zontwikkelingen
"oud" |
Nieuws P.V. pagina 124meest recente bericht boven Specials: 1 maart 2015 - 3 mei 2015 Voor belangrijke "highlights" voor ons PV-systeem, zie pagina nieuws_PVJSS22.htm
1 mei 2015: Zwaar ei gelegd - Protocol Monitoring "Hernieuwbare" Energie. De zesde versie van dit voor de duurzame energie "wereld" (in NL) belangrijke document (sommigen zouden het misschien een Duurzame Bijbel durven noemen) heeft ontzettend lang op zich laten wachten. De voorlaatste versie, gepubliceerd in 2010 (!) was al lang niet meer terug te vinden op de website van RVO. Gisteren werd dan eindelijk het nieuwe document gepubliceerd, hier na afgekort tot "Protocol". Het bevat de zogenaamde "kengetallen" en "berekeningswijzen" voor diverse vormen van energie opwekking, die gebruikt worden voor het "vaststellen" van onze "prestatie" op het vlak van opwekking van energie uit hernieuwbare bronnen (feitelijk de enige correcte wijze van uitdrukken, al wordt dat beslist niet zo gebezigd in dat rapport). Het document is 49 pagina's dik en volledig herschreven. Het zou vooral duidelijker moeten zijn dan de vorige, behoorlijk ambtelijk aandoende versies. Niet meten,
maar berekenen Comptabel
meten en GVO's Serieuzer
probleem: geen centrale (geijkte) registratie Een van de beruchte problemen wordt veroorzaakt door het typische Nederlandse fenomeen van "systeem uitbreidingen". Hier vaak voorkomend vanwege de historische nationale wipkip politiek betreffende ondersteuning van zonnestroom, waardoor mensen niet in een keer een heel dak (op efficiënte wijze) hebben volgegooid. Maar stapje voor stapje hebben uitgebreid. Vaak ook nog met verschillende (soms beperkt tot niet uit te lezen) kleinere omvormer types. Een van de bekendste oudere onafhankelijke portals is Sonnenertrag.eu (momenteel 12.656 systemen in 32 landen met 231 MWp bevattend), waar ook Polder PV is vertegenwoordigd ("flachlander"), naast nog eens 933 landgenoten (totaal vermogen NL in dit portal momenteel 7,9 MWp). Het is in het verleden regelmatig voorgekomen dat door resultaten van uitbreidingen bij een bestaande installatie op te tellen, historische gegevens (die immers afkomstig waren van de kleinere installatie voor de uitbreiding) werden - en nog steeds worden - gecorrumpeerd. Dat komt omdat Sonnenertrag de resultaten volautomatisch terugrekent naar een specifieke opbrengst van kWh/kWp in haar presentaties. Dit, en andere "data incidenten", dienen gebruikers van die gegevens tot grote prudentie te dwingen, omdat er interpretatie blunders aan ontleend kunnen worden. Geen overkoepelende
regie mogelijk, universele aanpak ontbreekt Dit alles leidt er dan ook toe dat, vanwege het feit dat Nederland nooit snoeiharde wetgeving heeft gekend - zoals in Duitsland - tot verplichte registratie (let wel: in ruil voor 20 jaar vaste feed-in vergoedingen, die we helemaal niet kennen in ons land !!!), noch tot verplichte statistiek rapportages door onafhankelijke overheden, er hier, excusez le mot, maar wat aangeklooid blijft worden met "vermeend berekende opbrengsten". En dat is wat in het nieuwe Protocol de facto herhaald wordt voor zonnestroom. Ook al is het nu met een "minder gedateerde speculatieve rekenmethodiek". Polder PV heeft bij het overleg over de nieuwe "methode" gezeten en wat input geleverd. Maar blijft sceptisch over het resultaat ervan. Van oud
naar nieuw - anders rekenen (1) "Peildatum"
capaciteit Derhalve is er nu simpelweg voor gekozen, voor het berekenen van de veronderstelde "jaaropbrengst", om uit te gaan van het veronderstelde opgestelde vermogen halverwege het "berekende" jaar. Daartoe wordt het gemiddelde opgestelde vermogen van de eindejaars-accumulaties van het voorgaande resp. het besproken jaar genomen, op basis van de klassieke CBS cijfers (waarvoor Polder PV sinds enige jaren de enorme leverancierslijst aanlevert). Voor het jaar 2013 zou je dan uit moeten gaan van het gemiddelde van 739 MWp (nieuw eindejaars volume 2013 volgens CBS), en 365 MWp (idem, eind 2012), ergo, van "552 MWp vermeend opgesteld vermogen op 1 juli 2013". Dat is een aanname, beslist géén "feit", wat bekende blogger Henri Bontenbal er al meteen toe zette om een leuk grafiekje te twitteren met een grotendeels (hypothetische) bijplaatsing in het voorjaar (wat die aanname in het nieuwe Protocol meteen onderuit zou doen schoffelen, als die op "waarheid" zou berusten). Waar Polder PV vervolgens een weer heel andere, óók puur speculatieve variant tegenover zette, die ook al tot het ontkrachten van de nieuwe "aanname" in "het Protocol" zou leiden. Samenvattend: we wéten het tempo van de (totale) nieuwbouw helemaal niet. Het "zwaartepunt" kan zowel in de eerste, als in de laatste jaarhelft liggen, en de aanname in het Protocol "capaciteit mid-jaar nemen" is een aanvechtbaar, volstrekt speculatief uitgangspunt. Wat tot flinke afwijkingen kan gaan leiden t.o.v. de (niet gemeten) werkelijkheid, in het uiteindelijke "berekende resultaat volgens het nieuwe uitgangspunt van het Protocol". Zeker in een zeer sterk, maar mogelijk in een jaar tijd onregelmatig groeiende markt met veel grote nieuwe installaties, die heel erg veel zonnestroom kunnen opwekken. Als bijvoorbeeld in 2015 naar verwachting "zeer veel grote installaties" in de tweede helft van het jaar gerealiseerd zouden gaan worden, voortkomend uit de gigantisch gegroeide portfolio aan beschikte SDE 2013 en SDE 2014 projecten, zit je dus al een scheve prognose te maken met dat "referentie capaciteit mid-jaar" uitgangspunt in het nieuwe Protocol. (2) Nieuwe
aanname specifieke kalenderjaar opbrengst Het grappige was dat in datzelfde jaar, 2014, de instraling zo hoog was (en/of de systemen kennelijk nog veel beter presteerden dan gedacht), dat de behoorlijk intensief monitorende beheerder van het portal van SolarCare moest concluderen dat in dat jaar voor de onderzochte PV installaties (ruim 2.000 stuks, goed voor ruim 9,8 MWp opgesteld vermogen, 1,3% van eindejaars-volume van 2013) een kalenderjaar gemiddelde van alweer 910 kWh/kWp was behaald. Alweer 4% hoger dan het net eerder dat jaar vastgestelde "nieuwe kengetal", en maar liefst 30% hoger dan het jarenlang gehanteerde "exemplaar" van 700 kWh/kWp.jaar. Overigens, het door SolarCare voor Zuid-Holland opgegeven (hoge) gemiddelde van 900 kWh/kWp in 2014, werd door 3 van de deelgroepjes in onze oude PV-installatie in Leiden alweer "getopt". Kampioen was daarbij uiteraard wederom onze Kyocera combi met een volslagen prehistorische (inefficiënt werkende!) OK4E-100 micro-inverter: die haalde dat jaar maar liefst 986 kWh/kWp. 13% hoger dan het "nieuwe kengetal volgens Protocol 2015". Deelprobleempje
autonoom (3) Ingangsdatum De vaststelling van het ijkpunt 2011 voor introductie van de nieuwe rekenmethodiek is natuurlijk volstrekt arbitrair, en gaat sowieso tot vreemde gevolgen leiden, zie verder. Onze oude installatie werkt al jaren zelfs beter dan "volgens het nieuwe kengetal", en ook nog eens op een behoorlijk stabiel, hoog niveau. Ik heb niks "gemerkt" van een productiesprong in 2011, zoals onterecht lijkt te worden gesuggereerd met deze merkwaardige keuze. Het volkomen toevallige "sprongetje omhoog" van 2010 >> 2011 werd bij ons natuurlijk helemaal niet door een artificiële rekentruuk bepaald, maar was het gevolg van een - voorspelde en voorspelbare - lagere opbrengst in 2010 als gevolg van een wekenlange dakrenovatie in het najaar waarbij onze installatie geheel van het net was gekoppeld... De "keuze" van RVO / Protocol voor 2011 als ingangsjaar voor de nieuwe "rekenmethodiek" gaat zoals gezegd een curieus effect op de CBS cijfers geven. Namelijk het volgende: In groen de "klassieke" rekenmethode, uitgaande van de door CBS gegeven eindejaars-capaciteit. Voor 2014 ben ik daarbij uitgegaan van de door mij zeer prematuur uit de eerste stroom productie cijfers van CBS "herleide mogelijke eindejaars-capaciteit" (1.031 MWp, zie artikel over die herleiding). CBS heeft nog geen harde MWp getallen gepubliceerd voor 2014, we hopen die eind mei te vernemen (en dat ze blijken mee te vallen...). In geel de gevolgen van de nieuwe rekenmethodiek. Ongewijzigde cijfers tm. 2010. Maar vanaf 2011 met de "vermeende mid-jaar capaciteit" en "het nieuwe kengetal" (875 kWh/kWp.jaar) rekenend. Daarbij krijgen we het verrassende resultaat dat de vermeende jaarlijkse zonnestroom productie in 2011 op een iets hoger niveau komt dan bij de oude rekenmethode (102 vs. 100 GWh). Dat de 2 daar op volgende jaren (met hoge marktgroei volgens CBS cijfers) behoorlijk achter blijven bij de oude berekende cijfers (2012 12% minder, 2013 ruim 6% minder). Maar dat het door mij uit premature CBS data "berekende" jaar 2014 weer juist een "boost" aan (fictief berekende) zonnestroom productie zou krijgen t.o.v. het resultaat van de klassieke berekeningswijze (724 GWh volgens "restpost" laatste CBS cijfers). Maar liefst 7% meer. Volgens die nieuwe rekenmethode zouden we dan zelfs op een hoeveelheid van 774 GWh moeten gaan uitkomen in 2014. Het zal sterk van de werkelijk gerealiseerde (NB: niet gekende !!) PV markt ontwikkeling afhangen, wat er werkelijk zal zijn geproduceerd. Zolang het grootste deel van de PV installaties in ons land géén geijkte meetdata blijft afgeven aan de regionale netbeheerder, of aan "een centrale instantie", blijft deze grafiek derhalve puur speculatief. En moeten we ons vooral niet internationaal op de borst gaan kloppen dat dit "onze harde productie cijfers van zonnestroom" zouden zijn. Want het is en blijft, hoe "slim berekend" ook: een luchtballon. Weer
een feestje? Toekomst "Con" betreft twee zaken. Er zullen steeds meer (goedkoper te bekomen) installaties op ongunstiger lokaties worden opgesteld, wat het gemiddelde systeemrendement van de hele PV populatie natuurlijk onder druk zet. Zeker als dat op grote schaal gaat gebeuren. Een van de niet benoemde trends zijn de steeds populairder wordende "oost-west" systemen, met name op platte daken, die recent zelfs bijna de hemel werden ingeprezen (s.v.p. altijd oppassen met dat soort overtrokken verhalen, ook al zit er een kern van waarheid in). Ik zie ze zelfs in mijn "grote project portfolio" (inmiddels meer dan 1.450 installaties bevattend) in toenemende mate "instromen". Voordelen: meer power op hetzelfde dak mogelijk, spreiding van opwek over groter deel van de dag, minder "pieken" in de systeem output. Een tweede "con" is de door het Protocol veronderstelde degradatie van oudere installaties. Daar zit zeker wat in, maar het hoeft beslist niet zo dramatisch uit te pakken als wordt gesuggereerd. De degradatie van de opbrengsten bij Polder PV is, zelfs gerelateerd aan de toegenomen zoninstraling, bijna nihil tot "erg weinig" gebleken, zoals door mij geanalyseerd in dit artikel. Bovendien kan het best zo zijn dat oude PV systemen voortijdig worden afgestoten (Polder PV heeft net drie oude panelen die hij van het dak van een collega heeft gehaald geschonken aan een goed doel in de buurt), en dat veel efficiëntere installaties voortijdig worden ingezet op het bestaande dak. Op basis van de "plussen en de minnen" hierboven vermeld, gaat het Protocol nu uit van een "toekomstige" specifieke opbrengst van gemiddeld 900 kWh/kWp.jaar in het jaar 2020. Dat blijft een opmerkelijk lage verwachting. Want Duitsland zit in haar Mittelfrist-prognoses met hun trend scenario, en al een absurd groot volume van 38,6 GWp gerealiseerd PV-vermogen (veel optimale potentie al "geclaimd", veel capaciteit in later jaren in Noord Duitsland bijgebouwd) al op waarden tussen de 952 en 960 kWh/kWp.jaar (2016-2019!):
En het beslist niet extreem zonnige België hanteert ook al sinds 2012 een "referentie opbrengst" van 950 kWh/kWp.jaar (Apere). Het zou vreemd zijn als Nederland ver onder die ervarings-cijfers in de buurlanden zou blijven steken (zeker met een groot deel van de bevolking in de licht-rijke kustprovincies...). Levensduur
bijstelling Tot
slot - nieuw CO2 kengetal "Elektriciteit geleverd bij verbruiker eelekCO2eind : 0,61 kg CO2/kwhe" M.a.w.: als u 1 kWh zonnestroom opwekt, en hem al dan niet zelf direct verbruikt, zou u volgens dit kengetal 610 gram CO2 uitstoot uit het "centralistisch georiënteerde, zwaar fossiel gedomineerde productie park" hebben vermeden. Ik heb het nieuwe getal (het vorige was 608 gram, met als referentie jaar 2008) meteen in mijn sommetje gebruikt. Download pagina voor Protocol Monitoring "Hernieuwbare" Energie 2015 (RVO)
30 april 2015: Hoge, maar beslist geen record opbrengst in april. Polder PV heeft de maandelijkse productie resultaten van zijn 1,02 kWp "kern"systeem maar weer eens op een rijtje gezet. Dit n.a.v. berichten van "records" op het internet, voor de maand april (bijvoorbeeld dit exemplaar van de bekende twitteraar Jasper Vis, of deze van het 4-jarige systeem van Speksteenkachel uit Enschede). Polder PV heeft natuurlijk al de nodige productie jaartjes achter de kiezen, en heeft al die jaren de productie toppen en dalen zien komen en zien gaan. Ik kijk nergens meer van op. Nu is onze installatie uiteraard wel "oud", maar uitgebreide analyses van onze productie data, nota bene in relatie tot de fysiek toegenomen instraling (ook in Valkenburg ZH), laten zien dat er weinig "mis" lijkt met ons PV-systeem. En dat de degradatie trend van de opbrengsten nauwelijks zichtbaar is voor de oudste 4 panelen, of slechts matig minder voor de tweede set (6 panelen, met ander cel type, zie analyse). Ik heb de productie resultaten voor de eerste vier maanden van 2015 nu verwerkt in de bekende grafiek, en dit is het resultaat: Omdat door alle over elkaar heen liggende curves het verloop van april 2015 niet goed zichtbaar is hier onder de afzonderlijke curve (paars) in relatie tot het langjarige gemiddelde voor alle maanden tot en met april 2015 weergegeven (zwarte lijn). Deze grafiek geeft goed de prestaties van 2015 weer t.o.v. de historisch verkregen gemiddelde opbrengsten. Aan deze grafiek is te zien dat januari en maart subgemiddelde maandopbrengsten hadden voor ons langjarige (sinds oktober 2001 functionerende), uit 10 panelen bestaande "referentie systeem" van 1,02 kWp. Maar dat zowel februari, als april fors bovengemiddelde opbrengsten hebben opgeleverd. Is april 2015 daarmee recordhouder bij ons? Neen, beslist niet! Om dat aan te tonen, geef ik nu een detail uit de eerste grafiek met alle april scores voor deze referentie installatie boven elkaar (gekleurde stippen, april 2015 aangegeven met de pijl, zwart = langjarig gemiddelde): Hieruit is duidelijk te zien dat april 2015 weliswaar bovengemiddeld scoorde, maar dat in onze meetreeks er maar liefst al drie jaren waren die (fors) hogere opbrengsten hebben gegenereerd in de maand april. Waarbij april 2007 de absolute, dominante record houder is geweest (lichtgroene curve). En zelfs, na de bij ons "absolute kampioen" juni 2006 (gele curve in eerste grafiek, zie animatie), de op 1 na meest productieve maand in de complete historie van Polder PV is geweest. Ook voor die record april van 2007 heeft Polder PV destijds een leuke animatie gemaakt, die u hier kunt nakijken. Toch vrij opmerkelijk voor een "voorjaarsmaand", zou je als leek mogelijk kunnen denken. Maar, het is al vaker gezegd, met de vaak koude lucht in deze maand, veel wind, en, bij uitbundig schijnende zon ook al hoog in de hemelkoepel, gedurende langere tijd (bijna) loodrecht instralend op de zonnepanelen, doet deze maand vaak niet ver onder voor zomerse(r) maanden als mei, juni en juli. Ook al hebben die fors langere daglengtes, en dus in theorie (veel) meer zon. Echter, remmende factoren in die maanden zijn juist: flink opwarmende zonnepanelen, wat het rendement onder druk zet, vanwege de negatieve temperatuur coëfficiënt van kristallijn silicium (minder vermogen zodra de celtemperatuur boven 25 graden Celsius uitkomt, wat de referentie is waarbij het module vermogen is gemeten onder Standaard Test Condities). Het is derhalve niet voor niets dat april na genoemde drie "zomerse" maanden gemiddeld genomen als vierde beste productie maand uit de gemiddelde reeks rolt (zwarte lijn in eerste en tweede grafiek). KNMI De record waarde in de hele meetgeschiedenis van KNMI Valkenburg was 56.381 Joule per vierkante centimeter horizontale instraling, in april 2007 ("niet geheel toevallig" ook ons productie record voor die maand, zie boven). Dat komt neer op 1.879 J/cm² gemiddeld per dag in die historische april maand. Als 30 april 2015 ook zo'n spectaculaire "gemiddelde dag" had geweest, had deze mand uit "kunnen" komen op 48.812 + 1.879 = 50.691 J/cm². Beslist niet in de buurt komend van het record van april 2007. Bovendien was het vandaag bij ons deels bewolkt, deels zonnig. Dus zal de instraling waarschijnlijk lager zijn geweest dan voornoemde 1.879 J/cm². Ergo: het eind resultaat zal veel minder instraling dan in april 2007 zijn geweest. Dus ook geen zonnestroom productie record te verwachten alhier. Quod erat demonstrandum... Maandproductie
per panelen groep PPV In de middelste kolom de fysieke opbrengst per "paneel groep", in wattuur (maand april 2015, 30 dagen). In de laatste kolom terug gerekend ("genormeerd") naar het opgestelde vermogen in elke groep. Daarmee krijg je de "specifieke opbrengst", in kWh/kWp (in april 2015). Dat is een redelijk goede "maatstaf" om opbrengsten te kunnen vergelijken. Al moet je daar ook weer voorzichtig mee zijn, omdat elke installatie anders is, en bijvoorbeeld ook lokatie een doorslaggevende factor is. Onze best presterende modules zijn al sinds ze ruim 5 jaar geleden zijn geïnstalleerd de 2 in serie op 1 OK4 omvormer geschakelde "50 Wp" Kyocera panelen (lichtgroene band). Die duidelijk boven de rest uitspringen met een specifieke opbrengst van 129,3 kWh/kWp in april. Maar dat valt weer "tegen" als je bijvoorbeeld de opbrengst van de hierboven genoemde Speksteenkachel uit het "zonarme" oosten van het land erbij gaat nemen. Want die rapporteerde een record opbrengst van 138 kWh/kWp in april dit jaar. Dat ligt een mooie 7% boven onze "best performers". En dat is ook helemaal niet gek. Hij heeft een behoorlijk efficiënte string-omvormer, Polder PV heeft "brakke" micro omvormers uit de pionier tijd. Die, als je geluk hebt, slechts 92% efficiëntie halen, mogelijk (inmiddels) nog een stukje minder. De rest gaat verloren aan warmte. Dus het is niet verbazingwekkend dat zelfs in een lichtarmer gebied als oost Nederland er hogere opbrengsten gehaald kunnen worden dan aan de lichtrijke kust. Of dat op jaarbasis ook zo zal zijn, dat moeten we natuurlijk nog gaan zien... Zonovergoten
april eindigt met vorst (KNMI, 30 april 2015)
30 april 2015: Duitsland wederom minder dan 100 MWp nieuwbouw maart. Ook al is er een lichte opleving in met name het residentiële marktsegment, wederom is er een teleurstellende nieuwe PV capaciteit in Duitsland bij gebouwd met een vermogen van slechts 97 MWp. De data in grafieken en in cijfers.
Er is iets meer dan 97 MWp nieuw vermogen gemeld (iets minder dan in februari), bestaande uit 4.247 installaties. Dat laatste is wel fors meer dan de slechts 2.926 nieuwe systemen in de voorgaande maand. Progressie van aantallen nieuwe installaties per maand, jaren 2012-2015 telkens naast elkaar gezet. Voor het eerst in lange tijd weer een lichte opleving van het aantal nieuwe (kleinere) installaties in maart. Maar het houdt niet echt "over". Laten we hopen dat het een trendbreuk is. Mogelijk is een combinatie van zonnestroom opwekken en een deel ervan thuis in accu's opslaan langzamerhand een (economisch interessante?) optie aan het worden in Duitsland? De dramatische trend bij het nieuwe vermogen per maand, getoond in de grafiek hierboven, is niet "gekeerd". Er werd zelfs ietsje minder (97 MWp) bijgebouwd dan in de voorgaande maand (verschil hier nauwelijks zichtbaar). De donkergroene kolommen geven de nieuwbouw voor de eerste drie maanden van 2015 weer. Duitsland is op dit vlak al langer "ex-wereldkampioen". Zo heeft India in maart bijna vier maal zo veel capaciteit, 361 MW, bijgeplaatst (waarmee het fiscale jaar werd afgerond). Detail
cijfers
Progressie van nieuwe aantal installaties per maand in de periode jan. 2014 tm. mrt. 2015 (met kunstmatige onderbreking om kalenderjaren te scheiden). Logarithmische Y-as. De (gemiddeld) neergaande trend lijkt in maart voor de meeste categorieën te zijn omgebogen. Afgevraagd mag worden of dat een tijdelijk opleving is, of dat deze een positieve trendbreuk gaat inluiden. Alleen bij de grootste systeem categorie > 1 MWp is de trend verder omlaag gegaan, maar gezien de geringe aantallen in die categorie is de trend daar onregelmatig. Elke installatie meer of minder heeft fors effect op het verloop van die specifieke deel-curve. Zelfde grafiek als hiervoor (tevens: logarithmische Y-as), maar nu met nieuwe capaciteit per maand (MWp). Hoogst onrustbarend was het stapsgewijs "verliezen" van de residentiële markt, die een steeds lagere impact kreeg op de totale volumes (laagste vermogensklassen, onderste blauwe curve). Gelukkig heeft deze weer een kleine "boost" gekregen, evenals de andere twee "kleinere" categorieën (vanaf 5 tm. 15, resp. vanaf 15 tm. 100 kWp per installatie). Er is nog wel een duidelijk neergaande trend in het totaal bijgeplaatste vermogen in de grootste systeem categorie (bovenste blauwe lijn). Het totale toegevoegde vermogen (bovenste rode curve) is gestabiliseerd vanwege de combinatie van effecten.
Progressie in de accumulatie van aantallen nieuwe PV-installaties in Duitsland per maand en per jaar. Elk jaar weer minder installaties, het drama voor de oosterburen blijft onmiskenbaar.
Hetzelfde plaatje als hierboven, maar nu voor de aanwas van het PV vermogen per maand en per jaar. Hier is het drama nog scherper afgetekend, wat vooral te wijten is aan het steeds meer opdrogen van de (economische) mogelijkheden voor het toepassen van de goedkoopste PV projecten die er zijn: grote vrijeveld installaties. Vergoedingen
voor nieuwe PV installaties Voor nieuwe residentiële installaties tm. 10 kWp krijg je vanaf 1 mei nog maar 12,43 Eurocent/kWh "standaard" netvergoeding, al kun je fors meer toucheren als je zoveel mogelijk van je zonnestroom opwek direct weer verbruikt (waar dan helaas weer een - verlaagde - EEG Umlage over betaald dient te worden...). Voor max. 10 MWp grote vrijeveld projecten is de FIT 8,61 Eurocent/kWh (20 jaar lang). Onder het "marktpremie" systeem liggen de maximaal haalbare premies slechts weinig hoger dan voornoemde bedragen (12,82 resp. 9,0 Eurocent/kWh). Eerste tender
afgerond Bovendien schijnt er een niet benoemd bedrijf geweest te zijn die 40% van de oorspronkelijke tender capaciteit geclaimd zou hebben. Dit versterkt de vrees van talloze Duitse burgeriniatieven, dat vooral de grote concerns met genoeg geld en mensen, de grootste krenten uit de pap zullen gaan halen. Is het ooit anders geweest? Er moeten nog twee tenders volgens, wederom een van 150 MWp per 1 augustus, en nog een voor 200 MWp per 1 december dit jaar. In totaal zou daarmee een "relatief schamel" volume van zo'n 500 MWp aan nieuwe vrijeveld installaties moeten worden gerealiseerd (realisatie termijn 2 jaar na beschikking). Photovoltaikanlagen:
Datenmeldungen sowie EEG-Vergütungssätze (Bundesnetzagentur
statistieken) Lijstje met toegekende projecten eerste tender ronde (Bundesnetzagentur) Germany
approves 25 bids in large-scale PV tender (29 april 2015, PV-Magazine.com)
24 april 2015: Onrustbarende CBS cijfers productie elektriciteit - met gevolgen voor impact PV. Gisteren werden eerste, voorlopige cijfers voor bijna alle productie faciliteiten die elektriciteit genereren gepubliceerd door het CBS, over het jaar 2014. Die cijfers zijn om meerdere redenen onrustbarend. Ten eerste natuurlijk, omdat het fossiele drama wat NEEderland heet alleen nog maar nog groter is geworden afgelopen jaar. De kolenstroom productie is heftig toegenomen. Nooit eerder in de meetreeks sinds 1998 was de jaarlijkse toename zo groot: 20 procent meer kolenstook in 2014 dan in 2013! Oorzaken: absurd laag geprijsde kolen, een totaal geflopt "emissiehandel systeem", en een record geëxporteerde hoeveelheid stroom, 21% hoger dan het volume wat in 2013 ons land verliet. Richting willige buurlanden aan enkele met Nederland verbonden dikke kabels die wel goedkope kolenstroom wilden importeren (Verenigd Koninkrijk), en/of die zeer serieuze problemen hadden met stilgelegde kerncentrales (België). Uiteraard komt dat bovenop de stroom zwelgende eigen industrie, die het verder weinig lijkt uit te maken waar de elektra vandaan komt, als het maar voor een prikkie is te krijgen. De rest is bijzaak. Ik heb e.e.a. in grafieken voor u op een rijtje gezet, om het drama nog even visueel uit te lichten. Ruwe splitsing tussen stroom uit hernieuwbare bronnen (HE, groene kolom segmenten) en "de major rest", elektriciteit verkregen uit het (veelal: extreem) milieuschadelijk verstoken van diverse fossiele grondstoffen (grijze kolom segmenten). Totale jaarproductie in vetdruk bovenaan de kolommen. In 2014 is volgens deze eerste cijfers weer minder stroom opgewekt uit HE bronnen (bijna 5% minder dan in 2013!), terwijl de totale stroomproductie van eigen bodem tegelijkertijd met 1,6% steeg. Dat eerste heeft natuurlijk alles te maken met de dramatische terugval in de via de oude (aflopende) MEP regeling gesubsidieerde bijstook op een kolenbedje. Minder biomassa, "dus" (nog) meer kolen in de fik. Het niveau ligt alweer vrijwel op dat van het prehistorische jaar 1998... Duurzaamheid? Ach, alleen maar lastig... In deze grafiek heb ik alle separaat door CBS genoemde modaliteiten weergegeven in een lijndiagram, met, heel belangrijk om te weten, de Y-as in logarithmische schaal. Dit, omdat er natuurlijk een enorm verschil is in impact in de nog nat achter de oren zijnde optie zonnestroom (geel) en de al decennia massaal de Hollandse lucht in gestookte modaliteit (voornamelijk Grunneger) gas in ons land (bruin, bovenste curve). Zonnestroom moet "van ver" komen omdat het inherent microscopisch decentraal is, en dus langdurig vele meters moet maken. Maar het maakt wel een enorme ontwikkeling door in de getoonde periode. Daar is de fysieke progressie dan ook het duidelijkst (elk jaar verder omhoog qua output). Wel moet hierbij worden gezegd dat de productie met veel nattevinger werk al die jaren lang door CBS wordt afgeschat, en beslist niet centraal wordt "gemeten". Bovendien is in de detail cijfers van CBS nog géén waarde voor 2014 ingevuld, als enige optie dus met een vraagteken (zie echter verder). De enige andere optie die een bemoedigende ontwikkeling laat zien, tegen alle maatschappelijke onrust daar over, is windenergie (blauw). Maar ronduit onrustbarend is de "tegendraadse" ontwikkeling bij de in en in fossiele opties kolen (supersmerig) en gas ("minder vervuilende fossiele optie"; bovenste twee curves). De laatste neemt af. Niet alleen onder (terecht) zware druk van de onder aardbevingen lijdende Groningers. Maar in de getoonde periode vooral vanwege lage economische groei in "gasland Nederland", en natuurlijk de zachte winters. Daar tegenover staat dat kolenstook juist in de versnelling is gegaan (en ook door lucratieve stroomexport naar België en VK, kolen zijn immers spotgoedkoop, en emissie"rechten" vrijwel niks waard). Omdat beide lijnen zich bovenin de logarithmische schaal bevinden, is de impact op "verlies" (gas) resp. "winst" (voor kolenstokers) het hoogst t.o.v. alle andere, veel lager liggende modaliteiten. Let ook op de curieuze, ook al onrustbarende negatieve (omhoog gegane) trend bij stookolie (zwarte curve) als supersmerige bron voor elektra productie. Alweer in de buurt komend van de contributie van de - op Nederlandse schaal - zeer duurzame optie, waterkracht... Een "100 procent grafiek", waarbij de aandelen van alle stroom producerende modaliteiten door de jaren heen worden gestapeld. De dominante fossielen onderaan, "de rest" er boven. Direct is evident, dat de mede door zachte winters en enorme, voor een zachte prijs ingekochte stroom-importen (uit met name Duitsland) teruggevallen optie "gas" (van meer dan 60% tot onder de helft van het totaal in 2014) smerig fossiel is "ingevuld" met de veel viezere kolen. Waar kennelijk nog goed aan is te verdienen, met name via export naar het buitenland (uiteraard nauwelijks naar Duitsland, dat dumpt immers haar bruinkooloverschotten voor nog lagere prijzen in ons VOC landje...). Verder valt de groei van windstroom op (blauw), en de tegelijkertijd door wegval van oude MEP subsidies veroorzaakte instorting van (de als "onduurzaamste" te beschouwen) bijstook van biomassa in (deels dezelfde) kolencentrales (olijfkleur). Het gele platte schijfje stelt (een afgeschatte hoeveelheid!) zonnestroom voor, waarvoor nog geen afzonderlijke data werden gegeven voor 2014, hydropower is nauwelijks te zien in de grafiek. De dubbele groene pijl geeft de 4 "duurzame" opties weer bij elkaar, het aandeel is na al die jaren van oeverloos politiek gekrakeel nog steeds bizar, tenenkrullend en dieprode schaamvlekken veroorzakend laag. En zelfs in het afgelopen jaar verder afgenomen... Bovenaan (donker rose) staat nog een "restpost". Volgens het CBS omvattend: "Elektriciteit en/of warmte verkregen uit expansieturbines (waarin gassen onder hoge druk uitzetten, waardoor de turbine elektriciteit produceert), stoom, voedingwater en de verbranding van het niet-biogene deel van huishoudelijk en industrieel afval." Die laatste post zou daarvan wel eens een substantieel deel kunnen omvatten. Nederland heeft immers een absurd overschot aan afvalverbranders, die deels buitenlands huisvuil hier in de fik steken. Hoezo "circulaire economie"? Ze worden dan ook steeds vaker, volkomen terecht, grondstoffencrematoria genoemd. Niet iets om trots op te wezen, hoe "modern" en "efficiënt" die centrales ook zijn... Borssele is weer vol in bedrijf nadat in 2013 de productie van 2 maanden weg viel vanwege een omvangrijke reparatie, dus kernsplijtstroom is weer terug op het oude, maximale niveau van zo'n 4,1 TWh in 2014 (violet). In deze grafiek op een normale (niet logarithmische) Y-schaal de vier onderscheiden "duurzame" opties bij elektra (rest van de overmachtige fossiele bronnen hier niet getoond). Hier is zeer goed te zien wat voor "drama" zich heeft afgespeeld rond biomassa (bruin). Omdat de (MEP) subsidietermijn voor bijstook van (meestal Amerikaanse) biomassa op kolenbedjes is verstreken, gooiden de kolenstokers gewoon extra zwart spul in de ovens i.p.v. de duurdere "biomassa". En nam het aandeel biomassa dus rap af in de afgelopen twee jaar. Tot een niveau onder dat van 2005 (toen oerwoud-destructie veroorzakende palmolie bijgefikt "mocht" worden, tot het "moratorium" in 2007, daarna "overname" door hout uit ROW) in 2014. Het is overigens geen "big news", RVO.nl heeft het in een studie eind 2013 allemaal al voorspeld, zie de derde grafiek in mijn beschouwing over dat rapport. Maar om het nu "in realiteit" zo voor je te zien in de huidige "realisatie" grafiek, is weer net even wat anders. En beslist wel "nieuw" t.o.v. die prognose van RVO is, natuurlijk, dat met de eerste CBS cijfers over 2014 het aandeel "elektra hernieuwbaar" niet licht is gestegen, zoals werd verwacht (eerste grafiek in mijn beschouwing), maar weer licht lijkt te zijn gedaald. Tenzij "bijstellingen", die bij CBS altijd naderhand geschieden, tot een forse schwung opwaarts zouden leiden, wat ik echter betwijfel... Terugval
onvermijdelijk - en diep tragisch Zelfs als we dat gele lijntje in bovenstaande grafiek denkbeeldig flink omhoog verlengen, blijft de impact van zonnestroom vooralsnog niet hoog genoeg (maar zal beslist nog veel groter gaan worden, daarvoor moet wel alles uit de kast, gedurende vele jaren). In de laatste grafiek dat waar het "eigenlijk om zou moeten draaien". Het aandeel van de duurzame / duurzaam veronderstelde opties in de stroomproductie mix. Dat is om te janken, zelfs al ontbreekt het niet als zodanig benoemde aandeel van (afgeschat!) zonnestroom in het totaal (vraagteken). Windstroom (blauw) bereikte na jaren van verschrikkelijk veel geploeter 5,7% van de totale stroom productie in 2014. Biomassa (olijfkleurig) kreeg enorm op z'n donder, door wegval van gesubsidieerde bijstook in kolencentrales (was toch al niet echt "duurzaam", dus moeten we daar "rouwig" om wezen?). En viel daarbij terug van het hoogste aandeel van 7,0% in 2012, naar slechts 4,9% in 2014 (dik 2% terugval in 2 jaar tijd!). Hydropower (lichtblauw) bleef steken op een miezerige 0,1%, en zal onder de huidige condities niet echt veel verder kunnen groeien. Het totaal "hernieuwbaar" is een armetierige (door CBS als zodanig opgegeven) 11,4%, terwijl het in 2012 nog 12,2% was. En zonnestroom dan (vraagteken)? Daar ga ik nu op in, om af te ronden. Zonnestroom
productie herleid, drama bij rekensommetje?
Genoemd "eindejaars-vermogen" is fors (dik 6%) lager dan mijn "basis scenario I" wat ik in het Solar Trend Rapport heb weergegeven, "minimaal 1,1 GWp eind 2014" (correcte, laatste grafiek in dit artikel). Dit mag beslist als "hoogst onrustbarend voor de PV-sector" worden genoemd. Want als deze uitkomst ook maar bij benadering zal worden bevestigd bij de eerste officieel te publiceren CBS afschattingen in mei dit jaar, gaat dat onherroepelijk inhouden, dat de marktgroei in 2014 op een zeer laag niveau "moet hebben" gelegen! Uit bovenstaande "uitkomst" van 1.031 MWp eind 2014, en de eerder door CBS al omhoog bijgestelde eindejaars capaciteit voor 2013, 739 MWp, zou dan namelijk onherroepelijk "moeten" volgen, dat er in 2014, in weerwil van genoemde hoge afzet cijfers (misverstand? foute interpretaties?), slechts een volume van 292 MWp (!) zou moeten zijn afgezet. Maar liefst 22% minder dan het nieuw afgezette volume in 2013 (374 MWp volgens CBS cijfers). Dit is (extreem) laag, en de grote vraag is of dat wel "kan kloppen". "Nieuwe"
berekeningswijze nog erger resultaat Daarbij moet dan nog 5 MWp "autonoom" opgeteld worden, dus "830 MWp halverwege 2014". Bij aanname "2e jaarhelft ongeveer evenveel nieuw volume als in eerste jaarhelft" (830 - 739 volgens CBS cijfer eind 2013 = 91 MWp groei in een half jaar tijd) zou dat de vermeende eindejaars capaciteit op slechts 921 MWp gaan brengen voor 2014. Dat is maar liefst 11% minder dan in de eerste "oude" reken methode (1.031 MWp). En ver onder het "berekende resultaat" wat ten grondslag lag aan het "1 GWp feestje in september van 2014"... Als we het dan over "nieuw vermogen in 2014" zouden willen hebben, kom je nog maar uit op (921 - 739 =) 182 MWp. Dat zal de PV sector beslist niet willen horen (maar dan moet die sector wel met "betere cijfers" komen...). Ik kan u waarschijnlijk geruststellen, die "nieuwe berekeningsmethode" is waarschijnlijk nog niet gehanteerd door CBS, omdat er officieel nog geen nieuw "Protocol Monitoring Hernieuwbare Energie" is uitgebracht (komt er wel aan, zie link onderaan). En het CBS dus geen "feitelijke grondslag" heeft om die methodiek al in de huidige cijfers te hebben gehanteerd. Maar zelfs als je terugvalt op de eerder genoemde "oude berekeningswijze", blijft het eindresultaat toch vrij ontluisterend, en slecht nieuws voor de PV-sector. Als dat resultaat een zeker waarheidsgehalte zou hebben... Klimaatmonitor
versus CBS Conclusie Er volgen vast geen Kamervragen op boven gesignaleerde ellende. Toch? CBS:
Elektriciteitsproductie vooral toegenomen door record export (23
april 2015, CBS) Zon vs Wind Jaaropbrengst NL (24 april 2015, grafiek gepubliceerd door Oscar Rysdyk, op basis van nieuwe CBS data) Tot slot
nog goed nieuws: Verder lezen: Artikel van Maarten van der Kloot Meijburg en Ruut Schalij op de blog "Follow The Money", getiteld "Bijstoken of zonnepanelen" (6 februari 2015). De ietwat ongelukkig uitgevallen url ("bijstoken-zonnepanelen") gelieve niet al te letterlijk te nemen... Beantwoording Kamervragen over opgesteld vermogen zonne-energie (15 april 2015: vaaghalzerij en de hete brei ontwijkende "antwoorden" van Henk Kamp op kritische vragen van CDA lid Agnes Mulder over PV statistieken. "Uiteraard" wordt het jarenlange statistische onderzoek van Polder PV door Min. EZ doodgezwegen...)
21 april 2015: Nieuw record SDE 2014 - meeste energie equivalenten subsidie naar zonnestroom. Er gaan rond de SDE regelingen al de nodige grafieken rond op het internet. Een forse hoeveelheid, natuurlijk met zware focus op zonnestroom, wordt in de "statistiek fabriek" Polder PV gemaakt. Maar er zijn ook andere lieden die af en toe wat leuks fabriceren. Een daarvan is de twitteraar Oscar Rysdyk, die met dit grafiekje kwam. Om aan te geven dat de beschikte hoeveelheid (maximaal te subsidiëren) stroom voor zon (geel) veel harder ging dan bij de ook veelvuldig over de tong gaande modaliteit wind (groen), binnen SDE 2014:
Nu is het natuurlijk zo dat er veel meer "energie modaliteiten" streven naar de hoogst beschikte volumes binnen de SDE regelingen. Vandaar dat ik wat gedetailleerder die data op een rijtje ben gaan zetten, in aanvulling op de eerder al specifiek op PV gerichte grafische weergaves (vorige artikel). Om de zaken rond zonnestroom en elektriciteit verkregen uit windenergie in een wat breder perspectief te plaatsen. Het is daarbij goed om te beseffen, dat die "modaliteiten" zijn ondergebracht in drie hoofdcategorieën die lang (al vele jaren) met hun eigen "eenheid" zijn weergegeven in de RVO tabel updates. Dat zijn, in principe foutief benoemd ("hernieuwbare energie" bestaat immers niet, energie kan alleen in andere vormen van energie worden omgezet!) achtereenvolgens:
Omdat de "bedoeling" lijkt te zijn dat alle energie modaliteiten binnen de SDE "in competitie met elkaar zijn", is RVO.nl in de update van 15 januari 2015 overgegaan op een uniforme maatstaf voor alle energie opties. Ze worden sinds die datum dan ook allemaal uitgedrukt in GWh equivalenten. Daarbij worden conversies gebruikt zoals die in de folder van de SDE 2015 regeling staan vermeld (pagina 4):
Ik heb die conversies gebruikt om de oudere resultaten in de RVO tabellen om te rekenen, zodat ik continue series voor de 7 door mij bekeken (in de laatste rapporten qua te subsidiëren energie equivalenten hoogste impact hebbende) modaliteiten in een grafiek kon zetten. Waarbij de resultaten direct onderling vergelijkbaar zijn. Hieruit volgt dit overzicht, met een verrassend resultaat: Status van 9 april 2015. In dit overzichtje zijn de qua (maximaal) te subsidiëren energie productie hoeveelheid 7 hoogste impact hebbende modaliteiten weergegeven. Er staan 3 biomassa (bm) modaliteiten in, van biomassa "alles vergisting" op de 7e plaats (14 installaties), via "thermische conversie" op de 6e (slechts 9 projecten! NB: ook met mogelijkheid "verlengde", reeds onder de MEP regeling gesubsidieerde installaties!), naar de blijvend populaire "agrarische" categorie, co-vergisting van mest, op de 4e plaats (44 installaties). Geothermie, binnen hoofdcategorie "hernieuwbare warmte én WKK" vallend (waar ook bovengenoemde 3 biomassa categorieën onder vallen), bezet met slechts 5 (!!) projecten de derde positie in de rangorde. "Groen gas" is als enige modaliteit onder de hoofdcategorie "hernieuwbaar gas" vertegenwoordigd (met een zeer hoge impact voor slechts 18 installaties op de 2e plaats!!). En, tot slot, zijn er twee elektrische opties. Ten eerste windenergie, met een relatief lage rating binnen deze regeling (vijfde positie m.b.t. toegekende maximale hoeveelheid energie). Record
PV binnen SDE Het restant van het totaal (maximaal) beschikte volume (51.299 GWh eq.), 3.500 GWh, is op deze peildatum verdeeld over nog eens 6 hier niet weergegeven energie opties (de 8e in de rating is "ketel vaste biomassa", met 1.366 GWh). Stand van zaken SDE 2014 (RVO.nl)
20 april 2015: Eindspurt SDE 2014 ingezet - update 9 april 2015. Wederom zetten de ambtenaren van RVO.nl er flink de sokken in met de toewijzingen voor 15-jaar lang durende subsidies voor zonnestroom projecten. Met nog wat geld over gaan we inmiddels de eindfase voor die op 1 april 2014 (geen grap) gestarte regeling in bij de beschikkingen. Eerst natuurlijk de belangrijkste - progressie - grafiek, die van het tot nog toe beschikte PV vermogen binnen SDE 2014:
De cijfers:
Perspectief
SDE 2014 Progressie
beschikkingen Na de 3 "records" in een vorige update was er met de voorlaatste toevoegingen een terugkeer naar iets minder "heftige" waarden. Maar de update van 9 april liet, naast een lager, doch nog steeds relatief hoog niveau van nieuwe beschikkingen (bruine kolommen, rechter Y-as, 302 toegevoegd), weer een forse versnelling van het toegekende vermogen in die twee weken tijd zien (blauw, linker Y-as, 155 MWp). Ten derde, we hebben (daardoor) weer een nieuw twee-wekelijks record bij de gemiddelde installatiegrootte bij de nieuwe beschikkingen: dat ging spectaculair verder omhoog naar 513 kWp (groene stippellijn, rechter Y-as). Thermische
zonne-energie SDE
2015 Daarnaast komt de categorie "elektrisch", dominant binnen SDE 2014 (aangevraagd 48% van budget, beschikt tm. 9 april vrijwel zelfde omvang van al toegekende subsidie), er nu bekaaid van af. Er is 1 windturbine aanvraag bijgekomen, nog eens 3 aanvragen voor PV in deze zeer vroege fase (totaal nu: 6 PV projecten aangevraagd). De budget claim voor deze 7 "elektriciteit" aanvragen lijkt nog niet te kloppen, want die was net als in het vorige overzichtje slechts 0,1 miljoen Euro (toen stonden er alleen nog maar 3 PV aanvragen in de boeken voor hetzelfde budget). Voor de aparte categorie "groen gas" is er tot nog toe niets aangevraagd binnen SDE 2015. De totale budget claim is met de eerste 2 updates voor SDE 2015 blijven steken op ongeveer 29% (er is weer 3,5 miljard Euro beschikbaar). De vraag gaat rijzen hoeveel kans serieuze PV aanvragen binnen deze regeling zullen gaan krijgen. Stand
van zaken SDE 2014 (RVO.nl)
7 april 2015: Details SDE 2014 update 26 maart 2015. Zoals in de vorige bijdrage beloofd enkele details over de verrassende laatste bijwerking van de status van SDE 2014. Voor de bijbehorende progressie grafiek voor het toegekende vermogen, zie het voorgaande artikel. De cijfers:
Perspectief
SDE 2014 Progressie
beschikkingen Na de 3 "records" in de vorige update met de laatste toevoeging een terugkeer naar iets minder "heftige" waarden. Desondanks blijven de nieuwste toevoegingen respectabel. 407 nieuw toegekende PV projecten (bruine kolom, rechter Y-as), ruim 92 MWp nieuw vermogen (blauw, linker Y-as), resp. een systeem gemiddelde (nieuwe projecten) van 226 kWp (groen, rechter Y-as). Thermische
zonne-energie Stand van zaken SDE 2014 (RVO.nl)
7 april 2015: Eerste SDE aanvragen SDE 2015 regeling binnen + essentie update SDE 2014. 31 maart opende de laatste SDE regeling, "SDE+2015". De eerste aanvragen zijn binnengekomen bij RVO.nl, zo blijkt uit een documentje op hun site. Nota bene al in de eerste fase, met een basisbedrag van slechts 7 Eurocent/kWh, zijn aanvragen voor 3 PV projecten gearriveerd (!) die bij elkaar in 15 jaar tijd 3 GWh te subsidiëren productie claimen (0,1 miljoen Euro). Daarbij een gezamenlijk projectvolume vertegenwoordigend van (slechts) 200 kWp, dus per stuk ongeveer 67 kWp gemiddeld. Daarnaast zijn er al 44 (!) projecten voor "hernieuwbare warmte én WKK" binnen, met als meest opvallende de categorie "ketel vaste of vloeibare biomassa" (35 stuks). Die claimen al een enorme som geld van maar liefst 992,6 miljoen Euro, wat puur theoretisch al dik 28% van het totale (nieuwe) budget van 3,5 miljard Euro inhoudt. 6 van die projecten vallen ook onder de categorie biomassa (incl. 4 projecten voor "thermische conversie verlengde levensduur", dus feitelijk gewoon non-innovatieve "ouwe meuk" betreffend). Ook drie nieuwe aanvragen voor geothermie vallen binnen die brede categorie. Er zijn - uiteraard - nog géén nieuwe beschikkingen uitgegeven, maar de toon lijkt te zijn gezet: vaak ingewikkelde biomassa projecten, uitsluitend door grote bedrijven te "trekken", lijken nu al een hoge gooi naar miljarden Euro's van het geld van de SDE 2015 te gaan doen. Die u straks over elektriciteit, gas, en stadswarmte consumptie betaalt via de SDE heffing (ook wel bekend als "ODE"). Voor slechts een relatief bescheiden aantal "spelers". Het oligopolie in de energiesector lijkt te worden bestendigd. SDE 2014
ook nog snel een update Stand
van zaken SDE 2015 (RVO.nl)
7 april 2015: CertiQ verder op stoom met 3,6 MWp nieuw gecertificeerd PV vermogen. In de laatste update van TenneT dochter CertiQ is wederom een zeer bescheiden hoeveelheid nieuwe PV installaties ingeschreven, maar tegelijkertijd wederom een "behoorlijke" hoeveelheid nieuw zonnestroom vermogen. Er zijn bovendien wat wijzigingen in de presentatie van cijfermateriaal gekomen, en er is een compleet nieuw element ingevoerd in een apart document: garanties van oorsprong voor zogenaamde "duurzame warmte" (naast de al vele jaren bestaande presentaties voor "duurzame elektriciteit"). Daar was CertiQ al tijden mee bezig, om certificaten voor warmte te gaan faciliteren, en nu is er dus een eerste concrete maandrapport uitgebracht voor die optie. Met 37,2 GWth equivalenten productie uit "biomassa" bronnen (kan van alles wezen, zo'n 150 installaties zijn aangemeld bij CertiQ) resp. 7,6 GWth equivalenten warmte uit geothermische bron (al 10 installaties). Elektriciteit
- met name PV Er zijn in de maart rapportage van CertiQ t.o.v. het voorgaande maandrapport 34 nieuwe zonnestroom installaties bijgeschreven in het register met "gecertificeerde" capaciteit, met een totaal nieuw vermogen van 3,598 MWp. En derhalve een - fors - "netto" systeem gemiddelde van 106 kWp per nieuwe participant. "Netto", omdat er mogelijk ook uitschrijvingen geweest kunnen zijn in maart, al zijn die niet als zodanig in dit soort cijfers te herkennen. Dit zijn hoogstwaarschijnlijk allemaal nieuwe installaties met SDE+ subsidie beschikkingen. In totaal staan er eind maart 10.969 gecertificeerde, geijkt bemeten PV installaties ingeschreven met een gezamenlijk vermogen van 122,285 MWp. Het systeemgemiddelde van dat totale volume bedraagt dus ruim 11 kWp (10 maal zo laag dan het gemiddelde van de recent nieuw ingeschreven installaties). Wat veroorzaakt wordt door het "relatief hoge" aantal oudere realisaties bij burgers, die in SDE 2008 tm. SDE 2010 hebben kunnen inschrijven met vaak kleine installaties met een omvang van enkele kWp. En die in die jaren enkele duizenden beschikkingen hebben verworven (vanaf SDE 2011 een illusie vanwege de onder"cap" van 15 kWp minimaal). Het maximaal aantal ingeschreven installaties in de maandelijkse rapportages, van november 2013 (!), 11.088, is na de herinschrijvings-operatie in 2013-2014, in combinatie met de nieuwe toevoegingen in de tussentijd, nog steeds niet bereikt. Enkele grafieken van de maandrapportage evolutie op een rijtje. Evolutie van het aantal ingeschreven gecertificeerde productie installaties (volgens nieuwe "terminologie" van CertiQ, en volgens de cijfers gepubliceerd in de maandrapporten), met weliswaar licht herstel in de laatste maanden, maar nog geen evenaring van het "record' in het november rapport van 2013 (11.088). Zwart is alle installaties (10.969 eind maart 2015), rood het vermoedelijk aantal installaties met SDE beschikking, 10.479 stuks (rest zou nog MEP subsidie moeten hebben). Als vanouds: dit is slechts een schijntje van het totaal aantal PV systemen in ons land, mogelijk maar zo'n 4%. Als we in de CertiQ statistieken kijken naar de weergave van wat mogelijk de huidige - bijgestelde? - historische ontwikkeling is geweest (niet toegelicht bij de weergave), lijkt het zelfs alsof er sinds een maximum in het voorjaar van 2014, alleen maar (netto) bij CertiQ geregistreerde PV installaties zijn verdwenen. Stapsgewijs worden het er minder, terwijl het daarmee gepaard gaande vermogen alleen maar toeneemt. Zoals het grafiekje van CertiQ zelf lijkt weer te geven: Vermogen (rechter Y-as, rode lijn) stijgt continu (steeds meer grotere, commerciële SDE projecten in cijfers CertiQ). Maar tegelijkertijd steeds minder PV installaties overblijvend, na een "maximum" in het voorjaar van 2014 (oranje kolommen, linker Y-as). Het "maximale aantal" van zo'n 11.200 installaties in deze CertiQ grafiek is een schijntje vergeleken bij de minimaal 275.000 installaties die er volgens Polder PV in Nederland zouden moeten staan. Die zijn allemaal "niet bekend" bij CertiQ. Accumulatie van het gecertificeerde, bij CertiQ geregistreerde PV vermogen volgens de maandelijkse rapportages. Na de problemen rond de "herinschrijvingen" in 2014, lijkt er weer een lichte versnelling te zijn bij de nieuwe bijschrijvingen van vermogen per maand. Niet vreemd, als je weet dat alleen al SDE 2013 132 MWp beschikt vermogen (over) had, en onderhand ook al de eerste via SDE 2014 beschikte projecten het licht hebben gezien. Dat gaat vaak om forse projecten, waarvan we er nog maar een paar jaar geleden beslist niet zoveel hadden. De teller stond bij CertiQ eind maart 2015 op 122,285 MWp. Dik 6 maal zoveel dan eind 2009 het geval was. Maar wederom, slechts een klein deel van het totale volume in Nederland, wat eind 2014 minimaal zo'n 1,1 GWp moet zijn geweest, en eind maart 2015 natuurlijk weer fors hoger (status: onbekend, kan ook alleen maar naar worden gegist met een natte vinger). Nieuw gerapporteerd gecertificeerde PV vermogen in maandrapportages bij CertiQ. 2015 laat eindelijk - 3 maanden op rij - "redelijk hoge" groeicijfers zien (voor Nederlandse begrippen bij de gecertificeerde volumes bekend bij CertiQ, blauwe kolommen). Ruim 2 tot al bijna 4 MWp per maand. Ik ben benieuwd of dit tempo volgehouden zal worden, of dat er - naar verwachting - nog wat tandjes bovenop het tempo zullen worden gezet. Status
t.o.v. begin december 2013 Biomassa, wat in het maart 2015 rapport voor het eerst een uitsplitsing kent in vijf deelcategorieën, heeft ruim 46% meer vermogen geregistreerd staan bij CertiQ dan op 1 dec. 2013, PV 39% meer (hoogstwaarschijnlijk allemaal nieuw vermogen met SDE+ subsidies), wind bijna 5% meer. Alleen hydropower is verder omlaag gezakt. Had dat met 14 installaties in het vorige CertiQ maandrapport nog 36,2 MW vermogen staan, is er nu met (hetzelfde?) aantal installaties nog maar 26,2 MW over. Dat is maar liefst 31% minder dan op 1 december 2013!
Let in de uitsplitsing van typen biomassa installaties op de enorme impact van "bij- en meestook": slecht 13 van dergelijke installaties, meestal in het bezit van grote, internationale energie concerns, en deels pure bijstook (van o.a. Amerikaanse houtpellets) op fossiele steenkolen betreffend, claimen bijna 7 GW van het vermogen: 78% van het "biomassa vermogen", en een zeer grote impact hebbende 58% op het totale "duurzaam veronderstelde" productie vermogen van ruim 12 gigawatt. De vuilverbranders (AVI's, door sommige critici ook wel "grondstoffencrematoria" gedoopt) in Nederland, als zodanig geregistreerd bij CertiQ (32 stuks), en deels huisvuil uit het Verenigd Koninkrijk incl. Ierland, Duitsland, België, en zelfs Italië in Nederland in de fik stekend, hebben bij het vermogen (bijna 1,5 GW) aandelen van 17% op het biomassa gedeelte, en een respectabele ruim 12% van het totale "duurzaam veronderstelde" productievermogen. Tezamen (bijstook + AVI) hebben slechts 45 productie installaties 94% van het biomassa vermogen, en maar liefst 70% van het totale zogenaamd "duurzame" productievermogen in Nederland op het conto staan! De macht blijft derhalve bij slechts een zeer gering aantal partijen geconcentreerd, particulieren hebben bij het gecertificeerde (en zwaar gesubsidieerde) productie vermogen een totaal ondergeschikte rol. Zoals kennelijk "gewenst" in ons polderlandje. GVO's Deze laatste verhouding is echter bij de totale opgestelde volumes aan zonnestroom capaciteit, die CertiQ voor het allergrootste gedeelte niet "ziet", beslist al lang omgedraaid. Ook al wordt er wat productie betreft "afgeschat" door CBS, voor 2013 wordt een stroom hoeveelheid van 114 GWh voor waterkracht, en al 516 GWh voor zonnestroom opgegeven. In 2013 heeft PV door de enorme nieuwbouw aan installaties waterkracht al ingehaald bij de productie. Hoe reëel het opgegeven cijfer van 516 GWh is, is echter hoogst onzeker en hangt er helemaal van af "hoe je rekent". Geijkte bruto zonnestroom productie metingen zijn zeldzaam in Nederland. In de "duurzame productie mix" gesignaleerd door CertiQ, was het aandeel zonnestroom in de "laatste 12 maanden" 0,6%, van in totaal 10,8 TWh (4 "hoofdbronnen"). In werkelijkheid (alle installaties) ligt het natuurlijk al veel hoger. Import/export
GVO's
Waren in november 2014, januari en februari 2015 Noorwegen nog kampioen groene papiertjes verstuurder, en in december 2014 Frankrijk, valt ditmaal de eer aan het ver van Nederland gelegen Italië als hofleverancier (bijna 28% van het totaal aan geïmporteerde GVO's). Kennelijk is de groencertificaten handel levendig, en weten de energiebedrijven de krentjes uit de pap te halen daar waar ze liggen, ook al moet daarvoor vele honderden kilometers ver verwijderd van Nederland de bron staan waar die GVO's zijn aangemaakt. Bovendien is opvallend, dat kennelijk de zonnestroom opwek in Italië al zo "markt-tüchtig is, dat PV een fors aandeel heeft in die Nederland in geïmporteerde groene papiertjes-mix: ruim 37%, na wind (ruim 60%) de grootste contribuant. Of de zonsverduistering op 20 maart hier iets mee te maken heeft durf ik niet te stellen. Er is toen zelfs zo'n kwart van de aan het middenspanningsnet gekoppelde zonnestroom capaciteit tijdelijk "gemoduleerd" om de import/export capaciteit maximaal te kunnen benutten tijdens de meest "kritische" momenten. Op plaatsen 2 en 3 van "leverende" GVO landen staan ditmaal windturbine-rijk Denemarken (16,5%, allemaal wind GVO's) en, daar is het weer, het beslist nog lang niet aan het Europese stroomnet gekoppelde IJsland (15,6%). Met naast het grootste deel GVO's uit waterkracht ook nog een snufje groene papiertjes afkomstig van productie uit geothermische bronnen. Maar liefst 10 landen leverden in maart 2015 GVO's om de diep fossiele stroommix van Nederland te "helpen" vergroenen.
In de laatste screendump van het CertiQ rapport de export van GVO's, Nederland uit. Dat kan beslist ook (deels) geïmporteerde papiertjes betreffen, die voor een iets hogere waarde doorgeschoven worden naar landen die kennelijk ook nog steeds niet genoeg groene stroom maken om hun "groene consumptie" af te kunnen dekken. Ditmaal ging wederom het grootste deel naar België (bijna 90%). Het betrof voornamelijk GVO's uit waterkracht, wat de stelling ondersteunt dat het slechts om pure handelswaar ging, Nederland heeft immers vrijwel geen eigen waterkracht productie vermogen staan... Wederom verbazingwekkend, bleek een forse hoeveelheid van dik 8% aan GVO's (weer terug ???) naar groene stroom hofleverancier Noorwegen te gaan (uitsluitend GVO's uit biomassa productie), en nog een klein beetje bleef over om het kleine Luxemburg een beetje te helpen vergroenen (wind GVO's). Statistische overzichten CertiQ
31 maart 2015: Duitsland verder stapje omlaag richting Armageddon - minder dan 100 MWp nieuwbouw februari. Bundesnetzagentur heeft - wettelijk verplicht - wederom een update van de nieuwbouwcijfers voor PV capaciteit in Duitsland uitgegeven. voor de maand februari. De neergaande lijn, die in talloze maandrapporten ook al door Polder PV op vernietigende - grafische - wijze is vastgesteld voor de voormalige wereldkampioen op dit gebied, is, zeer voorspelbaar, gecontinueerd.
Er is slechts bijna 99 MWp nieuw vermogen gemeld, bestaande uit 2.926 installaties. Met de eerder al extreem tegenvallende resultaten voor oktober 2014 (75,4 MWp) wederom een nieuw dieptepunt. Een plaatje zegt meer dan duizend woorden. Progressie aantallen nieuwe installaties per maand, jaren 2012-2015 telkens naast elkaar gezet. Drama. Een misschien nog dramatischer trend bij het nieuwe vermogen per maand is getoond in de grafiek hierboven. De donkergroene kolommen geven de nieuwbouw voor de eerste twee maanden van 2015 weer. Detail
cijfers
Progressie van nieuwe aantal installaties per maand in de periode jan. 2014 tm. feb. 2015 (met kunstmatige onderbreking om kalenderjaren te scheiden). Logarithmische Y-as. De (gemiddeld) neergaande trend lijkt bij bijna alle categorieën onstuitbaar. Zelfde grafiek als hiervoor (tevens: logarithmische Y-as), maar nu met nieuwe capaciteit per maand (MWp). Hoogst onrustbarend is het stapsgewijs "verliezen" van de residentiële markt, die een steeds lagere impact krijgt op de totale volumes (laagste vermogensklassen). Dit kan een ernstig gevaar betekenen voor het maatschappelijke draagvlak voor meer zonnestroom bij de oosterburen.
Progressie in de accumulatie van aantallen nieuwe PV-installaties in Duitsland per maand en per jaar. Elk jaar weer minder installaties, het drama voor de oosterburen is onmiskenbaar.
Hetzelfde plaatje als hierboven, maar nu voor de aanwas van het PV vermogen per maand en per jaar. Hier is het drama nog scherper afgetekend, wat vooral te wijten is aan het steeds meer opdrogen van de (economische) mogelijkheden voor het toepassen van de goedkoopste PV projecten die er zijn: grote vrijeveld installaties. Vergoedingen
voor nieuwe PV installaties
Voor nieuwe residentiële installaties tm. 10 kWp krijg je vanaf 1 april nog maar 12,5 Eurocent/kWh "standaard" netvergoeding, al kun je meer toucheren als je zoveel mogelijk van je zonnestroom opwek direct weer verbruikt (waar dan helaas weer een - verlaagde - EEG Umlage over betaald dient te worden...). Voor max. 10 MWp grote vrijeveld projecten is de FIT nog maar 8,6 Eurocent/kWh (20 jaar lang). Onder het "marktpremie" systeem liggen de maximaal haalbare premies slechts weinig hoger dan voornoemde bedragen (12,9 resp. 9,0 Eurocent/kWh). De spoeling begint dun te worden in Duitsland. Photovoltaikanlagen: Datenmeldungen sowie EEG-Vergütungssätze (Bundesnetzagentur statistieken)
30 maart 2015: SDE (2014) records blijven gebroken worden - 158 MWp nieuw PV projectvolume toegekend in 14 dagen tijd. Ik had vandaag een voordracht in Delft en kon dus niet de hele dag de RVO site in de gaten houden. Toen ik thuis was gearriveerd (na een byzonder interessante dag, hoort u nog meer over), stonden de nieuwste RVO cijfers op de site. SDE 2014 update numero zoveel is geschiedenis. En wat voor een update! Wederom heeft het nieuw toegekende vermogen een record hoeveelheid voor PV projecten opgeleverd. Dik 158 MWp werd nieuw toegekend, wat de SDE 2014 teller nu al op 550 MWp brengt, ruim een halve gigawatt aan te realiseren potentieel!! Bij alle andere modaliteiten leidde het toekenningsbeleid i.t.t. tijdens de vorige update weer tot een zeer bescheiden wijziging. 3 nieuwe windprojecten werden toegekend, en de 43e co-vergisting (mest) aanvraag werd met een beschikking gezegend. De rest, 432 nieuwe toekenningen, gingen allemaal naar zonnestroom aanvragen! De progressie grafiek van het toegekende vermogen ziet er nu zo uit:
De cijfers:
Als er géén trendbreuk in het "verloop van de uit te geven beschikkingen trein" plaatsvindt (wat, gezien de historische ontwikkelingen niet is uit te sluiten), kom ik nu op totale budget uitputting voor SDE 2014 rond de 2e week van april uit. Dat was tijdens een vorige update nog begin juni, dus er is zeker een versnelling van de toekenningen geweest, met name veroorzaakt door de grote hoeveelheid toekenningen voor PV projecten. Als alle "trends" verder vergelijkbaar blijven (NB: dat is absoluut géén garantie!), zou het te beschikken volume voor PV binnen een volledig "toegekende" SDE 2014 nu, flink bijgeplust door de ontwikkeling van de laatste 2 updates, zelfs zo'n 700 MWp kunnen gaan worden. Zeker is dat absoluut niet, als bijvoorbeeld nog grote "groengas" projecten worden toegekend, kan dat fors minder worden. Progressie
beschikkingen Thermische
zonne-energie Stand van zaken SDE 2014 (website RVO.nl, 30 maart 2015)
20 maart 2015: Gedeeltelijke zonsverduistering, ook bij Polder PV. Er is al veel over geschreven, over de partiële zonsverduistering die ook ons land "aan deed". In februari zag Telegraaf nogal wat beren op de weg voor dit "event". Maar ze hadden niet zo goed gerekend op alle goed geëquipeerde organisaties die zich er al extreem lang op hebben voorbereid. En die vele middelen tot hun beschikking hebben staan om zaken in goede orde te laten verlopen. Vooral in Duitsland was er desondanks de nodige "spanning", en natuurlijk ook in het nog zonrijkere Italië. Waar de hoogspanningsnetbeheerder Terna zelfs al afschakel plannen voor grote zonnestroom projecten (en wat windpower) klaar had staan. Maximaal zo'n 16 procent van het aan het middenspanningsnet (MV) gekoppelde opgestelde vermogen (PV en windpower) zou voor een periode van maximaal 7 uur op de 20e teruggeregeld kunnen/moeten worden, wanneer dat noodzakelijk zou zijn. Het lijkt allemaal goed te zijn verlopen, in Duitsland was het fascinerend om te zien hoe het vermogen op het beroemde (soms vastlopende) SMA portal naar een dieptepunt omlaag dook rond een uur of elf, om vervolgens in een extreem korte tijd (vijf kwartier) van minder dan 5 GW omhoog te knallen naar meer dan 20 GW omstreeks kwart over twaalf tussen de middag:
Van 4,8 GW (11h01, ongeveer "dieptepunt" van gedeeltelijke zonsverduistering in Duitsland) naar 20 GW (12h18) in ruim vijf kwartier tijd. Het kon allemaal gebeuren, ook dankzij nauwkeurige monitoring en inzet van eventueel benodigde backup centrales en mogelijkheid tot afschakelen van grote zonnestroom projecten. Ik heb vandaag iets later nog 20,4 GW maximaal PV vermogen gezien op dit portal (exacte metingen volgen later). Status overzicht van de altijd veel later dan op het SMA portal getoonde afgeschatte, hier gepubliceerde "gemeten" stroomproductie op het Transparency portal van de hoogspanningsnetbeheerders in Duitsland, tot en met 12h00. Grijs: "conventionele" stroomproductie. Groen (nauwelijks zichtbaar, windstil): windpower. Geel: zonnestroom productie, met in blauw het gemiddelde uurlijkse vermogen in GW. Er is in deze gemeten data een duidelijke dip tussen 10 en 11 uur, veroorzaakt door de partiële eclipse. Maar daarna neemt de productie alweer rap toe, terwijl de maanschijf weg glijdt van de zonneschijf. NB: data kunnen later nog steeds - licht - aangepast worden, maar geven reeds een representatief beeld van de realiteit. Kleine schaal:
"eigen productie curves"
Een mooi "experiment" in ieder geval, wat moeder natuur gratis aan Duitsland cadeau deed om uit te proberen. Experiment gelukt, dit soort enorme vermogens-wisselingen, met eind januari al 38.359 MWp opgestelde PV capaciteit (STC) op het net (laatste data van Bundesnetzagentur), zijn kennelijk al goed op te vangen. En het is natuurlijk een mooie oefening voor het toekomstige werk, wanneer dat soort enorme vermogenswisselingen in korte tijd zelfs "redelijk normaal" zullen gaan worden. Wanneer er nog meer zonnestroom vermogen zal zijn gerealiseerd, in samenhang met de ook benodigde verdere uitbouw van alle "echt hernieuwbare" bronnen (op naar "100% Erneuerbar", vroeg of laat moet het sowieso gebeuren). België
ook - maar totaal effect minder groot Let op de fors verschillende uitkomsten voor de voorspellingen van een dag geleden (er werd veel zonniger weer voorspeld, dus blauwe lijn het hoogst), en de voorspelling op 20 maart zelf (intraday, bruine lijn, al veel lager toen bekend was dat het fors bewolkt zou zijn/worden, waardoor de te verwachten PV output fors omlaag werd bijgesteld). Een eerste grove meting "real-time" in groen, en de feitelijk gemeten "corrected" curve, die ik met oranje diamantjes heb weergegeven. Op het moment van data opvraag zijn waarden na kwart over 2 's middags nog niet bekend voor beide laatste curves. De dip a.g.v. de partiële zonsverduistering is hier ook goed te zien, rond half elf 's ochtends. De vorm is vergelijkbaar aan die voor de Duitse zonnestroom markt (die echter veel omvangrijker is). Vandaar dat de gemeten vermogens terugvallen van grofweg 293 MW (9h30) naar 81 MW (10h30), waarna het vermogen weer rap stijgt naar een middag "plateau" van zo'n 500 MW rond 11h30. Derhalve een veel minder "extreme" bandbreedte, uiteraard, dan in Duitsland, waar de verschillen in vele gigawatten gemeten moesten worden. Het relatief bescheiden verschil van ruim 400 MW sinds het "dieptepunt" van de eclipse kon in die tijd blijkbaar makkelijk worden afgevangen door de netbeheerders (ondanks een grotendeels afgeschakelde nucleaire capaciteit in België). Verduistering
in Nederland - ja, maar vertroebeld
Nederland lag grotendeels onder een wolken / mist dek tijdens de gedeeltelijke zonsverduistering op 20 maart 2015. Jammer, maar de effecten waren nog steeds zicht- en voelbaar... Het werd wel wat fris en somber rond het maximum alhier (rond half elf 's ochtends), maar daarna werd het steeds lichter, terwijl de zonneschijf door de bewolking nog steeds niet goed was te zien. Op een gegeven moment, 11h36, was er net een dun plekje in het wolkendek bij ons, en kon ik schaamteloos deze mooie foto scoren, mijn eerste gelukte exemplaar. Ik apetrots, natuurlijk (meteen getwitterd uiteraard...). Maar het wolkendek was natuurlijk wel de spelbreker hier, want ik had me "verheugd" op zonneschijn. Niet getreurd. Zelfs met mijn prehistorische wijze van loggen van onze productie data, en ondanks het wolkendek, heb ik toch de eclipse ook met onze bescheiden productie data kunnen vastleggen. Zoals onderstaand, met de hand bij elkaar gescharreld Excel grafiekje laat zien, met de monitoring data van al onze 13 OK4E-100 microinverters, tussen kwart over zeven en 12h38. Zwarte stippellijn: grofweg het verwachte verloop van de productie indien er geen gedeeltelijke zonsverduistering zou zijn geweest. Rode pijl: de tijdsduur van de gedeeltelijke zonsverduistering in het Nederlandse kustgebied. Iets na half elf 's ochtends het "maximum" van de eclipse, waarbij de matige, door bewolking veroorzaakte relatief lage productie per micro-omvormers, bijna naar nul terugvalt (alle omvormers bij elkaar: 8 Watt AC). Maar daarna uiteraard weer stijgt. Doordat de eclipse naar z'n eindfase toe werkt, gecombineerd met het feit dat de bewolking hier steeds dunner werd, en de zon natuurlijk hoger aan de hemel was komen te staan. Om 11h42 was de totale output van alle omvormers al gestegen naar 492 Watt (AC), en zou, met ups en downs, nog verder gaan stijgen in de middag (opbrekend wolkendek). In de vroege middag was die bewolking nog steeds aanwezig, met zowel dikkere wolken, als dunnere plekken. Vandaar het grillige verloop ervan na kwart voor twaalf. Later in de middag (niet getoond) werd het zonniger, en ging de productie per micro-omvormer naar waarden van zo'n 70 Watt AC toe bij fel zonlicht en nog een licht "haze" in de lucht. Dus al met al ben ik wel tevreden met onze oude installatie, en het feit dat het ondanks de bewolking toch is gelukt om "de dip", "gefilterd" en wel door die irritante deklaag heen, te kunnen vastleggen... Further reading (incl. nagekomen): Zonsverduistering.nl (data 2015) Zonsverduistering
beïnvloedt zonnestroomopbrengst
(bevindingen van NL omvormer producent Mastervolt, met test installatie
in Lelystad; een "glooiende kuil" in de productie curves)
16 maart 2015: Weer record toevoeging beschikt PV vermogen SDE 2014: plus 103 MWp. En weer is er middels een update van RVO.nl een record hoeveelheid nieuw PV vermogen toegekend onder de SDE 2014 regeling. 319 nieuwe beschikkingen brachten een nieuw, natuurlijk wel nog te realiseren volume extra op het al forse totaal, met nog eens 103 MWp nieuw vermogen wat gesubsidieerd mag worden gebouwd. Met een 15 jaar lang verzekerd basisbedrag, waar het jaarlijks bij te stellen correctiebedrag en evt. andere correcties nog van afgetrokken zullen worden. Het totaal beschikte vermogen onder deze regeling staat nu op 392 MWp. Daarnaast is echter ook de omvang van de toekenningen voor andersoortige duurzame projecten flink aangezwengeld, waaronder bijvoorbeeld 26 nieuwe windenergie projecten, goed voor 46 miljoen Euro extra subsidie toekenning voor dat segment. Het totale budget van 3,5 miljard Euro is nu voor dik 70 procent opgesoupeerd, er is nog steeds ruim 1 miljard Euro te vergeven.
Enkele cijfers op een rijtje:
Als er géén trendbreuk in het "verloop van de uit te geven beschikkingen trein" plaatsvindt (wat, gezien de duidelijke "versnelling" van het huidige beschikkingen niveau t.o.v. de vorige update onwaarschijnlijk lijkt), kom ik nu op totale budget uitputting voor SDE 2014 rond medio april uit. Dat was tijdens de vorige update nog begin juni, dus er is zeker een versnelling van de toekenningen geweest. Als alle "trends" verder vergelijkbaar blijven (NB: dat is absoluut géén garantie!), zou het te beschikken volume voor PV binnen een volledig "toegekende" SDE 2014 nu zo'n 450 MWp kunnen gaan worden, wat weer een stuk lager is dan de tijdens de vorige update afgeschatte 500 en 550 MWp. Zeker is dat absoluut niet. Progressie
beschikkingen (nagekomen) Thermische
zonne-energie Stand van zaken SDE 2014 (website RVO.nl, 16 maart 2015)
13 maart 2015: 3e productie jubileum - 15 jaar eerste PV systeem Polder PV aan het net, mooi resultaat. Vandaag staan onze eerste vier Shell Solar 93 Wp ACN2000E PV modules exact 15 jaar overdag - en als er geen dikke sneeuwlaag op ligt (zeldzaam) - zonnestroom te bakken. Ondanks diverse opstart problemen (met name het noodzakelijkerwijs naar binnen laten verplaatsen van alle OK4E-100 micro-omvormers en volledige omkabeling eind mei 2005), kunnen we tevreden terugblikken. In die 15 jaar hebben genoemde 4 - inmiddels compleet achterhaalde, en als "museumtechnologie" te beschouwen - oude zonnepaneeltjes 4.947 kWh geproduceerd (vanaf eerste vastgelegde meting in de ochtend van 13 mrt. 2000 tm. ochtendstand 13 mrt. 2015). Als we alleen de kalenderjaar producties van volledig bemeten jaren mee zouden nemen (periode 2001 tm. 2014, dat is incl. korte uitval periodes in eerdere jaren meegerekend), en ook het niet "representatieve" jaar 2010 uit de resultaten gooien (dakrenovatie oktober-november, systeem afgeschakeld), kom ik dan op een gemiddelde specifieke opbrengst van 893 kWh/kWp.jaar voor deze "totaal verouderde" zonnepaneeltjes met een module oppervlak (incl. dikke alu rand) van elk 0,94 m². Wel op 7 km. verwijderd van de instralings-rijke Zuid-Hollandse kust, met een plat dak systeem op bijna zuid, met vrij uitzicht (excl. dakrand). Maar ook met 25 meter DC bekabeling, en totaal verouderde, relatief inefficiënte micro-omvormers met een efficiëntie van max. 92% (die nu bij zonnig weer alweer flink warm worden overdag = verliezen). Houden we de volledige periode van 15 jaar aan (start eerste meting 13 maart 2000 tm. eerste ochtendmeting vandaag om 06h06), kom je bij de specifieke opbrengst berekening iets lager uit, 887 kWh/kWp.jaar. Gooien we vervolgens ook nog eens het door vele PV collega's níet (maar door ons wél) meegemaakte extreem zonnige 2003 uit de resultaten, (ook 2010 niet meetellen), kom ik nog steeds op 883 kWh/kWp.jaar. Gaan we op z'n "aller slechtst" rekenen, door ook het dakrenovatie jaar 2010 ("hoort er nou eenmaal bij, moet je meerekenen") in de resultaten mee te nemen, inclusief het destijds gedorven verlies omdat de hele installatie was afgekoppeld van het net, houden we nog steeds een langjarig gemiddelde (13 kalenderjaren, excl. onvolledig bemeten 2000 en 2015) van 880 kWh/kWp.jaar over voor dit "prehistorische setje" van 4 zonnepanelen. Dat is nog steeds hoger dan het "moderne nieuwe 'hoge' kengetal" van 875 kWh/kWp.jaar wat door Stichting Zonnestroom begin vorig jaar voor heel Nederland (met in extremo veel modernere, "betere" zonnepanelen, en véél efficiëntere omvormer systemen) heeft gesuggereerd. Relateren
productie aan instraling In blauw de fysiek gemeten (AC) stroomproductie van de eerste set zonnepanelen (STC vermogen volgens datasheet 0,372 kWp) in 15 jaar tijd (linker Y-as, kWh/jaar). Let op het onvolledig bemeten eerste jaar, 2000 (vanaf medio maart), het extreem zonrijke jaar 2003, en het "dakrenovatie jaar" 2010 met verlies van dik 1 maand productie potentieel in de herfst. In bruin de jaarlijkse instraling op nabijgelegen meetstation Valkenburg ZH (linker Y-as, kJ/cm², volledig gemeten kalenderjaren). In groen de uit twee voornoemde datasets resulterende verhouding, die bij "geen degradatie van systeem noch productie" ongeveer constant zou moeten blijven (rechter Y-as). Lineaire trendlijnen toegevoegd voor instraling (licht stijgend, zoals al door Polder PV gerapporteerd). En voor de ratio: groene stippellijn. Die blijft vrijwel horizontaal (NB: incl. meer-effect instralingsrijk 2003, en minder-effecten voor onvolledig bemeten startjaar 2000 en dakrenovatie jaar 2010). Waaruit voorzichtig geconcludeerd mag worden dat de productie, in weerwil van alle "degradatie claims in zonnepaneel specificaties", ongeveer constant blijft. Wel met daarbij de aantekening: voor deze vier modules. In onze "volgende set", met een ander cel type, is er wel een - lichte - degradatie van de opbrengsten waar te nemen, maar dat kan óók andere oorzaken hebben dan cel- dan wel module veroudering. Zoals veel kabel contactpunten in onze installatie (potentiële verliesfactor bij corrosie, slechter wordend contact e.d.), mogelijk slechtere omvormers toevallig in die groep, of minder goed gemaakte modules. Dat kan allemaal een (wellicht elkaar versterkende) rol spelen. Maar de effecten bij elkaar opgeteld lijken daar toch ook vrij marginaal. Alweer
relatief hoge vermogens Gele kader: logging run voor 13 micro-inverters (OK4E-100) aangesloten op 14 PV modules (nr. 10746 op 2 stuks 50 Wp Kyocera paneeltjes in serie, andere individueel hetzij op 93, hetzij op 108 Wp Shell Solar modules). Tussen 11h47 en 11h48 (omvormers worden direct na elkaar uitgelezen, kost ongeveer een minuut voor alle dertien stuks). Max. vermogen uit 1 omvormer deze dag 79 Watt (AC), zon staat nog niet zo hoog, en omvormers zijn verre van "efficiënt" te noemen. Drie OK4 omvormers hebben al geaccumuleerde meterstanden van bijna 1.138 tot zelfs bijna 1.181 kWh (opgegeven in Wattuur, in rood weergegeven). Omvormers zijn in verschillende jaren in het systeem opgenomen, deels als vervanging voor matig presterende exemplaren. De aangegeven 3 met accumulaties ver over de 1.000 kWh zitten al sinds 2001 in het systeem. Ik zeg: goed gedaan, Shell. Jullie hebben prima zonnepanelen gemaakt. En dat gas/olie concern doet "het" nog steeds, alleen zijn het wel hele andere panelen geworden. CIS dunnelaag. En ze worden gemaakt door een Shell dochter in Japan. Met de illustere naam: Solar Frontier. Nagekomen Monitoring resultaten Polder PV (dagelijks, met hiaten in vakanties e.d., vanaf 13 maart 2000)
9 maart 2015: Alweer achterhaald cijfer Nederlandse PV in Barobilan rapport EurObserv'ER. In voorgaande jaren werd ook de jaar rapportage over alle energie productie uit hernieuwbare bronnen van de Europese informatie organisatie EurObserv'ER (E.O.) regelmatig "geteisterd" door de moeizaam - en de "typisch" veel te laat tot stand komende - cijfers voor de Nederlandse markt. Met name de cijfers voor PV komen zo laat "vrij" - en zijn nog steeds op veel vlakken van zulke twijfelachtige kwaliteit - dat de rapporterende instantie(s) tussendoor maar wat gaan "afschatten" om nog (op tijd) "een" cijfer in de E.O. rapportages te krijgen. In dit geval is de data verstrekker voor Nederland de "business unit Policy Studies" van het beroemde ECN in Petten, zoals geciteerd aan het begin van het rapport. Zo ook in de meest recente, op 19 februari gepubliceerde, 214 pagina's dikke rapportage voor alle energie modaliteiten in Europa, "The State of Renewable Energies in Europe edition 2014" (14th EurObserv'ER Report). Veel data over zonnestroom ontwikkeling in Europa stonden eerder al in het uitgebreid door mij besproken Photovoltaic Barometer 2013 rapport van hetzelfde EurObserv'ER, alleen zijn er de nodige cijfers aangepast aan de laatst - bij E.O. - bekende feiten. Het bizarre is echter, dat in het huidige rapport nog steeds de verouderde capaciteits-cijfers staan, maar wel een aangepaste - doch nog steeds - speculatieve stroom productie claim uit Nederlandse PV installaties voor 2013. In de nieuwbouw tabel (capaciteit toename per jaar in MWp) staat Nederland (nog steeds) voor 2012 genoteerd voor 219 MWp, en voor 2013 voor 300 MWp (lichtgele band). Het eerstgenoemde cijfer zou kunnen volgen uit de door CBS op 18 november 2013 als "definitief vastgestelde" jaargroei van 220 MWp. Verminderd met het "vermeend dat jaar uit bedrijf genomen volume van 1 MWp" waar CBS destijds verder nauwelijks op is ingegaan (puur rekenkundig en volstrekt speculatief, niet met harde feiten onderbouwd, uit de statistieken "verwijderd"). Dus dat getal is nog enigszins verklaarbaar. Maar bij 2013 staat nog steeds een hoogst curieus volume genoemd van 300 MWp. Hoe komt ECN aan dat getal, wat eerder ook al verscheen in het hierboven genoemde PV Barometer rapport? Als CBS "gevolgd" zou moeten worden, wat "logisch" zou zijn, zou ECN zeker al ver voor december 2014 (publicatie datum van huidige Barobilan 14 overzicht) ook al lang geweten moeten hebben van de eerste afschatting door de statistici op 26 mei 2014, minimaal een half jaar eerder. Toen repte CBS al van (minstens) 360 MWp marktgroei in 2013, waarmee ECN veel later dus al 17% te laag zat. Maar zoals ook al lang bekend, en veelvuldig aangekondigd door Polder PV, zou het volume voor dat jaar nog flink naar boven worden bijgesteld. Dat geschiedde pas op 12 december vorig jaar, in de maand dat het Barobilan rapport volgens het colofon werd gepubliceerd. Ook al repte CBS slechts van een eindejaarsaccumulatie voor 2013 van 739 MWp (17 MWp hoger dan in mei 2014 was gepubliceerd), uit het verschil met de 365 MWp eindejaars-accumulatie voor 2012 kon worden geconcludeerd dat volgens die nieuwste inzichten CBS uitging van een jaargroei van 374 MWp. Als dezelfde "conventie" van ECN zou worden gevolgd, en de 2 MWp die voor dat jaar - volstrekt fictief - als "uit gebruik genomen" in 2013 zou moeten worden geteld (zie helaas gestopte oude CBS StatLine tabel), zou volgens de laatste cijfers netto bezien een jaargroei van 372 MWp moeten zijn gerealiseerd. Al kan het beslist nog hoger blijken te zijn geweest, omdat de leverancierstabel die ik naar het CBS heb gestuurd al verouderd was op de dag van ontvangst (later nog meer bedrijven ontdekt die ook al "leverden" in die periode). Gaan we van genoemde "netto 372 MWp potentiële groei" in 2013 uit, zou het door ECN geleverde getal van "300 MWp" (zoals opgenomen in Barobilan 14), maar liefst 19% te laag zijn geweest... Ook in de accumulatie tabel (eindejaarsvolumes per land) is voor 2013 een volstrekt achterhaald geaccumuleerd eindejaarsvolume van 665 MWp (nota bene ook weer met een netto "nul" groei voor het autonome marktsegment, wat hoogst onwaarschijnlijk is) genoteerd. Het was bij de eerste afschatting door CBS al 722 MWp, en ECN had dat al lang medio 2014 kunnen weten. Het werd uiteindelijk, zoals in mijn commentaar weergegeven, zelfs 739 MWp, waardoor ECN - en dus EurObserv'ER in hun rapport - 10% te laag zijn uitgekomen. In deze grafiek het totale eindejaars-volume voor EU 28 zoals afgeschat door EurObserv'ER in Barobilan 14. Ondanks de gigantische dreun die de Europese afzetmarkt te verduren heeft gehad, met name door het halveren van de Duitse, en het decimeren van de Italiaanse markten, is nog steeds een zonder meer respectabel eindejaars-niveau bereikt in 2013. Maar liefst 79,5 GWp aan opgesteld vermogen (NB: sommige landen rapporteren in AC, het vermogen is voor die landen door E.O. "terug" gerekend naar STC - DC vermogen van de primaire PV-generator, de zonnepanelen). Kende de EU als pionier en jarenlang voorloper op het gebied van harde implementatie groeipercentages tussen de 47 en 113% per jaar sinds 2005, is deze enorme groei de laatste jaren beduidend afgevlakt, en heeft ons subcontinent het estafette stokje over moeten geven aan China, Japan, en USA. De groei was in 2011-2012 terug gevallen naar 32%, in de periode 2012-2013 was het zelfs nog maar 15% t.o.v. het eindejaarsvolume van 2012. Het autonome marktsegment (flinterdunne oranje schijfjes bovenaan de kolommen) stelt vrijwel niets voor (in 2013 bijna 162 MWp, slechts 0,2% van het totaal). Maar het is ook een zeer slecht bekend marktsegment. Voor 2012 en 2013 staan voor talloze landen groeivolumes van "0,0 MW" in de E.O. lijsten, wat niet waarschijnlijk lijkt. Zeker gezien de enorme volumes aan verkochte kampeerwagens, die steeds vaker met minstens een (krachtig) zonnepaneel worden uitgerust, en de talloze niet netgekoppelde inrichtingen powered by solar langs de duizenden kilometers (snel)wegen, en op duizenden boeien e.d. in / langs vaarwegen in Europa. Nederland
in de PV pikorde - tabellarisch
In de eerste cijfer kolom de eindejaars-accumulatie van het vermogen in 2013, met in EU 28 bijna 80 GWp opgesteld, gerealiseerd PV vermogen. De tweede geeft het vermogen in Wattpiek per inwoner, in de derde is het vermogen terug gerekend naar kilowattpiek per vierkante kilometer land oppervlak. En in de laatste cijfer kolom is de absolute nieuwbouw in 2013 weergegeven, wederom in MWp. Alle kolommen zijn afzonderlijk gerangschikt van de "beste" bovenaan naar de "slechtst presterende" EU 28 kandidaat onderaan. De gemiddelde waarden voor EU 28, voor de naar inwoner cq. landoppervlak berekende geaccumuleerde waarden, zijn op de desbetreffende rangorde plaatsen weergegeven in rood. Of onderaan als het het geaccumuleerde PV vermogen in EU 28 (links) resp. het nieuw geplaatste vermogen in 2013 betreft (rechts onderaan). Uit de rangordes wordt duidelijk dat Nederland - zoals natuurlijk voor marktvolgers al jaren bekend - in het afgelopen decennium beslist geen "topper" (meer) is, maar hoogstens bovenin een middengroep zit (nieuwbouw 2013, tweede jaar van forse groei in onze PV markt, 7e positie totaal). Let op dat het in het E.O. rapport opgenomen veel te lage cijfer van ECN Nederland (300 MWp) zelfs ónder de positie van België zou hebben gebracht in dat jaar, en dat ik daar op heb gecorrigeerd door het enige (momenteel) juiste CBS cijfer voor dat jaar in te vullen (374 MWp, mogelijk zelfs nog iets naar boven bij te stellen). In de andere rangordes staat Nederland veel lager op de EU 28 schaal. Bij het per oppervlakte per land terug gerekende geaccumuleerde volume staat ons land 2 plaatsen lager met (door mij gecorrigeerde waarde van) 18,1 kWp/km². Iets onder het EU 28 gemiddelde, op de 8e landen plek. Let hier vooral op buurland België wat op haar 1,3 maal zo kleine oppervlakte dan ons land, PV wereldkampioen Duitsland (101 kWp/km², bijna factor 6x dat van NL) op de 2e plaats in de nek staat te hijgen. Maar er gezien de - wederom door politiek ingrijpen veroorzaakte - totale markt instorting bij de Belgen beslist niet meer voorbij zal gaan komen. Deze specifieke rangorde heb ik in onderstaande grafiek nogmaals weergegeven (Nederland met gele pijl): Nog lager vinden we Nederland bij de eindejaars-accumulatie van het totale PV vermogen in het land (wederom: gecorrigeerd, dus niet het veel te lage ECN cijfer gebruikt uit het rapport). Daar staat Nederland nog maar op een 11e plek, tussen Bulgarije en het op andere vlakken al vele jaren lang hoog in de duurzame regionen verkerende Oostenrijk (zeer goed scorend bij thermische zonne-energie, en natuurlijk het enorme voordeel van het hebben van enorme - gerealiseerde - potentie aan hydropower). Die 11e positie mag nog relatief aardig "lijken", maar als we het terug gaan rekenen naar een veel relevanter vergelijkings-maatstaf zoals het geaccumuleerde (door mij voor eind 2013 gecorrigeerde, door CBS in herziening als 739 MWp opgegeven) vermogen per inwoner, 2e kolommenreeks, zakt Nederland nog veel verder weg. En wel naar een betreurenswaardige 16e plaats, tussen Roemenië, en het pas zeer laat aan PV begonnen Verenigde Koninkrijk in (die inmiddels zeer heftige extra stappen heeft gezet en de grootste EU afzetmarkt van PV is geworden sinds 2014). Met het resulterende "44 Wp zonnepaneel per inwoner" (zeg maar het equivalent van één totaal verouderd amorf Si module uit het begin van deze eeuw) mogen we ons beslist niet gelukkig prijzen. Dat niveau ligt immers ruim een factor 3,5 onder het EU 28 gemiddelde. En het is een factor tien maal zo slecht dan het resultaat in Duitsland. Ook hier weer opvallende noteringen voor de Belgen (3e plaats) en, de onverwachte konijn uit de hoed, het kleine Luxemburg wat, ondanks een al langere tijd stagnerende afzetmarkt, op de 6e plaats staat met het equivalent van een 200 Wp module per inwoner (4,5 maal zoveel dan in ons eigen land). Ook al is in Denemarken ook een flinke - uiteraard weer politiek gemotiveerde - rem gezet op de marktontwikkeling: eind 2013 had het zéér laat actief zonnestroom stimulerende land al een factor 2,3 maal zoveel PV vermogen per inwoner staan dan in ons al sinds het vorige millennium "zonnestroom ondersteunende" Nederland. Voor NL cijfer gecorrigeerde "kampioenen-grafiek" voor Wp per inwoner: (Vermeende)
elektriciteitsproductie Ik heb daar in het verleden al de nodige woorden aan vuil gemaakt, o.a. in mijn bespreking van de laatst bekende Photovoltaic Barometer van E.O. Maar ik wil hier nog wel even stellen dat wederom een curieus getal in het huidige Barobilan 14 rapport is gepubliceerd voor ons land, namelijk 504 GWh voor 2013. Het speculatieve cijfer voor 2012, bijna 254 GWh, is ongewijzigd gebleven, en zou in theorie kunnen zijn afgeleid volgens de totaal achterhaalde methodiek met specifieke opbrengsten van 700 kWh/kWp.jaar voor netgekoppelde installaties, en 400 kWh/kWp.jaar voor het kleine volume van 5 MWp voor autonome systemen. Voor 2013 staat nu echter 504 GWh vermeld in het huidige rapport. Wat weer 13% lager ligt dan de 582 GWh die nog in de Photovoltaic Barometer van april 2014 door dezelfde organisatie werd gegeven. Hoe die nieuwe opgave, "504 GWh in 2013" tot stand is gekomen is een raadsel. Zelfs als je uitgaat van een nieuwe gesuggereerde, nog toe te passen berekeningswijze door CBS (p. 53 in rapportage over 2013). Wat neerkomt op: "bereken de vermeende capaciteit halverwege het jaar uit het gemiddelde van de eindejaarsvolumes van 2012 en 2013, en vermenigvuldig die geschatte capaciteit met de door Stichting Zonnestroom omhoog gepluste, gesuggereerde nieuwe gemiddelde specifieke opbrengst van 875 kWh/kWp.jaar"*. Want dan kom je in eerste instantie, bij de foutieve (ECN) ingave van 665 MWp eind 2013, op: (365 + (665-365)/2) * 875 = 515 * 875 (MWh) = 451 GWh. 11% lager dan de opgegeven vermeende jaarproductie van "504 GWh". * Werd alweer in het relatief zonlicht-rijke jaar 2014 ver overvleugeld met gemiddeld 910 kWh/kWp, in een forse steekproef bij de fysiek bemeten producties door SolarCare (zie toevoegingen onderaan derde instraling artikel over 2014 door Polder PV). Ga je uit van het door CBS gecorrigeerde eindejaars-volume van 739 MWp van 2013 is de uitkomst 483 GWh. Nog steeds ruim 4% lager dan de (door ECN??) opgegeven "504 GWh". Hoe dat laatste getal precies tot stand is gekomen, en waarom dat t.o.v. de vorige PV rapportage zo fors naar beneden is bijgesteld, wordt niet toegelicht door E.O. Mogelijk is de pas in januari 2015 door SolarCare gepubliceerde steekproef gemiddelde specifieke opbrengst van 910 kWh/kWp gebruikt? Dan kom ik namelijk met de bijgestelde eindejaars-capaciteit voor 2013 op 502 GWh uit in dat jaar, "bijna" het door E.O. weergegeven getal. Maar 2014 was een bovengemiddeld zonnig jaar, en kan eigenlijk niet als "historisch gemiddelde langjarige referentie" worden gebruikt. Tot slot: CBS, wat nog steeds de "oude" rekenmethodiek hanteert met totaal verouderde kengetallen, maar met "eindejaars-capaciteit" als uitgangspunt voor de jaarberekening, suggereert voor 2013 zelfs 516 GWh. Dat ligt alweer 2,4% hoger dan de opgave in het huidige Barobilan 14 rapport. Mede gezien alle te "bestrijden" aannames in dit soort theoretische berekeningen, kunnen we derhalve een permanent vraagteken bij de opgegeven vermeende stroom opbrengst in Nederland (blijven) zetten. Ook de 0,7 TWh vermeende zonnestroom productie in het net verstreken jaar 2014, zoals via weer een andere methodiek berekend door En-Tran-Ce (Hanzehogeschool), blijft bij het uitblijven van fysieke metingen van grote hoeveelheden gecertificeerd en geijkt bemeten referentie bestanden, vooralsnog een schot in de duisternis. NB: onderstaande grafiek heeft een logarithmische Y-as.
Ook al is de volgorde, in de grafiek qua impact "leidend" de productie in 2013, op detailpunten twijfelachtig (zie discussie hierboven over de vermeende zonnestroom productie in Nederland), globaal wordt de trend bij de daadwerkelijke energie (kWh) productie uit PV-installaties door twee belangrijke factoren bepaald. Het opgestelde vermogen in een land, en, een belangrijke extra factor, het gemiddelde niveau van instraling door de zon. Vandaar dat we landen met heel veel opgesteld vermogen, én een gemiddeld redelijke (Duitsland) tot hoge instraling (Mediterranée: Italië, Spanje, Griekenland) links in de rangorde tegenkomen. En landen met relatief lage opgestelde vermogens en (veel) minder zoninstraling rechts op deze schaal. Let op dat de zonnestroom productie in een bepaald land zeer rap kan stijgen in korte tijd, afhankelijk van de politieke condities (lees: hoogte feed-in tarieven), eventueel daaruit resulterende snelle en massale nieuwbouw van PV capaciteit, en de instraling in het betreffende land. Zo zou het zonnige Roemenië door een combinatie van heftige nieuwbouw van grote, hoge impact hebbende zonnestroomparken (in een land met historisch bezien relatief weinig residentiële systemen) in slechts twee jaar tijd een factor 53 maal zoveel zonnestroom zijn gaan produceren in 2013 dan in 2011! Houdt in de grafiek s.v.p. wel rekening met het logarithmische karakter van de Y-as. Nederland blijft een vraagteken gezien de barre situatie rond de fysiek bemeten PV capaciteit. Als er veel "slechte" PV-systemen zouden zijn, is het in theorie dus mogelijk dat we net onder de productie in Portugal gezeten zouden kunnen hebben in 2013. Heel erg veel zal het ook weer niet hebben gescheeld. Als de installaties het gemiddeld genomen nog beter zouden hebben gedaan dan gedacht, zou in theorie zelfs in deze grafiek stuivertje gewisseld kunnen worden met Denemarken, links van Nederland in de grafiek (in 2013). Ook bij andere landen zullen beslist nog verschuivingen kunnen plaatsvinden, als recentere productie cijfers beschikbaar komen. (Voormalig) wereldkampioen Duitsland presteerde volgens de Zeitreihen van de energie statistieken inmiddels onder verantwoording van het Economie- en Energie Ministerie (BMWI) zelfs al ietsje beter, daar wordt nl. al 31.010 GWh zonnestroom productie voor 2013 opgegeven, i.p.v. de weergegeven "31.000". Vooralsnog berekende EurObserv'ER voor 2013 bij de EU 28 een zonnestroom productie van ruim 80 TWh (achterste kolommen rijtje in de grafiek). Dat is een volume vergelijkbaar aan 2/3e deel van de totale stroom consumptie in Nederland, in het jaar 2013 (119.112 GWh, zie StatLine tabel). Thermische
zonne-energie Nederland zou een volume van 42,1 MWth / 60.144 m² nieuw hebben geplaatst in 2013, 12% minder dan de 47,9 MWth / 68.470 m², uit het ook al tegenvallende jaar 2012. Dat is way out of line van de "record" hoeveelheid van 2009, toen nog bijna 80.000 vierkante meters nieuwe thermische zonnecollectoren werden toegevoegd. Prestatie NL in EU verband blijft extreem pover Elektriciteit
Deze eerste grafiek geeft de "prestatie" bij het aandeel duurzame (of: "duurzaam geachte") opwek van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen per land weer, in de vorm van het aandeel op de totale stroomvraag van het betreffende land. 2012 lichtpaars, 2013 donkerpaars. De grote hydropower centrales hebbende landen, Oostenrijk voorop, staan hier natuurlijk bovenaan, omdat die optie het hardst aantikt bij de stroomproductie. Let op dat die aandelen ook weer fors kunnen terugvallen in bepaalde jaren. In droge jaren zal er veel minder stroom uit hydropower centrales worden geproduceerd, vooral is hier de enorme terugslag bij Zweden opvallend (en/of er moeten nog productie data worden verwerkt?). Dat, terwijl landen als Portugal, Kroatië, en Roemenië juist zeer hard groeiden in dezelfde periode. Duitsland, met relatief weinig hydropower capaciteit en productie t.o.v. de totale stroomvraag, deed het iets beter dan in 2012, en had in 2013 al 24,1% stroom uit echt hernieuwbare bronnen. Voorlopig is de volgorde nu nog wind > biomassa > zonnestroom. Maar door een te verwachten afvlakking van het potentieel voor bewerkelijke biomassa stromen, en de voortgaande kostprijs reductie bij PV, is de verwachting dat, ondanks het zeer restrictieve beleid van de (huidige) Duitse regering op dat gebied, zonnestroom op niet al te lange termijn biomassa als tweede producent van schone stroom kan gaan inhalen. Het rijke Nederland, met in 2013 een nog substantieel aandeel stroomproductie wat "duurzaam" wordt genoemd, en wat afkomstig was van o.a. Amerikaanse houtpellets die op een fossiel kolenbedje in de fik werden gezet, bleef steken op slechts een armetierige 10,5% volgens deze rapportage. Dat komt, ondanks de groei in diverse HE opties, vooral door een sterke terugval van juist die dubieuze bijstook in fossiele centrales. Waarom? Omdat ze uit de oude MEP subsidie regeling zijn gaan vallen... Die scharrige, niet verbeterde 10,5% van Nederland is slechts 41% van het gemiddelde niveau in EU 28 (25,8% in 2013). Géén verbetering, hoe absurd kun je het krijgen. In NEEderland, dus. Slechts 4 andere "landen" waaronder twee dunbevolkte eilandstaatjes in de Middellandse Zee deden het op dit vlak nog slechter. Finaal energie
verbruik - "hernieuwbaar" aandeel Voor diverse landen, inclusief energie vreters zoals UK (maar ook: Frankrijk, Duitsland, Ierland, Luxemburg en ministaatje Malta), is er echter nog een lange weg - in veel te korte tijd - te gaan. Een zeer "gemengd beeld", dus. Uiteraard hoort Nederland, bijna achteraan (rode pijl), daar ook bij, als povere, in grotendeels onder Groningen vandaan gehaalde, of massaal geïmporteerde fossielen gehulde smeerkees. Die "grijze paal" van een miezerige 14% is ons "doel". Hoe we dat in Gaia's naam in nog maar max. 6 jaar gaan behalen, met die trieste, tenenkrullende en bizar lage 4,52% in 2013 (cf. tabel CBS StatLine) mag Joost weten. Over de hele EU 28 bezien moet er vanaf eind 2013 nog minimaal 5% bij, en dan mogen we blij zijn dat we met z'n allen die nog steeds magere 20% in 2020 behaald zullen hebben...
EurObserv'ER – the State of Renewable Energies in Europe – 2014 Edition (zie download pagina op E.O. site)
6/7 maart 2015: Gaan EU landen orde op zaken stellen? FIOD valt Friese lokaties zonnepanelen importeur binnen + nagekomen 1 en nagekomen 2. Het zat er wel een beetje aan te komen. Al lange tijd zongen de geruchten in de wandelgangen (en ook al meer in de publieke ruimte), dat "sommige" bedrijven gebruik maakten van loopholes in de prijsafspraken cq. de anti-dumpheffing regelingen van 2013 (de laatste voor Chinese exporteurs die de "Minimum Prijs Afspraak", MIP deal met de Europese Commissie, EC, niet hadden ondertekend). Er blijken allerlei creatieve constructies te zijn opgetuigd om aan het keurslijf van de MIP (die volgens zeggen ook weer boterzacht lijkt te zijn), en/of van de heffingen te ontkomen. Zo is er inmiddels volmondig sprake van "aparte rekeningen" waarbij achteraf of separaat het opgelegde prijsverschil bij de door Europese handelaren ingekochte Chinese panelen zou worden verrekend, wat de facto tot een "netto lagere prijs voor de gekochte hardware" leidde die onder de door de EC opgelegde MIP lag. Of er werd bijvoorbeeld een "package deal" gemaakt door omvormers via hetzelfde verkoop kanaal veel goedkoper aan te bieden dan de actuele marktwaarde, waardoor de voor de "MIP prijs" aangeboden zonnepanelen alsnog kunstmatig in waarde konden dalen vanwege het - onterecht genoten - voordeel bij de aankoop van een paar containers met omvormers. Onrust in
een grote handelsmarkt Anderhalve GWp import, in een jaar dat alle andere cijfer reeksen voorlopig nog wijzen op grofweg een ongeveer even hoge groei als in het voorgaande jaar (2013 volgens CBS cijfers: 374 MWp). Dat kan alleen maar betekenen, dat enorme hoeveelheden containers met Chinese zonnepanelen in, of via Rotterdam, gewoon weer snel zijn doorverkocht naar het (nabije) buitenland. Waarbij ik er in ieder geval van uitga, dat er niet nog steeds enorme hoeveelheden zonnepanelen / containers ergens in grote loodsen opgeslagen zullen liggen, een hoge "straatwaarde" vertegenwoordigend, en wachtend op "interessante sales tijden"... De grote vraag is dan natuurlijk: voor welke prijs zijn al die Chinese modules dan wel geïmporteerd? En zijn onder "MIP" condities verkochte "Chinese" zonnepanelen ook daadwerkelijk afkomstig geweest van Chinese wafers, cellen, cq. productie faciliteiten, van producenten die het akkoord met EC hebben ondertekend? FIOD - actie
in Friesland Omkat praktijken
niet nieuw "B-ware" betreft PV-modules waarmee van alles aan de hand kan zijn, waaronder technische gebreken. Er werd zelfs een per ongeluk meegelamineerde top van een rubber handschoen in (achter het glas van) een geleverd paneel aangetroffen. Daarmee konden die ondeugdelijke, of de gevraagde prijs beslist niet waard zijnde "afschrijvers" alsnog voor een leuke prijs worden verkocht aan een Europese partij die de modules - niet zo slim natuurlijk - nooit zelf had gezien. Als ik het goed heb, zijn die laatste onverlaten nooit gepakt (het ging allemaal natuurlijk via mistige tussenhandelaren, en er bleek ook een Nederlandse partij bij te zijn betrokken). Ook andere beroemde merken hebben met - administratieve - vervalsingen te maken gehad, waaronder enkele grote Chinese. Zo werden nep-modules van wereldkampioen Yingli aangeboden in dozen waarop - op een vrij knullige wijze - het bekende bedrijfs-symbool was geschilderd of gedrukt. In die jaren, toen er record hoeveelheden modules in giga hoeveelheden werden verkocht, zou de misleiding helaas bij diverse handelende partijen niet zijn opgevallen. De modules kwamen natuurlijk niet van Yingli, maar van een of andere kleine Chinese speler met veel lagere kwaliteitsnormen tijdens de productie. Vaak komt er weinig naar buiten over dit soort praktijken, de betreffende grote producenten lopen daar natuurlijk niet graag mee te koop. Omkatten
vanwege heffingen Ik vrees dat de "inval" op diverse - nog niet bekend gemaakte - Friese adressen niet de eerste zal blijken te zijn, als er tenminste serieus werk gemaakt gaat worden om de handhaving van het moeizaam tot stand gekomen "akkoord" met een belangrijk deel (destijds 75% van export vertegenwoordigend) van de Chinese PV producenten nu daadwerkelijk ook voor het publieke oog uit te gaan voeren (er zijn eerder al diverse, meer onzichtbare onderzoeken geweest). Als het slechts om een "showcase" geval blijkt te gaan, en de bad guys niet structureel aangepakt gaan worden, voorspel ik nog veel langer onrust in de PV sector, als zou blijken dat de malafide praktijken gewoon verder blijven gaan. Naheffingen
opgelegd Nagekomen
1 (6 maart 2015) Ook al doen er meteen al allerlei hypersuggestieve reken-tweets de ronde, het lijkt me vooralsnog weinig zin te hebben om daarover te gaan speculeren zonder kennis van zaken, en diverse ontbrekende, essentiële feiten. Laten we s.v.p. het onderzoek in deze zaak afwachten. Dan kan de heer Kamp, die zich uitdrukkelijk tégen de door de Europese Commissie in te voeren "anti dump heffingen" voor Chinese import modules heeft uitgesproken, ook nog even rustig slapen... Tot slot: bij nalezing van het berichtje op de website blijkt de tweede alinea gewijzigd te zijn. De mededeling over de "300 containers" is inmiddels verdwenen. Nagekomen
2
(nacht 6/7 maart 2015) Ook op andere plekken wordt duidelijk, dat de "klassieke" hardware die het bedrijf levert bestaat uit zonnepanelen van het merk Shinetime Solar, een handelsnaam van het in Jinyun City, Zhejiang (China) zetelende bedrijf Zhejiang Xiongtai Photovoltaic Technology Co., Ltd. Wat behoorlijk krachtige modules levert tot wel 305 Wp (multi kristallijn) en 310 Wp (mono kristallijn). En wat een dochter, Shinetime Solar GmbH heeft in München. Ik ben het merk inmiddels, in mijn al zo'n 1.500 Nederlandse PV modules en systemen "leverende" bedrijven tellende lijst, naast het "primair leverende" (?) Herbo GroenLeven, al zeker bij 13 andere partijen tegengekomen. Het bedrijf staat echter wel degelijk in de destijds voor de "MIP" vrijgegeven serie ondernemingen die door de Europese Commissie in de zogenaamde "Annex" zijn opgenomen. Dus áls het al genoemde onderneming zou betreffen (zie ook opmerking hieronder), kan het hier niet om het "creatief proberen te omzeilen van een anti-dumpheffing" gaan. Maar zou het iets te maken moeten hebben met het omzeilen van de kennelijk vastgestelde hoogte (nooit officieel gepubliceerd door EC!) van het MIP tarief. Dit alles wil nog beslist niet zeggen dat het genoemde Shinetime Solar ook daadwerkelijk het door de FIOD onderzochte merk "zal" (blijken te) zijn. Want ook Herbo GroenLeven kan best in de loop van hun activiteiten méér merken zijn gaan voeren, dan de in 2013 nog kennelijk (voor Nederland) "exclusief" gevoerde Chinese module lijn. Maar tot nog toe is het het enige merk wat ik in hun communicaties ben tegengekomen. We zullen gaan zien wat er precies aan de hand is geweest, of dat alles met een sisser zal gaan aflopen. *Noot: "Solarriver" is een handelsnaam van de - wederom - Chinese inverter producent Samil Power Co., Ltd. (met vestigingen in Wuxi, Jiangsu Province, Nanshan District, Shenzhen, en een kantoor in de hoofdstad, Beijing). Een goedkoop merk omvormer wat inmiddels al aardig populair is bij talloze leveranciers van PV hardware in ons land. Twee van de Samil Power omvormers hebben bij de testen door de techneuten van het vakblad Photon het predikaat "Sehr gut" gekregen, waarbij het zwaartepunt in de "notering" ligt op de behaalde "Photon werkingsgraad" in een twee-dimensionale matrix waarbij in vele tientallen meetpunten de vastgestelde (gemeten) snelheid van de MPP tracker aanpassing en de werkingsgraad bij verschillende (DC) ingangs-spanningen de bepalende factoren zijn. Doorzoekingen
in fraudezaak met Chinese zonnepanelen (Rijksoverheid, 6 mrt. 2015)
Eerdere artikelen van Polder PV over de grote handelsconflicten binnen de PV industrie (USA vs. China resp. EU vs. China, er zijn er meer, o.a. tussen USA en India): EU vs China conflict: nieuws_PV113.htm#3dec2013_definitieve_EU_regeling_heffingen_Chinese_PV Voorloper USA - China conflict: nieuws_PV100.htm#8nov2012_uitstpraak_USITC_handelsconflict_China
4 maart 2015: CertiQ update februari - redelijke progressie. Het begint er op te lijken dat de situatie bij CertiQ eindelijk een beetje begint te normaliseren. We zien groeiende - en positieve - cijfers bij de accumulaties voor de meeste energie opties met hernieuwbare bronnen als uitgangspunt. Zonnestroom nam daar zeker wat capaciteit betreft al veel langer de leiding in de positieve ontwikkeling, met de SDE regelingen (voor grote PV systemen) daarbij als driver. Er zijn in het februari rapport van TenneT dochter CertiQ 94 nieuwe participanten met PV bijgeschreven in het register met "gecertificeerde" capaciteit, met een totaal nieuw vermogen van 2,361 MWp. En derhalve een "netto" systeem gemiddelde van 25 kWp per participant. "Netto", omdat er mogelijk ook uitschrijvingen geweest kunnen zijn in februari, al zijn die niet als zodanig in dit soort cijfers te herkennen. In totaal staan er nu 10.935 gecertificeerde, geijkt bemeten PV "participanten" ingeschreven met een gezamenlijk vermogen van 118,687 MWp. Het systeemgemiddelde van dat totale volume bedraagt bijna 11 kWp, wat veroorzaakt wordt door het "relatief hoge" aantal oudere realisaties bij burgers, die in SDE 2008 tm. SDE 2010 hebben kunnen inschrijven en die - enkele duizenden - beschikkingen hebben verworven (vanaf SDE 2011 een illusie vanwege de onder"cap" van 15 kWp minimaal). Enkele grafieken van de maandrapportage evolutie op een rijtje. Rode lijn (rechter Y-as): maandelijkse hoeveelheid nieuwe participanten met PV-installaties ingeschreven bij CertiQ. Helaas is die groei diverse malen negatief geweest in ruim een jaar tijd, vanwege kennelijke noodzaak tot "herinschrijvingen". Dit heeft het "natuurlijke beeld" in de evolutie langdurig verstoord. Immers: er wordt feitelijk alleen maar veel PV bijgebouwd, en nog zelden van de daken gehaald (zeker niet als er nog een SDE regeling loopt, feitelijk de momenteel "drijvende" kracht achter - dan verplichte - CertiQ registraties). Sinds dit jaar lijkt er eindelijk rust in de administratieve tent gekomen te zijn, en kennen we weer "positieve groei in het CertiQ register". Een record zullen we echter mogelijk niet meer gaan meemaken, de "relatief hoge" groei in 2010-2011 werd vooral door duizenden particuliere micro-systeempjes veroorzaakt. Sinds particulieren (excl. de oude beschikkingen houdende) per SDE 2011 uit de regeling zijn "geschopt", verwacht ik niet meer "enorme aantallen" nieuwe registraties per maand. Maar wel, onder de huidig lopende SDE regelingen, met name SDE 2013 en 2014, een zeer forse groei wat het opgestelde - en bij CertiQ ingeschreven - nieuwe vermogen betreft. In geel (linker Y-as) de accumulatie curve die langdurig heeft "geleden" onder de her-registratie verplichting, en pas recent weer lijkt te normaliseren. Echter, in het februari rapport van CertiQ is het "maximale" niveau van november 2013 (! 11.088 participanten) nog steeds niet gehaald (feb. 2015: 10.935). Ik verwacht dat het eindelijk een dezer maanden zal kunnen gaan gebeuren dat we eindelijk weer een "netto gele groeicurve" kunnen gaan zien. Nieuw geregistreerde aantallen, bij CertiQ ingeschreven participanten met PV installaties per maand, jaren direct naast elkaar. Hieruit is, afgezien van de "anomalieën" van negatieve maandgroei cijfers (her-registraties), duidelijk te zien, dat (netto) nieuwe inschrijvingen per maand niet zeer hoog liggen, en een neerwaartse trend weergeven (eerste records voor 2015 in blauw). Wat "aantallen" nieuwe participanten betreft, zijn de "hoogtij jaren" 2009-2011 al lang voorbij. Wat natuurlijk beslist niet de werkelijke markt realiteit weerspreekt, omdat CertiQ slechts een zeer klein deel van de totale, de laatste jaren zeer hard gegroeide markt omvat. Geen "landelijk beeld", dus. Dezelfde grafiek, maar nu voor de (netto) nieuw toegevoegde capaciteit (in MWp) per maand, geeft een duidelijk ander beeld te zien. Met weer aantrekkende nieuwe volumes in 2015 (blauw), en de verwachting bij Polder PV dat, ondanks de geringe aantallen nieuwe participanten (lees: SDE subsidiënten), de vermogens die nieuw zullen worden ingebracht, rap zullen gaan oplopen, omdat het vaak, voor Nederlandse begrippen, behoorlijk grote PV-installaties betreft. Het "record" van juli 2014 (9 MWp netto nieuw ingeschreven) is hoogstwaarschijnlijk het gevolg van een korte hausse aan "heringeschreven" installaties, en lijkt weinig te maken te hebben met een fysieke markt realiteit. Al met al blijven sowieso de maandelijkse toevoegingen op het gebied van capaciteit natuurlijk nog steeds niet om over naar huis te schrijven. Het gemiddelde is sinds begin 2010 (SDE eindelijk "een beetje" op gang komend) slechts 1,6 MWp per maand geweest. Daar kun je in het buitenland beslist niet mee "scoren", als zijnde "gecertificeerde en geregistreerde bijplaatsing van onze PV-capaciteit". De uitgegeven hoeveelheid Garanties van Oorsprong door CertiQ blijft als vanouds byzonder grillig verlopen (blauw: per maand nieuw uitgegeven, rechter Y-as; groen: accumulatie sinds begin registraties, 1 juli 2001, linker Y-as). Tot nog toe is er slechts een "gecertificeerd volume" voor 266 GWh uitgegeven sinds juli 2001. Dat is zo goed als niks, maar beseft moet in ieder geval worden, dat het CertiQ bestand sowieso slechts een tiende deel van het totale gerealiseerde PV marktvolume omvat. En dat we dus een enorme hoeveelheid productie missen, en ook qua omvang, helemaal niet "kennen". We kunnen er alleen maar naar gissen (zie ook En-Tran-Ce schattingen). In bovenstaand bijgewerkte staatje, wat ik al enige maanden heb bijgehouden, een leuke verrassing. Eindelijk lijkt ook bij de andere modaliteiten die met (vermeend) hernieuwbare bronnen werken, de situatie grotendeels genormaliseerd. In blauw "negatieve accumulaties" t.o.v. de situatie op 1 december 2013 (!), in rood positieve ontwikkeling ("netto groei"), van de bij CertiQ geregistreerde, gecertificeerde, geijkt bemeten stroom genererende installaties. Biomassa heeft bij de aantallen nu duidelijk weer de leiding genomen, en komt op bijna 10% meer installaties uit dan begin december 2013 bij CertiQ stonden genoteerd. Bij de drie andere opties, PV incluis, zijn er echter nog steeds minder participanten ingeschreven, met de grootste negatieve uitschieter voor de - meestal kleine - waterkracht centrales (minus 26%). Bij het vermogen, aan de rechterkant van de tabel, zijn nu zowel voor de al langer "leidende" optie PV, ook biomassa én windkracht eindelijk ook in positieve groeicijfers terecht gekomen. Alleen hydropower loopt, met het ontbreken van 5 participanten / installaties, en, daarmee samenhangend, 1,8 MW vermogen minder, nog achter. De vraag is of die alsnog zullen terugkeren in de "moederschoot" van CertiQ. Vooral door de toevoeging van een enorme hoeveelheid vermogen biomassa (plus 3,5 GW t.o.v. vorige maandrapport!!), is het totale opgestelde "duurzame" vermogen (4 opties), geregistreerd bij CertiQ, in een maand tijd met maar liefst 33% gestegen t.o.v. de "pre-herregistratie" datum 1 december 2013. Tot een volume van bijna 12 gigawatt. PV - bij CertiQ geregistreerd - maakt daar nog minder dan 1% van uit, al zou er ondertussen minimaal tussen de 1,1 en 1,2 GWp aan PV capaciteit kunnen staan in Nederland (90% niet bekend bij CertiQ). En mogelijk nog wel wat meer... GVO import en export
Bij de import van Garanties van Oorsprong keerde Nederland zich in februari als vanouds weer naar het "vertrouwde" Noorwegen, waarvan bijna 35% van de totale "benodigde" import van "groenheid" werd afgenomen om onze fossiele gas/kolen-mix mee "te vergroenen". Bijna alles in de vorm van de "klassieke" hydropower papiertjes, met als slagroom nog wat biomassa GVO's erbij (1,4% van totaal GVO's Noorwegen). Denemarken, met een blijvend verpletterende hoge prestatie op het gebied van windenergie (wat regelmatig meer dan de helft van de binnenlandse stroomverzorging afdekt), mocht 22% GVO's aan achterblijver Nederland leveren. Ditmaal ging IJsland er met de derde plaats vandoor, een dunbevolkt landje met nogal wat waterkracht centrales (daar heb je ze weer...) en geothermische energie potentie, wat nog steeds geen fysieke verbinding heeft met het Europese vasteland. Die "mocht" dat vieze Nederlandje maar liefst 13% van de GVO's leveren die ons eigen poldermoerasje maar niet zelf kan/wil maken. Of ze per luchtpost of via een vieze, stookolie verslindende boot naar Nederland zijn gekomen vertelt het verhaal verder niet. Waarschijnlijker is, dat het "elektronisch via een datalijntje" is "afgehandeld". IJsland een paar centen rijker, Nederland wat extra "groenheid" om zichzelf mooier te maken dan ze in werkelijkheid is. "Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is het groenste in het land"... (toegevoegd
5 mrt.)
Bij de export van GVO's, die slechts een fractie van de inkomende "exemplaren" omvat (15% van totaal import) was buurland België het doel-land hors categorie, met bijna 90% van de kostbare papiertjes stroom Nederland uit. Hierbij valt op, dat er wederom weer wat GVO grut naar Noorwegen "terug" (of is het "door") gestuurd werd, en zelfs ook naar het verre Zweden. Het kan beslist elders ingekocht en nu weer doorgeschoven volume betreffen. Nederlanders zijn handelaars, en als er ergens een paar centen met groen smeersel zijn te verdienen, doen ze dat gewoon. In februari werd een volume "eigen" GVO's aangemaakt van 1.264 GWh, wat beslist ook deels elektriciteit productie uit eerdere maanden betroffen kan hebben. Dat volume was ook in februari lager dan de 1.329 GWh die we aan buitenlandse GVO's hebben geïmporteerd in die maand (nog even de geëxporteerde exemplaren niet meegerekend). Het blijft sappelen in NEEderland. Statistische overzichten CertiQ
2 maart 2015: Zonnestroom beschikkingen SDE 2014 onverminderd populair. Ik heb al vaker voorspeld dat de komende jaren nieuwe records gevestigd gaan worden voor nieuw gerealiseerde zonnestroom capaciteit in Nederland. Dat heeft alles te maken met de grote volumes aan projecten die met hoogst interessante "laatste fase beschikkingen" binnen de SDE regelingen voor 2013 en, nu hoogst actueel, 2014 zijn "gezegend". Ik heb daar over reeds frequent gerapporteerd, het laatste "exemplaar" betrof de RVO status update van 29 januari jl. Ook de meest recente update van RVO van vandaag, met peildatum 12 februari 2015, geeft weer een zeer bemoedigende schwung voor hopelijk binnen niet al te afzienbare tijd te realiseren nieuwe PV capaciteit bovenop de al jaren goed lopende residentiële markt. De combinatie van alleen al die 2 trends, bovenop alle andere borrelende en bruisende "zonnestroom activiteiten" in ons overkokende landje, gecombineerd met wat mogelijk als een "historische energie ontwikkeling" a.g.v. de ellende in gas-provincie Groningen kan worden gezien, maakt dat we record jaren nieuwbouw met zonnepanelen tegemoet kunnen gaan zien. Het werd de hoogste tijd. De stand van zaken van de laatste RVO cijfers: er zijn wederom 304 nieuwe PV beschikkingen afgegeven sinds de vorige update van 29 januari (totaal hele SDE 2014: 316 nieuwe projecten beschikt, PV domineert qua aantal toekenningen op alle vlakken). Het nieuw beschikte volume bedraagt een mooie 69,7 MWp aan zonnestroom genererende projecten in die 2 weken tijd. Wat het totaal beschikte volume voor alleen die schone, geruisloos elektriciteit producerende modaliteit nu al op een hoog volume van bijna 290 MWp brengt (NB: alléén SDE 2014!). Dat is al 18 procent meer beschikt volume binnen 1 regeling, dan in alle 6 voorgaande SDE regelingen 2008-2013 bij elkaar (dat was namelijk 246 MWp volgens de laatste stand van zaken van de "overgebleven" hoeveelheid beschikkingen bij RVO.nl) ! Uiteraard zal dat nieuw toegekende volume niet "direct" worden gebouwd, maar als de project ontwikkelaars bouwlustig zijn, en de (co-) financiering is op orde, kan van die forse hoeveelheid vermogen beslist een groot volume nog het huidige jaar worden gerealiseerd. Dit bovenop het nog uit te voeren grootste deel van het volume voor SDE 2013 (waarvoor oorspronkelijk 133 MWp was beschikt). En, niet vergeten, met mogelijk nog een hoop extra toe te kennen vermogen voor PV te gaan binnen SDE 2014. Immers, er is nu binnen die hele regeling nog steeds "maar" 1.859 miljoen Euro van de beschikbare 3,5 miljard toegekend, er is dus nog bijna 47% van het budget over om te verdelen. Er zit nog steeds een volume van ruim een GWp aangevraagde PV capaciteit voor SDE 2014 in de aanvragen pijplijn. Hoeveel daarvan nog een fijne toekennings-brief thuisgestuurd gaan krijgen van RVO.nl, de komende maanden, moet nog gaan blijken. Wel is er een klein "golfje" nieuwe afwijzingen voor SDE 2014 aanvragen te zien in de laatste RVO cijfers: 43 PV projecten werden afgewezen of ingetrokken (in totaal 46 projecten sinds de vorige update; vanaf de start zijn nu 86 SDE projecten binnen die regeling weg gestreept, waarvan 70 PV aanvragen). Enkele cijfers op een rijtje:
Uiteraard heb ik wederom mijn prognose aan deze laatste cijfers aangepast. Als er géén trendbreuk in het "verloop van de uit te geven beschikkingen trein" plaatsvindt, kom ik nu op totale budget uitputting voor SDE 2014 rond begin juni uit. Als alle "trends" vergelijkbaar blijven (NB: dat is absoluut géén garantie!), zou het te beschikken volume voor PV binnen een volledig "toegekende" SDE 2014 nu zelfs al tussen de 500 en 550 MWp kunnen gaan worden. Met de sterke nadruk op kunnen. Zeker is dat absoluut niet. Stand van zaken SDE 2014 (RVO.nl, update gepubliceerd op 2 maart 2015)
2 maart 2015: Duitsland "hanging on" met nieuwe PV capaciteit in januari met 123 MWp. Ook al heeft Duitsland er volgens Bundesnetzagentur gelukkig nog een respectabel nieuw PV-vermogen van 123 MWp uitgeperst in januari, het blijft een zeer duidelijke terugval van de nieuwbouw t.o.v. dezelfde maand in voorgaande jaren. In deze bijdrage weer enkele cijfers en grafieken van de evolutie van de nieuwbouw bij de oosterburen.
Januari 2015 bevestigt het tegenvallend beeld van het laatste jaar in Duitsland. Dit uiteraard exclusief juli 2014, de maand vlak voordat de nieuwe EEG "2.0" Wet in werking trad, die de situatie voor de groei van de inheemse zonnestroom markt nog slechter maakte dan deze al was geworden. De nieuwbouw (123 MWp) is weliswaar ietsje hoger dan in de maanden september tm. december 2014, maar kon natuurlijk de veel hogere volumes van eerdere jaren beslist niet evenaren. In januari 2010-2014 werden achtereenvolgens 222, 266, 517, resp. 275 MWp nieuwe zonnestroom capaciteit "gescoord" in Duitsland. In deze grafiek (Y-as: logarithmisch) de evolutie van de nieuw toegevoegde aantallen PV-installaties per maand sinds januari 2014, met rechts de recentste toevoeging voor januari 2015. Bij de meeste deelcategorieën (legenda rechts) is gemiddeld genomen een onstuitbare, langzame trend omlaag waarneembaar t.o.v. begin 2014. De meest onrustbarende ervan is die voor de kleinste (residentiële) sector, tm. 5 kWp (blauwe curve), waarvan er nog maar 850 werden ingeschreven bij Bundesnetzagentur in januari 2015. Installaties groter dan 1 MWp (tot 10 MWp, groter wordt niet meer ondersteund via de EEG invoedings-tarieven) kennen een grilliger verloop, wat deels te maken heeft met het moeizame voorbereidings-, vergunnings-, en realisatie traject van dergelijke installaties (donkerblauwe curve). Kennelijk zijn projectontwikkelaars nog steeds in staat om dergelijke projecten vlot te trekken, maar de marges zijn in Duitsland flinterdun geworden voor grote zonnestroom installaties. Het waren er in januari 2015 nog steeds maar 17. De rode curve geeft het totaal weer voor alle ingeschreven PV-installaties: slechts 3.679 systemen zagen - letterlijk - het licht in de eerste maand van dit jaar. Zelfde grafiek als hierboven, ditmaal voor het nieuwe gerapporteerde, gerealiseerde vermogen in MWp, zoals gerapporteerd aan Bundesnetzagentur. Hier wordt de grilligheid van de nieuwbouw van de grootste PV projecten (>1 MWp) nog duidelijker (donkerblauwe curve). Het verloop van die curve vinden we deels in "verzwakte" vorm terug in het verloop voor het totale toegevoegde vermogen per maand (rode curve bovenaan). De korte piek in juli 2014 werd echter vooral door een korte "rush" van installaties tussen 15-100 resp. 100-1.000 kWp veroorzaakt (lichtgroene en bruine curves, piek vanwege de laatste maand voordat het nieuwe EEG 2.0 in werking zou treden). Ronduit onrustbarend wederom in deze grafiek, het toegevoegde vermogen residentiële installaties, wat nog maar 3,1 MWp bedroeg in januari 2015. In het voorgaande jaar lag dat nog op een volume van 4,7 MWp, de helft hoger. Uit bovenstaande twee data / grafieken is het eenvoudig om de gemiddelde systeemgrootte van de nieuwe installaties per maand te berekenen. Ik heb dat gedaan voor de allergrootste categorie (bovenaan, donkerblauwe curve, installaties > 1 MWp), en voor het totaal aan alle installaties (rode curve). Y-as wederom logarithmisch. Hierbij wordt duidelijk dat het systeemgemiddelde best nog steeds kan stijgen, wat weer sterk afhangt van met name de toevoeging van "meerdere >1 MWp projecten in een specifieke maand in relatie tot het vermogen wat in de kleinere categorieën in een bepaalde maand wordt toegevoegd. Als er weinig van dergelijke grote projecten zijn gerapporteerd, ligt het systeemgemiddelde relatief meestal "laag" (in de getoonde periode was dat in oktober 2014, 14,05 kWp). Bij toevoeging van een redelijk aantal van dat soort grote projecten in een maand tijd, ligt het totale systeemgemiddelde een stuk hoger. Hierbij blijkt januari 2015 - in de getoonde periode - het hoogst te "scoren", met ruim 33 kWp gemiddeld. Het drama wat zich sluipenderwijs afspeelt bij de oosterburen in een ander soort grafiek, waarbij per maand de afgelopen vier jaar naast elkaar wordt afgebeeld. Links is de trend voor de maand januari onverbiddelijk: stapsgewijs wordt het nieuwe aantal PV installaties steeds minder. Duitsland, langdurig absoluut wereldkampioen in zaken zonnestroom, en lichtend voorbeeld voor de rest van de wereld, is al lang op haar retour. Een van de laatste steekwonden werd veroorzaakt door het EEG 2.0, wat augustus 2014 in werking trad. Hetzelfde plaatje als hierboven, maar ditmaal met de nieuw toegevoegde capaciteit per maand. Daarbij is het drama zelfs nog groter, met name veroorzaakt doordat de grote vrije veld systemen steeds zeldzamer worden, die normaal gesproken vele tientallen tot zelfs honderden MWp per maand hebben toegevoegd in het verleden. Maar wat al lang "verleden tijd" is geworden. In januari 2015 werd nog maar minder dan een kwart van het vermogen van januari 2012 toegevoegd. De
cijfers
Met de toevoegingen van januari 2015 heeft Duitsland eind van die maand inmiddels al een geaccumuleerd PV vermogen staan met een omvang van 38.359 MWp. Grofweg een factor 32 maal het "mogelijke" volume in Nederland (dat laatste is nog helemaal niet bekend, maar zou ergens in de buurt van 1,1-1,2 GWp kúnnen liggen).
Tot slot de actueel van toepassing zijnde invoedings- cq. vermarkting- vergoedingen vanaf 1 maart 2015. Onderste serie: "klassieke" invoedings-bedragen ("Einspeisevergütung"), waarbij de per 1 maart voor nieuwe PV installaties geldende bedragen voor direct op het net ingevoede (niet zelf-verbruikte) zonnestroom in een gele band staan getoond. Variërend van nog maar 12,50 Eurocent voor de kleinste systeem categorie tot 10 kWp (residentiële segment), tot nog maar 8,65 (!!) Eurocent voor vrijeveld systemen die - voor dit tarief - nog maar een maximale grootte van een halve MWp "mogen" hebben. Voor alle andere installaties, en/of voor diegenen die de "gok" willen wagen, geldt het bovenste tarieven blok, met maximaal te verwachten "marktpremies", onder het hoofdje "Marktprämien-modell", zelfs verplicht voor vrijeveld en alle dak installaties > 1 MWp buiten de bebouwde kom (en minder dan 10 MWp). Daarvoor gelden iets hogere "gemaximeerde" tarieven van 12,89 (tot 10 kWp) cq. 9,05 Eurocent/kWh (vanaf 500 kWp), maar daarvoor zijn de risico's ook hoger. Photovoltaikanlagen: Datenmeldungen sowie EEG-Vergütungssätze (Bundesnetzagentur statistieken) |
|