42% in 2019, via 7,10% in 2020, 9,23% in 2021 (licht neerwaarts bijgesteld), en 14,20% in 2022 (vorige update 14,53%), naar alweer 16,93% in 2023 (neerwaartse bijstelling t.o.v. 17,27% in de vorige update). Relateren we de productie aan de totale netto elektriciteitsproductie (exclusief eigenverbruik van o.a. gas en kolencentrales), zouden we in 2023 al op een aandeel zonnestroom van 17,5% van totaal zitten. De afschatting voor 2023 kan beslist nog verder worden aangepast in latere CBS updates, tm. 2022 zijn de cijfers voor de productie volumes definitief. Als er later nog zou worden "getweaked" aan productie volumes van andere modaliteiten, zouden in theorie nog aandeel percentages voor zonnestroom (licht) kunnen wijzigen in nieuwe updates, zoals nu met het aandeel voor 2021 is geschied.

(2) Zonnestroom productie in relatie tot andere hernieuwbare opties

Hoe is de stand van zaken m.b.t. de door CBS vastgestelde zonnestroom productie, in relatie tot andere opwek methodieken van elektra uit hernieuwbare bronnen? Daarvoor vinden we wederom in de CBS tabel "Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen" de data terug. Hier onder presenteer ik weer een update van de grafiek, met de vier belangrijkste modaliteiten, en de totale stroom productie uit hernieuwbare bronnen. Waarbij tm. 2021 de kalenderjaar producties niet zijn gewijzigd t.o.v. de update van 7 juni jl., maar de volumes voor 2022 en 2023 inmiddels weer voor de meeste opties licht neerwaarts zijn bijgesteld.

In deze wederom bijgewerkte grafiek is de door het CBS berekende jaarlijkse elektra productie van vier als "hernieuwbaar" beschouwde bronnen getoond in de periode 2015 tm. 2023**, met de laatst bekende data uit genoemde CBS tabel, met peildatum 15 november 2024. De data tm. 2022 zijn definitief, die voor 2023 nog "nader voorlopig". Zonnestroom is hierin weergegeven als de gele lijncurve, met de in het eerste deel van dit artikel reeds behandelde, ook in de grafiek weergegeven jaarproducties, culminerend in 16,66 TWh in 2022, en 19,58 TWh in 2023 (beide data neerwaarts bijgesteld). Daarmee kwam de toename sedert 2022 op 17,5%. Zonnestroom haalde biomassa (bruine curve) in 2019 in, en is er verder op uitgelopen in de opvolgende jaren. Waarbij er opeens een enorme voorsprong ontstond in 2022, omdat de productie uit biomassa zelfs fors onderuit ging t.o.v. 2021. Daarbij moet wel de waarschuwing, dat dit nog enigszins kan bijtrekken, omdat volledige cijfers voor productie bij deze veelomvattende optie pas heel laat beschikbaar komen. De meer opbrengst bij zonnestroom was grotendeels te wijten aan de weer flinke capaciteit toename van het netgekoppelde PV installatie park, in combinatie met de uitzonderlijk zonnige condities in vrijwel het hele jaar 2022. In 2023 is de groei minder sterk, door een combinatie van minder zonnig weer, en een ongeveer gestabiliseerd groei volume. Maar, het wordt eentonig, ook de cijfers voor 2023 kunnen nog verder worden aangepast.

Voor windenergie (donkerblauwe curve) zijn die cijfers meestal niet zeer moeilijk te verkrijgen, alle windturbines zijn gecertificeerd bemeten en alle productie is als "hernieuwbaar" te bestempelen, dus de getoonde cijfers zullen vermoedelijk niet veel meer wijzigen, tenzij de bemetering van nieuw in het betreffende jaar opgeleverde windparken nog niet helemaal op orde was. Toch zijn er t.o.v. de update van 7 juni jl. voor de producties in 2021 tm. 2023 weer neerwaartse bijstellingen geweest (zie ook opmerkingen in de introductie). Wind op zee wijzigde voor 2023 van 11.549 naar 11.473 GWh, bij wind op land nam het volume af, van 17.615 naar 17.453 GWh. Het totale volume (wind op land plus off-shore) is mee gewijzigd, van 29,16 naar 28,93 TWh in 2023.

De productie van elektriciteit uit windturbines is ongeveer rechtlijnig toegenomen in de jaren 2020 - 2022. De toename tussen 2021 en 2022 resulteerde in een stijging van de productie met 19,2%. Door een combinatie van de plaatsing van nieuwe windturbines op zowel land, als off-shore, was in 2023 een opmerkelijke toename van de daarmee gepaard gaande productie van windstroom te zien, en wel met 33% (land), resp. 45% (off-shore). Het totale volume nam in dat jaar toe met een respectabele 37,3%.

De gecertificeerde productie voor waterkracht viel, na een tijdelijke stijging van 0,05 naar 0,09 TWh in 2020-2021, weer terug naar het lage niveau van 0,05 TWh in 2022, resp. 0,07 TWh in 2023 (onderste lichtblauwe lijn). Het blijft een zeer beperkt volume, en zal niet sterk kunnen groeien, vanwege de geografische beperkingen in het vlakke land genaamd Nederland.

In de donkergroene curve bovenaan wordt het totale volume van deze vier modaliteiten getoond. Wat een aanwas kende van 38,89 TWh (2021) tot, voorlopig, 55,32 TWh in 2023 (volumes 2021-2023 allen neerwaarts bijgesteld). De groei was vanaf 2020 bijna rechtlijnig. De Compound Annual Growth Rate (CAGR) was in de periode 2015-2023 gemiddeld 19,8% per jaar voor het totaal. Gemeten over de lange periode van 1998 (data niet getoond), tm. 2023 was het nog steeds een zeer respectabele 14,2% gemiddeld per jaar.

Het aandeel van zonnestroom in de "mix" van deze vier als "hernieuwbaar" bestempelde modaliteiten is fors gestegen, van 8,5% in 2015 via ruim 20% in 2018, naar, voorlopig, 35,8% in 2022. In 2023 viel het met de huidige cijfers licht terug, naar 35,4%, maar dat kan bij eventuele latere wijzigingen van de data in potentie ook weer tot een iets hoger percentage leiden. De relatieve stijging t.o.v. het voorgaande jaar was, in de getoonde periode, het grootst in 2018, toen 68% meer productie werd vastgesteld dan in 2017. Ook in 2020 was de toename aanzienlijk, bijna 59%. In 2021 lag het op een beduidend lager niveau, 32%, maar de meer opbrengst in zeer zonnig 2022 is, t.o.v. de output in 2021 neergekomen op ruim 47%, een prima prestatie. Het duidelijk minder zonnige jaar 2023 laat tot nog toe een tegenvallende toename van 17,5% zien, maar, zoals meermalen gesteld: latere te verwachten bijstellingen van de bron-cijfers voor 2023 bij het CBS kunnen hier nog wat verandering in gaan brengen.

Bij de CAGR groeicijfers blijft zonnestroom zonder meer kampioen. In de periode 2015-2023 lag het bij de berekende productie op gemiddeld 43,2% per jaar. Windenergie op land en op zee moesten het met een CAGR van gemiddeld 13,3%/jr, resp. 33,6%/jr stellen. Biomassa, waarvan de output bij de elektra productie flink onderuit is gegaan in de laatste 2 jaar, bleef steken op een CAGR van slechts 6,0%/jr gemiddelde groei. Kijken we naar de langere periode tussen 1998 en 2023, blijft zonnestroom ongeslagen op de eerste plaats staan. Met een gemiddeld groei percentage van 40,5% per jaar bij de berekende stroom productie.

In de voorgaande update is ook ingegaan op de aandelen van de als hernieuwbaar bestempelde stroombronnen in de totale stroomproductie mix. In de meest actuele tabel van de elektriciteits-balans (oktober 2024) zijn hier nog geen wijzigingen in terug te vinden, dus die komen blijkbaar nog. Daar zal ik later wellicht nog dieper op ingaan. Voor grafieken en details voor de status van 7 juni, zie de paragrafen 3 en 4 in de betreffende update op Polder PV.

Bronnen

Extern

Energieverbruik uit hernieuwbare bronnen gestegen naar 17 procent (nieuwsbericht CBS, 7 juni 2024)

Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen (CBS, update datum 15 november 2024)

Elektriciteitsbalans; aanbod en verbruik (CBS, update datum 31 oktober 2024)

Intern

CBS update, deel 1. (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024 (18 november 2024)

CBS update. Eerste bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Deel 1 (9 juni 2024)

CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (9 juni 2024, huidige artikel)

CBS update, deel 3. "Kleine" ultimate CBS zonnestroom statistiek - de 2023 update (13 juni 2024)

CBS update deel 1. Eerste afschatting zonnestroom markt 2023 door CBS, Nederland wereldkampioen Wp/capita herbevestigd (7 maart 2024, alsmede daar onder gelinkte vervolg artikelen)

CBS stelt data voor PV-capaciteit kalenderjaar 2022 weer fors opwaarts bij. Record jaargroei volume nog hoger, bijna 4,8 GWp, 564 duizend nieuwe installaties. Deel 1 (16 november 2023, alsmede daar onder gelinkte vervolg artikelen)


 
^
TOP

18 november 2024: CBS update, deel 1. (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024.

Op 7 maart 2024 publiceerde het CBS haar aller-eerste afschatting voor de omvang van de zonnestroom markt in 2023, in Nederland, waar Polder PV getrouw zijn analyse op los liet, hier te raadplegen. Daarin vindt u ook cijfers over de onstuimige groei van PV installaties op woningen, van Netbeheer Nederland.

Op 7 juni werd de eerste update van het statistiek bureau gepubliceerd, voor alle hernieuwbare energie bronnen. Dat was kort voor onze vakantie, maar ik heb toen nog wel de meest essentiële data over zonnestroom gepubliceerd, in drie delen, 1, 2 en, in een uitgebreidere grafieken analyse, in de "kleine ultimate CBS zonnestroom statistiek", in deel 3.

Ik had in mijn analyses al een "stevige anomalie" in de provincie Utrecht ontdekt, die tot op hoog niveau doorwerkte in de statistieken, en die vreemde gevolgen had voor de positie van o.a. gemeente Lopik, en de provincie zelf. Die anomalie had ik direct gemeld bij het CBS, die tijdens onze vakantie snel een update heeft doorgevoerd. Mij is te verstaan gegeven dat met name de capaciteit voor Lopik niet klopte, en dat er weer eens een beruchte "drie nullen fout" is gemaakt. Die dus tot op provinciaal niveau is doorgewerkt. In de snelle revisie van de data van 7 juni, gepubliceerd op 17 juni, werden daarmee zelfs de nationale (!) zonnestroom cijfers beïnvloed. Marginaal voor het totale aantal installaties, maar behoorlijk voor de capaciteit. Laatstgenoemde ging namelijk van 24.261 naar 23.943 MWp, in de update van 17 juni 2024. Een verschil van 318 MWp in de min, -1,3%. In de toelichting tot de betreffende tabel, heeft het CBS deze wijziging omschreven als: "Voorlopige cijfers over 2023 zijn voor enkele gemeenten in de provincie Utrecht aangepast".

In de huidige update van de cijfers (15 november 2024), is dat volume echter, door tussentijdse toevoegingen van nieuw(e) (gevonden), opgeleverde capaciteit, weer opwaarts bijgesteld, naar 24.302 MWp, zodat er nu weer bijna 41 MWp meer bekend is dan in de update van 7 juni jl. Derhalve, een bescheiden 0,2% toename van de capaciteit. De allereerste afschatting voor medio 2024 (eind juni) is ditmaal ook bekendgemaakt, 26.065 MWp, wat een groei van 1,76 GWp zou inhouden in het eerste halve jaar. Waarbij direct de disclaimer moet, dat hier nog veel volume aan toegevoegd kan worden, zowel voor het eerste als voor het tweede half-jaar. En dat dit cijfer dus nog als zeer voorlopig beschouwd dient te worden. Ook de volumes voor de aantallen PV installaties zijn bijgewerkt, en voor de eerste jaarhelft van 2024 gepubliceerd. Voor de resultaten, en de duiding daarvan, zie de tabellen hieronder.

Uit de nieuwe cijfers volgen twee byzondere vaststellingen: voor het eerst in de cijfer historie van de CBS data is er nu iets meer groei geweest in 2023 dan in 2022 (dit was nog andersom in de cijfers van de voorgaande update!). Medio 2024 zouden er inmiddels al meer dan 3 miljoen PV installaties bekend zijn (geworden) bij het CBS. Voor 2022 zouden alle data nu "definitief" zijn, voor 2023 (en de 1e helft van 2024) zijn ze nog "nader voorlopig".

Er zijn nu ook gescheiden data voor opgesteld generator vermogen (DC), en voor aanwezige omvormer capaciteit (AC) gepubliceerd, van de afgelopen 2 jaar en voor de eerste jaarhelft van 2024. Waarbij er heel erg goed opgelet dient te worden, uit welke tabel dergelijke capaciteits-data worden ge-extraheerd, want dit is zeker niet altijd helder uit de beschikbare informatie. Er zijn meerdere tabellen over zonnestroom, die soms een andere "insteek" hebben, maar die wel soms (schijnbare) overlap vertonen bij de getoonde data.

In de huidige analyse zet ik de nieuwe cijfers van het CBS wederom in tabellen op een rijtje, en geef ik een nieuwe grafiek voor de door het CBS vastgestelde capaciteits-ontwikkeling. Ook wordt weer een nieuwe update gegeven van de grafiek met de evolutie van de zonnestroom capaciteit per hoofd van de bevolking, in voormalig wereldkampioen Australië, en haar opvolger, het kleine Nederland aan de Noordzee.

Later zullen de berekende zonnestroom producties worden behandeld.


Nieuwe cijfer update CBS - aangepaste tabel aantallen

Normaliter verschijnen cijfers voor de eerste aantallen PV installaties in de CBS Open Data tabel "Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen", met als update datum 15 november 2024. Deze is echter beslist niet volledig, want er staan alleen (deels nieuwe) cijfers in voor de jaren 2021 tm. 2023. Ik heb de bij het CBS beschikbare overige cijfers gehaald uit de tabel "Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio". Ook daar is het aanbod nog karig, er zijn alleen cijfers vanaf 2019 voorhanden. Er bestaan wel oudere cijfers, vanaf 2012, maar het is niet duidelijk of die inmiddels al achterhaald zijn, gezien diverse methodologie revisies die CBS in de laatste jaren heeft doorgevoerd. Ze staan in ieder geval niet (meer) in de actuele CBS overzichten. Vandaar dat u in onderstaande tabel alleen de gegevens van 2019 tm. de eerste jaarhelft van 2024 zult vinden. De primaire cijfers die zijn gewijzigd t.o.v. de voorgaande update (EOY en daaruit volgende nieuwe YOY data), en het eerste nieuwe cijfer voor medio 2024 zijn in rood weergegeven.


^^^
point as decimal separator (read 2.808.439 as 2 808 439, or 2808439)

Note: slightly revised data CBS update June, 17, 2024: In 2023 2.808.437 installations accumulated, now replaced again.

Helemaal links de eerst door het CBS verstrekte cijfers voor het aantal installaties aan het eind van elk jaar van 2019, 2020, 2021, 2022, en voor 2023 (nader voorlopig), en de allereerste afschatting voor eind juni 2024 (ditto). Onder de tabel het medio november 2023 gepubliceerde cijfer voor eind van het eerste half-jaar van 2023, wat niet meer in gecorrigeerde vorm publiek wordt gemaakt door het CBS. Ook de nu gepubliceerde eerste half-jaar cijfers voor 2024 zullen later niet meer (publiek) worden bijgewerkt, ze zullen worden vervangen door de einde-jaars cijfers voor dat jaar.

Eind 2023 zouden er inmiddels bijna 2,88 miljoen PV installaties zijn ge-accumuleerd, wat alweer ruim 67 duizend installaties meer was dan in eerste instantie gedacht. Vergeleken met het inmiddels tot het "definitieve volume" gewijzigde, eindcijfer voor 2022 (bijna 2,30 miljoen), resulteert dit in een jaargroei cijfer van 576.628 nieuwe installaties. In tegenstelling tot de status in de vorige update, toen 2022 nog de hoogste groei leek te hebben, is dat inmiddels een nieuw record cijfer. Want 2022 is nu blijven steken op, nog steeds spectaculair, een aanwas van 568.574 nieuwe PV-installaties. 2023 zou derhalve 1,4% meer groei hebben gekend dan het voorgaande jaar.

Al is het verschil wel minder geworden, er zit nog steeds wat "spanning" in relatie tot cijfers begin dit jaar gepubliceerd door Netbeheer Nederland, die uitsluitend voor PV systemen op woningen signaleerde dat er al ruim 600 duizend nieuw waren geregistreerd, zoals onderaan de tabel weergegeven (detail cijfers uit een vorige analyse). Dit kan natuurlijk niet, want bij het CBS zouden ook alle andere installaties moeten zitten. Om dit meer in lijn te krijgen, verwacht ik nog steeds de nodige aanpassingen in zowel de cijfers van het CBS (alle installaties), als die van Netbeheer Nederland (alleen woningen / kleinverbruik ?).

De drie miljoenste is "binnen"!

Helemaal links onderin de tabel volgt, tot slot, het nog zeer voorlopige, later ongetwijfeld nog fors bij te stellen volume wat het CBS voor eind juni 2024 heeft gevonden (1e half-jaar). Meteen kunnen we hierbij de champagnefles laten knallen, er is een nieuwe piketpaal gepasseerd van ruim 3,0 miljoen PV installaties, geaccumuleerd in Nederland.

Ik heb in de desbetreffende CBS tabel ook nog even gekeken hoe de stand van (voorlopige) zaken is bij uitsluitend het aantal PV installaties op woningen. Dat zou tussen 2022 en 2023 zijn gegroeid, van 2,13 miljoen naar 2,65 miljoen "residentiële installaties". De groei zou in 2023 1% hoger zijn geweest dan de aanwas in 2022 (524 duizend t.o.v. 519 duizend nieuwe installaties op woningen). 2022 had de hoogste groei t.o.v. het voorgaande jaar, maar liefst 51% in dat segment. Let zoals gebruikelijk op, dat "installaties" niet hetzelfde is als "woningen", er wordt in Nederland al jarenlang massaal uitgebreid, vaak met nieuwe omvormers, waardoor er op heel veel huizen meer dan 1 "officiële installatie" ligt.

Medio 2024 zouden er inmiddels 2,79 miljoen installaties op woningen liggen. In de eerste jaarhelft zou de groei dan neerkomen op bijna 136 duizend residentiële installaties, wat zelfs bij verdubbeling met de 2e jaarhelft er bij maar zo'n beetje op de helft van de volumes in de voorgaande 2 recordjaren zou gaan komen. Maar zoals meermalen gesteld: deze eerste cijfers zijn nog zeer prematuur, en kunnen nog fors worden bijgesteld, ook voor de eerste jaarhelft.

Het aantal residentiële t.o.v. alle PV installaties schommelde tussen 2019 en medio 2024 van 90,4% (2019) tot zelfs 93,2% (2022).

In de tweede kolom, "most recent est.", de nu bekende meest recente cijfers voor de eindejaars-volumes voor alle projecten (zowel woningen als bedrijfsmatige projecten). De data voor 2022 en 2023 zijn gewijzigd t.o.v. de vorige update. 2022 is nu "definitief", bijna 2,30 miljoen installaties. 2023 kan nog aangepast worden, en staat nu op 2,88 miljoen installaties.

Achteraan zijn de meest recente, uit de EOY accumulaties berekende jaargroei cijfers toegevoegd, voor de jaren 2020 tm. 2023. Ook hier weer wijzigingen voor de resultaten in de jaren 2022 en 2023. De voorlopige groei voor 2023, 576.628, is inmiddels hóger geworden dan het volume in 2022 (568.574 nieuwe installaties), waar dat in de vorige update nog lager uitpakte. Het betreft dus een nieuw record groei cijfer. De voorspelling dat dit om zou kunnen slaan (in de bespreking van de vorige update van Polder PV) is dus bewaarheid geworden. Wel is het groeicijfer voor 2023 nog nader voorlopig, voor 2022 echter inmiddels "definitief".

Door de tussentijdse wijzigingen zijn inmiddels voor de jaren 2022 en 2023 ruim 83 duizend, resp. 67 duizend installaties toegevoegd t.o.v. de allereerste afschattingen voor die jaren. Daarmee is 3,8% resp. 2,4% aan volume achteraf toegevoegd. Voor eerdere jaren zijn die toevoegingen veel bescheidener geweest, maximaal een procent.

Tabel capaciteit met gamechange voor 2023

De tabel voor de capaciteit, die al langer completer was dan die voor de aantallen, is ook weer aangepast, met de gewijzigde cijfers voor de geaccumuleerde capaciteit aan het eind van 2022 en 2023, en de eerste afschatting voor medio 2024. Deze tabel vervangt het eerder gepubliceerde exemplaar in de update van 7 juni jl.


^^^
point as decimal separator (read 24.261 as 24 261, or 24261)

Note: revised data CBS update June, 17, 2024: In 2023 23.943 MWp accumulated, now replaced again.

In de tweede kolom vindt u het nieuwe cijfer voor de jaren 2022 en 2023. Eind 2022 zou nu definitief 19.536 MWp PV vermogen zijn geaccumuleerd. Dat is, vrij byzonder, 64 MWp láger dan in de vorige update, er is dus weer wat vermogen "verdwenen". Dit heeft vermoedelijk iets te maken met neerwaarts bijgestelde beschikking volumes in de SDE overzichten van RVO, dat is daar schering en inslag, de laatste jaren. Ondanks die finale neerwaartse bijstelling, is het eindresultaat wel 687 MWp, 3,6% méér, dan bij de allereerste CBS afschatting. Wat echter beslist geen record is. Dat ligt bij de cijfers voor Corona-jaar 2020, waar in latere updates zelfs 8,8% extra vermogen aan was toegevoegd: een spectaculair volume van 895 MWp.

Met nog nader voorlopige cijfers, is 2023 inmiddels beland op een accumulatie van 24.302 MWp, eind van het jaar, wat de eerste afschatting, 23.904 MWp, vervangt, en dus nog maar 1,7% meer volume betekent. Dit resulteert in de volgende gemiddelde jaargroei cijfers volgens de Compound Annual Growth Rate (CAGR) methodiek. Over de periode 2012 tm. 2023 was die groei gemiddeld 49,7% per jaar (!). In de periode 2018 tm. 2023 is dat gemiddelde wel wat gedaald, maar nog steeds, gezien de 5 jaar lange periode, in combinatie met alle problemen die de sector in die jaren op haar weg heeft gevonden, zéér sterk: gemiddeld 39,5% per jaar. Menig (Europees) land zal jaloers naar die hoge CAGR cijfers kijken.

In combinatie met het nieuwe, definitieve EOY cijfer voor 2022, leidt dit nieuwe eindejaars-cijfer tot een (voorlopige) groei van 4.766 MWp in 2023, zoals rechts onderaan weergegeven. Dit is zo sterk bijgetrokken sinds de eerste afschattingen, dat 2023 inmiddels 2022 op dit punt naar de tweede plaats heeft verwezen, wat iets minder aanwas liet zien in haar definitieve volume van 4.713 MWp groei. Deze mogelijkheid was in de bespreking van de voorgaande update reeds door Polder PV geopperd, en is dus uitgekomen.

Enkele verschillen CBS / NST 2024

In het Nationaal Solar Trendrapport 2024* werd een potentieel jaargroei volume van 4,82 GWp geclaimd voor 2023, wat nog maar 1,1% (vorige update: 3,4%) hoger zou liggen dan de huidige bijstelling op basis van het EOY 2023 cijfer van het CBS. U moet niet gek staan te kijken, dat het CBS daar in een later stadium mogelijk alsnog overheen zou gaan, zoals al vaker is geschied in de Nederlandse cijfer historie omtrent zonnestroom. Voor eind 2023 heeft het NST 2024 een geprognosticeerde capaciteit van "bijna 24,4 GWp" gegeven. Dat is nog maar 0,4% (vorige update 0,6%) hoger dan het huidige, door het CBS opgegeven EOY volume voor dat jaar, en wat ook nog zal gaan wijzigen.

Voor het residentiële marktsegment voorspelde het NST rapport 10,6 GWp opgesteld vermogen, eind 2023. Dat is 2,1% hoger dan de huidige afschatting van het CBS. Dat zit momenteel namelijk op 10,38 GWp voor de sector woningen. Ook voor de nieuwbouw in 2023 zat het NST momenteel hoger, met 2,55 GWp aanwas in de residentiële sector. Dat is fors, 7,7% hoger, dan blijkt uit de huidige cijfers van het CBS, wat voorlopig op een groei uitkomt van 2.367 MWp bij de woning deel-markt. NST claimt een 17% hogere groei in 2023, dan in 2022, het CBS komt in de huidige update niet verder dan 9,0%, in alleen het residentiële segment.

Polder PV volgt altijd de nationale statistieken van het CBS in zijn berekeningen en overzichten, omdat alleen dié cijfers uiteindelijk terechtkomen bij mondiale gremia als het IEA en IRENA, en daar als vergelijkings-materiaal worden gebruikt t.o.v. alle andere landen.

Tot slot nog enkele relatieve aandelen van de residentiële zonnestroom markt t.o.v. alle volume. Dit varieerde vanaf 2019 tussen de 39,4% (2021) en 44,8% (2019) bij de EOY volumes. Medio 2024 ligt het, met nog zeer voorlopige cijfers, op 42%. Bij de jaargroei cijfers lagen de aandelen residentieel t.o.v. de totale jaar aanwas tussen de 29,5% in 2023, en 38,7% in 2020. In de eerste jaarhelft van 2024 is, weliswaar met nog zeer voorlopige cijfers, het residentiële aandeel op het nieuwe totaal volume zeer fors terug gevallen naar nog maar 5,4%. Ook hierin zal nog veel veranderen, gezien de altijd fors achter de realiteit aan lopende "actuele cijfers".

* Nationaal Solar Trendrapport 2024 ©Dutch New Energy Research. Zie: https://www.solarsolutions.nl/trendrapport/

Grafiek evolutie capaciteit

In de hier onder weergegeven bijgewerkte grafiek geef ik de primaire data voor de capaciteits-groei weer in de Nederlandse zonnestroom markt tussen 2012 en 2023, met de meest recente cijfers voor 2023 inbegrepen. En achteraan toegevoegd, de nog zeer prille eerste data voor eind juni 2024.

De data zijn definitief tm. 2022, en nader voorlopig voor zowel 2023, als voor de eerste jaarhelft van 2024 (separaat achteraan weergegeven, eerste data, beide kolommen paren gearceerd weergegeven). In blauwe kolommen de door CBS gegeven eindejaars-accumulaties, cumulerend in 287 MWp eind 2012, tot inmiddels al 26.065 MWp, halverwege 2024**. Een factor 91 maal zo groot volume, in slechts 11 en een half jaar tijd, een fenomenale prestatie. Ik moet bij dergelijke groei cijfers altijd even met een glimlach terugkijken naar het verleden, toen door serieuze partijen, in 2011, een "Nationaal Actieplan" werd opgetuigd, waarin met veel bombarie werd aangekondigd dat er in 2020 maar lierst 4 GWp geaccumuleerd zonnestroom vermogen zou kunnen zijn gerealiseerd, als de handen uit de mouwen zouden worden gestoken. Ik wijs u op 2020 in bovenstaand plaatje, u mag met mij mee glimlachen ...

De toename van de opgestelde capaciteit was in 2023, sinds eind 2022, 26,9%. De oranje kolommen geven de uit de EOY data berekende jaargroei cijfers weer. Vanaf 2014 zijn die tm. 2020 continu groter geweest per jaar, om, vanaf 357 MWp nieuw volume in 2014, voorlopig te cumuleren in 3.883 MWp nieuwbouw in 2020. In 2021 zakte dit slechts licht in naar 3.714 MWp, maar in 2022 en, in de huidige update, topjaar 2023, werden weer nieuwe jaar records behaald, van 4.713 MWp, resp. 4.766 MWp. Dat laatste is een factor bijna 13,4 maal zo hoog dan in 2014. De groei in het eerste half jaar van 2024 is voorlopig vastgesteld op 1.763 MWp. Als we dat "theoretisch verdubbelen", komen we op ruim 3,5 GWp aanwas potentieel, wat een duidelijke terugval zou betekenen t.o.v. voorgaande jaren. Echter, er zijn nog veel data uit de eerste jaarhelft nog helemaal niet bekend, én er komt nog een tweede jaarhelft aan, waarbij er, bijvoorbeeld, het nodige aan reeds (lang) gebouwde zonneparken e.d. on-line zou kunnen gaan. Hier kan dus beslist nog veel aan veranderen.

Beide data kolommen hebben de rechter Y-as als referentie.

Uit de jaargroei cijfers is ook het procentuele verschil t.o.v. de aanwas in het voorgaande jaar berekend. Dit is weergegeven in de grijs gestippelde curve, met als referentie de linker Y-as. In 2015 en 2018 piekten de toenames naar 45% resp. 119% t.o.v. de groei in het voorgaande jaar. Vervolgens zakte dit tm. 2021 naar een 4% lágere groei dan bij de aanwas in Corona jaar 2020. In 2022 piekte de groei weer, naar 27% meer jaarvolume dan de aanwas in 2021. In 2023 was, met een iets hogere (record) aanwas dan in 2022, de "meer-groei" slechts ruim 1% t.o.v. die in het voorgaande jaar. Dat laatste percentage kan nog wat worden bijgesteld in latere CBS updates.

Gemiddeld systeem vermogen

Nu we van enkele jaren zowel de capaciteit data hebben, als de bijbehorende aantallen installaties, volgens de opgaves van het CBS, kunnen we ook weer berekenen wat de gemiddelde installatie omvang is geweest. Zowel voor de status eind van het jaar (accumulatie, EOY), als voor de nieuwbouw per jaar, YOY. We hebben (deels) daarvoor de cijfers beschikbaar van de kalenderjaren 2019 tm. 2024 HI. Hieruit volgt het hier onder weergegeven nieuwe tabelletje:

De opgaves zijn in kWp (generator vermogen) per installatie. Nieuwe en gewijzigde cijfers t.o.v. de vorige update zijn in rood weergegeven. Het systeemgemiddelde van de totale populatie is eind van het jaar gemiddeld genomen toegenomen, van 6,80 kWp eind 2019, tot 8,57 kWp in 2021, waarna het weer terugviel naar 8,45 kWp in 2023. Medio 2024 is dat weer toegenomen naar 8,62 kWp. Een toename van bijna 27% t.o.v. de status, eind 2019.

Bij de jaargroei cijfers, daarentegen, is er tussen 2019 en eind 2023 een duidelijke afname zichtbaar, van 12,07 kWp in 2020, tot 8,26 kWp bij de nieuwe installaties in 2023 (32% minder dan in 2020). Dit is waarschijnlijk het gevolg van de tussentijdse spectaculaire ontwikkeling van de residentiële markt tm. 2023, bij een minder sterke ontwikkeling van de grote projecten sector. Daardoor wordt het gemiddelde vermogen van alle installaties gedrukt. Medio 2024 zien we weer een duidelijke opleving van het gemiddelde, naar 11,90 kWp per installatie. Dit is een duidelijk teken aan de wand, dat de residentiële sector fors aan betekenis heeft ingeboet in de eerste jaarhelft van 2024. Wat duidelijk is terug te zien in de actuele cijfers van de "sub 1 MWac markt" bij energieleveren.nl, waar Polder PV een aparte statistiek sectie aan is gaan wijden.

Nieuw: ook omvormer capaciteit toegevoegd

In de huidige CBS updates is een nieuw fenomeen zichtbaar, waardoor ik in eerste instantie in verwarring werd gebracht doordat er inconsequenties bij gepresenteerde zonnestroom vermogens leken te ontstaan tussen CBS tabellen onderling. Na een telefonisch gesprek met een medewerker werd de sluier opgelicht. In de tabel "Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio" is namelijk een compleet nieuw veld met data opgenomen, met daarin weergegeven het "opgesteld vermogen omvormers", náást de gebruikelijke kolom capaciteit, die nu is omgedoopt tot "opgesteld vermogen van zonnepanelen". Het AC vermogen van de omvormers is vrijwel altijd lager dan de (DC) generator capaciteit van de zonnepanelen (nu weergegeven in kWp), en dat blijkt ook wel uit de data in de betreffende tabel.

Alleen van 2022, 2023, en voor de eerste jaarhelft van 2024, zijn deze omvormer vermogens nu voor het eerst separaat gepubliceerd. Terwijl, voor heel Nederland, de generator capaciteit in die drie periodes is ge-evolueerd van 19,54 GWp (EOY 2022) via 24,30 GWp (EOY 2023) naar 26,07 GWp (halverwege 2024), is tegelijkertijd het cumulatieve omvormer vermogen gestegen van 17,45 GW (EOY 2022), via 21,39 GW (EOY 2023), naar 22,81 GW (halverwege 2024). Daarmee is de verhouding tussen generator capaciteit en omvormer vermogen iets toegenomen, van 1,12 naar een factor 1,14 (EOY 2023 en medio 2024). Er zou dus 14% meer generator vermogen zijn aangesloten dan het AC vermogen van de populatie omvormers. Dat is een interessante vaststelling, omdat er bij energieleveren.nl er kennelijk van slechts 5% wordt uitgegaan.

Er zijn lichte verschillen tussen de regio onderling, bij deze verhouding. In Groningen vinden we de hoogste verhouding, medio 2024 (factor 1,17), mogelijk heeft dat iets te maken met het hoge aandeel van zonneparken in die provincie. Fryslân en Flevoland hebben halverwege 2024 de laagste verhouding, 1,11.

Deze expliciete scheiding tussen twee "soorten" vermogens vinden we alleen in bovengenoemde tabel. In andere tabellen vinden we een andere "definitie" terug. Zo staat in de al jaren gebruikte, klassieke tabel "Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen", een aangepast begrip, waardoor je flink de kluts kunt kwijtraken, als je niet weet wat de begrippen in de betreffende tabel daadwerkelijk inhouden. In genoemde tabel benoemt het CBS deze policy change als volgt:

"Voor zonnestroom is vanaf 2022 het vermogen gelijkgesteld aan het systeemvermogen van de installatie, conform internationale afspraken. Het systeemvermogen is het maximale vermogen van de installatie, wat bepaald wordt door het minimum van het paneelvermogen en het omvormervermogen." Een nogal cryptische omschrijving, waarvan ik nog ga proberen om te achterhalen wat er exact mee wordt bedoeld. Sowieso is het erg ongelukkig, dat midden in een jaarreeks, er opeens iets anders "bedoeld" lijkt te worden met de nieuwe capaciteit vanaf dit breekpunt.

In ieder geval heb ik de data in die tabel niet (meer) gebruikt voor de huidige analyse, waarbij consistent de altijd gehanteerde generator capaciteit is, en wordt gebruikt. Die komen voor de recente jaargangen nu dus uit de tabel "Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio" (kolom capaciteit zonnepanelen).

Australia versus Nederland (ctd)

Al enkele malen eerder heb ik een vergelijking gemaakt tussen voormalig wereldkampioen Australia, versus de prestatie van Nederland, op het vlak van Wp/capita opgesteld vermogen. In een vorige update was al "officieel" geworden, dat Nederland de erepodium plaats van Australia had overgenomen, in 2023. In onderstaande grafiek geef ik de update met de meest recent beschikbare cijfers, voor zowel het opgestelde vermogen aan het eind van elk jaar, tm. 2023, aangevuld met de meest recente data uit 2024, als de meest actuele bevolkingscijfers. Voor uitgebreid commentaar op deze gegevens, en de vergelijking, verwijs ik gaarne naar het dieper gravende stuk in de analyse van 7 maart 2024.

Ten opzichte van de vorige grafiek zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd:

  • De nog steeds voorlopige ratio voor Australia is eind 2023 opgewaardeerd, van 1.276 naar 1.290 Wp/capita (1,1% hoger)
  • Ditto, voor Nederland, met de laatst bekende CBS cijfers voor PV capaciteit en een licht aangepast bevolkingscijfer voor eind 2023: ratio gewijzigd, van 1.352 naar 1.354 Wp/capita (0,15% hoger). Dat is het equivalent van 3 moderne 450 Wp zonnepanelen per inwoner in Nederland.
  • De verhouding tussen AUS/NL, is eind 2023 iets opwaarts bijgesteld, van een factor 0,94, naar 0,95, Nederland heeft dus weer iets ingeboet t.o.v. Australia, maar had toen nog steeds een duidelijk hogere Wp/capita ratio.
  • Nog zeer voorlopige nieuwe cijfers voor medio 2024 komen voor Nederland uit op 1.450 Wp/inwoner. Voor Australia heb ik een extrapolatie van de laatst bekende bevolkingscijfers voor het eerste kwartaal naar het tweede kwartaal gemaakt (met dezelfde aanwas als in het eerste kwartaal). Op basis daarvan kom ik voor medio 2024 voorlopig uit op 1.355 Wp/capita halverwege het jaar.
  • De ratio's voor eind 2023 kunnen later nog (vermoedelijk: marginaal) wijzigen, met verder aangepaste cijfers. Die voor medio 2024 zullen in hogere mate worden aangepast, maar omdat het CBS geen updates (meer) geeft voor historische "half-jaar cijfers", kunnen we straks alleen maar terugvallen op eindejaars-data. Die echter, voor de definitieve versies, nog lang op zich zullen laten wachten.
  • De Compound Annual Growth Rate (CAGR) van de afgeleide maatvoering Wp/capita was voor de periode 2010 tm. 2023 voor Australia al een hoge 36,3% gemiddeld per jaar, maar Nederland ging daar ver overheen, met een spectaculaire groei van gemiddeld 52,9%/jaar in die periode (!).

Bronnen, extern

Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen (CBS Open Data update 15 november 2024; opgelet! Vanaf 2022 wordt vermogen anders gedefinieerd !)

Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio (CBS Open Data update 15 november 2024)

Vermogen zonnepanelen iets minder sterk toegenomen in 2023 (tussentijds bericht CBS, 17 juni 2024)

Intern

Evolutie aantallen woningen, penetratie zonnestroom op woningen, en elektra verbruiks-data volgens CBS (20 augustus 2024)

CBS update. Eerste bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Deel 1 (9 juni 2024)

CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (9 juni 2024)

CBS update, deel 3. "Kleine" ultimate CBS zonnestroom statistiek - de 2023 update (13 juni 2024)

Voor andere recente interne bronnen, zie lijstje onderaan het eerste artikel in de vorige artikel serie over de CBS energie updates

De "ultimate" CBS zonnestroom statistiek update - uitgebreide (eerste) resultaten voor 2022 en medio 2023. Segmentaties naar provincie, gemeentes, RES sub-regio, omvang en type PV installatie (Polder PV, 9 januari 2024; introductie tot zeer uitgebreide detail analyse van de CBS zonnestroom data tm. medio 2023. Voor de volledige analyse met talloze cijfers en grafieken, zie deze link, analyse opent in nieuw venster)


 
^
TOP

5 november 2024: Energieleveren.nl - sub 1 MWac PV markt opleving zet door, 114 MWac nieuw, nog steeds laag. Op de website energieleveren.nl zijn inmiddels de nieuwe cijfers voor de maand oktober 2024 gepubliceerd, voor het marktsegment van de daar gemelde / geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MW omvormer capaciteit. Er is wederom een lichte groei te zien t.o.v. de voorgaande maand, maar de aanwas is nog relatief laag: 114 MWac, verdeeld over (afgerond) zo'n 23 duizend nieuwe projecten.

In de eerste analyse van de energieleveren.nl cijfers, medio september jl., maakte ik gewag van de "instorting" van het kleine PV marktsegment in Nederland, op basis van de dit jaar voor het eerst daar gepubliceerde marktcijfers van de "sub 1 MWac markt". In augustus 2024 werd een dieptepunt bereikt, met slechts 14 duizend nieuwe installaties, met een toegevoegd omvormer vermogen van 81 MWac. Een tweet van Polder PV over deze markt "instorting" werd zeer vaak bekeken (laatste stand van zaken: 16.400 maal).

September deed het iets beter (18 duizend nieuwe installaties geregistreerd, 98 MWac toegevoegd. En nu laat oktober weer een verdere verbetering zien. En wel, met zo'n 23 duizend nieuwe geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MWac, met een gezamenlijk vermogen van zo'n 114 MWac (derhalve, gemiddeld een relatief lage 4,96 kWac per nieuwe installatie). Ook al is dit een lichte opleving t.o.v. de voorgaande maandrapportage, het lag uiteraard wel beduidend lager dan de hoeveelheden in oktober 2023 (46 duizend nieuwe installaties, 242 MWac toegevoegd).

Grafiek met, per maand, de nieuwe aantallen registraties per maand, opgetekend door energieleveren.nl, tm. oktober 2024.
2024 in magenta gekleurde kolommen, die de forse terugval in nieuwe installaties in het <1 MWac segment goed laat zien.
Maar ook weer een lichte opleving sinds september.

Met deze toevoeging in oktober zijn er begin november in totaal nu 3,095 miljoen PV installaties per stuk < 1 MWac bekend bij energieleveren.nl. Hierbij nogmaals de bekende disclaimer: dat is niet het aantal woningen, of dergelijke claims. Er worden immers zeer regelmatig uitbreidingen (= "installaties") aan bestaande projecten toegevoegd, zowel residentieel, als in de projecten markt, een endemisch verschijnsel in Nederland. Het aantal "objecten", "erven", "project sites", is, derhalve, altijd (veel) lager, dan bovengenoemd getal. Wat, desondanks, natuurlijk zonder meer een spectaculair volume weergeeft.

Het is nog onduidelijk of, en hoe, deze "sub 1 MWac" zich verder zal / kan herstellen. Voorlopig zullen de nieuwbouw cijfers vermoedelijk erg laag blijven, wat vooral ligt aan de "schrik" in de residentiële markt, over het definitieve voornemen van het huidige kabinet, om de salderingsregeling per 1 jan. 2027 af te schaffen. Met daarbij natuurlijk een flinke kanttekening: voor zover het huidige kabinet "overeind blijft". Want wat daarna zou geschieden, is al helemaal turen in sterk bewolkte glazen bollen geblazen ...

18 GWac capaciteit in cumulatie - en verder groeiend

In de september 2024 rapportage werd het passeren van de piketpaal 18 MWac gemeld. Inmiddels is er, eind oktober, in het sub 1 MWac segment 18.203 MWac vermogen geaccumuleerd. In heel Nederland stond eind 2023, wat nominaal generator capaciteit betreft (altijd hoger dan het daar achter aangesloten omvormer vermogen), met de laatste aanpassing van het CBS, na mijn melding van duidelijk foute cijfers voor Utrecht, 23.349 MWp.

Zie voor de mogelijke impact, andere grafieken, en duiding, de bespreking van de meest recente cijfers in mijn update, hier onder gelinkt:

Statistieken PV markt segment registraties < 1 MWac bij energieleveren.nl

update oktober 2024

Bron

Hoeveel zon opwekinstallaties zijn er in Nederland? (website energieleveren.nl, "inzicht")


 
^
TOP

5 november 2024: VertiCer update oktober 2024, Gecertificeerde PV markt 14,5 GWp, jaargroei 2023 naar record 2.618 MWp nieuwbouw (2022 +32%), nieuwe anomalie getraceerd. Voor uitgebreide toelichting van de voorliggende historie van de CertiQ data voor gecertificeerde zonnestroom in Nederland, zie de bespreking van 7 maart 2023 (februari rapportage). Voor de transitie van CertiQ naar de nieuwe organisatie VertiCer, zie introductie in de analyse, van 19 juli 2023.

In de huidige rapportage brengt Polder PV de nieuwe resultaten uit de data rapportage van VertiCer, voor de maand oktober 2024, waarmee de jaargroei in kalenderjaar 2023 voor de zoveelste maal verder blijkt te zijn uitgelopen op het volume in 2022, na eerder al het voormalige topjaar 2020 al ver achter zich te hebben gelaten, m.b.t. de gerealiseerde, gecertificeerde PV capaciteit. Tevens worden, tm. september 2024, de verstrekte Garanties van Oorsprong voor gecertificeerde PV projecten gereconstrueerd en grafisch verbeeld over de afgelopen periode. De grootste anomalie in de PV statistiek bij VertiCer en haar rechtsvoorganger, van augustus jl., lijkt inmiddels in de publieke data te zijn hersteld, via de grootste netto negatieve maand-groei tot nog toe bekend in de VertiCer historie. Maar nog steeds lijkt de capaciteits-aanwas voor 2024 aan de hoge kant. Helaas is door Polder PV weer een nieuwe anomalie ontdekt, en wel in de afgifte van GvO's voor december 2023, die nu op een onverklaarbaar hoog niveau is gekomen. Wel is er inmiddels alweer een historische grens bereikt: voor 2024 is voor het eerst in de geschiedenis al meer dan 10 terawattuur aan gecertificeerde zonnestroom productie in een kalenderjaar ingeboekt, met nog het nodige aan volume later bij te schrijven. Dit uiteraard, pending eventuele wijzigingen / correcties in de VertiCer boekhouding.

Bijstellingen - niets nieuws onder de zon

Benadrukt zal hier blijven worden, dat de voor sommigen (zelfs specialisten uit de zonnestroom sector) wellicht verwarrende, continu wijzigende maand-cijfers bij VertiCer, en haar rechtsvoorganger CertiQ, beslist géén "nieuw fenomeen" betreffen, ook al wordt regelmatig het tegendeel beweerd. Dit is altijd al staande praktijk geweest bij CertiQ, en wordt gecontinueerd onder VertiCer. Niet alleen werd dat zichtbaar in de soms fors gewijzigde cijfers in de herziene jaar rapportages tot en met het exemplaar voor 2019. Helaas zijn daarna geen jaarlijkse revisies meer verschenen. In een tussentijdse analyse van oorspronkelijk gepubliceerde, en toen actuele, bijgestelde cijfers, werd al duidelijk, dat de databank van de destijds alleen onder TenneT vallende dochter continu wijzigingen ondergaat, zoals geïllustreerd in de Polder PV analyse van 4 november 2020. In dit opzicht, is er dan ook niets nieuws onder de zon. De wijzigingen zijn er altijd al geweest, alleen zijn ze inmiddels, met weliswaar de nodige moeite, regelmatig zichtbaar te maken, door de nieuwe wijze van rapporteren van VertiCer. De cijfermatige consequenties daarvan worden weer besproken in de huidige analyse.

Voordat we de huidige resultaten bespreken, blijft de belangrijke, al lang geleden door Polder PV geïntroduceerde, en tussentijds verder aangepaste disclaimer bij alle (zonnestroom) data van VertiCer / CertiQ recht overeind:

* Disclaimer & verduidelijking: Status officiële VertiCer (ex CertiQ) cijfers
volgens maandelijkse rapportages !


I.v.m. omvangrijke toevoegingen sedert 2018 aan dit dossier (vrijwel exclusief gedreven door grote hoeveelheden, SDE gesubsidieerde, en gemiddeld genomen steeds groter wordende PV projecten), in combinatie met inmiddels al 3 ernstige data "incidenten" bij CertiQ (september 2017, juni 2019, resp. april 2020), die Polder PV meldde aan het bedrijf (waarna deels substantiële correcties werden gepubliceerd), sluit de beheerder van Polder PV niet uit, dat de huidige status bij rechts-opvolger VertiCer niet (volledig) correct zal kunnen zijn. Een vierde casus diende zich aan n.a.v. het februari rapport in 2021. Een volgende incident deed zich voor in de december rapportage van 2022. De grootste cijfer anomalie werd door Polder PV ontdekt in de rapportage over augustus 2024. Hieruit blijkt inmiddels kristalhelder, dat (eventuele) data uitgangs-controles bij de netbeheerders richting VertiCer non-existent zijn, en/of onwerkzaam.

Met betrekking tot afgegeven Garanties van Oorsprong, werd in de maart 2024 rapportage ook al een anomalie gevonden, die, bij navraag, wederom, op een ingave fout van een netbeheerder bleek te berusten (zie voetnoot in de april 2024 update). In de update van 4 november 2024 is helaas een nieuwe anomalie ontdekt, voor het uitgifte niveau in december 2023.

Met name foute capaciteit opgaves van netbeheerders voor "kleinere" projecten kunnen, ondanks aangescherpte controles bij VertiCer, aan de aandacht blijven ontsnappen en over het hoofd worden gezien. Maar ook cijfermatige incidenten met opgaves van volumes van grotere projecten kunnen nog steeds niet uitgesloten worden. Deze laatsten zullen, indien onverhoopt optredend, hoge impact hebben op het volume aan maandelijkse toevoegingen, en ook, zei het in relatieve zin beperkter, invloed hebben op de totale accumulatie van gecertificeerde PV capaciteit aan het eind van de betreffende maand rapportage.

Hierbij komt ook nog het feit, dat ooit gepubliceerde volumes in de maandrapportages, al snel bijgesteld kunnen worden door continue toevoegingen en correcties voor de betreffende maanden, bij VertiCer. Wat de directe gevolgen daarvan zijn, vindt u grafisch geïllustreerd in het artikel gepubliceerd op 4 november 2020.

Voor 2020 en 2021 zijn de consequenties van deze continu optredende bijstellingen opnieuw berekend - in de rapportage voor december 2021. Deze bijstellingen werden in analyses van de maand rapportages tot en met 2022 bijgehouden door Polder PV, waaruit o.a. de meest actuele jaargroei volumes werden berekend.

Vanaf januari 2023 is er een complete revisie van de publicatie systematiek van CertiQ in gang gezet, later gecontinueerd onder de regie van rechtsopvolger VertiCer.

CertiQ heeft op basis van diverse opmerkingen van Polder PV over deze problematiek destijds stelling genomen met belangrijke achtergrond informatie over de totstandkoming van hun cijfers.

Zie ook aangescherpte voorwaarden voor correcte invoer van installaties voor de VertiCer databank, gericht aan netbeheerders en meetbedrijven (bericht 6 september 2023). Hierbij is, voor meetprotocol-verplichte installaties achter grootverbruik aansluitingen (incl. alle SDE gesubsidieerde installaties), de datum van ondertekening van het meetprotocol door de producent gelijk aan de ingangsdatum van zijn productie-installatie, volgens de documentatie van VertiCer.

Het overzicht met de eerste cijfers voor oktober 2024 verscheen in de nieuwe, drastisch gewijzigde vorm op de website van VertiCer, op 4 november 2024. Referenties naar eerder verschenen historische data zijn uiteraard impliciet als CertiQ gegevens geanalyseerd, in oudere analyses.


2. Evoluties basis parameters

2a. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer juli 2021 - oktober 2024

(Herziene) status tm. oktober 2024

In deze grafiek, met de meest recente actuele en gewijzigde data uit de oktober 2024 rapportage van VertiCer, en deels oudere data uit de CertiQ updates, de stand van zaken vanaf juli 2021 tm. oktober 2024. De blauwe kolommen geven de ontwikkeling van de aantallen installaties weer (ref.: rechter Y-as), voorlopig culminerend in 34.816 exemplaren, begin november 2024. Wat, wederom, een netto negatieve groei weergeeft van 291 projecten** t.o.v. de status, eind september 2024 (gereviseerd, 35.107 exemplaren), en zelfs 739 exemplaren minder is dan het tot nog toe hoogste niveau (35.555 in mei 2024, gereviseerd). Er vindt dus, in toenemende mate, een netto uitstroom van projecten plaats uit de VertiCer databank (meer uitgeschreven dan ingeschreven). Wel is er, t.o.v. het ook weer herziene eindejaars volume van 2022, netto bezien in kalenderjaar 2023 een groei geweest van 1.274 projecten in het VertiCer bestand. Wat bijna 51% minder is dan de groei in 2022 (licht gereviseerd: 2.583 nieuwe projecten genoteerd; voor de half-jaar volumes, zie ook nieuwe half-jaar grafiek verderop). Diverse historische data zijn wederom gewijzigd t.o.v. de september update. Zo is de stand van zaken voor eind (december) 2022 inmiddels 34.018 projecten, in de vorige rapportage waren dat er nog 34.016.

In de gele kolommen (ref. rechter Y-as, in MWp) de bijbehorende geaccumuleerde gecertificeerde PV-capaciteit, die begin augustus 2024 weer is toegenomen, van 12.960 MWp in de vorige update, naar, inmiddels, 13.051 MWp. Maar wat nog steeds duidelijk minder is dan de status van, inmiddels, bijna 13,7 GWp in februari. Dit kan uiteraard nog steeds / wederom substantieel gaan wijzigen in komende updates, zoals ook in alle vorige exemplaren is geschied. Afhankelijk van komende revisies van historische cijfers, lijkt de 10 GWp in dit grote PV dossier, in ieder geval inmiddels ergens begin januari 2023 te zijn gepasseerd.

Deze ronduit opmerkelijke, forse wisselingen in de netto (overgebleven) volumes aan het eind van de laatste maanden, heeft uiteraard ook gevolgen gehad voor de systeemgemiddelde capaciteit, die eind maart weer flink lager is geworden, waar dit begin 2024 nog een opvallende tóename was (groene curve). Na deze terugval, is in mei - juli het gemiddelde weer wat toegenomen.

Eind 2022 is de geaccumuleerde capaciteit inmiddels op een niveau gekomen van 9.837,2 MWp. In het eerste flink gewijzigde januari rapport voor 2023 was dat nog 9.409,3 MWp. Voor EOY 2022 is sindsdien dus alweer 428 MWp / 4,5% meer volume bijgeschreven dan oorspronkelijk gerapporteerd. Het is goed om deze flink opgelopen verschillen voor reeds "lang" verstreken jaren op het netvlies te blijven houden, want dit gaat natuurlijk ook geschieden met de cijfers voor 2023, én voor de data voor 2024.

Groei 2023 t.o.v. 2022 volume, nieuw jaargroei record houder

Met de huidige, gereviseerde cijfers van de jaar volumes, is de voorlopige groei in het hele kalenderjaar 2023 bijna 2.618 MWp geweest. Dat lijkt, in grote tegenstelling tot eerdere maandrapportages door Polder PV (in december 2023 rapportage nog slechts een jaar-aanwas van 1.298 MWp!), inmiddels op een forse marktgroei te wijzen, t.o.v. de jaarlijkse aanwas in 2022, zelfs al weten we dat alle cijfers nog steeds regelmatig zullen worden bijgesteld. In dezelfde periode in 2022 was het - nu weer licht aangepaste - groei volume namelijk 1.990 MWp. De toename in 2023 is tot nog toe dus alweer bijna 32% hóger dan het nu bekende nieuwe volume in 2022 (in de update van december 2023 was het nog 34% láger!). Bij de aantallen nieuwe projecten was juist een zeer hoge netto negatieve groei vast te stellen uit de huidige cijfers (minus 51%). Deze combinatie is op zijn zachtst gezegd, "hoogst curieus", als je niet beter zou weten hoe deze cijfers tot stand komen.

In ieder geval kan óók geconstateerd worden, dat 2023 al een tijdje onbetwist kampioen is geworden, en het nieuwe jaargroei record heeft. Het is voormalig kampioen 2020 (voorlopig laatst bekend groeicijfer: 2.436,9 MWp) inmiddels alweer 181 MWp voorbijgestreefd, pending latere updates.

In de groene curve is de uit voorgaande parameters berekende systeemgemiddelde capaciteit voor de gehele, overgebleven gecertificeerde populatie PV-projecten bij VertiCer, in kWp (referentie linker Y-as) weergegeven. Dit blijft door de bank genomen almaar toenemen, en is sedert eind 2022 verder gegroeid, van 289 naar bijna 353 kWp, eind 2023. In januari - februari 2024 nam dit fors toe, naar 383 resp. bijna 388 kWp. Eind maart nam dit echt weer stevig af, vanwege de toen doorgevoerde, forse neerwaartse capaciteits-bijstelling, en eindigde voorlopig op 353 kWp gemiddeld. Vanaf april steeg het weer naar bijna 369 kWp in juli 2024. Ook dit niveau kan bij latere data bijstellingen weer wijzigen, zowel in negatieve, als in positieve zin.

Links in de grafiek vindt u ook de meest recent bekende EOY cijfers voor 2021 weergegeven. Die zijn net als in de vorige updates stabiel gebleven, 31.435 projecten, respectievelijk, 7.847,1 MWp. Deze data zijn belangrijk voor de vaststelling van de aangepaste jaargroei cijfers voor 2022, zie paragraaf 3d. Het ziet er niet naar uit dat er nog substantiële wijzigingen in die eindejaars-cijfers zullen komen, op zijn hoogst marginale aanpassingen.

... (gigantische) anomalie in augustus - september rapportages inmiddels (deels?) in publiek toegankelijke data hersteld ...

In augustus 2024 is helaas weer een ronduit verbijsterend cijfer gemeld door VertiCer, wat met geen mogelijkheid verklaard kan worden, en wat als het grootste data incident in de lange historie (incl. rechtsvoorganger CertiQ) beschouwd kan worden in de solar statistieken. Hierover is uitvoerig gerapporteerd in een vorige maand update, en is commentaar van VertiCer weergegeven in het intermezzo in deel II van die analyse. Met inmiddels alweer iets gewijzigde, maar nog steeds ongeloofwaardige cijfers volgens de VertiCer tabel, een ongelofelijk volume van 17.239 MWp, wat een onwaarschijnlijke maandgroei van bijna 4,2 GWp in augustus zou geven. Uit de reactie van VertiCer blijkt, dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en accuraatheid van de aangeleverde cijfers bij de netbeheerders ligt, en moet Polder PV derhalve helaas vaststellen, dat er géén (effectieve) uitgangscontrole bij de netbeheerders is voor deze zeer belangrijke data. En dat, bovendien, een lang geleden beloofde ingangscontrole bij VertiCer moet ontbreken, anders had deze enorme anomalie al snel opgemerkt geweest. Niets van dit alles, (enorm) foute ingaves van netbeheerders blijven kennelijk nog altijd "ongeschonden" de publiek toegankelijke data van VertiCer in ernstige mate vervuilen.

In het september rapport was deze enorme anomalie helaas nog niet hersteld (17.177 MWp). Vanwege deze onmogelijke waarden, heb ik beide kolommen doorzichtig gemaakt en met een rood kader weergegeven. Kennelijk ook door aandrang van collegae bij Solar Magazine, is echter in de oktober rapportage eindelijk een flinke correctie doorgevoerd. Begin november wordt nu nog "maar" een volume van 14.522 MWp in accumulatie gerapporteerd. Wat vooral wordt veroorzaakt door een grote neerwaartse bijstelling voor de grootste project categorie (projecten groter dan 1 MWp), van 2,6 GWp (!), zie ook verderop bij segmentaties in paragraaf 4b). Dat daargelaten, vind ik het volume van 14,5 GWp nog steeds "aan de hoge kant", al is het niet meer als "onmogelijk" te bestempelen, i.t.t. het niveau in de voorgaande 2 maandrapportages.

Als gevolg van de veel te hoge capaciteiten in augustus en september, en de wél "logische" aantallen netto overgebleven geregistreerde projecten in die maanden, is de daar uit berekende systeemgemiddelde capaciteit natuurlijk ook véél te hoog (groene curve, een incorrecte, hoge 489 kWp gemiddeld per project weergevend in die maanden). In de oktober rapportage lijken we weer terug te keren naar "meer normale" verhoudingen. Het project gemiddelde is inmiddels beland op een "geloofwaardiger", doch nog steeds opvallend hoog niveau, van 417 kWp. Mogelijk volgen er later nog bijstellingen, al lijkt dat beslist géén gegeven, gezien de soms onbegrijpelijke sprongen in de curves in de historische data.

** Beter: "het netto overblijvende nieuwe volume, wat het verschil is tussen de (niet qua volume geopenbaarde) uitschrijvingen en de volumes aan nieuwe inschrijvingen".

2b. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer EOY 2009 - 2023

Ik geef hieronder de volledig gereviseerde grafiek met de evolutie van de eindejaars-accumulaties weer. Hierbij is gebruik gemaakt van een separaat verschenen historische update (24 augustus 2024), van de oudere jaargangen (destijds gepubliceerd in CertiQ rapportages), waarin alleen zeer marginale wijzigingen zijn te vinden, en die dus nauwelijks effect hebben gehad op de hoogte van de kolommen. En waarbij de nu bekende, inmiddels deels weer gewijzigde cijfers in het oktober 2024 rapport van VertiCer, voor de jaren 2021 tm. 2024, zijn opgenomen. De cijfers voor 2023 zijn uiteraard nog zeer voorlopig en kunnen nog behoorlijk gaan wijzigen in komende updates (gearceerde kolom). Het capaciteits-cijfer voor 2024 is inmiddels weliswaar flink neerwaarts aangepast, maar ik vind het nog steeds hoog. Het is wel veel realistischer dan de foutieve waarde in de augustus-september rapportages, vandaar dat ik de laatste kolom voor de capaciteit niet meer rood heb weergegeven.

De tweede grafiek in deze sectie geeft niet de maandelijkse progressie (paragraaf 2a), maar de evolutie van de eindejaars-accumulaties van 2009 tm. 2023, en de huidige status in 2024 (achteraan) weer, met alle ondertussen weer gewijzigde data in de huidige VertiCer update. De opbouw van de grafiek is vergelijkbaar met die voor de laatste maand-cijfers, maar om alle data in 1 grafiek te krijgen zonder extreme verschillen, is de Y-as voor alle drie de parameters hier logarithmisch gekozen. Het aantal installaties is fors toegenomen, van 3.767 exemplaren, eind 2009, naar, inmiddels, 34.018, eind 2022, resulterend in een Compound Annual Growth Rate (CAGR) van gemiddeld 18,4% per jaar in 2009-2022. Eind december 2023 staat de teller alweer op 35.292 projecten; de CAGR voor de periode 2009-2023 heeft, met de nog voorlopige data voor met name 2023, een gemiddelde van 17,3% per jaar.

Bij de capaciteits-ontwikkeling is het echter nog veel harder gegaan. Deze nam toe van 18,7 MWp, eind 2009, tot alweer 9.837,2 MWp, eind 2022. Resulterend in een byzonder hoge CAGR, van gemiddeld 61,9% per jaar (!). Wel begint er, voorstelbaar, na zo'n langdurige, spectaculaire groei periode, een afvlakking zichtbaar te worden in de expansie. Wat veel te maken heeft met overal optredende problemen met beschikbare netcapaciteit, gestegen project kosten, forse competitie met andere CO2 besparende opties binnen de nieuwste SDE regelingen, diverse verzwarende omstandigheden voor planning en realisatie van nieuwe projecten (verzekeringen, participatie trajecten, ecologische eisen), beschikbaar personeel, etc. Eind december 2023 is de capaciteit fors doorgegroeid naar een voorlopig volume van 12.455,3 MWp, resulterend in een nog zeer voorlopige, doch hoge CAGR van gemiddeld 59,1% per jaar, in de periode 2009-2023. Hierbij moet ook worden vermeld, dat het eindejaars-cijfer voor 2023 fors is bijgesteld in eerdere updates van VertiCer. Vermoedelijk is er toen veel capaciteit bijgeschreven na de nodige vertragingen in de administratieve verwerking ervan.

Historische bijstellingen

Dat de cijfers in de databank behoorlijk worden bijgesteld, bezien over een langere periode, laten de nu actuele eindejaars-cijfers voor 2021 weer goed zien. Die zijn al enkele maanden ongewijzigd, namelijk 31.435 installaties, en een verzamelde capaciteit van 7.847,1 MWp. In het "klassieke" maandrapport voor (eind) december 2021, alsmede in het gelijktijdig verschenen eerste jaaroverzicht, waren die volumes nog maar 30.549 installaties, resp. 7.417,8 MWp. In de laatste cijfer updates zijn de verschillen t.o.v. de oorspronkelijke, "klassieke" maandrapport opgaves van, destijds, CertiQ, derhalve, opgelopen tot 2,9% (aantallen), resp. bijna 5,8% (capaciteit). Uiteraard hebben deze continu voorkomende bijstellingen ook gevolgen voor de uit de EOY cijfers te berekenen jaargroei volumes (YOY).

Uit voorgaande twee parameters werd door Polder PV weer de gemiddelde systeem-capaciteit aan het eind van elk kalenderjaar berekend (groene curve in bovenstaande grafiek). Ook deze nam spectaculair toe, van slechts 5,0 kWp, eind 2009 (bijna uitsluitend kleinere residentiële installaties), tot alweer 352,9 kWp, eind 2023 (bestand VertiCer inmiddels gedomineerd door duizenden middelgrote tot zeer grote projecten incl. zonneparken). Een factor 71 maal zo groot, in 14 jaar tijd. Wat de enorme schaalvergroting in de projecten sector goed weergeeft.

2024

Helemaal rechts in de grafiek zijn ook de nog zeer premature cijfers voor eind oktober 2024 getoond, met een waarschijnlijk "logisch", doch beslist nog niet definitief aantal van 34.816 installaties. Resulterend in een voorlopig netto verlies van 476 projecten sedert eind 2023 (meer uit- dan ingeschreven bij VertiCer). En met een weliswaar fors neerwaarts bijgestelde (lees: gecorrigeerde) capaciteit van 14.522 MWp voor de capaciteit (in de september rapportage nog, foutief, 17.056 MWp). Maar nog steeds vind ik dat volume aan de hoge kant. Het voorlopig resulterende systeemgemiddelde komt uit op 417 kWp, beduidend hoger dan de 353 kWp eind 2023.

Sowieso zal er voor kalenderjaar 2024 nog veel volume bijgeschreven worden, in de laatste 2 maanden, en in vervolg rapportages in het komende jaar. En ook de data voor de eerste maanden zullen daarbij nog flink worden bijgesteld. Waar dat alles zal "eindigen", inclusief potentiële andere correcties, is nog een niet te beantwoorden vraag. Er komen nog flink wat aanvullingen en wijzigingen aan voor dit jaar.


3. Maandelijkse, kwartaal-, half-jaar- en jaarlijkse toenames aantallen en capaciteiten bij VertiCer

3a. Maandelijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer augustus 2021 - oktober 2024

Ook al moet ook bij deze grafiek de blijvende waarschuwing, dat de cijfers nog lang niet zijn uitgekristalliseerd, en we nog de nodige bijstellingen kunnen verwachten, de trend bij de nieuwe (netto) aantallen projecten door VertiCer, en rechtsvoorganger CertiQ, geregistreerd van maand tot maand, laten, ook in de huidige versie van oktober 2024, een zeer duidelijke afkoeling van de PV-projectenmarkt zien sedert de zomer van 2021. Werden er in januari 2022 nog netto 385 nieuwe gecertificeerde PV-projecten bijgeschreven, is dat in de rest van het jaar al zeer duidelijk minder geworden, en vanaf augustus dat jaar zelfs zeer sterk "afgekoeld". Met wat ups en downs, is het laagste volume in dat jaar voorlopig bereikt in november 2022, met, inmiddels, 105 (netto) nieuwe installaties. Daarna veerde het weer even op, daalde stapsgewijs, leidde tijdelijk tot een inmiddels licht positieve groei van netto 9 nieuwe projecten in augustus 2023 en vervolgens weer positieve groei in september tm. december. In 2024 zijn de aanwas cijfers per maand tm. mei netto, in de eerste updates ook vaak negatief, al in de plus geraakt. De aanwas cijfers voor juni tm. september zijn nu nog 100, 55, 124, resp. 169 netto exemplaren negatief, maar ook dat kan nog in positieve groei omslaan in latere updates. Oktober start met de eerste waarde ook flink onder de nullijn, met netto minus 291 projecten. Ook dat kan / zal waarschijnlijk in latere updates omslaan in positieve, doch relatief lage groei.

Eerder getoonde negatieve groeicijfers voor 2023 zijn inmiddels, zoals gebruikelijk, omgezet in positieve aanwas, a.g.v. de voortdurend wijzigende historische cijfers in de VertiCer bestanden. In de vorige update had augustus 2023 nog een licht negatieve groei, die inmiddels in een zeer bescheiden positieve aanwas is omgeslagen. Dit zal ongetwijfeld ook volgen voor de (5) laatste maanden waar op dit moment nog negatieve groeicijfers van bekend zijn. In de huidige, oktober, update zijn in totaal voor 23 maanden de waarden inmiddels weer aangepast sinds het exemplaar tm. september 2024. De oudste wijziging was weer voor augustus 2022 (1 project toegevoegd), in dat jaar is ook voor november het volume weer iets gewijzigd. In 2023 zijn voor alle 12 maanden weer nieuwe cijfers vastgesteld. De groei in januari tm. mei 2024 is ook weer bijgesteld, in opwaartse richting, maar blijft relatief bescheiden, per maand. Alleen juni tm. oktober hebben nu nog een netto negatieve groei, die waarschijnlijk in een positieve aanwas zal gaan omslaan in latere updates.

Al zullen de meeste maandwaarden in positieve zin ombuigen in latere updates, zoals in het recente verleden is geschied, de trend is bij de aantallen onmiskenbaar: er worden, netto bezien, nog maar relatief weinig netgekoppelde projecten bijgeschreven bij VertiCer, per maand. Een van de belangrijkste redenen zal zijn, dat er een toenemend aantal uitschrijvingen uit de databank van de Gasunie/TenneT dochter is begonnen, die de instroom (tijdelijk) afremt of zelfs overvleugelt. Waarschijnlijk is de oorzaak de beginnende uitval van de oudste onder SDE 2008 resp. 2009 gesubsidieerde kleine projectjes, die immers 15 jaar subsidie konden genieten. We moeten gaan zien hoe het verloop bij de aantallen zich ontwikkelt, nu de subsidie termijn voor de eerste projecten aan het aflopen is. Uiteraard betekent uitschrijving uit de VertiCer databank verder beslist niet dat de betreffende projecten fysiek zijn, of worden verwijderd. Ze kunnen nog vele jaren lang met een aardig rendement worden ge-exploiteerd door de eigenaren, zonder SDE-gerelateerde inkomsten. Hier is byzonder weinig zicht op, cijfers over het al of niet verder exploiteren van deze oudere projecten ontbreken in het geheel in statistiek moeras Nederland.


Een vergelijkbare grafiek als voor de aantallen (vorige exemplaar), maar ditmaal de ermee gepaard gaande netto maandelijkse toename (of zelfs tijdelijke afname) van de capaciteit van gecertificeerde PV-projecten, in MWp. De evolutie laat een nogal afwijkend, zo u wilt, chaotisch beeld t.o.v. dat bij de aantallen zien, met sterk fluctuerende verschillen tussen de maanden onderling. Ook deze kunnen uiteraard naderhand nog worden bijgesteld. Als voorbeeld: de "netto negatieve groei" in september 2022, al gesignaleerd in het januari 2023 rapport, is uiteindelijk in latere updates in ieder geval omgeslagen in "normale, positieve groei", van, inmiddels, 74,1 MWp.

Bizarre nieuwe pieken voor eerste maand in jaren 2023 en 2024

Wel is er, zoals al bij de eerst-rapportage gemeld (jan. 2024 rapport), een exceptioneel "verschijnsel" zichtbaar voor de maand januari 2023. Die maand had al lang de hoogste "piekwaarde" ooit meegekregen, en is in veel latere maandrapportages continu bijgeplust, tot het in het december 2023 rapport een al zeer hoog volume bereikte van 432,6 MWp. In het "klassieke" CertiQ december rapport van 2022 was nog een zeer hoge november piek zichtbaar bij de capaciteit. Het lijkt er op, dat een groot volume daarvan naar het begin van het nieuwe jaar is geschoven (de vermoedelijke feitelijke datum van netkoppeling). Ook in januari 2022 zagen we eerder al een "nieuw-jaars-piek", maar die is duidelijk kleiner, inmiddels neerkomend op 306,7 MWp nieuw volume (ongewijzigd in de laatste updates).

In de rapportage van januari 2024 is dat al hoge volume opeens extreem opgehoogd naar 770,2 MWp, en is dat momenteel zelfs verder gegroeid, naar 796,5 MWp in de huidige oktober 2024 update (buiten de hier weergegeven Y-as vallend).

Tweede extreme groei piek & "negatieve pieken"

En dat is nog niet alles, want hetzelfde is geschied met het nieuwe volume voor januari 2024. Dat was in de update voor die maand nog een negatieve groei van -84,6 MWp. In de februari 2024 rapportage sloeg dat in een keer om in een "record positieve aanwas" van 973,2 MWp, wat inmiddels in de huidige update nog verder is opgehoogd, naar alweer 1.096,4 MWp. Een onwaarschijnlijk hoog volume waar Polder PV, net als bij de vorige piek voor januari 2023, geen plausibele verklaring voor heeft. Ik heb in een eerste rood omkaderd venster aangegeven dat het bij beide maandgroei pieken om "uitzonderlijke", vooralsnog onverklaarbare volumes gaat.

Voor februari 2023 was er aanvankelijk een magere positieve groei van 28,1 MWp positief. Deze sloeg echter in de maart rapportage in dat jaar om in een enorme negatieve bijstelling van 316,1 MWp negatief (!), bij een netto aanwas van 65 nieuwe projecten. In de april 2023 update was er een marginale opwaartse correctie naar -312,3 MWp. In de rapportages voor mei 2023 tm. oktober 2024 is de negatieve "groei" verder fors geslonken naar, inmiddels, minus 203,2 MWp.

In een vorige rapportage (maart 2024) heeft dit proces zich herhaald, voor de eerste rapportage van het groeicijfer voor die maand. Terwijl de groei in februari evolueerde van een "bescheiden" negatieve 11,7 MWp naar een inmiddels "normale" positieve 161,1 MWp, kwam maart opeens met een record negatief groei volume van -1.140,9 MWp (!). Dat is in de huidige, oktober 2024 update, weliswaar verminderd, maar is nog steeds sterk negatief (-1.022,0 MWp). Ook deze extreme netto negatieve groei is zeer slecht verklaarbaar, of er moeten weer dramatische wijzigingen in de status van de administratie bij VertiCer hebben plaatsgevonden.

Het eerste beschikbare "groei" cijfer voor april 2024 was ook negatief, maar niet zo extreem als in de voorgaande maand, -218,5 MWp. Dit is inmiddels weer minder sterk negatief geworden, in het oktober rapport neerkomend op een negatieve aanwas van -145,7 MWp. De verwachting is dat dit volume nog behoorlijk "opwaarts" aangepast zal gaan worden.

Mei 2024 verraste weer, doordat het eerst gepubliceerde aanwas volume meteen al fors positief was, netto 198,4 MWp, wat inmiddels in de huidige update iets is doorgegroeid naar 207,6 MWp.

Juni en juli begonnen weer op een negatief niveau, maar hebben inmiddels ook positieve aanwas cijfers (207,7, resp. 89,4 MWp).

Zoals al vaker gemeld, kunnen de redenen voor zulke, soms aanzienlijke bijstellingen, en, meestal tijdelijk, zelfs fors negatieve netto groei cijfers, zeer divers zijn, zoals destijds gerapporteerd door CertiQ na vragen van Polder PV daar over (artikel 16 januari 2023). Mogelijk zijn er, daar bovenop, deels forse correcties doorgevoerd van foutieve opgaves, al zullen we nooit weten wat precies de oorzaken zijn geweest van deze, hoge impact hebbende, merkwaardige data updates.

Augustus anomalie met gigantische impact - mogelijk deels hersteld

De eerder al vermelde anomalie in het augustus 2024 rapport van VertiCer heeft natuurlijk een enorme impact bij de afgeleide maandgroei cijfers. Volgens de huidige data, in het oktober rapport, zou namelijk in augustus een groei opgetreden zijn van 4.188 MWp. Dat is, hoe je het ook wendt of keert, een volslagen onmogelijk groeicijfer en moet op een zeer ernstige fout bij VertiCer ( en/of (een) data aanleverende netbeheerder(s) ) berusten†. Deze enorme fout blijft gewoon zichtbaar in de september en oktober updates. Vanwege de onwaarschijnlijke omvang, is de betreffende kolom dan ook doorzichtig gemaakt en rood omlijnd, met een extra commentaar venstertje.

September zelf begon met minus 86 MWp, wat inmiddels minder negatief is geworden, -61,3 MWp. De verwachting is, dat dit in komende updates fors opwaarts zal worden aangepast, en vermoedelijk zelfs positief zal gaan worden, zoals in de "normale historie" van de VertiCer records.

In de oktober rapportage maken we weer kennis met een enorme negatieve "correctie", die vermoedelijk de anomalie in de augustus rapportage deels ongedaan maakt: er is namelijk een eerste negatieve "groei" van maar liefst 2.655 MWp zichtbaar geworden. Dat is een "record negatieve [maand] groei" in de data historie van VertiCer. Ze communiceren hier niet actief over, dus de precieze oorzaak van deze vreemde cijfers kunnen we alleen maar naar gissen. We gaan in de komende rapportages zien, of die correctie nog groter wordt, of dat het verschil met het vorige maandcijfer weer stapsgewijs "minder negatief" zal gaan worden.

Het beknopte antwoord van VertiCer, met vérstrekkende consequenties voor de betrouwbaarheid van hun (actuele) statistieken, is besproken in een apart intermezzo in het vervolg artikel van de vorige analyse, door Polder PV.

Zeer forse wijzigingen in VertiCer data

In het tabelletje hier onder heb ik, voor 2023, en voor januari tm. oktober 2024, de wijzigingen tussen de oorspronkelijk gepubliceerde groeicijfers per maand en de huidige, meest recent bekende weergegeven, waar duidelijk de, soms zeer forse, continue veranderingen uit blijken die in het VertiCer dossier worden doorgevoerd, in de loop van de tijd. Achteraan cursief weergegeven = wijziging sedert de update van september 2024:

  • januari 2023 354,4 MWp >>> 796,5 MWp
  • februari 2023 28,1 MWp >>> -203,2 MWp
  • maart 2023 197,4 MWp >>> 245,2 MWp
  • april 2023 -15,4 MWp >>> 205,7 MWp
  • mei 2023 -0,2 MWp >>> 180,9 MWp
  • juni 2023 -0,7 MWp >>> 154,1 MWp
  • juli 2023 -14,6 MWp >>> 106,5 MWp
  • augustus 2023 -25,5 MWp >>> 135,6 MWp
  • september 2023 -41,6 MWp >>> 225,5 MWp
  • oktober 2023 82,7 MWp >>> 215,5 MWp
  • november 2023 -60,2 MWp >>> 173,1 MWp
  • december 2023 -52,5 MWp >>> 382,8 MWp

  • januari 2024 -84,6 MWp >>> 1.096,4 MWp
  • februari 2024 -11,7 MWp >>> 162,2 MWp
  • maart 2024 -1.140,9 MWp (!) >>> -1.022,0 MWp
  • april 2023 -218,5 MWp (!) >>> -145,7 MWp
  • mei 2024 198,4 MWp (!) >>> 207,6 MWp
  • juni 2024 -20,0 MWp >>> 207,7 MWp
  • jul 2024 -55,9 MWp >>> 89,4 MWp
  • augustus 2024 4.175,7 MWp >>> 4.187,9 MWp (volstrekt onmogelijke opgaves !)
  • september 2024 -86,0 MWp >>> -61,3 MWp
  • oktober 2024 eerste opgave -2.655 MWp (vermoedelijk [deels ?] correctie voor anomalie aug. 2024 ?)

In de huidige update zijn voor in totaal 22 maanden de nieuwe capaciteit volumes inmiddels weer, allemaal opwaarts, aangepast sinds het exemplaar tm. september 2024, 1 voor 2022, en alle 12 maanden in 2023 kregen nieuwe cijfers. De capaciteiten voor januari tm. september 2024 zijn (ook) weer allemaal gewijzigd, zoals in het staatje hierboven getoond. De augustus opgave is onmogelijk, en berust op (een) enorme blunder(s) bij de data verstrekkende netbeheerder(s). De negatieve groei in september is al wat minder geworden. Oktober begint met de grootste netto negatieve groei ooit gedocumenteerd, en is vermoedelijk een (gedeeltelijke) correctie voor de evident foute opgave in het augustus rapport.

Als we de nieuwe maandvolumes voor 2022 optellen, komen we inmiddels op een groei uit van 1.990 MWp. Voor 2023 was de groei in een recente update nog maar 1.298 MWp (en daarmee fors lager dan 2022), maar mede door de bizarre toename in januari, en de daar op volgende extra wijzigingen, is de jaargroei voor 2023 inmiddels stevig bijgesteld, naar momenteel 2.618 MWp. Wat inmiddels alweer een forse 32% hóger is, dan in 2022. Bij de aantallen was er een groot negatief verschil, bijna 51% minder netto nieuwe projecten in 2023 (1.274), dan de 2.583 stuks in 2022.

Deze twee trends bij elkaar nemend, en accepterend dat er ook wegval van waarschijnlijk met name kleine oude installaties uit het VertiCer register zal zijn geweest, lijkt de hogere jaargroei bij de capaciteit in 2023 nog steeds slecht te rijmen, met het gering aantal overgebleven nieuwe aantal projecten, in vergelijking tot de situatie in 2022. We zullen moeten afwachten, of toekomstige cijfers over deze 2 kalenderjaren meer klaarheid in deze vreemde situatie zullen gaan geven. En anders moeten we, als meest waarschijnlijke oorzaak, accepteren, dat de flinke terugval in aanwas cijfers bij de aantallen, grotendeels veroorzaakt wordt door wegval van (SDE gesubsidieerde) kleine installaties, en dat alleen nog maar grote(re), inclusief nieuw toegevoegde, projecten overblijven, die een zwaar stempel op de nieuwe, en de geaccumuleerde capaciteit zullen zetten.

3b. Kwartaal groeicijfers QIV 2021 - QIV* 2024

In een eerdere update heb ik de kwartaal cijfers weer van stal gehaald en in grafiek weergegeven tm. de toen net "volledig", geworden cijfers voor de kwartalen QIV 2021 tot en met QI 2023. In het huidige exemplaar heb ik de soms weer licht gewijzigde data gebruikt, en nog lang niet definitief vastgestelde, ook aangepaste resultaten voor QII 2023 - QIV 2024 rechts toegevoegd. Met name de volumes van de meest recente kwartalen zullen nog flink wijzigen, gezien de continue wijzigingen in door Polder PV bijgehouden data historie van VertiCer en haar rechts-voorganger CertiQ. De anomalie voor de capaciteit in augustus 2024 heeft ook hier een enorme impact, en is dan ook wederom in een aparte kleurstelling in de betreffende kolom weergegeven ("kan niet" / geeft absoluut niet de marktontwikkeling weer).

Wederom met bovengenoemde disclaimer in het achterhoofd, waardoor de verhoudingen tussen kwartalen onderling dus ook nog lang niet vaststaan (deze zijn sowieso al fors gewijzigd in recente updates), lijkt een conclusie wel al duidelijk getrokken te kunnen worden: Met name de aantallen netto nieuw geregistreerde PV projecten per kwartaal, zijn sinds het laatste kwartaal van 2021 in globale zin stapsgewijs beduidend afgenomen. Het aantal nieuwe projecten per kwartaal is afgenomen van, momenteel, 902 exemplaren in QIV 2021, tot nog maar 444, met de nu bekende cijfers, voor QIV 2022, toegenomen naar 538 exemplaren in het eerste kwartaal van 2023, waarna het een bodem bereikte in QIII 2023 (113 netto nieuwe exemplaren). QIV 2023 zit momenteel op een plus van 317 nieuwe projecten. QI 2024 vertoont, mede door de bizarre negatieve groei in maart, en de later komende correcties, inmiddels, na een periode van netto negatieve aanwas nu een licht positieve groei van netto 136 projecten. QII 2024 had in de vorige update nog een netto negatieve groei van 37 projecten, maar dat is in de oktober update inmiddels omgeslagen in een netto positieve groei van 27 stuks. Wat ongetwijfeld nog fors verder bijgesteld zal gaan worden, in positieve zin. Hetzelfde geldt voor QIII 2024, met tot nog toe een netto negatieve aanwas van -348 projecten. Het eerst bekende volume voor QIV (oktober) 2024, is ook negatief, -291 projecten. We zullen later zien of voor de laatste 2 kwartalen uiteindelijk ook nog een "positief" resultaat gehaald zal worden, al zal dat resultaat dan bescheiden blijven t.o.v. de netto aanwas in dat kwartaal in eerdere jaargangen.

Bij de nieuwe gerapporteerde netto capaciteit is het verhaal compleet anders, wat vooral is veroorzaakt door de eerder gesignaleerde "excessieve" extra netto groei voor januari 2023 en 2024.

Het netto volume per kwartaal nam even toe, van, momenteel, 557 MWp in QIV 2021, naar 627 MWp, in QI 2022, maar is daarna ook, gemiddeld genomen, enkele kwartalen minder geworden. Om een voorlopig dieptepunt te bereiken in QIV 2022, met 374 MWp netto nieuw gerapporteerd volume, gebaseerd op de huidige cijfers.

En toen kwam de "grote verrassing", QI 2023 telde in een vorige update nog 449 MWp nieuw volume, maar dat is, met name door de zeer hoge toevoeging in januari 2023, en de daar op volgende wijzigingen in de maandrapportages, nu alweer een record volume van 838 MWp. Wat nu bijna 34% hoger zou zijn dan de groei in QI in 2022 (627 MWp). Voor de aanwas in QII 2023 geldt momenteel een netto groei van 541 MWp, waar later waarschijnlijk nog wat volume aan toegevoegd zal gaan worden. Het niveau is daarmee, zoals eerder al voorspeld door Polder PV, gestegen, naar 10% boven het niveau van 492 MWp in QII 2022, De nog premature aanwas in QIII 2023 is inmiddels 468 MWp in de plus, het is al 94% van het nieuwe netto volume in QIII 2022 (497 MWp).

Voor het laatste kwartaal van 2023 is het totale volume, al flink toegenomen in de januari 2024 update, in de versies van mei tm. oktober 2024 verder gegroeid, naar momenteel 771 MWp. Dit is al het dubbele volume, t.o.v. de 374 MWp in QIV 2022, en met nog latere updates aan toevoegingen te verwachten.

De tweede grote verrassing zien we bij de eerste, nog zeer voorlopige resultaten voor QI 2024. Januari was in een vorige rapportage extreem in positieve zin bijgesteld, maart vertoonde een record negatieve groei, en ook in april was de groei negatief. Met de opvolgende extra bijstellingen, is het voorlopige tussen-resultaat voor het hele kwartaal na even "negatieve aanwas" te hebben gekend, inmiddels op een groei van 236 MWp beland. Dat is nog steeds wel een dramatisch verschil met de 838 MWp netto groei in QI 2023.

Het tweede kwartaal van 2024 startte met een negatieve aanwas, maar is inmiddels in positieve zin gegroeid, met al een iets hogere groei dan in het voorgaande kwartaal, 270 MWp. Dat is inmiddels de helft van de aanwas in QII 2023 (541 MWp). Ook daar zal nog veel aan gaan wijzigen.

Het derde kwartaal van 2024 is, met de extreme anomalie voor augustus, vooralsnog een enigma, waar VertiCer hopelijk duidelijkheid in zal gaan verschaffen (rode kolom, onverklaarbare en onwaarschijnlijke toename van, momenteel, 4.126 MWp).

Het vierde kwartaal van 2024 start, met toevoeging van de eerste maand, oktober, met een kennelijke "augustus correctie", op een "historisch negatieve groei" van maar liefst 2.655 MWp in de min. Het blijft afwachten wat van dat bizarre negatieve getal over zal blijven in de komende updates. Als we de nu bekende cijfers voor QIII en QIV middelen, komen we op een nog steeds onwaarschijnlijk hoge groei uit van 736 MWp per kwartaal in de plus. Terwijl het laatste kwartaal nog 2 maanden heeft te gaan. Ook dit lijkt op "een zeer onwaarschijnlijke groei" te wijzen, in het laatste half jaar, er zouden dus nog steeds majeure fouten in de broncijfers van VertiCer kunnen zitten.

Hoe eventuele verdere wijzigingen bij de capaciteit van gecertificeerde projecten zal gaan verlopen blijft gezien bovenstaande elke keer weer spannend.

Voor de evolutie van de gemiddelde systeem omvang (per maand), zie ook de grafiek onder paragraaf 2a.

3c. Halfjaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer 2022-2024 HII

Omdat een tijdje geleden de eerste resultaten voor het 1e half-jaar van 2023 beschikbaar waren gekomen, en alweer gewijzigd, heb ik in een vorige analyse ook weer de "half-jaar grafiek" van stal gehaald. Die had ik voor het laatst gepubliceerd op basis van de oude CertiQ data in het bericht van 9 januari 2023. Het huidige exemplaar bevat echter alleen de laatst bekende resultaten gebaseerd op de compleet gereviseerde publicatie systematiek bij VertiCer. In deze grafiek worden alleen de resultaten vanaf de 1e jaarhelft van 2022 getoond, tm. de eerste "complete" cijfers voor HII 2023 (tm. december), en de nog zéér voorlopige eerste resultaten voor HI en HII 2024, waarvoor we ongetwijfeld nog de nodige aanvullingen, en forse bijstellingen kunnen verwachten (gearceerde kolommen).

Ook uit deze nog zeer voorlopige halfjaarlijkse groei cijfers blijkt een duidelijke afname van het aantal (overgebleven) projecten in het VertiCer dossier, wat waarschijnlijk heeft te maken met verwijderde kleine projectjes waarvan de oudste SDE beschikkingen zijn vervallen, danwel actief uitgeschreven bij VertiCer. Bij de aantallen projecten nam de bij VertiCer geregistreerde half-jaarlijkse netto aanwas af, van 1.524 nieuwe projecten in HI 2022, via 1.059 stuks in HII 2022 (31% minder), naar nog maar een (voorlopige) groei van slechts 844 nieuw in HI 2023. Wederom 20% minder. De tweede jaarhelft van 2023 heeft nog maar 430 netto nieuwe projecten (-49%), maar daar zal waarschijnlijk nog wel het nodige aan gaan wijzigen. Achteraan vinden we (gearceerd) de eerste resultaten voor de eerste en tweede jaarhelft van 2024, met nog slechts zeer voorlopige data, een positieve (HI, 163), danwel negatieve groei van -639 installaties voor HII, en nog veel addities en wijzigingen te verwachten.

Bij de capaciteit is het beeld compleet anders (geworden, in de meest recente updates), en is er zelfs een behoorlijke opleving te zien in beide jaarhelften van 2023. Met de huidige bekende cijfers 1.119 MWp nieuw in HI 2022, 871 MWp in HII 2022 (22% minder), en, vanwege de bizarre, eerder al besproken toename in 1 maand (januari 2023), nu alweer 1.379 MWp nieuwe capaciteit in HI 2023. Dat is 23% meer dan in HI 2022, en zelfs al 58% meer dan in HII 2022. In de update van december 2023 was het netto aanwas volume voor HI 2023 nog maar 923 MWp.

De tweede jaarhelft van 2023 geeft, met de netto groei van, momenteel 1.239 MWp, al een fors hoger volume te zien dan in eerdere recente updates, en laat momenteel dan ook alweer een 42% hoger volume zien, dan de aanwas in HII 2022. Voor het eerste half-jaar van 2024 zijn de data uiteraard nog zeer fluïde, na de grote positieve groei in het februari rapport, gevolgd door een licht negatieve groei van 5 MWp in de maart rapportage, de fors negatieve groei in april, en een opvallend positieve toename in mei en juni. Het voorlopige resultaat voor het eerste half-jaar is, van een licht negatieve aanwas tm. mei (-12 MWp), inmiddels omgeslagen in positieve groei van al 506 MWp. Het zal nog wel even gaan duren voordat er beter zicht komt op de (definitieve) groeicijfers voor de half-jaren, met name voor de recente jaargangen.

Mogelijk wordt de trend van véél minder netto overgebleven (want: deels bij VertiCer uitgeschreven) aantallen installaties, en nog steeds relatief hoge groeicijfers voor de capaciteit, nog verder versterkt, doordat er regelmatig kleinere projecten worden uitgeschreven bij VertiCer (zie tabellen onder paragraaf 5), terwijl de overblijvende (en nieuwe) projecten in de bestanden gemiddeld genomen zelf al veel groter zijn dan de oude (deels zelfs residentiële) kleine installaties.

Voor de tweede jaarhelft van 2024 valt nog weinig zinnigs te zeggen, gezien de absurde data anomalie voor augustus. Zelfs met de in deze update gesignaleerde, mogelijk gedeeltelijke (?) correctie daarop, van minus 2,7 GWp in de oktober rapportage, is het netto resultaat van deze bizarre positieve en negatieve groeicijfers inmiddels nog steeds een positieve groei van bijna 1,6 GWp. Wat onwaarschijnlijk is gezien de historische evolutie, ook al omdat er nog 2 maand rapportages aan moeten worden toegevoegd, en de projecten markt beslist niet hard zal zijn gegroeid in de tweede jaarhelft. Vandaar dat die laatste capaciteits-kolom van een rode rand is voorzien: "onwaarschijnlijk hoog".

3d. Jaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer YOY 2009 - 2023*

Wederom naar analogie van de grafiek voor de eindejaars-volumes, ditmaal de daar uit afgeleide jaargroei cijfers volgens de laatste data update van VertiCer, in bovenstaande grafiek (alle drie parameters met referentie de rechter schaal, logarithmisch weergegeven). Tot en met kalenderjaar 2020 zijn de data gebruikt uit de recent beschikbaar gestelde update (24 aug. 2024), waarin echter nauwelijks wijzigingen zijn opgenomen. De meest recente cijfers voor 2021**, 2022**, en 2023*, rechts toegevoegd, komen uit de huidige update van de data tm. oktober 2024, zoals geopenbaard door VertiCer. De grafiek toont dus de meest recente situatie, met de laatst beschikbare bron-cijfers. Mochten toekomstige "historische" jaarcijfers alsnog wijzigen, en wereldkundig worden gemaakt, zullen die in latere updates worden toegevoegd aan deze grafiek. Vermoedt wordt, dat eventuele nagekomen correcties met name voor de oudere jaargangen marginaal zullen zijn.

Goed is te zien dat er een duidelijk verschil is in de trend bij de nieuwe jaarlijkse aantallen installaties (blauwe kolommen) en bij de nieuwe capaciteit per jaar (gele kolommen). Bij de aantallen beginnen we op een hoog niveau van 3.765 [overgebleven †† !] nieuwe installaties in 2009, het gevolg van de enkele duizenden grotendeels particuliere kleine SDE beschikkingen die in de eerste jaren van de SDE (2008 tm. 2010) werden opgeleverd. Die bron droogde al snel op omdat particuliere installaties de facto uit de opvolger regelingen werden gedwongen (eis minimaal 15 kWp, later ook nog verplicht grootverbruik aansluiting), en zakte de hoeveelheid nieuwe installaties dan ook stapsgewijs naar het dieptepunt van 259 nieuwe projecten in 2014. Daarna zwol het jaarlijkse volume weer aan door een lange reeks van (deels) succesvol geïmplementeerde SDE "+" beschikkingen, tot een voorlopig maximum van 5.503 nieuwe projecten in Corona jaar 2020.

Daarna is, zelfs met grote hoeveelheden nieuw beschikte projecten onder de SDE "++" regimes, het tempo weer fors afgenomen, ook vanwege massieve wegval van beschikte projecten, waar met name de wijdverspreide net-problemen een belangrijke (maar niet de enige) oorzaak van zijn. In 2021 en 2022 zijn met de recentste cijfers nu netto 3.886, resp. 2.583 nieuwe projecten toegevoegd. Dat laatst bekende volume voor 2022 is 46,9% van het record niveau in 2020.

In 2023 is nog maar een beperkt volume van 1.274 (netto) nieuwe projecten bekend (gearceerde blauwe kolom achteraan). Hier kan nog het nodige aan wijzigen, in de te verwachten maandelijkse cijfer updates, later in 2024 ff. Duidelijk is, dat er netto bezien steeds minder aantallen projecten bijkomen. Zoals al vaker gememoreerd, komt dit grotendeels door een toenemende uitstroom van projecten, waarvan grotendeels de subsidie termijn is verlopen. Er komen daarvoor in de plaats slechts relatief weinig nieuwe projecten bij (grotendeels met SDE beschikking), waardoor de netto groei per jaar sterk afneemt.

Capaciteit andersoortige trend, met een nieuw record jaar (2023)

Bij de capaciteit is de jaarlijkse aanwas in de beginjaren relatief "stabiel" geweest, met wat kleine op- en neerwaartse bewegingen, van 18,7 MWp nieuw in 2009, tijdelijk zakkend naar 13,0 MWp nieuw volume in 2010, nog eens 4 jaar iets boven dat niveau blijvend, om vanaf 2015 sterk te stijgen. Dat was in het begin vooral vanwege de implementatie van de toen succesvolle SDE 2014 regeling. Er werd elk jaar weer meer capaciteit toegevoegd, tot een voorlopig maximum van 2.436,9 MWp, wederom in het Corona jaar 2020. Maar ook de nieuwe capaciteit begon in de jaren 2021-2022 af te nemen, al was het op een veel minder dramatisch niveau dan bij de aantallen projecten.

In 2021 was het nieuwe netto volume nog 2.007,4 MWp, dat is in 2022 momenteel nog maar 1.990,1 MWp met de bekende cijfers in de huidige update. Dat is voor 2022, met 81,7% van het maximale nieuwbouw volume in 2020, in ieder geval beduidend beter dan de flinke terugval bij de (netto) aantallen nieuwe projecten (bijna 47%). Met, uiteraard, de blijvende disclaimer, dat ook deze jaargroei cijfers nog niet "in beton zijn gegoten", en nog verder kunnen wijzigen. Opvallend blijft in ieder geval, dat met de laatste updates, het jaargroei volume voor de capaciteit in 2022 steeds dichter is toegekropen naar dat van het voorgaande jaar. Het verschil is momenteel nog maar iets meer dan 17 MWp (vorige rapportage 19 MWp).

In 2023 is inmiddels, vooral vanwege de eerder besproken, bizar hoge toevoeging in januari dat jaar, en de nodige toevoegingen in de meest recente updates, een netto volume bijbouw van 2.618,2 MWp geconstateerd (enkele updates hiervoor was dat nog slechts 1.223 MWp!). Dat is nu dus al hoger dan de nu bekende groei in zowel 2021 en 2022, en heeft de eerder vastgestelde record groei in Corona jaar 2020 al met 181 MWp overtroefd. 2023 is dus een nieuw recordjaar, wat de groei van gecertificeerde capaciteit betreft. Met de huidige stand van zaken zou de jaargroei in 2023 dus al bijna 32% hoger hebben gelegen dan de aanwas in 2022, en 7,4% meer dan in vorig record jaar 2020. We hebben echter ook gezien dat data regelmatig (flink) worden bijgesteld, dus de relatieve verhouding van de jaargroeicijfers in deze laatste jaren ligt beslist nog niet vast.

Gemiddelde project omvang

Wederom heb ik, uit deze uit de eindejaars-data afgeleide jaargroei cijfers, uiteraard ook weer de gemiddelde systeemcapaciteit van de nieuwe aanwinsten per jaar berekend, en getoond in de groene curve in bovenstaande grafiek (vermogen in kWp gemiddeld per nieuwe installatie). Deze vertoont, na een lichte inzinking tussen 2009 en 2010, een zeer sterke progressie, van 5,0 kWp bij de nieuwe projecten in 2009, tot alweer ruim 770 kWp gemiddeld per nieuw project in 2022. Een factor 155 maal zo groot, in 13 jaar tijd. Deze enorme schaalvergroting, sterk gedreven door de oplevering van honderden zonneparken en enorme distributiecentra bomvol zonnepanelen op de uitgestrekte platte daken, is een van de belangrijkste oorzaken, van de nieuwe realiteit bij de stroomvoorziening in Nederland: de overal zichtbaar geworden netcongestie, met name op de middenspannings-netten. Voor de bijna actuele situatie, met details, zie de nieuwe gedetailleerde capaciteitskaart van Netbeheer Nederland (gescheiden in netafname resp. -invoeding, in de kaarten is reeds gereserveerde capaciteit voor nieuwe, nog te bouwen projecten, ingesloten). Wat uiteraard ook zijn weerslag heeft gekregen op de progressie van de uitbouw van de gecertificeerde nieuwe volumes in de VertiCer databank: die is sterk aan het vertragen. En slechts met veel moeite "op niveau" te houden.

Voor 2023 is een sterke toename van de gemiddelde capaciteit zichtbaar, naar inmiddels 2.055 kWp per project (!). Echter, omdat deze maatvoering van 2 input variabelen afhankelijk is (die beiden netto volumes betreffen, verschillen tussen instroom en uitstroom bij VertiCer), die beiden nog flink, in beide richtingen, kunnen gaan afwijken van de huidige waarden, is er nog niet veel te zeggen over wat dit uiteindelijk op kalenderjaar basis zal gaan opleveren. Het is echter wel waarschijnlijk, dat die gemiddelde nieuwe project capaciteit op een hoog niveau zal komen te liggen, vanweg de sterk neerwaartse trend bij het aantal nieuwe projecten, bij een blijvend hoog niveau voor de nieuwe totale capaciteiten.

†† Met name uit de oudere SDE regelingen, vallen regelmatig lang geleden bij VertiCer voorganger CertiQ ingeschreven projecten weg. Hier zijn verschillende redenen voor. In de uitgebreide SDE project analyses van Polder PV wordt hier regelmatig, en gedetailleerd over gerapporteerd (exemplaar 1 oktober 2024, zie hier).


4. 100 procents-grafieken en segmentatie naar grootteklasse

Een van de nieuwe mogelijkheden van de compleet herziene presentaties bij VertiCer, is de segmentatie naar grootteklasse. Daar kon tot enkele jaren geleden uitsluitend iets over gezegd worden op basis van de jaaroverzichten, waar, al lang geleden op basis van een verzoek in die richting door Polder PV, inderdaad werk van gemaakt is door rechtsvoorganger CertiQ. Zoals in de eerste analyses al duidelijk werd, is dit nu ook op maandelijkse basis mogelijk. Met, we blijven dit herhalen, de waarschuwing, dat alle cijfers bijgesteld kunnen worden in latere updates, met name m.b.t. de meest recente data. Bij de al wat oudere periodes vinden wijzingen minder vaak plaats, en zijn ze meestal van een bescheiden omvang.

In het 3e artikel over de eerste resultaten van januari 2023 heb ik al meer-jaarlijkse trends laten zien bij de evolutie van de diverse grootte klasses. Inclusief een toen nog in de bestanden van CertiQ voorkomende enorme anomalie, die niet bleek te zijn hersteld (artikel 14 februari 2023). Van dat historische overzicht is inmiddels een recente update verschenen, maar daar blijkt nauwelijks iets in te zijn gewijzigd (marginale bijstellingen). De huidige grafiek geeft voor de kortere termijn de nieuwe data tot en met oktober 2024, en de aangepaste waarden voor de maanden in de meest recente periode daar aan voorafgaand.

4a. 100 procents-grafiek aantallen per categorie

Een zogenaamde "100-procents-grafiek" voor de evolutie trends van de 8 door VertiCer en haar rechtsvoorganger onderscheiden grootteklassen van de gecertificeerde PV-populatie die zij bijhouden, dit exemplaar voor de aantallen projecten aan het eind van elke maand. Voor eind oktober / begin november 2024 zijn de absolute waarden per grootteklasse rechts weergegeven. Globaal genomen namen de kleinste categorieën (1-5 kWp, 5-10 kWp, en 10-50 kWp) in betekenis af sedert juli 2021, de impact van de grotere categorieën werd groter. Er is echter weer een stabilisatie gekomen, omdat het tempo bij de aantallen nieuw netgekoppelde (danwel netto overgebleven) projecten onder de SDE regimes weer flink is afgenomen. In de oktober 2024 update, is het totale aantal installaties groter of gelijk aan 50 kWp, medio 2021 al meer dan de helft, met het gezamenlijke volume al op ruim 57% van het totaal gekomen (19.945 van, in totaal, 34.816 netto overgebleven projecten). De categorie 100-250 kWp omvat het grootste aantal projecten, 7.449 exemplaren, afgezien van de kleinste installaties tot 5 kWp (overgebleven 8.616 stuks, eind oktober 2024). Uiteraard hebben de grotere project categorieën, vanaf 250 kWp, relatief weinig tot bescheiden aantallen. Maar schijn bedriegt: ze omvatten de allergrootste volumes bij de capaciteit, en hebben dus een zéér grote impact op de totale populatie, en dus ook op de te verwachten stroomproductie. Zie de volgende grafiek.

Plussen en minnen

Een klein deel van de afnemende betekenis van de kleinste project categorieën wordt veroorzaakt door continue uitval uit het databestand van VertiCer (diverse redenen mogelijk, ook al heel lang waargenomen bij de SDE portfolio's, analyse status 1 oktober 2024). Daar staat ook weer tegenover dat volledig buiten de populaire SDE regelingen om gerealiseerde kleinschalige projecten bijgeschreven kunnen worden in de registers van VertiCer. Een fenomeen wat compleet onbekend lijkt in de PV sector in ons land, er wordt in ieder geval nooit over gerept, behalve dan bij Polder PV. In 2023 werden er bijvoorbeeld, met de meest recente data, netto 39 installaties in de kleinste project categorie uitgeschreven, maar kwam er tegelijkertijd een verrassende hoeveelheid van 142 exemplaren bij in de categorie 5 tm. 10 kWp, waarvoor normaliter beslist géén (nieuwe) SDE beschikking afgegeven kan zijn sedert SDE 2011 (zie ook tabel paragraaf 5b). Dat soort kleine projecten zijn mogelijk afkomstig uit portfolio's van bedrijven zoals Powerpeers, Vandebron, en Allinpower, en het in België al actieve EnergySwap, die geoormerkt garanties van oorsprong (GvO's) van door de afnemer aangewezen projecten afboeken, ter "vergroening" van de stroomconsumptie van de klant. Daar kunnen ook (zeer) kleine residentiële projecten, of bijvoorbeeld kleine installaties op scholen, gymzalen e.d. bij zitten. Om dat soort transacties in Nederland te kunnen / mogen doen, moeten de betrokken projectjes ook verplicht geregistreerd worden bij VertiCer. En die zien we hier dus tevoorschijn komen.

De grootste categorie, projecten (of eigenlijk: "registraties") groter dan 1 MWp per stuk, omvat eind oktober 2024 1.721 installaties (wederom 11 meer dan in de vorige update tm. september 2024), wat slechts 4,9% van het totale aantal is op dat moment. Op herhaalde verzoeken van Polder PV, om deze grote "verzamelbak" verder op te splitsen, gezien de dominante hoeveelheid capaciteit in deze categorie (zie grafiek onder paragraaf 4b), is, destijds, CertiQ, helaas niet ingegaan.

4b. 100 procents-grafiek capaciteit per categorie - augustus 2024 anomalie slechts deels (?) hersteld

Een vergelijkbare "100 procents-grafiek" als voor de aantallen projecten, maar nu voor de periode juli 2021 tm. oktober 2024, voor de daarmee gepaard gaande capaciteiten in MWp. Voor eind oktober 2024 zijn wederom de absolute volumes rechts weergegeven, alsmede, voor de grootste categorie, voor eind juli dat jaar. Een totaal ander beeld is hier te zien, met "überdominant" de grootste project categorie (installaties groter dan 1 MWp). Ook is direct te zien, waar de enorme capaciteits-anomalie voor augustus, eerder reeds beschreven, zijn grondslag heeft. Eind juli was het volume in die categorie, met projecten per stuk groter dan 1 MWp, namelijk "nog maar" 8.488 MWp groot (wel alweer, door bijstellingen / nagekomen volume, 3,0% meer dan de eind van die maand gerapporteerde 8.238 MWp). Wat in lijn met de historie van de voorgaande evolutie is. In augustus tm. september zou, volgens de oorspronkelijke cijfers van VertiCer, er al een absurd hoog volume van 12,7 GWp zijn geaccumuleerd in die categorie. Dit is terug te voeren op de toen nog niet publiekelijk gecorrigeerde grote anomalie voor augustus dit jaar, en heeft een enorme impact op de kwaliteit van deze 100-procents-grafiek. In de augustus update ben ik kort ingegaan op de onmogelijkheid van deze accumulatie cijfers (paragraaf "29 Dorhoutmeessen"). Omdat de cijfers voor deze 2 maanden onwaarschijnlijk hoog zijn, heb ik deze gearceerd weergegeven, met rode kolom rand. De sterk verstorende invloed op de evolutie van alle data in deze 100% grafiek is duidelijk zichtbaar.

Kennelijk is er inmiddels wel wat gebeurd bij VertiCer, want de cijfers voor oktober laten weer een "enigszins normaler" beeld zien. Eind die maand zou er nu een volume van 10,05 GWp in de grootste categorie zijn geaccumuleerd. Beduidend lager dan de onwaarschijnlijke volumes in augustus - september, maar naar de zin van Polder PV nog steeds op een "opvallend hoog niveau", t.o.v. het cijfer eind juli 2024. Mogelijk zitten er nog steeds foute (te hoge) cijfers in de data die netbeheerders - kennelijk "unchecked" - aan VertiCer hebben aangeleverd. De toekomst zal uit moeten wijzen of er nog meer neerwaartse bijstellingen zullen gaan volgen.

Status eind oktober 2024

Begin november 2024 was het aandeel van de grootste categorie op het totaal ruim 69% (10,050 t.o.v. 14,522 GWp), op basis van de huidige cijfers bij VertiCer. Eind juli was dat nog 65%, het relatieve verschil is dus behoorlijk groot geworden, in slechts 3 maanden tijd.

De grootste categorie heeft tegelijkertijd een relatief bescheiden aantal projecten, 1.721 exemplaren. Dit resulteert in een steeds hoger wordende systeemgemiddelde capaciteit. In juli 2021 was dat nog 4.024 kWp gemiddeld, begin november 2024 is dat alweer toegenomen naar 4.960 kWp, een toename van 45% in 39 maanden tijd.

Voor de overige categorieën blijft er dan niet zeer veel "ruimte" meer over op het totaal. Nemen we ook nog de drie opvolgende categorieën mee (flinke projecten van een halve - 1 MWp, 250 - 500 kWp, resp. 100 - 250 kWp), claimen de grootste vier project categorieën het allergrootste geregistreerde volume in de totale markt. Dit was in juli 2021 al 93,3%, eind oktober 2024 is dat, met de meest recente data in de huidige update, 96,4% geworden. De kleinste 2 categorieën zijn op deze schaal al vrijwel niet meer zichtbaar. Hun aandeel is begin november 2024 geslonken naar nog maar 0,11% van totaal volume (15,6 MWp, projecten van elk 5 - 10 kWp), resp. 0,15% (21,9 MWp, projecten van elk 1 - 5 kWp).

Dan resteren, eind oktober 2024, nog relatief bescheiden volumes voor de categorieën projecten van 50-100 kWp (totaal bijna 362 MWp, wat verlies geïncasseerd, 2,5%), resp. 10-50 kWp (totaal bijna 125 MWp, ditto, 0,9%).


5. Jaarvolume segmentaties 2022 - 2023

5a. 2022 revisited - status update publicatie 4 november 2024

In de maandrapport analyse voor januari 2023 publiceerde ik ook een tabel met de nieuw gereconstrueerde cijfers voor de jaargroei voor kalenderjaar 2022. Daar zijn natuurlijk in de tussenliggende rapportages weer veel wijzigingen in gekomen, waarbij ik de laatste stand van zaken in de oktober 2024 update hier onder weergeef in tabelvorm. Voor nadere toelichting, zie de analyse bij het januari 2023 rapport. Ditmaal zijn er bij 2 categorieën weer cijfermatige wijzigingen t.o.v. het voorgaande exemplaar (september 2024) geweest, en ook hier weer cursief weergegeven. Afgeleide cijfers zijn uiteraard (deels "achter de komma") mee veranderd.

Nieuwe jaarvolumes 2022 (YOY)
Aantallen
aandeel op totaal (%)
Capaciteit (MWp)
aandeel op totaal (%)
Gemiddelde capaciteit per nieuwe installatie (kWp)
1-5 kWp
-54
-2,1%
-0,061
-0,003%
1,1
5-10 kWp
50
1,9%
0,406
0,02%
8,1
10-50 kWp
227
8,8%
7,095
0,36%
31,3
50-100 kWp
435
16,8%
33,334
1,7%
76,6
100-250 kWp
798
30,9%
137,856
6,9%
172,8
250-500 kWp
527
20,4%
182,219
9,2%
345,8
500-1.000 kWp
270
10,5%
193,087
9,7%
715,1
> 1 MWp
330
12,8%
1.436,174
72,2%
4.352,0
Totaal
2.583
100%
1.990,110
100%
770,5

Aantallen nieuw "totaal" wijzigde in de huidige update, van 2.581 naar 2.583; de capaciteit "totaal" nam ook toe, van 1.988,344 MWp naar 1.990,110 MWp. De systeemgemiddelde capaciteit van de toevoegingen in 2022 veranderde mee, en is ditmaal weer marginaal hoger geworden: van 770,4 kWp naar 770,5 kWp bij de totale volumes. Zie de tabel voor de overige details bij alle segmentaties.

Overduidelijk blijft, dat de grootste groei bij de aantallen nieuwe projecten in 2022 lag bij de installaties van 100 tm. 250 kWp (inmiddels 798 nieuwe exemplaren bekend, 30,9% van totale jaarvolume), met categorie 250 tm. 500 kWp als goede tweede (527 nieuwe projecten, 20,4%). Dat zijn beide populaire categorieën PV projecten op kleinere industriële daken en -complexen, en bij het midden- en kleinbedrijf.

Opvallend blijft het forse volume van, inmiddels, 330 nieuwe installaties in de grootste projecten categorie >1 MWp (12,8%), waar de meeste grondgebonden zonneparken en grote rooftop installaties op distributiecentra e.d. onder vallen. Ook valt de negatieve groei van de kleinste project categorie op, er zijn in totaal netto 54 projecten uit de databank van VertiCer "uitgeschreven" in 2022. Daarvoor zijn diverse redenen mogelijk, waar onder misschien eerste oude projecten met een SDE 2008 of 2009 beschikking, die door hun subsidie termijn heen zijn, en waarvan de eigenaren actief de registratie bij VertiCer hebben be-eindigd.

Bij de capaciteit is het verhaal compleet anders. Hier blijft de categorie projecten groter dan 1 MWp alles veruit domineren, met maar liefst 1.436,2 MWp van het totale 2022 jaarvolume (72,2%) op haar conto, een zoveelste illustratie van de schaalvergroting in de projecten markt. De drie opvolgende categorieën kunnen nog enigszins - op grote afstand - meekomen, met aandelen van 9,7, 9,2, resp. 6,9% van het totale toegevoegde project volume (capaciteit). De kleinste 3 categorieën doen uitsluitend voor spek en bonen mee bij dit grote projecten-geweld (aandelen 0,36% of veel minder bij de capaciteit).

5b. Groei in 2023 (voorlopig) - status update publicatie 4 november 2024

Naar analogie van de - licht gewijzigde - cijfers voor de nieuwe aanwas in heel 2022 (vorige tabel), geef ik hier onder de uiteraard nog voorlopige data voor de 12 maanden van 2023 (cumulatie januari tm. december), volgens de cijfers in het laatste maandrapport verschenen op de VertiCer website. Ondanks de hier al weergegeven aanpassingen, gaat er waarschijnlijk nog wel meer veranderen aan deze data, dus nog zéér voorlopige cijfers voor dat jaar (cursief: wijziging t.o.v. rapportage september 2024). Bijna alle primaire data zijn in de oktober update gewijzigd t.o.v. die in het voorlaatste maandrapport (categorie 5-10 kWp is ongewijzigd):

Nieuwe jaarvolumes 2023 (YOY)
Aantallen
aandeel op totaal (%)
Capaciteit (MWp)
aandeel op totaal (%)
1-5 kWp
-39
-3,1%
-0,043
-0,002%
5-10 kWp
142
11,1%
1,249
0,05%
10-50 kWp
43
3,4%
1,408
0,05%
50-100 kWp
225
17,7%
17,178
0,7%
100-250 kWp
293
23,0%
48,529
1,9%
250-500 kWp
202
15,9%
66,128
2,5%
500-1.000 kWp
160
12,6%
118,509
4,5%
> 1 MWp
248
19,5%
2.365,192
90,3%
Totaal
1.274
100%
2.618,150
100%

Uit dit overzicht blijken 2 zaken kristalhelder: de groei is in 2023 in bijna alle kleinere categorieën "niet van betekenis" geweest, en/of, vanwege de vele wijzigingen in de actuele databestanden bij VertiCer, hebben deze zelfs (tijdelijk ?) tot negatieve groeicijfers geleid t.o.v. de herziene status aan het begin van het jaar (= status EOY 2022, vorige tabel). Er zijn vanaf begin 2023 nogal wat wijzigingen geweest in de updates van dat jaar. Sommige voorheen "negatieve groeicijfers" zijn inmiddels omgeturnd in positieve exemplaren, en vice versa. De categorie 10-50 kWp had eerst negatieve groeicijfers, kwam bij de aantallen op precies nul uit in de update van juli 2024, en laat nu al een positieve groei zien van 43 exemplaren. Nogmaals wijs ik op het oorspronkelijke, uitgebreide commentaar van CertiQ, hoe dergelijke (tijdelijke) negatieve groeicijfers en wijzigingen daarin tot stand kunnen komen in hun databestanden. Het berekenen van systeemgemiddeldes bij negatieve groeicijfers heeft niet zoveel zin, dus die heb ik voor dit specifieke overzicht voorlopig weggelaten. Dat komt later wel, als er enig zicht is op meer gesettelde, volledige jaarcijfers.

Negatieve groei cijfers zijn er nu alleen nog maar voor zowel aantallen als bij de capaciteit bij de categorie 1-5 kWp (-39, resp. -0,043 MWp).

In totaal zijn er netto bezien in 2023 nog maar 1.274 nieuwe projecten bijgekomen, dat zijn er 58 meer dan in de voorgaande update. Dat zal nog wel aardig bijgesteld kunnen gaan worden in komende updates. Het blijft in ieder geval een zeer laag niveau, dat is al een tijdje duidelijk. Een neergaande trend bij de netto bijkomende projecten was al veel langer zichtbaar in de klassieke maand rapportages. Zie de eerste grafiek in de analyse van het laatste "gangbare" maandrapport van rechtsvoorganger CertiQ (december 2022). Deze trend lijkt zich te hebben versterkt, vooral bij de netto aantallen nieuwkomers (netto = nieuwe aanwas minus bij VertiCer uitgeschreven projecten per maand).

Flinke wijziging bij groei capaciteit in 2023

Wat overblijft, is het enige positieve punt, namelijk de groei van de capaciteit, ondanks de vele, structurele problemen in de markt (met name voorhanden netcapaciteit en hogere project kosten). De facto is die vrijwel exclusief neergekomen op een toename in, het wordt eentonig, de grootste project categorie (registraties per stuk groter dan 1 MWp). Want daar werd tussen januari en eind december 2023 een aanzienlijk volume van 2.365,2 MWp aan toegevoegd, ruim 90% van het totale nieuwe record jaar volume van ruim 2.618 MWp. Inmiddels dus al duidelijk hoger dan de nog niet formeel gewijzigde jaargroei van voorgaand record jaar 2020 (bijna 2.437 MWp). Dit was in de update van eind 2023 nog maar 1.298 MWp, de bizarre toename van het bij VertiCer geregistreerde vermogen in januari 2023, gevolgd door de vele verdere wijzigingen in de volgende updates, is hier grotendeels debet aan. Er wordt dus heel veel volume later bijgeschreven voor reeds verstreken jaren, het is goed dat men dit beseft.

Schaalvergroting nochmals

De schaalvergroting in de projecten sector wordt duidelijk geïllustreerd, door het feit dat de capaciteits-aanwas voor de grootste PV installatie categorie (projecten per stuk groter dan 1 MWp), in 2023 nu al 65% groter is dan in 2022 (2.365 MWp voor 2023, tabel 5b, versus 1.436 MWp voor 2022, tabel 5a).

De in een oudere update gerapporteerde disclaimer, dat voor de grootste project categorie een schier onmogelijk hoog project gemiddelde van 31,5 MWp per project resulteerde voor het eerste kwartaal van 2023, lijkt met de diverse gepasseerde latere forse bijstellingen in ieder geval alweer achterhaald, zoals toen ook al voorspeld. Het gemiddelde met de huidige cijfers is inmiddels uitgekomen op een "logischer" gemiddelde van ruim 9,5 MWp voor de grootste project categorie. Dat ligt echter nog steeds op een hoog niveau. Deze categorie blijft een zeer dominant stempel op het totale gerealiseerde volume zetten, en de projecten in deze categorie zijn per stuk ook nog eens gemiddeld zeer groot.

De enige categorieën die nog enigszins iets voorstellen zijn de 3 op een na grootsten, met projecten tussen de 500 en 1.000 kWp, resp. 250-500 kWp, en 100-250 kWp, die momenteel cumulatief in 2023 een verzameling van 119 MWp, resp. 66 MWp en 49 MWp nieuw toegevoegde capaciteit tellen. De overige categorieën stellen weinig voor bij de nieuw opgeleverde capaciteit in deze periode.


6. Evolutie van gecertificeerde zonnestroom productie / uitgifte van GvO's tm. september 2024

Ook voor deze parameter, afgegeven hoeveelheid Garanties van Oorsprong (GvO's), geldt, dat er op 24 augustus een update van de historische cijfers is gegeven. Deze zijn weergegeven in de tweede VertiCer revisie naast het voorgaande maandrapport. In het huidige bijgestelde overzicht geef ik weer alleen de meest recente cijfers weer, vanaf mei 2021. Voor een fraaie, bijgewerkte grafiek die verder terug gaat in de tijd, zie de update in de bespreking van het augustus 2024 rapport, en het commentaar daarbij. Nadat in een recente update voor het eerst een nog zéér voorlopige, totale jaarproductie bekend is geworden voor 2023, zijn inmiddels de eerste resultaten voor januari tot en met september in het nieuwe jaar, 2024, gepubliceerd. Met, het wordt saai, wederom een bizarre anomalie wat februari betreft, die ook nog steeds niet officieel is "gerepareerd" in de publiek beschikbare VertiCer data.*** Gevolgd door alwéér een onmogelijk nieuw cijfer, voor december 2023.

De extractie van een continue reeks van zonnestroom productie data uit de nieuwe spreadsheets van VertiCer is niet eenvoudig omdat de zonnestroom data tussen alle overige GvO cijfers in staan (diverse energie productie platforms), sterk verspreid over meerdere locaties, er terug gerekend moet worden naar maand van productie, er continu wijzigingen / bijstellingen zijn, en alle over verschillende periodes uitgegeven garanties van oorsprong (GvO's) voor gecertificeerde zonnestroom uiteindelijk per maand opgeteld moeten worden. Bovenstaande grafiek is het uiteindelijke resultaat, met de meest recent beschikbare reeks van mei 2021 tm. september 2024. In de maand rapportages lopen de productie resultaten altijd 1 maand achter op die van de opgestelde generator capaciteit. De productie is weergegeven in de blauwe curve (rechter Y-as als referentie, eenheid GWh = 1 miljoen kWh).

De curves geven het netto resultaat weer van: garanties van oorsprong uitgegeven voor zonnestroom geleverd aan het net (grootste hoeveelheden) + GvO's uitgegeven voor "niet-netlevering" (directe eigen consumptie), minus het aantal om wat voor reden dan ook in de betreffende maand teruggetrokken GvO's. Dat laatste is meestal een relatief bescheiden aftrekpost, het hoogste volume wat ooit is afgetrokken was in mei 2023 (15,3 GWh), netto werd toen voor 1,35 TWh aan GvO's aangemaakt.

Er zijn twee "drijvende krachten" achter het verloop van deze curve. Ten eerste natuurlijk de seizoens-variabiliteit, die zich uit in hoge producties in de zomermaanden ("toppen"), resp. lage output in de wintermaanden ("dalen"). Meestal is december de minst producerende maand. Eerder zagen we al dat, sterk afhankelijk van de gemiddelde instralings-condities in de betreffende maand, in de zomerperiodes hetzij mei (2020), juni (2019, 2021, 2022), of juli (2017, 2018) de best performer waren bij de productie. Voor de hier getoonde recentere periode zijn de waargenomen "zomer pieken" alle 4 in juni gevallen. De huidige piek waarde voor juni 2021 is gestabiliseerd, voor juni 2023 iets verlaagd, en voor juni 2022 en 2024 zijn ze weer opgehoogd t.o.v. de volumes getoond in de vorige update.

De tot nog toe gecertificeerde productie in juni 2023 heeft een nieuw record niveau van, inmiddels 1.557 GWh bereikt (1 GWh lager dan in de vorige update). Dat is al 25,0% hoger dan in juni 2022, waarvoor tot nog toe 1.245 GWh aan zonnestroom GvO's zijn uitgegeven. Anton Boonstra had voor heel Nederland, voor juni 2023, 11% meer instraling vastgesteld dan in juni 2022, de maand was dan ook "record zonnig" volgens het KNMI. Dit opmerkelijke resultaat voor juni is dus niet verbazingwekkend. Dat, in combinatie met de continu voortschrijdende nieuwbouw van PV projecten (al dan niet met SDE subsidie), maakt dat we eind juni 2023 al een (gecertificeerd) productie record te pakken hebben. Deze piek kan in theorie nog steeds iets hoger kan gaan worden in komende updates, zoals reeds in recente exemplaren is geschied.

Ook de piek volumes uit met name 2021 en 2022 kunnen later nog, zij het marginaal, worden bijgeplust. Zeker van de kleinere projecten, die niet maandelijks door een meetbedrijf worden gemeten, komen productiecijfers namelijk heel erg laat pas beschikbaar, en worden ze dan pas aan de databestanden van VertiCer toegevoegd. En worden ze "zichtbaar" in de hier getoonde productie historie. Als dit al geschiedt, zal de impact ervan echter zeer bescheiden zijn.

Juli 2023 duidelijk minder productie dan juni

Het resultaat voor juli 2023 laat een scherpe neerwaartse knik in de grafiek zien, en komt, voorlopig, uit op een productie van 1.218 GWh in die maand, inmiddels iets hoger dan de 1.213 GWh in de zeer zonnige juli maand van 2022. Ten eerste was juli 2023, i.t.t. juni, een historisch bezien "normale" maand wat het aantal zonne-uren betreft. Boonstra meldde dat er in die maand 11,3% minder instraling was dan in juli 2022, en productie is altijd direct gerelateerd aan de hoeveelheid instraling. Dat er nu toch iets meer is geproduceerd, ligt uiteraard aan de ondertussen gegroeide gecertificeerde capaciteit die, ondanks lagere zoninstraling, in totaal dus een hogere output gaf te zien.

In juli 2023 steeg het aantal uren met negatieve prijzen op de stroommarkt behoorlijk, volgens de bekende grafiek van Martien Visser van Entrance op "X" (28 oktober 2023). Het kan dus ook beslist zo zijn geweest, dat hierdoor met name grotere projecten tijdelijk hun productie hebben gestaakt, om geen geld te moeten betalen i.p.v. te ontvangen. Geen productie = geen GvO's. De omvang daarvan is echter nog steeds een aardig mysterie, want die afschakelingen worden bij mijn weten niet nationaal bijgehouden cq. geopenbaard. Visser probeert die verliezen / "non-producties" weliswaar met steeds betere aannames te "modelleren" voor zijn data platform (zie tweet van 27 mei 2024), maar Minister Rob Jetten van MinEZK moest bij beantwoording van vragen van Eerdmans van JA21 het antwoord schuldig blijven over de mogelijke volumes die afgeschakeld zouden zijn / worden. Die zijn volgens hem niet bekend (zie tweet van Polder PV met het betreffende antwoord, van 30 mei 2024). De heer Visser probeert nog steeds de vinger te krijgen achter fysieke afschakeling, zoals bleek uit een recente vraag van hem aan Anton Boonstra over de PV Output.org statistieken.

Resterende maanden 2023 ff.

Augustus 2023 zit momenteel op 1.078 GWh, wat 8,0% lager is dan de 1.172 GWh, die tot nog toe voor ook zeer zonnig augustus 2022 door VertiCer zijn uitgegeven.

Voor september 2023 is tot nog toe voor 923 GWh aan GvO's afgegeven. Dat is al 19,6% meer, dan de al meer geconsolideerde uitkomst voor september 2022 (772 GWh). Dit is in lijn met het feit, dat Anton Boonstra uit de KNMI data 6,8% meer horizontale instraling in september 2023 heeft berekend dan in september 2022 (platform "X", 1 oktober 2023), in combinatie met de toegenomen capaciteit in het tussenliggende jaar.

Oktober 2023 heeft een voorlopig volume van 454 GWh, 8,9% onder het voorlopige resultaat voor oktober 2022. November 2023 heeft tot nog toe bijna 7% relatieve minder opbrengst, dan in november van het voorgaande jaar. Voor december, zie de volgende paragraaf.

Nog niet herstelde, en alweer een nieuwe anomalie: GvO uitgiftes februari 2024*** en dec. 2023

Februari 2024 heeft een volstrekt onwaarschijnlijk niveau van, inmiddels zelfs 2.133 GWh (!) aan "kennelijk" afgegeven volume van GvO's (dunne blauwe stippellijn). Vooral voor de categorie "Aantal uitgegeven GvO's (niet-netlevering)" was de uitgifte in die maand extreem hoog, 1.937 GWh (91% van totale uitgifte niveau, verminderd met een marginaal niveau van teruggetrokken GvO's voor zonnestroom, 1.647 MWh). Dit is volstrekt onbestaanbaar, en leek toen op een grote fout in het VertiCer systeem te wijzen, waarover ik destijds al een e-mail had verstuurd. Het antwoord kwam op 15 april 2024 binnen bij Polder PV:

*** Naar aanleiding van mijn e-mail aan VertiCer ter opheldering van de hoogst merkwaardige anomalie m.b.t. de gerapporteerde afgegeven hoeveelheid GvO's in de februari rapportage, kreeg ik op 15 april een kort, maar zeer duidelijk antwoord: "De oorzaak ligt in een foutieve meetwaarde die de netbeheerder heeft ingestuurd en geaccordeerd. De netbeheerder heeft na onze constatering een gecorrigeerde meetwaarde ingestuurd". We zouden dus een herstel van deze grote fout kunnen gaan verwachten in een van de komende updates, maar helaas is deze nog steeds niet doorgevoerd in de updates van april tm oktober 2024. In ieder geval, met dank aan VertiCer voor deze verklaring.

Vanwege de nog steeds niet herstelde anomalie, is het betreffende gedeelte in de grafiek gestippeld weergegeven. Het "logische verloop" is in de grafiek weergegeven middels de streepjeslijn tussen de punten januari en maart 2024.

GvO anomalie II - december 2023

Helaas heeft Polder PV in de laatste data alwéér een nieuwe fout ontdekt. Deze is aangegeven in de grafiek met een rood cirkeltje. Het nieuwe volume voor december 2023 is opeens veel te hoog. Dat was in de update van september namelijk nog maar 142,9 GWh, een "logisch volume" gezien de historische context. Echter, opeens is in de laatste update een netto (netlevering + niet netlevering - teruggetrokken) hoeveelheid van maar liefst 224,9 GWh te zien, wat slechts marginaal lager dan in november zou zijn (226,3 GWh). Maar, overduidelijk incorrect, véél hoger dan het huidige volume voor zeer zonnige januari 2024 (211,6 GWh) zou zijn. Dit is onmogelijk, zelfs als we zouden aannemen, dat er nog het nodige aan GvO's bijgeschreven zou moeten gaan worden voor al deze maanden. Volgens de definitieve KNMI rapportages voor de maanden november 2023, december 2023, en januari 2024, zou de globale instraling op het horizontale vlak achtereenvolgens 8.798 J/cm², 4.942 J/cm², resp. 8.824 J/cm² te zijn geweest. Waarbij december 2023 van het drietal dus by far de láágste instraling had, en opvolgend januari 2024 veruit de hoogste instraling, hoger nog dan in november 2023.

Geconcludeerd moet worden, dat er iets goed misgegaan moet zijn bij de ingave van de december 2023 volumes. Het enige wat namelijk blijkt te zijn gewijzigd, is een nieuwe entry voor december 2023, toegevoegd in de maand van melding, oktober 2024, waarin een extra volume van maar liefst 82,3 GWh is weergegeven. Wat gewoon niet kan kloppen. Hierover zal, wederom, contact opgenomen worden met VertiCer.

Duidelijk blijft, uit bovenstaande 2 voorbeelden, dat zelfs bij gecertificeerde meetwaarden opgaves, dus fouten kunnen arriveren op de VertiCer burelen. Dit is, wat Polder PV betreft, een zeer zorgwekkende constatering. Alleen zeer stricte, continue controles op die aangeleverde waarden, kunnen garanderen dat het GvO systeem 100 procent waterdicht blijft.

Januari, maart - september 2024

In de zeer zonnige januari 2024 werd tot nog toe ruim 33% (!) meer GvO's genoteerd dan in dezelfde maand in het voorgaande jaar. Voor februari, zie de nog niet herstelde anomalie hierboven.

Ook in maart 2024 was de geregistreerde certificaat uitgifte (795 GWh) veel hoger, 32% dan de tot nog toe uitgegeven hoeveelheid voor maart 2023 (602 GWh). De meest recente resultaten voor april 2024 laten al een uitgifte van 1.077 GWh zien, de eerste april maand waarvoor dus al meer dan 1 TWh aan groencertificaten is uitgegeven voor gecertificeerde PV installaties. Het was al 8,1% hoger dan het al meer gesettelde volume voor april 2023 (996 GWh), maar er zal nog wel het nodige bovenop gaan komen in komende maandrapportages van VertiCer. Zelfs april 2023 zou die 1 TWh nog kunnen gaan halen bij latere bijstellingen. Mei 2024 leverde tot nog toe 1.287 GWh op, wat nu nog 5,0% onder de productie van 1.355 GWh in mei 2023 ligt.

Juni is de nieuwe "maandrecord piek" voor 2024 geworden, zoals verwacht kon worden. Nog zeer voorlopige resultaten geven al 1.335 GWh voor die maand. Dat is nu nog 14,3% lager dan de piek in juni 2023 (ook bijgesteld, 1.557 GWh). Of de inmiddels in een jaar tijd toegevoegde capaciteit de flink lagere instraling in juni 2024 heeft kunnen compenseren is echter nog niet duidelijk. Boonstra had namelijk maar liefst 19,7% minder horizontale instraling in juni 2024 t.o.v. juni 2023 vastgesteld. Dus het gaat nog spannend worden, hoe hoog uiteindelijk de GvO piek voor juni 2024 zal gaan worden t.o.v. dezelfde maand een jaar eerder.

Vanaf juli gaan de totale opbrengsten weer omlaag. Voorlopig, voor juli 2024 1.330 GWh, maar dat is al 9,3% meer dan de 1.218 GWh in juli 2023. De instraling in juli 2024 was ook al wat hoger dan in het voorgaande jaar: 162,4 kWh/m² in juli 2024, t.o.v. 158,2 kWh/m², in juli 2023. Alleen nog onbekende volumes niet gerealiseerde productie bij afschakelen van projecten bij negatieve stroomprijzen op de elektriciteitsmarkt, kunnen een eventueel verder gegroeid verschil in negatieve zin onder druk zetten. Augustus heeft voorlopig 1.255 GWh GvO's toebedeeld gekregen, en dat is alweer 16,3% meer dan in augustus 2023 (1.078 GWh).

De in de huidige analyse toegevoegde maand september kreeg in 2024 de eerste 864 GWh aan GvO's toebedeeld, tegenover 923 GWh in september 2023. Dat is nu nog 6,4% minder volume. De instraling in die maand was, volgens de data extracties van Anton Boonstra, 9,8% lager dan in september 2023, dus dat is niet vreemd. Wel kan dat verschil in komende updates kleiner worden, als er in de maanden tm. september flink wat participerende PV capaciteit zou zijn bijgebouwd.

Met name voor de laatst gerapporteerde maanden zullen er sowieso nog het nodige aan uitgegeven GvO's bij gaan komen. Standaard bij de GvO data van VertiCer is, dat de eerstpublicatie voor een willekeurige maand al het veruit grootste volume GvO's voor die maand oplevert. Afgiftes die later worden gepubliceerd, zijn al veel geringer van omvang, en worden stapsgewijs kleiner qua volume. Het "doorsijpelen" van later afgegeven GvO's, die met terugwerkende kracht voor de betreffende maand worden bijgeschreven, kan echter zeer lang doorgaan. Dat kan langer dan een jaar duren in veel gevallen.

De tweede drijvende kracht achter deze curve is uiteraard de in het recente verleden zeer onstuimige groei van de projecten markt, met telkens flink meer, gemiddeld genomen steeds grotere PV projecten, wier nieuwe productie volumes in de loop van het kalenderjaar toegevoegd worden aan de output van het eerder al bestaande productie "park". Dat is dé drijvende kracht achter de steeds hoger wordende pieken (bovenop de verschillen in instraling van jaar tot jaar). Alle nieuwe capaciteit zal bijdragen aan het verhogen van de pieken, zelfs al hebben ze in sterk toenemende mate oost-west opstellingen om de voor netbeheerders zeer vervelende "middag-output-piek" te verlagen. Ook het steeds meer om zich heen grijpende fenomeen van afschakelingen bij negatieve marktprijzen, zal in de projecten markt al te sterke stijgingen bij de afgifte van GvO's onder druk zetten. De potentiële zonnestroom productie wordt dus in toenemende mate uitgehold.

Progressie in winter"dips"

In de productie curve was tot aan deze upate goed te zien dat de zogenaamde "winter-dips" in de periode 2021 - 2023 ook op een steeds hoger niveau komen te liggen, a.g.v. de almaar toenemende productie capaciteiten, die ook in de winter aan een toenemende hoeveelheid zonnestroom output bijdragen. In deze laatste update blijkt december 2022 weer een marginaal hoger volume te zijn toegerekend, 137,3 GWh. Dat is al 13,4% hoger dan in december 2021 (121,1 GWh), en is zelfs al een factor 4,6 maal het niveau van de "dip" in het winterseizoen van 2017/18 (jan. 2018 29,8 GWh, zie eerder gepubliceerde historische grafiek).

Voor december 2023 staan we echter weer met lege handen, vanwege de hierboven gekenschetste "tweede GvO anomalie" die in de huidige update is ontdekt door Polder PV.


7. Jaarproducties volgens Garanties van Oorsprong

Een herziene versie van de grafiek met de jaarlijkse uitgifte van Garanties van Oorsprong (GvO's) werd door Polder PV gegeven in de analyse van de augustus cijfers van 2024 (link).

Integreren we de data uit dat overzicht, met de meest recente toevoegingen (ook uit eerdere jaren) van de update van 4 november 2024, krijgen we de volgende grafiek met de totaal uitgegeven hoeveelheden GvO's (lees: zonnestroom producties) in de kalenderjaren 2006 tm. 2023, en de eerste, al forse volumes, voor 2024.

De tot nog toe bekende zonnestroom productie van uitsluitend de gecertificeerde zonnestroom markt (dus exclusief vrijwel alle residentiële en andere niet bij VertiCer bekende capaciteit) groeide razendsnel. Van nog bijna onmeetbare hoeveelheden in 2006, tot een volume van 219 GWh in 2015. Vervolgens zette de groei stevig in, vooral veroorzaakt door een toenemende hoeveelheid, en steeds grotere, via de SDE regelingen gesubsidieerde projecten. Van 556 GWh in 2016, 1,6 TWh in 2018, 2,9 TWh in 2019, 5,1 TWh in toenmalig record jaar 2020, naar 6,2 TWh in 2021. Aangezien 2022 zeer zonnig was (Anton Boonstra: 13% meer horizontale instraling dan in 2021), volgt meteen een grote sprong naar 8,6 TWh in 2022.

Vervolgens werden er voorlopig al ruim 9,1 TWh aan GvO's afgegeven voor 2023. Hierbij komt ook nog, dat de nodige nakomende volumes van eerdere maanden worden bijgeplust. Het zal daarbij interessant zijn, te zien, wat de balans zal gaan worden tussen de méér productie van de (record) toegevoegde nieuwe gecertificeerde capaciteit in 2023, in relatie tot het feit, dat de cumulatieve instraling in dat jaar, 7,2% láger lag, dan in het relatief zonnige jaar 2022, aldus de data-extracten en waarnemingen van Anton Boonstra.

Verrassend is, dat 2024, met nog 2 maanden te gaan (en heel veel updates te verwachten), nu al flink boven het kalenderjaar totaal voor 2023 uitkomt, met 10,29 TWh aan reeds uitgegeven GvO's. Hiermee is voor het eerst in de historie de 10 terawattuur gecertificeerde stroomproductie in een kalenderjaar al vroegtijdig "geboekt".

Dat is een volume aan zonnestroom wat al een factor 47 maal zo veel is, als aan het begin van de "echte roll-out" van de eerste SDE subsidieregelingen (vanaf 2015). Wel dient hierbij als waarschuwing, dat de volstrekt foutieve (veel te hoge) waarde van februari 2024 bij dit voorlopige totaal volume zit. Zolang die nog niet is hersteld in de publieke cijfers, is de tot nog toe geregistreerde productie in de eerste negen maanden van 2024 dus nog onzeker.

In ieder geval is er vanaf 2006 tot en met 2024 door VertiCer en haar rechts-voorgangers, inmiddels 45,7 TWh aan garanties van oorsprong uitgegeven voor gecertificeerde PV capaciteit.


8. Bronnen

Intern - eerdere rapportages CertiQ / VertiCer 2023 - 2024, aflopend gesorteerd

VertiCer update september 2024, Gecertificeerde PV markt, jaargroei 2023 naar record 2.584 MWp nieuwbouw (2022 +30%), grootste cijfer anomalie blijft data verstoren (3 oktober 2024)

VertiCer update augustus 2024, II. Syntheses evolutie aantallen PV projecten, en capaciteit vanaf 2006, en Garanties van Oorsprong vanaf 2006 / 2017 (5 september 2024)

VertiCer update augustus 2024, I. Gecertificeerde PV markt, jaargroei 2023 naar record 2.579 MWp nieuwbouw (2022 +30%), en grootste cijfer anomalie in historie (4 september 2024)

VertiCer update juli 2024 - 2023 gecertificeerde PV markt, record jaargroei naar 2.490 MWp nieuwbouw, bijna 26% meer aanwas dan in 2022 (4 augustus 2024)

VertiCer update juni 2024 - 2023 gecertificeerde PV markt, jaargroei naar record 2.442 MWp nieuwbouw, >23% meer aanwas dan in 2022, en al iets meer dan voormalig topjaar 2020 (12 juli 2024)

VertiCer update mei 2024 - 2023 jaargroei naar 2.404 MWp nieuwbouw, 22% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 juni 2024)

VertiCer update april 2024 - 2023 jaargroei naar 2.384 MWp nieuwbouw, 21% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (3 mei 2024)

VertiCer update maart 2024 - 2023 wederom verder omhoog, naar 2.364 MWp nieuwbouw, 20% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (3 april 2024)

VertiCer update februari 2024 - 2023 verder uitlopend naar 2.321 MWp nieuwbouw, 18% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (3 maart 2024)

VertiCer update januari 2024 wederom surprise - 2023 naar 2.012 MWp nieuwbouw, nu 2,4% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (?) (4 februari 2024)

VertiCer update december 2023 - voorlopig 1.298 MWp nieuwe gecertificeerde PV capaciteit, 34% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 januari 2024)

VertiCer update november 2023 - eerste 11 maanden 1.223 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 31% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 december 2023)

VertiCer update oktober 2023 - eerste 10 maanden 1.127 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 33% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (2 november 2023)

VertiCer update september 2023 - eerste 3 kwartalen 867 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 46% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 oktober 2023)

VertiCer update augustus 2023 - eerste 8 maanden 835 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 45% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 september 2023)

VertiCer update juli 2023 - eerste zeven maanden 646 MWp, (voorlopig) 46% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (2 augustus 2023)

VertiCer (ex CertiQ) update juni 2023 - "negatieve maandgroei", stabilisatie capaciteit; eerste half jaar 546 MWp, (voorlopig) 49% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (19 juli 2023)

CertiQ / VertiCer update mei 2023 - "negatieve maandgroei" aantal installaties, stabilisatie capaciteit; eerste vijf maanden 356 MWp, 38% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (3 juni 2023)

CertiQ / VertiCer update april 2023 - wederom "negatieve maandgroei"; eerste vier maanden slechts 14% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (4 mei 2023)

CertiQ / VertiCer update maart 2023 - nieuwe en bijgestelde cijfers gecertificeerde zonnestroom, eerste kwartaal 41% van nieuw volume QI 2022 (4 april 2023)

CertiQ / VertiCer update februari 2023 - nieuwe en bijgestelde cijfers gecertificeerde zonnestroom, hoge toevoeging capaciteit januari, zeer lage hoeveelheden in februari (7 maart 2023)

Revisie van historische maand- en jaarcijfers CertiQ. Deel II. Grafieken, nieuwe jaarvolumes (hoger in 2018-2020, lager in 2021), volledige sequentie Garanties van Oorsprong. (14 februari 2023)

Januari 2023 flinke toename geregistreerde gecertificeerde zonnestroom capaciteit, 354 MWp, maar het verhaal is complexer bij CertiQ. Deel I. (8 februari 2023)

CertiQ herziet cijfer presentatie methodiek - een nieuw tijdperk ? (8 februari 2023)

Sinterklaas surprise november rapport CertiQ 2022 bleek een fopspeen: december rapport wederom "negatieve groei", 1e status update. (9 januari 2023, laatste analyse van "klassieke" maandrapportage, en links naar eerdere analyses in 2021 en 2022)

Meer licht in de duisternis (?) omtrent ontwikkeling gecertificeerde zonnestroom portfolio in (2019-) 2020 bij CertiQ. (4 november 2020; vroege signalering van sterk wijzigende historische CertiQ data door Polder PV)

Extern

Data overzichten website VertiCer (vooralsnog alleen rapportages over 2023 en 2024, en 1 gereviseerd overzicht met data tot juni 2021)

NB: de oude website van CertiQ is niet meer actief, de url verwijst door naar de site van rechtsopvolger VertiCer !

<<< recenter

actueel 195 194 193 192 191 190-181 180-171 170-161 160-151 150-141 140-131
130-121
120-111 110-101 100-91 90-81 80-71 70-61 60-51 50-41>>> highlights

 
 
 
© 2024 Peter J. Segaar / Polder PV, Leiden (NL)
^
TOP