|
|
                    
Inspiratie:
Projecten
Sportpark
Elinkwijk "1 miljardste Wp" en
bespiegelingen over de 1e GWp PV
(13
september 2014)

^^^
Wat zou er toch verstopt zitten onder dat rose-rode doek op het sportterein
van Elinkwijk in het noorden van Utrecht? Lees verder en u komt het te
weten...
Introductie
Fotoreportage
Rapport
Stichting Zonnestroom:
Ruwe
prognoses al van langer geleden bij Polder PV
(1)
Inconsequenties berekening "verwachte" stroomproductie
(2)
Cijfergegoochel rond CertiQ data
(3)
Bizar gegoochel met foute cijfers "grootschalige opwek" leidt
tot foute conclusies
(4)
PIR register
(5)
Aannames
(6)
Zonnestroom in de Nederlandse stroom mix
(7)
"De berekening van de datum van behalen van 1 GWp"
Laatste
bijstelling! Status grote projecten Klimaatmonitor - PIR
(8)
Nieuwe perspectieven - de toekomst
Links
Special:
Markt segmentatie CBS
Introductie
Zoals ik tijdens mijn
presentatie voor The Solar Future in Amsterdam (27 mei 2014) heb laten
zien, "moet" op basis van de historische evolutie van de toename
van zonnestroom capaciteit in 2014 bij "niet al te gekke negatieve
zaken in de markt" de geaccumuleerde capaciteit van 1 GWp aan zonnepanelen
cq. -systemen worden bereikt
Wannéér
dat punt precies is of wordt bereikt is van vele factoren afhankelijk,
en dat heeft vooral te maken met de permanente onzekerheden in het beschikbare
cijfermateriaal voor onze PV-markt. Wel zijn er, op basis van een toenemende
hoeveelheid, deels door Polder PV aangedragen cijfers, steeds betere "schattingen"
te doen. Waar echter, gezien al gesignaleerde, later optredende "ingrepen
met terugwerkende kracht" (dramatisch
negatief in Liander gebied), nog steeds een pot zout naast moeten
worden blijven gezet. Op basis van een eerste publicatie van maandelijkse
progressie cijfers voor (het gezamenlijke) PIR register van Netbeheer
Nederland heb ik cijfermatig uitgewerkte prognoses gedaan en enkele potentiële
scenario's besproken wat de uiteindelijke consequentie zou kunnen zijn
voor het PV vermogen aan het eind van 2014. Die analyse heb ik al op 24
juli dit jaar gepubliceerd.
Er zijn tot dusver
nog geen nieuwe cijfers gepubliceerd die dat algemene beeld sterk zullen
wijzigen. Derhalve is mijn voorzichtige conclusie dat een volume
van 1,2 GWp einde 2014 "tot de mogelijkheden behoort" nog ongewijzigd
gebleven (hoewel, zoals gezegd, blijvend met mitsen en maren omkleed).
Dat betekent dat "enkele maanden voor het jaareinde" de voor
Nederland "historische" drempel van 1 GWp gehaald zou kunnen
zijn/worden. Het uitbouw tempo na het uitputten van het budget voor de
nationale subsidieregeling (7 aug. 2013) leek
immers slechts beperkt lager te zijn dan tijdens die regeling. Bij een
voorlopig door CBS verkondigde nieuwbouw van 360 MWp in 2013
zou de gemiddelde maandgroei in dat jaar ongeveer op 30 MWp zijn
gekomen.
Met name Ronald
Franken, voorzitter van de sectie Zon van ODE en tevens consultant
voor Atrivé (Zonnig-Huren project), vond dat het "behalen
van de eerste GWp zonnestroom capaciteit in Nederland" met een feestje
gevierd mocht worden. Ook al weten we voorlopig beslist niet met zekerheid
wanneer dat moment nu werkelijk is gekomen. Als we het ooit al te weten
zullen komen, gezien het nog steeds met vele vraagtekens omgeven cijfermateriaal.
Het feestje was trouwens
al veel eerder gepland, voor het energie overleg in de Tweede Kamer op
2 juli. Maar de planning werd te krap bevonden en te onzeker, en dus uitgesteld.
Het "nieuwe moment" is gekozen op zaterdag 13 september 2014.
En de "gelukkige" geselecteerde nagelneue PV-eigenaar
was het sportpark van USV
Elinkwijk langs het Amsterdam-Rijnkanaal, aan de noordrand van de
Domstad Utrecht.
Op deze pagina volgt
ten eerste een foto verslag van het leuke feestje. Maar, u kent Polder
PV, ook wordt uitgebreid stilgestaan bij het verschenen rapport over deze
mijlpaal. En worden zaken bediscussieerd, kritisch tegen het licht gehouden,
en in perspectief geplaatst.
Fotoreportage
Polder PV toog met
de trein naar Utrecht Centraal, en vanaf de infrastructuur chaos rond
het station met de oude, trouwe vouwfiets noordwaarts. Hij kwam onderweg
langs dit leuke PV-systeem aan de Kerkweg. Wat natuurlijk net zo goed
"een kandidaat" voor het behalen van de eerste GWp had geweest,
als het net was opgeleverd. Zoals talloze andere nieuwe PV-installaties,
klein of groot, elders in het land (ik heb ook al weer enkele nieuwe systemen
gezien in Leiden en omstreken).

Dat mocht
verder de pret niet drukken natuurlijk, al moest ik nog bijna 4 kilometer
peddelen langs het Amsterdam Rijn-Kanaal (waar veel vieze steenkool over
wordt getransporteerd), om bij het sportpark Elinkwijk te komen (Google
Maps link). Dat ligt trouwens zo'n beetje tegenover het Bedrijventerrein
Lageweide (ZW zijde AR-Kanaal), waar het actieve Energie-U,
co-organisator van deze dag, helaas eind januari dit jaar in
het stof moest bijten met hun plannen voor een windpark. Wat op hevige
weerstand stuitte ook al was het midden in een omvangrijk bedrijventerrein
gepland, zouden de Utregters er van mee kunnen profiteren, en staan er
ook nog eens hoge bomenrijen langs beiden zijden van het kanaal (kunt
u zelf vanuit uw luie stoel zien...).
Midden
op het sportterrein stond een kleine schuur, en daarop zou "het"
dan gaan gebeuren. Het dak was afgeschermd met twee rode dunne doeken.
Wat zou daar toch onder schuil gaan?

Het programma
was wat voordrachten / presentaties betreft een beetje aan de lange kant
(sommige mensen liepen na een tijdje weer weg), maar de zon brak door
dus het was voor de PV-o-fielen goed uit te houden.
De wind,
de, laten we wel wezen, grootste contribuant van wat in Nederland "duurzame
elektriciteit" wordt genoemd, namelijk in 2013 5,4 van in totaal
12,5 TWh (ruim 43% volgens
CBS Statline), vond dat het allemaal kennelijk wat te lang duurde.
En lichtte tijdens de presentaties alvast een flink deel van de doeken
omhoog om te laten zien waar we vandaag voor waren gekomen: zonnepanelen.

KLIK op
foto voor uitvergroting
"Wind
helpt zon" - Aeolus vond het allemaal kennelijk te lang duren
en liet - geholpen door de door zonlicht veroorzaakte drukverschillen
in de atmosfeer - alvast wat van het blauwe moois zien. Vlnr. Ronald Franken
(ODE), Frank Boon (Wij Krijgen Kippen), vertegenwoordiger van co-organisator
Hivos, ditto van Utrechtse energie coöperatie Energie-U, Wilfried
van Sark (Univ. Utrecht, Stichting Monitoring Zonnestroom, hier ook afgekort
gebruikt als "SZ", opsteller van het rapport), en natuurlijk
welbespraakt dag presentator IJmert Muilwijk (voorzitter van ODE).
Zowel
van Sark als Franken probeerden op overtuigende wijze doen voorkomen dat
de theoretische 1.000.000,000e "watt" aan zonnestroom vermogen
"uiteraard" in Utrecht zou zijn geplaatst. En dat over een paar
tot xx jaar wat hen betreft ook de 2e resp. 10e Gigawatt gerealiseerd
zouden worden in het Utrechtse domein. Het is ze natuurlijk gegund, maar
de 1e Gigawattpiek kan wat Polder PV betreft net zo goed in Vaals (L),
in Delfzijl (Gr), op Texel (NH), in Sluis (Zld), of, laten we ook eens
brutaal wezen, in de oude, respectabele studentenstad Leiden (ZH) zijn
geplaatst. Wat mij betreft mag heel Nederland die 999.999.999e én
de 1.000.000.000e Wattpiek claimen (al kan er maar één het
werkelijk zijn geweest). Maar wannéér precies die 1e GWp
is (of wie weet zelfs nog zal moeten worden) "vol gemaakt" weet
niemand, laten we wel wezen.

KLIK
op
foto voor uitvergroting
Natuurlijk
was bij dit feestje het "obligate" politieke vragenrondje ingepland.
Er werd weer even gekissebist tussen lokale politici over invulling van
duurzame doelstellingen, waarbij maar weer eens de prehistorische modaliteit
"kernenergie" van wat stof werd ontdaan (door lokaal CDA fractie
voorzitter Sander
van Waveren, rechts op foto, in navolging van een post-komkommertijd
oprisping
van landelijk CDA politicus Buma). En dat terwijl die gratis Koperen Kernfusie
Ploert bij iedereen vandaag hevig in de nek stond te branden... Zand erover.
De meest
zinnige bijdragen waren van Gerben
Jan Gerbrandy, D'66 EU parlementslid (met een grote visie, waarbij
de beruchte postcoderoos als "gepruts in de marge" werd gekwalificeerd
...), midden met lichtblauw jack. En van de vlijtige CU energie specialiste
Carla Dik-Faber,
links op de foto. Ze vuurt regelmatig kritische vragen af op Economische
Zaken, en gaat inhoudelijk in op problemen rond, onder anderen, het gedrocht
genaamd postcoderoos voor decentrale energie opwekking (zie o.a. deze
bijdrage). Ze brak op deze feestelijke dag ook weer een lans voor
eerlijke beprijzing van energie, dus externe kosten internaliseren cq.
energiebelasting met name over CO2 intensiteit van geleverde energie.
We mogen hopen dat die voorstellen in de Tweede Kamer niet op het ambtelijke
EZ beton zullen stuk lopen (wat zeer goed voorstelbaar is). Maar het "moet"
natuurlijk zo spoedig mogelijk worden ingevoerd. Op een vraag van mij
wanneer we eindelijk een Ministerie voor Duurzame Ontwikkeling mogen verwachten
antwoordde ze dat ze er beslist werk van wilde maken om bij de Macro-Economische
Verkenningen meer "People & Planet" te gaan betrekken (zie
ook Tweet
van Duurzame Buren). Weliswaar geen antwoord op mijn vraag, maar bemoedigend
dat ze in ieder geval ook meer "zachte" prioriteiten wil gaan
bepleiten in het "harde" energiewereldje van de EZ doctrines
in Den Haag.

KLIK
op
foto voor uitvergroting
Hoogste
tijd voor "de onthulling". Die werd verricht door de (duo-)
voorzitter van USV Elinkwijk, Ronald van Eijk, links, twee in de clubkleuren
gestoken voetballers-in-de-dop, en, in toepasselijk eigeel gekleed, Lot
van Hooijdonk, rechts. Mevrouw van Hooijdonk is Utrechts
wethouder voor GroenLinks, met o.a. duurzaamheid en verkeer in de
portfolio, en een bekende persoonlijkheid op
Twitter. De doeken mochten van de eerder al "door schemerende"
blauwe multikristallijne modules worden afgetrokken.
... en
dan volgt natuurlijk het "persmoment" waar iedereen z'n eigen
invulling aan gaf. Deze is van de hand van Polder PV:

KLIK
op
foto voor uitvergroting
Zo, "die
ligt er", weer tien modules van - vermoedelijk - 250 Wp, wat een
systeemgrootte van rond de 2 en een halve kWp doet vermoeden. Moderne
multikristallijne zonnepanelen met 3 "busbars" over de celrijen.
Het spandoek mag u met een korreltje zout nemen, maar u mag er ook van
genieten... ;-)

KLIK
op
foto voor uitvergroting
Mevrouw
van Hooijdonk mocht "een" stekker in "een" contrastekker
steken, waarbij ik u niet zal verklappen hoe op het zeer zonnige moment
een - geschat - momentaan vermogen van zo'n 2.000 Watt AC (uit een installatie
van 2,5 kWp) die zuinige spaarlamp - van geschat 20 Watt - op het tafeltje
aan heeft weten te sturen zonder dat er vreemde zaken zijn geschied. Misschien
had IJmert daar ook zo zijn gedachten over, gezien zijn blik...
Na de
onthulling kregen we van USV Elinkwijk nog een heerlijk glas champagne
aangeboden, waarvoor grote dank. Uiteraard hebben we de wandelgangen weer
belopen en wat contacten verstevigd (waar onder een bekende van Twitter,
die ik nu eindelijk eens in "levende lijve" kon ontmoeten) ...
We "moesten"
natuurlijk ook op een groepsfoto voor de installatie, "zoekt
en gij zult vinden"... Ik heb zelf een plagerige shot gemaakt,
en met Paint Shop bewerkt om aan te geven dat je wel "1 GWp"
kunt claimen, maar dat je er ook de draak mee kunt - en natuurlijk, het
is een vrij land, mag - steken.

KLIK
op
foto voor uitvergroting
Tip:
een modern kristallijn zonnepaneel heeft vaak een "geflasht"
gelijkstroom vermogen van 250 Wp, en bevat 60 zonnecellen die elk dus
een nominaal STC vermogen hebben van ongeveer 4,2 Wattpiek per stuk ...

KLIK
op
foto voor uitvergroting
Sfeerplaatje
met gadget van Energie U. Zonnestroom: van piepklein (voorgrond) via commercieel
#nobrainer (achtergrond) naar ... wellicht binnen een paar jaar een Utregs
zonnestroompark? Aan die blauwe lucht zal het niet liggen, in ieder geval...
Tijdens
het "afbreken" van de festiviteit hardware verscheen opeens
een mobiel van een "soort" waar ongetwijfeld nog boeken over
vol geschreven gaan worden, om de spullen af te voeren...:

KLIK
op
foto voor uitvergroting
We hopen
natuurlijk
dat die mooie witte auto niet op zwarte kolenstroom is geladen, in de
avonduren (de bijna 1,25 GW grote kolengestookte Amer
centrale van RWE/Essent - met biomassa en gas bijstook - is maar 50
kilometer verwijderd van Utrecht noord, in Geertruidenberg).
In ieder
geval kan Elinkwijk zichzelf op de borst kloppen dat een klein stukje
van hun intensieve energievoorziening op elektrisch vlak nu is verduurzaamd.
Waarvoor uiteraard de complimenten.

^^^
Elinkwijk "gaat" voor de 1 miljardste wattpiek. Immers: op elke
vierkante meter dak
passen zonnepanelen. #nobrainer
Rapport
Stichting Zonnestroom
Op de
website van Stichting Zonnestroom is inmiddels het door ODE gevraagde
- en op deze feestelijke dag aan de "notabelen" uitgereikte
rapportje verschenen. Met daarin een verhandeling hoe dat "medio
september staat er 1 GWp aan PV capaciteit" sommetje is berekend.
Daarin ook diverse grafieken van de hand van Polder PV, die ik eind juli
al had gepubliceerd (artikel
24 juli 2014), en een ververst exemplaar wat ik aanvankelijk voor
The Solar Future in mei had geopenbaard,
en een update daarvan had gedaan in mijn laatste CertiQ revisie van augustus
2014 (8 sep.
2014). Ik heb het rapport bekeken, en wil er toch wat zaken uit lichten.
De feestvreugde is inmiddels achter de rug, en het is goed om kritisch
te blijven op cijfers en abstracties daarvan.
Ruwe
prognoses al van langer geleden bij Polder PV
Polder
PV heeft trouwens al anderhalf jaar geleden scenario's tijdens TSF V in
Eindhoven laten zien hoe de evolutie van de PV-capaciteit zou kunnen
gaan verlopen bij verschillende aannames over groeitempo's van de markt
(artikel 3 oktober
2013, zie ook power
point presentatie). Die eerste grafiek was al snel verouderd, omdat
CBS met nieuwe - behoorlijke hogere - cijfers kwam eind van dat jaar (op
basis van updates van mijn leverancierslijsten). Voor The Solar Future
NL VI heb ik in mei 2014 al een te verwachten "1 GWp feestje"
aangekondigd als "inkoppertje", nadat tijdens de 2e Solar Solutions
beurs in Vijfhuizen ook al een tongue-in-cheek "5
miljoenste zonnepaneel event" was gevierd, medio april 2014 (dia
23 van mijn presentatie):

^^^
Screenshot uit New
Energy video van presentatie Polder PV tijdens
The Solar Future NL VI in Amsterdam, 27 mei 2014.
Voor
de zesde TSF conferentie in mei dit jaar heb ik een nieuwe prognose grafiek
gemaakt (laatste dia van presentatie,
nr. 26). Ik kom hier later op deze pagina nog op terug, maar wil hier
wel een detail uit mijn presentatie laten zien (NB: "NAP" slaat
in deze grafiek op "Nationaal Actieplatform Zonnestroom", zie
ook laatste paragraaf):

Ik had
twee hoofdscenario's in die m.b.v. Excel uitgewerkte grafiek zitten (vertikale
as in MWp op gesteld vermogen). Die bedoeld waren om aan het publiek te
laten zien wat er zou moeten gebeuren aan groei om de "Urgenda
doelstelling" van 24,8 GWp in 2030 te kunnen halen (onderdeel
van hun "NL 100% duurzaam in 2030" programma). De dikke rode
lijn geeft de "historische groei" van PV-capaciteit
in NL, tussen 2012 en 2013 weer (laatste cijfers CBS, die in theorie nog
zouden kunnen worden bijgesteld). En, na de "knik", het "noodzakelijke"
verloop bij continue groei tm. 2030 (om aan het "Urgenda
doel" te geraken). Die lijn komt eind 2014 (in grafiek weergegeven
als de dikke vertikale zwarte, gestreepte lijn) ongeveer op 889 MWp uit
(accumulatie). Echter, ik heb in mei dit jaar ook voorspeld dat er mogelijk
twee "ingrepen" in de markt komen. Ten eerste de "afbouw"
van de salderingsregeling (die ik toen nog per 2017 in liet gaan, omdat
Henk Kamp nog geen - verbale - verzekering "pas vanaf 2020"
had gegeven). En mogelijk later nog een "ingreep" van netbeheerders
die allerlei onzinnige barrières in de markt zouden kunnen
gooien om de autonome groei van decentale PV af te remmen.
Als je
met die "knik punten" rekening houdt, en je toch het
genoemde Urgenda doel wilt halen, moet je een fors hogere groei
in het begin hebben om de volumes te realiseren waarmee - met veel lagere
groei in latere jaren - toch een vergelijkbaar eindresultaat
in 2030 kan worden gehaald. Dat heb ik laten zien in de dikke groene lijn,
waarbij je aanvankelijk een jaarlijkse groei van 60%/jaar tm. 2017 moet
realiseren (waarna de groei op een fors lager pitje zou komen te liggen).
Die groene lijn komt in dat scenario in 2014 op ruim 1.150 MWp uit. Wat
dus aardig "in lijn" lijkt te liggen met de "redelijk realistische"
prognoses die ik op basis van nieuwe cijfers van Netbeheer Nederland heb
gemaakt voor eind dit jaar (die cijfers van NN waren nog niet bekend
in mei 2014, die werden pas op 15 juli gepubliceerd).
Het
rapport
Ik ga
in deze paragraaf in op enkele zaken die me opvielen in het rapport van
Stichting Zonnestroom (SZ) over het "mogelijke bereiken van 1 GWp
vermogen medio september 2014". Ik pak daarbij de belangrijkste punten
van aandacht (ik heb meer vraagtekens bij diverse claims).
(1)
Inconsequenties berekening "verwachte" stroomproductie
Geclaimd
wordt dat eind 2013 de door CBS eerst gerapporteerde 722 MWp opgesteld
volume "goed voor 0,5% van de Nederlandse stroomproductie" zou
zijn (p. 6 van het rapport). De "absolute" getallen worden daarbij
niet genoemd, die zijn als volgt volgens CBS data.
504 GWh
"met oude kengetallen berekende" zonnestroom productie in 2013
(zie deze CBS
StatLine tabel, het gedetailleerdere
exemplaar is helaas gestopt per 2012/2013...). In totaal werd er in
2013 volgens de eerste cijfers 98.574 GWh elektriciteit geproduceerd (CBS
Statline), waardoor het aandeel zonnestroom dus neerkwam op 0,51%.
Echter, laatstgenoemde tabel laat ook zien dat het totale stroom aanbod
inclusief reusachtige import (minus export), en dus ook het fysieke verbruik
van elektriciteit in 2013 neerkwam op 119.614 GWh. Dat is een eerlijker
vergelijkings-criterium wat beslist niet onvermeld mag blijven: dan houd
je op het totale verbruik nog slechts 0,42% (berekende) zonnestroom productie
over voor dat jaar.
Het blijven
grove schattingen waarbij nog steeds met de verouderde kengetallen wordt
gerekend (700 kWh/kWp.jaar voor netgekoppelde, 400 kWh/kWp.jaar voor off-grid
systemen*). Later wordt op pagina 12 van
het rapport, met de "berekende" 1 GWp medio september echter
uitgegaan van de door Universiteit Utrecht / Stichting Zonnestroom eerder
dit jaar bijgestelde 875 kWh/kWp.jaar (geen installatie typering, bedoeld
wordt waarschijnlijk netgekoppeld), in tabel 2.1. Daar wordt met de hypothetische
(ook weer "berekende") "1 GWp" en 875 kWh/kWp.jaar
(correcte eenheid, in tabel is "jaar" vergeten) een verwachte
"jaarlijkse productie van ongeveer 875 miljoen kWh" (= 875 GWh)
gerekend.
CBS rekent
echter nog steeds met de oude kengetallen, en indien "autonoom"
ongewijzigd zou blijven steken op 5 MWp (al jaren, hoogst onwaarschijnlijk,
ongewijzigd, volgens StatLine),
zou je met "995 MWp" netgekoppeld en 5 MWp autonoom volgens
de vigerende CBS systematiek met totaal 1 GWp capaciteit slechts op 699
GWh "verwachte jaarproductie" komen. Dik 20% minder dan SZ berekent.
Daarbij moet ook nog worden gezegd dat CBS zelf over hun klassieke berekende
stroom productie een marge van 20% aanhoudt, dus een afwijking van de
berekende productie "volgens SZ" kan nog fors verder oplopen
in het slechtste geval. Overigens is het wel zo dat CBS van plan is om
het nieuwe kengetal (875 kWh/kWp.jaar, kalenderjaar productie daarmee
berekenen op basis van de veronderstelde capaciteit halverwege
dat jaar) in het voorjaar van 2015 te gaan invoeren volgens hun net gepubliceerde
jaaroverzicht
over 2013 (p. 53). En wel: met terugwerkende kracht vanaf de artificiële
ingangsdatum 1-1-2011...
Zie ook
verder de deliberaties van Polder PV over de CBS cijfers in zijn artikel
van 30 augustus jl.
*
Markt segmentatie CBS
Stichting Zonnestroom laat zich er niet over uit, maar suggereert
in hun figuur 2.1 dat er "cijfers" bekend zouden zijn
gemaakt voor de modaliteiten "off-grid" capaciteit,
en PV-vermogen bij/in eigendom van energiebedrijven. Echter, de
StatLine
tabel die deze modaliteiten zou moeten bijhouden, heeft lege
velden voor 2013, en deze segmenten zijn dus zelfs bij CBS niet
meer "bekend". Derhalve zouden ze eigenlijk ook niet
meer in "nationale statistieken" en afbeeldingen daarvan
mogen worden opgenomen.
Ik
heb eerder al melding gemaakt van het zeer slecht bekend zijn
van de sector "autonome systemen". Die volgens mij ook
behoorlijk gegroeid moet zijn, denk aan het explosief
toegenomen aantal kampeerauto's, die vaak met een zonnepaneel
worden uitgerust. Ook in de pleziervaart zie je vaak 1 of meer
zonnepanelen op of boven het dek gemonteerd.
Maar
ook de energiebedrijven hebben niet stilgezeten en diverse PV
projecten opgeleverd. Hoeveel vermogen dat betreft is nog ongewis,
maar gezien de al met vette SDE subsidies gezegende twee 1 MWp
parken die GDF-SUEZ / Electrabel dit jaar nog in
Zwolle en Nijmegen wil gaan bouwen, gaat hier dus de komende
tijd ook de nodige capaciteit mogelijk niet meer "toegerekend"
worden aan die vele jaren tot en met 2012 door CBS bijgehouden
"deelcategorie"...
|
Ondertussen
zijn nieuwe analyses van data uit Klimaatmonitor naar voren gekomen die
weer vraagtekens zetten bij "gemelde" capaciteiten in het PIR
register, wat daar het grootste - maar niet het enige - dossier is. Zie
daarvoor mijn analyse verderop
in deze beschouwing. Een van die grote projecten was Royal
Lemkes in Bleiswijk, met ruim 724 kWp aan Chinaland Solar PV-modules,
waar ik die ochtend en middag nog langs ben geflitst in de trein tussen
Den Haag Centraal en Gouda...
Dit geeft
al aan dat ook bij het PIR register nog steeds vraagtekens open blijven
staan, zoals bij alle gepubliceerde cijfers voor ons land. Als daar niet
"alles" wat beslist al (soms lang) bestaat/is opgeleverd in
is opgenomen, zijn de daarin geaccumuleerde volumes dus sowieso al als
een absoluut minimum te beschouwen. Als er véél "grote"
projecten niet in dat register blijken te staan (lastig om uit te zoeken
indien al veel capaciteit in het betreffende gebied staat opgesteld),
kan dat nog aardig wat volume schelen. Al is de omvang vooralsnog onbekend.
In ieder geval is na lange tijd in het PIR register ontbroken te hebben,
het grootste project van Nederland, 2,3 MWp Floriade dak in Vijfhuizen
(Haarlemmermeer), inmiddels wel opgenomen. Dat is dan een "positieve"
aanpassing geweest van de betreffende netbeheerder, Liander. Die tussen
februari en juli van 2014 echter ook dramatische hoeveelheden vermogen
uit het register heeft geschrapt, zonder daar zelf ruchtbaarheid aan te
geven (analyse).
(2)
Cijfergegoochel rond CertiQ data
Van
het stukje over CertiQ in het SZ rapport (p. 8) kreeg ik een beetje hoofdpijn,
want er staan nogal wat fouten in. Ik som ze hier op:
- Het bijschrift
bij de van mijn website overgenomen figuur 2.3 klopt niet: CertiQ registreert
niet uitsluitend "SDE en SDE+" vermogen in hun database, zoals
in het onderschrift wordt weergegeven. Er zit ook nog een substantieel
volume oudere MEP installaties bij, wat ik ook regelmatig benadruk in
mijn maandelijkse CertiQ analyses. Ergo, het onderschrift had moeten
luiden: "het totaal aan MEP en SDE en (dan wel: inclusief)
SDE+ capaciteit in MWp".
- SDE"+"
regeling bestaat niet "sinds 2010" zoals geclaimd, maar sinds
de SDE 2011 regeling werd geïntroduceerd, waarbij de facto
particulieren uit de SDE werden geschopt toen de beleidsambtenaren van
Maxime Verhagen de minimum deelname / acceptatie grens opschroefden
naar projecten vanaf 15 kWp (oorspronkelijk 601 Wp, per SDE 2010 minimaal
1 kWp).
- De "SDE+"
heeft helemaal géén "cap", waarbij SZ suggereert
dat dit een "limiet ten aanzien van de grootte van het systeem"
zou hebben betroffen. Feit is, dat SDE 2008 gelimiteerd was op maximaal
3,5 kWp (en er minimaal 601 Wp moest worden aangevraagd, anders werd
de aanvraag door destijds nog SenterNovem geshredderd), dat in SDE 2009-2010
er twee categorieën waren die "gemaximeerd" werden op
15 resp. 100 kWp (met wijzigingen voor de laagste vermogens, en de te
subsidiëren opbrengsten). Dat met SDE 2011 (lees: "invoering
van SDE+") de vermogens-maximering van 100 kWp werd opgeheven,
en er vanaf die regeling zelfs ook voor "niet dak cq. gebouw-gebonden"
PV-systemen subsidie kon worden aangevraagd (dus ook in theorie voor
vrije-veld installaties). Wel is er tot en met SDE 2010 een maximaal
subsidiabele specifieke productie van 850 kWh/kWp.jaar geweest
(ook al produceerde je meer, alleen voor dat deel kreeg je
de subsidie). En dat vanaf SDE 2011 die "subsidiecap" is opgetrokken
naar maximaal 1.000 kWh/kWp.jaar (echter, nogmaals, zonder maximering
op te installeren capaciteit van de PV generator!). Er zijn installaties
die meer dan 1.000 kWh/kWp.jaar kunnen halen, maar die moeten dan wel
geoptimaliseerd zijn, geen schaduw kennen, en bij voorkeur in de zonlicht
rijkere regionen van Nederland staan. In dat geval zal een relatief
bescheiden deel van de "meeropwek" geen SDE "+"
subsidie krijgen (maar kan wel intern worden verbruikt of, bij overschot,
aan een leverancier worden verkocht voor een paar cent/kWh).
- "Eind
2013 88,5 MWp iets meer dan 10% van totaal vermogen in NL". Feit:
De definitieve eindstand voor 2013 kennen we nog helemaal niet,
want er was toen een grote herinschrijvings-operatie gaande bij CertiQ.
Het hoogste eindcijfer voor 2013 is gerapporteerd in de maand november
(CertiQ rapport 1 dec. 2013), 88,241 MWp. Maar omdat er op 1 januari
2014 nog maar 11.060 participanten stonden ingeschreven (1 dec. 2013:
11.088), moet daar nog capaciteit ontbreken. Het is afwachten wat de
"definitieve" cijfers van CertiQ voor 2013 nog gaan opleveren
(dat zal trouwens niet veel schelen met het geschatte vermogen van 88,5
MWp).
- Als het
"88,5" MWp zal zijn geweest, is dat 12,3% van het totale,
door CBS op 26 mei voor het eerst gerapporteerde eindejaar-cijfer voor
2013 (722 MWp) geweest. Daarbij is de door SZ gemelde "iets meer
dan 10%" een wat magere kwalificatie.
- "Kwalijker"
is de suggestie "Het aandeel zonnestroom van voor 2010 is toe
te schrijven aan de toen geldende SDE-regeling voor particulieren".
Waar SZ dat vandaan haalt weet ik niet, maar ik wil daarbij hier
het volgende stellen.
(a) Er is zelfs door bedrijven gebruikt gemaakt van
SDE 2008 - SDE 2009 categorie "klein" (!!). Waarvan NS werkplaats
Tilburg met hulp van ne-gen-en-tach-tig SDE 2008 beschikkingen "klein"
(gemaximeerd op 3,5 kWp per stuk!) uiteindelijk een PV-installatie van
189 kWp heeft gekregen. Wat waarschijnlijk in de berichtgeving van SZ
beslist te kwalificeren zou moeten zijn als een "grootschalig",
en beslist NIET "particulier" PV project. Geïnstalleerd
door bepaald geen "kleine" speler als DEC/VolkerWessels (project
pagina).
(b) Ook een "berucht" exemplaar is het uitvoerig door mij
beschreven
Klepperstee project bij Ouddorp op Goeree Overflakkee, wat acht-en-vijf-tig
SDE 2009 "klein" beschikkingen van elk (max.) 15 kWp kreeg
toegewezen door SenterNovem, daarbij handig gebruik makend van een glitch
in het oerwoud van "voorwaarden" (voor categorie "groot"
gold beperking aan/op een gebouw, die beperking waren de EZ ambtenaren
"vergeten" in te bouwen voor SDE 2009 "klein" !!).
En uiteindelijk, na een hoop gedoe met de Provincie, met die stapel
SDE beschikkingen in de hand een voor NL begrippen beslist "grootschalig"
project van 844 kWp wist te realiseren! Voor zover mij nu bekend nog
steeds het 8e grootste bestaande PV project van Nederland...
(c) Er zijn trouwens ook particulieren die een MEP beschikking hebben
voor een zonnestroom installatie (ik ken er twee, er zullen er beslist
meer zijn). Het aantal is onbekend, maar ze zijn er, naast de dominante
aanwezigheid van grote installaties als Floriade dak van NUON/Siemens
(je kon tien jaar lang 9,7 eurocent/kWh subsidie beuren mits je een
bruto productiemeter liet installeren). Eind maart 2008, vlak voor de
eerste SDE regeling officieel werd geopend, waren er volgens de laatste
historische cijfers van CertiQ (in bezit van Polder PV) 619 participanten
bij CertiQ met een geaccumuleerd vermogen van 12,3 MWp. De gemiddelde
systeemgrootte was toen 19,9 kWp, wat sterk is vertroebeld door grote
projecten als 2,3 MWp Floriade dak, 674 kWp Ecopark Waalwijk, 518 kWp
Blijdorp Oceanium, etc. Als je slechts die 3 er af haalt, duikt dat
systeemgemiddelde al naar 14,3 kWp/installatie.
De formulering
in het SZ rapport, met verwijzing naar mijn CertiQ grafiek, doet vermoeden
dat ze de "gerealiseerde capaciteit vóór 2010"
(ruim 20 MWp) lijken toe te schrijven aan de SDE regeling(en). Echter,
al een substantieel deel van die capaciteit betreft niet SDE-gesubsidieerde
installaties, maar al vele jaren lang zonnestroom producerende systemen
met MEP subsidie (ruim 12 MWp sinds maart 2008)...
(d) Er zijn echter in de loop van de tijd ook, wat (nog) gesubsidieerde
MEP installaties betreft, alweer de nodige uit het subsidie administratie
systeem verdwenen. In het MEP/SDE jaarverslag van RVO.nl over 2013 (peildatum
1 maart 2014) wordt nog maar melding gemaakt van 490 beschikte (gesubsidieerde)
MEP projecten met een gezamenlijk vermogen van nog maar 9 MWp (opgegeven
cijfer is afgerond). Dit betekent echter beslist niet
dat de betreffende "niet meer door RVO geadministreerde" oude
MEP installaties zijn afgebroken. En/of dat ze niet meer bij CertiQ
staan "geregistreerd". Alleen, dat ze geen MEP subsidie meer
krijgen. Het verschil met de CertiQ cijfers is een substantieel volume
van 3,3 MWp op peildatum 1 maart 2014.
Onwaarschijnlijk is dat al die capaciteit, als je bijvoorbeeld met een
volume van een ouder type 125 Wp/module zou rekenen, "goed"
voor zo'n 28.000 oude zonnepanelen, al zou zijn "afgevoerd".
Waarschijnlijk is dat het merendeel gewoon nog stroom levert op de plek
waar ze vele jaren geleden zijn geïnstalleerd.
(e) De conclusie
van dit alles moet sowieso luiden dat de suggesties van SZ, "alleen
particuliere installaties" voor (SDE) 2010, en/of "particulieren
(alleen in) SDE voor 2010" niet kloppen.
- Een volgende
frase in het SZ rapport is ook merkwaardig gezien het beschikbare cijfermateriaal,
"Met de huidige gegevens schatten we het totaal aan SDE+ aan
grootschalige geïnstalleerd vermogen aan zonnestroom op ongeveer
70 MW. Dit betekent dat 18,5 MW aan vermogen aan zonnestroom geïnstalleerd
is door particulieren". Klopt dit? Neen.
(a) Laatst bekende cijfers RVO.nl van
1 juli 2014, realisaties SDE 2008-2012 (alle SDE-gesubsidieerde
PV installaties, "klein" en "groot"): 9,8 + 22,3
+ 17,5 + 16,7 + 4,0 + 8,0 = 78,3 MWp. De laatst bekende stand van CertiQ
(= MEP + SDE) was: 105,727 MWp eind
augustus 2014. Eind maart 2008 stond er 12,309 MWp genoteerd bij
CertiQ (historische revisie data in bezit van Polder PV), wat "MEP
vermogen" moet zijn geweest. SDE ("alle PV
projecten" onder alle regelingen, van SDE 2008 tot en met "SDE+"
2013) zou dus geaccumuleerd 93,4 MWp moeten kunnen
hebben bij CertiQ (status eind aug. 2014). Let op dat het "MEP/SDE
jaarverslag" over 2013 (pdf),
gepubliceerd in juni 2014, cijfers bevat met peildatum 1 maart 2014,
die zijn dus alweer verouderd t.o.v. dat laatste halfjaar overzicht.
(b) RVO geeft in de laatste halfjaarlijkse updates helaas geen segmentatie
meer voor "SDE klein cq. SDE groot". De laatste maal dat dit
geschiedde was in de update van 1 juli 2012. Voor de "SDE groot"
(alle regelingen vanaf SDE 2009, minimaal 15 kWp per
project, naast "SDE klein" tm. SDE 2010!) werd toen genoemd:
8,9 (SDE 2009) + 2,5 (SDE 2010) + 1,7 (SDE 2011) = 13,1 MWp. Voor de
"SDE klein" (waar dus óók bedrijven via handige
truuks van gebruik hebben kunnen maken, zie boven, al zal dat beslist
bij het totaal geen groot volume zijn geweest) was dat toen 8,7 (SDE
2008) + 10,9 (SDE 2009) + 11,2 (SDE 2010) = 30,8 MWp. In totaal was
er op die datum 43,9 MWp "gerealiseerd SDE vermogen" bekend
bij de voorganger van RVO.nl (Agentschap NL).
(c) "Gelukkig" kunnen we in de steeds interessanter wordende
Klimaatmonitor
database details van die oudere regelingen vinden. Die zijn daar
namelijk uitgesplitst in realisaties bij "particulieren"
respectievelijk "organisaties". Waarbij de laatstgenoemde
categorie natuurlijk ook "bedrijven" zal moeten bevatten.
Voor "particuliere" realisaties zijn met name (doch niet exclusief,
zie verder!) de SDE regelingen 2008 tot en met 2010 relevant.
Apart is echter hierbij, dat zelfs voor SDE 2011, die slechts beschikbaar
was voor installaties vanaf 15 kWp, toch ook nog een contingent "particulieren"
wordt genoemd (!). Dit zijn waarschijnlijk kleine boeren, kleine instellingen,
e.d. geweest, en/of, wellicht, de wat beter bedeelde Nederlanders, die
minimaal 15 kWp op hun dak(en) kwijt konden, niet als "organisatie"
of "bedrijf" konden worden aangemerkt, en die de sprong in
het diepe hebben gewaagd bij het aanvragen van SDE "+" subsidie
in dat jaar. Gezien onderstaande tabel is dat een "relatief klein,
maar beslist niet weg te gummen" volume van 819 kWp geweest op
peildatum 1 maart 2013. Het laatst genoemde jaardossier, SDE 2012, bevatte
toen (nog) geen data, dus daar is nog niets over te zeggen.
Hierbij natuurlijk ook weer een waarschuwing: het hoeft niet zo te zijn
dat genoemde categorieën bij Klimaatmonitor voor genoemde SDE jaargangen
overeenkomen met de categorieën "klein" resp. "groot".
Maar waarschijnlijk lijkt het wel. In onderstaande tabel heb ik ook
de stand van zaken een jaar later, peildatum 1 maart 2014 met afgeronde
getallen in het MEP/SDE jaarverslag 2013 van RVO.nl toegevoegd, evenals
de voorlopige eindstand van MEP + SDE bij CertiQ per 1 september 2014.

KLIK op
plaatje voor uitvergroting
Uit deze reken excercitie volgt dat voor de "categorie particulieren"
volgens uitgangspunt van Klimaatmonitor er mogelijk gerekend kan worden
met 19,5 MWp tot aan peildatum 1 maart 2014. Wat iets hoger is dan de
schatting van SZ (18,5 MWp tot en met eind 2013). Daarbij wel de aantekening,
dat er een forse wijziging is geweest per SDE 2011. Want het systeemgemiddelde
bij genoemde "particulieren" lag in de SDE jaren 2008-2010
tussen de 2 en 4 kWp in. Het formaat van de ons bekende "klassieke
kleine Nederlandse residentiële PV systemen". In 2011 was
dat zelfs bij de categorie particulieren fors gestegen naar ... gemiddeld
31,5 kWp (205 gerealiseerde beschikkingen in die categorie)! Dat heeft
er waarschijnlijk mee te maken dat bijvoorbeeld boeren e.d. als "particulier"
(kunnen) hebben aangevraagd, en een schuurdak hebben laten vol leggen.
De crux is natuurlijk: reken je zo'n dak met grofweg 158 modules van
200 Wp (toen "gangbaar") tot een categorie "groot",
of wellicht beter tot een categorie tussen "residentieel"
(klein) en "zakelijk groot" in? Een vervolgvraag zou moeten
luiden, "waar begint de categorie grootschalig eigenlijk?"
Als daar geen duidelijkheid of consensus over is, heeft het ook weinig
zin om onderscheid te maken tussen "particulieren" en "grootschalige
toepassing" van PV, zoals Stichting Zonnestroom lijkt te doen,
ook gezien de data die Klimaatmonitor opgeeft. Verder is er nog geen
duidelijkheid over eventuele toegevoegde capaciteit op conto van "particulieren"
in regelingen vanaf SDE 2012 (inclusief eventueel nog bij te werken
capaciteit van eerdere regelingen) bij Klimaatmonitor. En daarbij is
ook nog het volume aan capaciteit bij "particulieren" binnen
de MEP regeling onbekend (onderdeel van de totalen bij CertiQ).
(d) Voor de SDE "klein" (maximaal 15 kWp,
in SDE 2008 zelfs maar max. 3,5 kWp) wordt door Polder PV afgeschat
dat het totaal op peildatum 1 juli 2014 zo'n 35 MWp "gerealiseerd"
kan hebben bedragen tm. SDE 2010. Zoals
geschetst, hebben zelfs bedrijven van die categorie gebruik kunnen maken.
Een bekend ander project betrof de flats
van Heuvelrug in Driebergen, waar maar liefst 129 SDE 2008 beschikkingen
zijn ingezet, en en een vermogen van bijna 248 kWp is gerealiseerd.
Weliswaar zijn daar huishoudens die via kostenreductie van de stroomnota
voor de centrale voorzieningen profiteren, maar dit kan niet anders
dan als een "grootschalig" project worden gekwalificeerd.
Wat op gespannen voet staat met de kunstmatige verdeling "particulier"
versus "grootschalig". Een nog duidelijker voorbeeld is het
ook door het gefailleerde Energieker getrokken "grootschalige"
176 kWp project
voor huurwoningen van Ymere, waarbij alle betreffende huurwoningen
zelfs een SDE bruto productiemeter én een op afstand uitleesbaar
monitoring apparaat hebben gekregen: zeer duidelijk "toepassing
particulier", maar als project impliciet "grootschalig".
(e) Als we de uitspraak letterlijk nemen, "het totaal aan SDE+
projecten", kan er alleen maar naar de SDE 2011 regelingen en later
worden verwezen, daarvoor bestond het "fenomeen SDE+" immers
nog helemaal niet. Terug grijpend op de laatste gegevens van RVO.nl
en CertiQ, kan dat alleen maar om een volume van (106 MWp CertiQ per
1 sep. 2014 minus minimaal 49 MWp SDE 2008-2010 RVO.nl per 1 maart 2014
=) minimaal zo'n 57 MWp aan "grootschalige" (>= 15 kWp)
realisaties zijn gegaan. Dat ligt nogal ver van de door SZ geschatte
70 MWp af, zelfs al zou je rekening houden met nog een late invulling/registratie
van oudere SDE 2008-2010 projecten die nog niet in de cijfers van RVO.nl
zijn verwerkt. Dat volume kan volgens mij nooit 13 MWp hebben bedragen.
(f) Hoe je het ook wendt of keert, of er eind 2013 "70
MWp aan grootschalige installaties" binnen de SDE+ regeling heeft
gestaan, zoals SZ lijkt te claimen, is ten eerste zeer onwaarschijnlijk.
Ten tweede zijn er ook nog steeds geen definitieve cijfers voor dat
jaar.
(3)
Bizar gegoochel met foute cijfers "grootschalige opwek" leidt
tot foute conclusies
Dat er een fout wordt
gemaakt met de interpretatie van de beschikbare MEP en SDE cijfers is
nog tot daar aan toe (dat is inderdaad ingewikkeld, je moet heel goed
letten op alle wijzigingen en "wat er exact met bepaalde
cijfers wordt bedoeld"). Maar dat die fout vervolgens nog verder
wordt uitvergroot is onvergeeflijk. De door SZ genoemde "70
MWp toe te schrijven aan grootschalige opwek" wordt namelijk
direct 1 op 1 vergeleken met de totale markt accumulatie cijfers van CBS
voor 2013 (voor het eerst gepubliceerd op 26 mei 2014) op pagina 10 van
het rapport.
Stichting Zonnestroom
stelt doodleuk dat van de 722 MWp door CBS gerapporteerde (voorlopige)
eindejaars-capaciteit slechts "genoemde" (sowieso te optimistisch
gedachte) "SDE+ 70 MWp grootschalige" capaciteit betreft. En
trekt daaruit vervolgens de hoogst merkwaardige en apert foute "conclusie"
dat er "ongeveer 650 MW is geïnstalleerd op daken van particulieren,
ofwel 90% van het totaal geïnstalleerde vermogen" !! Van
die claim klopt echt helemaal niets.
(1) Ten eerste, hier
wordt rücksichtslos verondersteld dat alle "grootschalige,
niet door particulieren geplaatste" PV projecten (alleen) onder de
SDE+ regelingen (ergo, vanaf SDE 2011) zouden zijn gerealiseerd. Dat is
klinkklare nonsens, want "grootschalige" PV-projecten (gedenk
2,3 MWp Floriade dak uit 2002, etcetera) zijn onder alle
regimes in Nederland gerealiseerd, of het nu een antieke NOVEM subsidie
uit de negentiger jaren van de vorige eeuw (al of niet met "hulp
van Europa") betrof (voorbeeld: Nieuw-Sloten
A'dam 250 kWp), MEP subsidie (2003-2006), SDE (vanaf 1 april 2008),
SDE+ (vanaf 1 juli 2011), EIA, VIA, VAMIL, en noem ze maar op. SZ gaat
doodleuk uit van (een foutief veronderstelde) "er is maar 70 MWp
grootschalig, en dat kwam uit de SDE+ regelingen", en concludeert
met hetzelfde gemak "de rest moet dan dus wel particulier zijn geplaatst".
Dat slaat nergens op.
Ik heb de EIA al genoemd.
CBS heeft daar al lang cijfers over gerapporteerd, die ik ook al heb
genoemd. Houdt u vast, want alleen dat al laat een "wat ander
beeld" zien dan door SZ geschetst. EIA, reminder, is uitsluitend
beschikbaar voor bedrijven. Particulieren kunnen smeken dat ze een
ons wegen, ze krijgen er geen cent van. Dus alle EIA projecten worden
op/bij/door bedrijven gerealiseerd. In de gedachtenwereld van SZ lijkt
dat "dus" onder de noemer "grootschalig" te moeten
worden ingeschaald. CBS "hernieuwbare energie" rapportages 2012
en 2013: 2008 tm. 2011 35 MWp PV projecten, 2012 45 MWp, en in 2013 zelfs
110 MWp via EIA beschikt. Dat laatste volume, "in 2013 te plaatsen
zonnepanelen" (er van uitgaand dat het toegestane volume ook daadwerkelijk
is gerealiseerd), kwalificeert CBS zelfs als "bijna een derde
van het bijgeplaatste vermogen in 2013" (sic). Totaal alle EIA
PV projecten vanaf 2008 (maximaal, er van uitgaand dat er ook aanvragen
niet zijn gerealiseerd, al lijkt dat vrij onwaarschijnlijk): 190
MWp. Aangezien ze niet "particulier" (kunnen) zijn
gerealiseerd, "moet" dat volgens SZ normen dus als "grootschalige
PV" implementatie worden gekwalificeerd. Alleen dit volume "grootschalig"
(vanwege EIA regeling) is al een factor 2,7 maal het "maximale"
(?) volume "grootschalig" wat SZ claimt.
Dubbelaars
SDE/EIA
CBS geeft ook in
hun HE rapport over 2012 aan dat er "gedubbeld" kon worden tussen
EIA en SDE (kon zelfs tm. SDE "+" 2013, dat mag niet meer onder
de nieuw opgetuigde SDE 2014 regeling, zie RVO.nl).
Het statistiek instituut schatte voor 2012 destijds (in een eerste, grove
analyse), dat "van de 56 MWp aan SDE zonnestroomprojecten 25
MWp óók EIA heeft ontvangen", dus 45% "dubbeltelling".
Voor 2013 geeft CBS helaas geen nieuwe schatting op. Maar als we die 45%
toepassen op de 71 MWp gerealiseerd die in maart 2014 in de SDE zou zitten
(tabel D14 in MEP/SDE 2013 jaarverslag van RVO.nl), zou "een eventuele
dubbeltelling" van dat volume 32 MWp "ook EIA aftrek" kunnen
betreffen.
Kijken we naar de
laatst bekende stand van zaken, op 1 sep. 2014, bijna 106 MWp bij CertiQ,
minus 9 MWp MEP = 97 MWp SDE, zou, zelfs bij een conservatief uitgangspunt
van "30%", 29 MWp "dubbeltelling" SDE/EIA kunnen hebben
gehad. Trekken we van genoemde 97 MWp CertiQ "SDE" 29 MWp "EIA
dubbelaars" en een grof geschat volume van 35 MWp "SDE klein"
van af (zie boven), daarbij verder negerend dat ook daar bedrijven
van gebruik hebben kunnen maken/hebben gemaakt, houd je een volume van
zo'n 33 MWp "alleen SDE" subsidie "grootschalig" over
(andere regelingen zoals VAMIL etc. negerend, want onbekend).
Uiteraard zijn er
ook bedrijven die grote PV projecten realiseren zónder gebruik
te maken van de SDE regeling. Een beroemde is Hitachi
Data Systems Zaltbommel, 1.606 kWp (!), het 4e grootste PV project
in Nederland wat ik momenteel ken. Waar het project werd gerealiseerd
zónder SDE subsidie, maar wel mét een EIA beschikking. Verwachting
"terugverdientijd" van het grote zonnestroom project: 11-12
jaar (artikel
Kadans Vastgoed). In de formuleringen van Stichting Zonnestroom, die
het alleen maar heeft over "grootschalige" PV in context van
(foutief) "70 MWp onder SDE+", komen dergelijke buiten de SDE
om gerealiseerde PV projecten dus ook helemaal niet voor...
Met genoemd totaal
volume 190 MWp "EIA" in de CBS rapporten, en de conservatief
door mij berekende "en dan ook nog mogelijk 33 MWp PV projecten met
alléén SDE subsidie bij bedrijven", kom je al op een
volume van zo'n 223 MWp "PV projecten bij bedrijven"
uit, 31% van het totale geaccumuleerde volume eind 2013 (722 MWp volgens
CBS)... Dat is een factor 3,2 maal het volume "niet
particulier, grootschalig", van 70 MWp, bij SZ. Ik laat de MEP regeling
hier verder buiten beschouwing, want die werd door Joop Wijn in augustus
2006 dicht gegooid, en EIA voor PV was pas vanaf 2008 mogelijk.
Ik heb het ook nog
niet eens gehad over de - hypothetische - mogelijkheid dat bedrijven zelfs
zonder MEP, SDE, en/of EIA PV projecten hebben kunnen realiseren. Of dat
"waarschijnlijk" is, is de vraag, maar uitsluiten kun je het
niet.
Conclusie
De conclusie is:
de bewering van SZ dat "70 MWp grootschalige (PV) opwek betreft",
en dat "dus 650 MWp is geïnstalleerd op daken van particulieren"
klopt van geen kant. Het aandeel PV op bedrijven (en dus, in de bewoordingen
van SZ, "grootschalig") is veel groter, ruim 30%. Impliciet
slaat de bewering van SZ, "ofwel 90% van het totaal geïnstalleerde
vermogen aan zonnestroom is toe te schrijven aan investeringen door particulieren",
de plank zeer vér mis. Het klopt voor geen meter. En CBS heeft
daar zelfs al eind 2012 een duidelijke aanwijzing voor gegeven, dat die
bewering (ook toen al) niet kon kloppen. De statistici hadden namelijk
een maatwerktabel gepubliceerd, waarbij ze, onder voorbehoud van zowel
positieve als negatieve beïnvloedende factoren, voorlopig hebben
vastgesteld dat in dat jaar er bijna 70 procent van het PV vermogen
bij particulieren moest zijn opgesteld, en dat "de rest"
dus - wederom in lijn van de definitie van SZ - "grootschalig"
moet zijn geweest. Sterker nog, CBS heeft een onderverdeling van "die
rest" gegeven in gerealiseerd PV vermogen in de dienstensector, de
landbouw, bij energiebedrijven, in de industrie, en in de bouw. En de
grafiek die ik van die tabel heb gemaakt staat al sinds eind 2012 op mijn
marktoverzicht pagina. En wel hier...
Uit bovenstaande ruwe
berekening door Polder PV volgt, dat het aandeel "niet particulier"
mogelijk iets gegroeid lijkt te zijn t.o.v. het totale PV volume voor
2013 (meer dan 30% van totaal). Ondanks het grote volume van 170 MWp wat
bij particulieren onder de "nationale subsidieregeling" is gerealiseerd
in de eerste jaarhelft van dat jaar (zie artikel
met cijfers). Dat is ook helemaal niet verbazingwekkend. Want de berichten
over plaatsingen van soms forse PV installaties op daken van gemeentehuizen,
scholen, boerderijen, en talloze andere bedrijven, vlogen ons toen al
om de oren, en de groeicurve voor de totale markt schoot
in 2013 fors verder omhoog. Ik ben benieuwd wat eventuele ververste
cijfers van CBS in dit opzicht voor (andere) wijzigingen zullen gaan laten
zien tussen de getoonde sectoren.
Afgeleide
beweringen kloppen dus ook niet
Ook de "afgeleide"
beweringen van SZ, "volgens PIR gegevens zou segment particulier
zelfs nog hoger percentage kunnen hebben" (dan genoemde, veel
te hoge "90%), resp. "In de afgelopen 2 jaar is er door
particulieren zo'n 500 MW geïnstalleerd", kunnen in de
prullenbak. Daar is geen enkel bewijs voor en ze zijn gewoon fout. Met
de nationale subsidieregeling die 272 MWp (uitsluitend) particuliere installaties
in
de markt zette (beschikkingen tussen 2 juli 2012 en 8 aug. 2013),
en een veronderstelde toevoeging van, grofweg (154 x 0,7)/0,8
= 135 MWp** in jan-jun 2012 en aug-dec 2013,
kom je nog "maar" op 405 MWp uit voor particulieren in die twee
kalenderjaren. En beslist geen 500 MWp. Het is hoogst onwaarschijnlijk
dat zo'n missend volume van 95 MWp bij particulieren "buiten
genoemde, zeer laagdrempelige subsidieregeling" om zou zijn gerealiseerd
in de eerste jaarhelft van 2012 of de tweede helft van 2013. 95 MWp zou
namelijk "goed" zijn voor zo'n 32.000 installaties van elk 3
kWp. Dat is een enorm volume. Derhalve moet de "900 miljoen Euro
investeringen in 2012-2013 door particulieren" claim uit het SZ rapport
ook in de koelkast, het is waarschijnlijk fors minder geweest.
De "besparing
van veel energiebelasting" die SZ claimt wordt niet gekwantificeerd
noch gekwalificeerd. Correcter is: particulieren vermijden met hedendaags
salderen de volledige variabele stroomprijs, waarvan 71%
(bij Vattenfall grijs enkeltarief contract) niet meer naar de Staat toe
gaat: energiebelasting + SDE heffing (niet genoemd door SZ) + btw over
de totale kWh prijs. Zie mijn kWh prijs updates, beknopt,
of volledig uitgewerkt.
**
Aannames: 46 MWp totaal toegevoegd aan PIR jan. - jun. 2012, 108 MWp totaal
toegevoegd aan PIR aug. - dec. 2013 (beiden uit spreadsheet
analyse data Netbeheer Nederland medio juli 2014), "70 procent
van totaal volume kan particulier zijn", resp. "80 procent van
werkelijk aantal installaties zou in PIR kunnen staan". De laatste
twee aannames zijn vooralsnog onzeker, en daar kan dus nog een behoorlijke
afwijking in zitten.
(4)
PIR register
Op pagina 9 worden
door SZ cijfers uit het PIR register genoemd, die ik op Polder PV de afgelopen
jaren al in diverse artikelen in groot detail heb geanalyseerd. De opgaves
van SZ zijn al lang achterhaald. De "eind 2013" door SZ gemelde
665,5 MWp resp. 161.964 installaties in het PIR register bij Klimaatmonitor
zijn namelijk flink omlaag bijgesteld (al gemeld en geanalyseerd door
Polder PV op
24 juli): 578,0 MWp resp. 145.046 installaties (13% resp. 10% lager).
Genoemde 578,0 MWp wordt nota bene door SZ getoond in mijn grafiek, 4.1,
op pagina 14 van het rapport. De waarschijnlijke oorzaak van die heftige
neerwaartse bijstellingen: in ieder geval de enorme opschonings-operatie
in de PIR data van de grootste netbeheerder Liander (analyse
Polder PV). Derhalve is het systeemgemiddelde in "PIR-KM"
ook wat lager geworden. Niet 4,11 kWp zoals SZ meldt, maar in 2013 nog
maar 3,98 kWp.
Ook de door SZ opgegeven
cijfers voor "juli 2014" kloppen niet (meer?). Er werd "755
MWp" en "185.443" gemeld met verwijzing naar Klimaatmonitor
(PIR). Momenteel staat daar echter 739 MWp resp. 181.967 installaties
(peildatum februari 2014, laatste wijziging alweer van 3 augustus 2014).
(5)
Aannames
In
de tabel met "aannames" voor berekeningen op pagina 12, wordt
voor elektriciteit een verbruik voor particuliere huishoudens van 3.300
kWh/jaar gesuggereerd. Daarbij wordt echter verwezen naar een oud
CBS artikel van 16 januari 2012, wat nota bene een verbruik voor het
jaar 2010 citeert, bijna 4 jaar geleden. Het laatst bekende CBS cijfer
is voor kalenderjaar 2012, en dat is alweer gedaald naar 3.200
kWh (tabel).
Derhalve moeten berekeningen die op basis van dat gemiddelde verbruik
zijn gebaseerd worden aangepast. De "nieuwe opbrengstfactor"
van 875 kWh/kWp.jaar (laatste toevoeging "jaar" is vergeten
in tabel), die ik liever als "specifieke opbrengst",
in navolging van Duitse terminologie zou zien, wordt nog niet door CBS
gehanteerd (zijn ze wel van plan). CBS hanteert nu nog oude "kengetallen"
(de beruchte 700/400 kWh/kWp.jaar).
(6)
Zonnestroom in de Nederlandse stroom mix
Op pagina
13 van het rapport wat perspectief t.o.v. de "conventionele"
opwek in Nederland (dominant fossiel, ondanks alle reuring in Den Haag).
Hier worden 2 zaken geclaimd:
(a) "Met
1 GW van dit vermogen uit zon betekent dit dat op een zonnige dag in de
zomer, in Nederland maar liefst 4% stroom door zonne-energie wordt opgewekt".
Kennelijk wordt hier gerefeerd aan een hoge dagproductie
(in kWh) in de zomer. Klopt dat? Als we er van uitgaan dat het jaarlijkse
stroomaanbod gemiddeld "mag" worden, krijgen we het volgende
sommetje, gebaseerd op de voorlopige CBS data voor 2013 (StatLine
tabel Elektriciteitsbalans): totaal aanbod 116,8 TWh, waarvan fysieke
productie in NL slechts 98,6 TWh. De rest betreft het verschil tussen
het enorme import volume (33,3 TWh) minus de veel bescheidener export
hoeveelheid (15,0 TWh). Rekenen we die hoeveelheden terug naar een "gemiddelde
hoeveelheid per dag", kom je bij een jaar van 365 dagen op ongeveer
320 GWh aanbod bij een fysieke productie van plm. 270 GWh per dag.
Op zomerse,
niet al te hete, lange dagen, kunnen goede PV systemen ongeveer
zo'n 7 kWh/kWp aan stroom produceren (het gemeten record bij Polder PV,
met relatief minder efficiënte micro-omvormers, was 6,8 kWh/kWp voor
een OK4E-100 aangesloten op een 108 Wp module, op
24 juni 2002). Bij een opgestelde capaciteit van 1 GWp zou op zo'n
dag dus ongeveer 7 GWh aan zonnestroom geproduceerd kunnen worden. Dat
is slechts 2,2% van het totale aanbod aan (niet PV-gerelateerde) elektriciteit
op een gemiddelde dag, resp. 2,6% van de fysieke productie in NL.
Zelfs
als we de maandelijkse productiecijfers van 2013 er bij halen (StatLine
tabel), en we nemen de maand met het laagste aanbod cq. productie,
verandert dit beeld niet wezenlijk:
Aanbod
laagst in mei 2013, 8.795 GWh, is gemiddeld 284 GWh/dag. Dit resulteert
bij een "goede" 7 GWh zonnestroom productie uit 1 GWp vermogen
in een aandeel van 2,5%.
Fysieke
productie laagst in juni 2013, 6.734 GWh, is gemiddeld 224 GWh/dag. Bij
"goede" 7 GWh zonnestroom uit 1 GWp vermogen krijgen we dan
een aandeel van nog steeds maar 3,1%
Onduidelijk
is derhalve, waar SZ de door hen genoemde "4%" vandaan haalt,
tenzij ze "iets anders" bedoelen.
Vervolgens
stelt SZ "op een zonnig moment in de zomer wekken alle Nederlanders
met zonnepanelen net zo veel zonnestroom op als..." waarna enkele
"vergelijkings-modaliteiten" worden getoond. Bij de eerste "keuze",
kerncentrale Borssele, gaat het al fout. Daarvan wordt de capaciteit op
477 MW gesteld. EPZ geeft echter 485 MWel op in haar historische
overzicht. Als 2 van dat soort kerncentrales op full-power zouden
draaien (overzicht meldt zelfs een record van 492 MW voor Borssele), zouden
ze een gezamenlijk output vermogen hebben van 984 MW.
Het gebeurt
zelden dat zonnepanelen hun "STC" (DC) vermogen halen,
laat staan dat ze onder warme condities en hoge celtemperatuur (veel hoger
dan de 25 graden C onder STC) een hoge continue output hebben. Het actuele
output vermogen komt dan fors onder druk te staan (de energieproductie
in kWh in de zomer blijft desondanks hoog, omdat de dagen zeer lang zijn
en gemiddeld genomen zonrijk).
Hoge
vermogens worden zeer kort gehaald in bijvoorbeeld het voorjaar, als de
zon fel op witte, reflecterende wolkenranden staat te schijnen, de luchttemperatuur
bijvoorbeeld door oostenwind laag is, er ook daadwerkelijk een lekkere
bries staat, en bij voorkeur als er ook nog af en toe een ijskoud regenbuitje
op de panelen is gevallen waarna de instraling even kortdurend
kan "toppen". Je mag echter blij zijn als in hoogzomer er 80
watt AC vermogen uit de omvormer komt bij een 100 Wp paneel, vaak is het
nog lager (voorbeeld bloedhete
4 aug. 2003: 72% van STC vermogen als AC output uit omvormer op zonnigste
moment). Zonnepanelen kunnen in continu zonlicht, bij onbewolkt weer,
en bij hoge lucht temperatuur, flink heet worden. Blauwe Hoek in Spijkenisse
meet al vele jaren lang de temperatuur van de achterzijde van een zonnepaneel
en geeft een maximum bereikte temperatuur van 65,5
graad Celsius op 23 juli 2013! Dat ligt ruim veertig graden boven
de onder STC condities vastgestelde cel-temperatuur (25 graden C)! Derhalve
lag het maximale door de omvormer afgegeven AC vermogen op die dag in
Spijkenisse op slechts 1.956 watt. Het STC vermogen van de SolarWorld
modules van Blauwe Hoek (getest bij 25 graden C) ligt op 2.700 Wp (ergo,
t.o.v. STC DC vermogen op die dag ook slechts 72 procent bij AC output
van de inverter).
Als we
nu "optimistisch" met een hoge verhouding van 80% (AC
output t.o.v. STC vermogen) rekenen, zou 1 GWp opgesteld zonnestroom vermogen
zo'n beetje op haar max 800 megawatt vermogen op het net kunnen zetten,
nog helemaal geen rekening houdend met de suboptimale situaties bij talloze
installaties, dus in werkelijkheid fors minder. Dat is slechts 81% van
de output van de genoemde fictieve "2 Borssele kerncentrales",
in werkelijkheid zal het op hete zonnige dagen beslist nog een heel stuk
minder zijn...
(7)
"De berekening van de datum van behalen van 1 GWp"
Tot slot natuurlijk
de belangrijkste "opdracht" waar in het rapport een antwoord
op wordt gezocht, namelijk het bij benadering "vaststellen"
van "een datum" waarbij Nederland 1 GWp zonnestroom
capaciteit behaald zou hebben (nogal relevant als je een feestje
wilt vieren om dat heuglijke feit te vieren). Daarbij worden maar liefst
3 grafieken van Polder PV gebruikt, gepubliceerd in zijn uitgebreide analyse
van de nieuwste PIR data door Netbeheer Nederland, op
24 juli 2014.
Ten eerste blijf ik
zelf erg voorzichtig met het doen van harde uitspraken over "zo'n
datum", daarbij meteen al aangevend dat 1 GWp "ergens in de
tweede helft van" 2014 wel als "waarschijnlijk" mag worden
verondersteld gezien de nu bekende data. Er zijn namelijk teveel onzekere
cijfers, die ook nog met terugwerkende kracht gewijzigd kunnen
worden (zoals dat meermalen in het verleden is gebeurd). Registratie in
het PIR is niet bij Wet afgedwongen, en er mist dus sowieso capaciteit.
Bij het "vinden" van die missende capaciteit mag verwacht worden
dat "een 1e GWp datum" naar voren in de tijd zal kunnen worden
verschoven. Maar er zijn ook met terugwerkende kracht heftige negatieve
ingrepen in zowel "aantallen", als "capaciteit" van
PV-installaties in het PIR register geweest (berucht voorbeeld
bij Liander, die daar geen ruchtbaarheid aan heeft gegeven). De "plussen
en minnen" als gevolg van alle nog mogelijke wijzigingen kunnen elkaar
opheffen of elkaar overvleugelen. Welke kant het "eindresultaat"
uiteindelijk op gaat, is dus nog steeds niet met zekerheid te zeggen.
Maar er moest een
feestje komen, en een datum, vandaar dat Stichting Zonnestroom met enkele
aannames aan het rekenen ging, en uiteindelijk op basis daarvan tot de
uitspraak "halverwege september 2014" kwam (pagina 16 van het
rapport).
Een van de "aannames"
daarbij - op basis van de door mij gemaakte grafieken in het uitgebreide
artikel van 24 juli jl. - "de groeisnelheid in vermogen in de
maanden tot en met 15 juli 2014 is daarmee 26,4 MW per maand op basis
van het PIR (NN)". Alleen al die claim mag worden betwijfeld.
Want hoe komt SZ aan dat getal? Ze nemen kennelijk de "171,4 MWp"
uit figuur 4.3, en delen dat door 6,5, uitgaande van het volume wat op
de publicatiedatum van die cijfers (15 juli 2014) zou zijn bereikt. Dat
klopt echter niet. Want ik heb in mijn grafiek onder paragraaf 2b in het
oorspronkelijke
artikel laten zien dat er ook al capaciteit voor de nog helemaal niet
"gerealiseerde" maanden augustus tot en met december op de publicatiedatum
stond "geboekt" bij de netbeheerders. Waarvan sowieso niet zeker
is of dat wel "reële", daarwerkelijk fysiek in genoemde
maanden op te leveren installaties betreft. Het gaat daarbij om een volume
van in totaal 7 MWp vanaf augustus. En er is ook nog de complicatie van
"de rest voor juli", wat toen nog niet bekend kon zijn (als
cijfers al als "definitief" zouden moeten worden verondersteld,
wat ze niet zijn).
SZ neemt waarschijnlijk
vervolgens genoemde "26,4 MWp groeisnelheid per maand", en deelt
dat door 81,9% met als veronderstelling dat het de "conversie naar
het werkelijke, straks bij CBS bekende" vermogen zou moeten betreffen
(gebaseerd op verhouding tussen voorlopige accumulatie cijfers voor 2013
bij CBS en het PIR van Netbeheer Nederland). Neerkomend op "32,2
MWp/maand CBS equivalente groei". Op basis van de 722 MWp eind 2013
(eerste schatting CBS, 26
mei 2014) en het "nog missende" vermogen van 278 MWp, zou
SZ geconcludeerd kunnen hebben dat er nog 278/32,2 = 8,6 maanden "te
gaan zouden zijn vanaf 1 januari 2014" voordat de 1 GWp drempel gehaald
zou kunnen zijn. Derhalve: ongeveer medio september dit jaar. SZ zelf
rondt het op de "conclusie" pagina (16) echter af op "8,5
maanden".
Belangrijke
overwegingen bij berekening
Er valt wel e.e.a.
af te doen aan die berekening. Zuiverder is, omdat juli 2014 nog helemaal
niet was "vol gemaakt" tijdens de publicatie van die cijfers
(15 juli 2014), om alleen de reeds verstreken volle maanden mee
te nemen in 2014, dus januari tot en met juni. Ook hier weer met het nodige
voorbehoud: het is nog volstrekt niet duidelijk of de gepubliceerde cijfers
van Netbeheer Nederland niet alsnog met terugwerkende kracht
zullen wijzigen. Daar zijn beslist aanwijzingen voor, omdat nog steeds
in het PIR dossier in Klimaatmonitor staat gemeld dat Berkelland (Gld,
NB: Liander gebied...) de gemeente met het grootste PV vermogen in Nederland
zou zijn (12,1 MWp, 3,8 MWp meer dan het inmiddels flink door Liander
"kaal geplukte" Amsterdam, wat in februari nog 16,2
MWp "zou hebben gehad"!). Zoals ik al meermalen heb aangegeven,
is er geen enkele aanwijzing dat die slechts 45.000 inwoners tellende
agrarische gemeente Berkelland zo'n absurd groot vermogen op haar grondgebied
heeft dan wel "zou kunnen hebben" staan. Dat volume moét
incorrect zijn, het hoeft bovendien beslist niet de enige nog overgebleven
grote fout in de PIR database zijn, en bijstellingen zijn dan ook absoluut
nog te verwachten.
Daarbij komt ook nog,
dat CBS pas een eerste voorlopig cijfer voor 2013 heeft gegeven, wat eind
dit jaar nog zou kunnen wijzigen. Gezien de reeds gepubliceerde CBS updates
voor 2011 (+15 MWp) en 2012 (+25 MWp), kan daar beslist nog een forse
schep bovenop worden gegeven voor 2013. Al verwacht ik niet dat voor dat
jaar een eventuele ophoging erg groot zal zijn (de meeste "leverende"
bedrijven lijken inmiddels wel bekend te zijn, al groeit mijn op 18 september
ververste en verstuurde nieuwste lijst nog steeds). Dus ook in de "verhoudingen"
tussen de PIR cijfers en die van CBS kunnen nog wijzigingen komen.
Berekening
afmaken
Afgezien van deze
belangrijke overwegingen, terugkerend naar "een alternatieve"
berekening die net zo goed nog foute aannames kan bevatten, maar die wel
"waarschijnlijker" is. De gemiddelde groei in de maanden januari
tot en met juni 2014 in het PIR volgens Netbeheer Nederland was 25,3 MWp
per maand. Dat is conform de door mij al op 24 juli 2014 weergegeven
trendlijn in die grafiek (paragraaf 2c in gelinkt artikel). Uitgaande
van dezelfde verhouding PIR/CBS van 81,9% geaccumuleerd vermogen 2013
(niet zeker, kan nog worden bijgesteld), kom je dan op een "CBS equivalente
groei" van 30,9 MWp/maand. Voor de begin 2014 nog "benodigde"
278 MWp om de 1 GWp vanaf 722 MWp (eind 2013 CBS) "vol" te maken
zouden dan nog 9 volle maanden met vergelijkbare groei nodig zijn. En
dan kom je dus al op een halve maand later dan SZ claimt, op einde
september. "Nog eventjes wachten met dat feestje", dus, wat
echter al op 13 september was gevierd...
Wat natuurlijk net
zo goed onzin is, maar deze tweede berekening wilde ik toch even laten
zien om aan te geven dat zelfs met een niet eens zo sterk afwijkende -
doch wel betere - aanname, genoemde "datum van bereiken 1 GWp"
zomaar een halve maand kan worden verschoven, en wel naar eind september
2014 . Als de aannames nog sterker afwijken, kunnen dat zomaar "maanden"
worden.
Tweede aanname,
nieuw resultaat
Het grappige is dat
deze nieuwe berekeningswijze alsnog in het SZ perspectief wordt getrokken
als we er nog een tongue-in-cheek aanname bovenop stapelen. Daar
heeft SZ het helemaal niet over, maar hij is wel relevant. Het
is beslist mogelijk dat, gebaseerd op mijn leverancierslijst updates die
ik aan CBS heb gestuurd (laatste exemplaar op 18 september 2014, en die
is nog zeker niet "af"), de eindejaars-capaciteit voor 2013
nog verder wordt "opgetrokken". Als we voorzichtig
blijven met die schatting, zeg 10 MWp erbij, komt 2013 op 732 MWp, en
"mist" er nog maar 268 MWp om de "gieg" vol te maken.
En met de door mij gesuggereerde "betere" berekening kom ik
dan, heel grappig, op "8,7 maanden te gaan vanaf 1 jan. 2014".
En zouden we dus "iets na half september 2014"
de 1 GWp "hebben kunnen halen". En dan is de datum van het reeds
verstreken feestje alsnog "niet erg verkeerd" geweest.
Dit alles laat natuurlijk
onverlet dat die 1 GWp "gewoon wordt/is bereikt" dit jaar, maar
we weten de datum niet. Dat is niet zo erg, het gebeurt gewoon, of is
al geschied. Maar elke zinspeling op een specificieke dag, of
zelfs - een ruimere opvatting - vastgepind binnen een halve maand, moet
met prudentie worden behandeld. Daarvoor zijn en blijven de Nederlandse
cijfers immers te onzeker.
Derhalve dient ook
de "eindconclusie" van zowel SZ, als van Polder PV, over het
te bereiken eindvolume voor 2014, met een blijvend kritische houding tot
u te worden genomen. SZ komt tot 1,1 GWp bij "groeiverwachting onder
gelijke spelregels" (p. 17 van het rapport). Polder PV heeft eind
juli al diverse berekeningen laten
zien die resulteren in eindejaars-vermogens die iets onder tot fors
boven de 1,1 GWp komen. Waarbij niet wordt uitgesloten dat 1,2 GWp haalbaar
kan zijn, eventualiteiten in gedachten houdend op basis van het "continu
vloeibare" cijfermateriaal.
Laatste
bijstelling! Status grote projecten Klimaatmonitor - PIR
Polder PV blijft
continu argwanend naar alle gepubliceerde cijfermateriaal over PV capaciteiten
en "aantallen installaties" kijken, en blijft zelf kritisch
onderzoek doen. Een van de meest pregnante zaken die ik recent ben tegengekomen,
en waar ik al "bange vermoedens" over had ontwikkeld, is de
status van "grote projecten". In een oudere versie van Klimaatmonitor
had ik al eens gezocht naar het Floriade dak van 2,3 MWp, nog steeds,
na 12 jaar (!) het grootse bestaande PV project van Nederland. Ik kon
het grote project echter nergens in de "annalen" van de cijfer
segmentaties terugvinden.
Later verdween de
mogelijkheid om gedetailleerd te kijken of waren er filters verkeerd ingesteld.
Na mijn vragen daarover is die mogelijkheid hersteld en verbeterd. Ik
ben direct aan de slag gegaan met de grootste mij bekende projecten, top-down
werkend. Je moet dan wel weten waar exact genoemde grote installaties
staan, anders kun je enorme blunders maken. Ik weet van de meeste grote
projecten inmiddels precies waar ze staan, dus kon ik zeer gericht zoeken.
De zoektocht heeft tot nog toe het al door mij "gevreesde" scenario
opgeleverd en de volgende opzienbarende feiten:
- 18 grote
projecten gedetailleerd gescreend tm. 18 sep. 2014.
- Slechts
3 daarvan vrijwel zeker in Klimaatmonitor PIR opgenomen.
- Nog eens
2 "zeer waarschijnlijk" opgenomen, met vraagtekens m.b.t.
capaciteit cq. exacte "plaatsing" in buurt.
- 13 van
genoemde 18 projecten, 72%, beslist NIET (momenteel)
in KM-PIR aanwezig!
- De "missende"
installaties bevinden zich in het netgebied van de 3 grote netbeheerders,
Enexis, Liander, en Stedin.
- Het "missende"
vermogen van deze 13 projecten is 10,5 MWp.
- De zoektocht
naar andere grote projecten gaat door.
- Problemen
bij "vaststelling" ja/niet in PIR worden echter groter bij
steeds kleinere installaties (die "verzuipen" makkelijker
in rest van capaciteit in bepaald gebied).
- Deze issue
is relevant, want een project van bijvoorbeeld 400 kWp wat niet in het
PIR register blijkt te staan, is het equivalent van dik 130 kleine residentiële
installaties van 3 kWp.
- Conclusie
1: Klimaatmonitor - PIR is onvolledig (ook) wat betreft
de "grote PV-installaties".
- Conclusie
2: PIR volume totaal wordt onderschat, de accumulatie
cijfers moeten in werkelijkheid omhoog worden bijgesteld om de realiteit
beter te benaderen.
- Conclusie
3: 1 GWp geaccumuleerde zonnestroom capaciteit in Nederland kan sowieso
eerder dan "eind september", en misschien
zelfs "eerder dan september 2014" zijn doorbroken.
- Conclusie
4: Netbeheerders willen nog wel eens claimen dat "registratie in
het PIR zogenaamd verplicht" zou zijn, en zetten zeker de laatste
jaren zware druk op particulieren en installateurs om PV installaties
(te laten) inschrijven in hun register. Echter, nu keihard bewezen is
dat grote commerciële projecten gezegend met nota
bene vaak door alle Nederlanders mee betaalde SDE subsidies en/of EIA
aftrek beschikkingen hebben weten te krijgen, NIET in dat veelbesproken
register staan, mag u wat mij betreft het vel over de oren trekken van
een willekeurig netbeheerder als hij/zij u tracht "gedwongen"
in te schrijven, en u daar helemaal geen zin in heeft (om wat voor legitieme
reden dan ook)...
- Disclaimer:
Beweringen gelden als alle andere cijfers kloppen. Als die niet correct
zijn, kunnen alweer verschuivingen in de resultaten optreden.
(8)
Nieuwe perspectieven - de toekomst
We kunnen ons van
alles in het hoofd gaan halen met toekomstverwachtingen, en dat wordt
ook regelmatig gedaan. Polder PV probeert nuchter te blijven en de zeer
ongewisse toekomst met reële cijfers te benaderen. Ik haal daar voor
dit afsluitende stukje enkele nieuwe cijfers bij die laatst zijn gepubliceerd,
en wat oudere getoond tijdens mijn TSF presentatie in mei dit jaar, zoals
eerder op deze pagina weergegeven in het "ruwe
prognose" stukje. Ik heb die nieuwe cijfers nu in de grafiek
weergegeven om de perspectieven naast elkaar te zetten, en de gerealiseerde,
de voorspelde en de "haalbare" marktcijfers op een rijtje te
krijgen. Ook hier zal ik later nog op terugkomen, maar gezien de nieuwe
cijfers leek het me opportuun om deze bespreking in dit stadium naar aanleiding
van de behaalde "1 GWp PV capaciteit" af te ronden.

KLIK
op
plaatje voor uitvergroting
Ik ben voor dit plaatje
uitgegaan van "continue groei scenario's", zonder "ingrepen
in de markt" (saldering op de helling, evt. ingrepen door de netbeheerders),
om de zaken niet nog complexer te maken dan ze al zijn. Met daarbij de
notie dat "langjarig continue groeiscenario's" in deze zeer
onzekere wereld beslist geen "gegeven" zijn, zoals we maar al
te vaak hebben gezien in de afgelopen jaren. Het is een visuele vingeroefening.
Let op dat de Y-as een logarithmische schaal heeft!
In rode lijn het scenario
wat je nodig hebt om vanaf de 722 MWp eind 2013 (CBS) tot het hoogst ambitieuze
"Urgenda" doel van 100% duurzame energie in 2030 te komen, waarbij
24,8 GWp zonnestroom vermogen zou moeten zijn opgesteld.
In gekleurde stippen
prognoses / getallen die zijn genoemd door verschillende auteurs cq. bronnen
in diverse publicaties en uitingen, voor verschillende jaren. Hierbij
met name op de claim van Kees van der Leun van Ecofys (tevens voormalig
Econcern bestuurder) letten: 5 GWp in 2020 (Tweet
van 25 april 2013).
De blauwe stippellijnen
geven de "ambities" weer die, vaak in omfloerste, bedekte termen,
vanuit het Nationaal Actieplan Zonnestroom zijn geuit. Dat was aanvankelijk
(in november
2011) een magere 4 GWp voor 2020. Later is dat, zeer voorzichtig,
en met een enorme spread, aangeduid als "tussen 4 en 8 GWp"
voor dat jaar (lijnen NAP I resp. NAP II).
Nieuw
is de claim van de nieuwe voorzitter van branche organisatie Holland Solar,
Erik Lysen, die in een interview met Solar Magazine (11
september 2014) een aangepast, specifiek "doel" heeft gesteld,
omdat in het veelbesproken Energieakkoord helemaal geen cijfers zijn genoemd:
"Concreet heeft de solarsector voor 2020 de doelstelling van
vijf gigawatt geformuleerd, omgerekend goed voor vier procent van het
totale elektriciteitsverbruik". Ik heb dat
"nieuwe doel", wat overeenkomt met de schatting van vd Leun
in het voorjaar van 2013, in de grafiek aangegeven met een blauwe cirkel.
Vervolgens heb ik
met Excel berekend wat, met een vergelijkbare "continue jaargroei",
de curve moest worden om dat nieuwe doel in 2020 te bereiken. Dat is de
in lichtgele kleur weergegeven lijn, die ik tot iets voorbij 2020 heb
laten tekenen. U ziet dat drie van de andere prognoses boven die lijn
liggen (voor 2017 resp. 2020), en 1 punt er onder (op de rode lijn, voor
2020). Ook ziet u rechtsboven in de legenda, dat hiervoor een - forse!
- continue jaargroei van 32% t.o.v. de accumulatie in het voorgaande
jaar nodig is vanaf 2014.
Nog belangrijker natuurlijk
is de "waarschijnlijk te behalen" realiteit voor het huidige
jaar 2014. Ik heb twee "redelijk realistische" punten weergegeven
van 1,1 en 1,2 GWp (zie ook overwegingen elders op deze pagina), in groen
voor eind dit jaar. Belangrijkste conclusie: als er verder geen rare dingen
gebeuren, en de marktgroei zou inderdaad genoemde 32%/jaar kunnen worden,
liggen deze twee punten nog steeds een stuk boven die nieuwe
(lichtgele) curve! M.a.w., zelfs de "verhoogde 5 GWp doelstelling
voor 2020" van de branche organisatie lijkt, bij gezonde marktgroei,
nog steeds (of, alweer), "conservatief".
Tot slot nog een lijn
waar ik u opmerkzaam wil maken: de zwarte horizontale stippellijn. Dat
is het "16 Gigawattpiek zonnestroom capaciteit is haalbaar en
kan zonder al te veel problemen in de bestaande (!!) netten worden ingepast"
claim in het recente
rapport van DNV-GL (incl. voormalige KEMA) in samenwerking met het
Planbureau voor de Leefomgeving. Waarin een fraai en redelijk doortimmerd
beeld wordt geschetst wat de "potentie" voor PV in Nederland
"zou kunnen zijn" dan wel "zou kunnen worden", als
er diverse maatregelen zouden worden getroffen. U ziet meteen dat het
(ambitieuze) Urgenda scenario daar iets voorbij gaat, evenals het ook
door PBL aangehaalde nieuwe cijfer wat het TKI programma heeft gesignaleerd
als "haalbaar" (onder voorwaarden), 20 GWp in 2030. Maar of
al die ambities ook daadwerkelijk zullen worden ingevuld, blijft een groot
vraagteken. Regeringen reageren de laatste tijd extreem gepikeerd en met
volslagen krankzinnige retroactieve ingrepen op de enorm snel
gegroeide zonnestroom markten. Waarvan de laatste "exemplaren",
van de hand van de Senaat van de - na Duitsland - ooit tweede grootste
PV natie ter wereld, Italië, een zoveelste onrustbarend teken aan
de wand zijn (zie verschrikkelijke persbericht
van EPIA met de details, van 8 september 2014).
Ergo: alle handen
moeten uit de mouwen in de duurzame energie branche om te voorkomen dat
vergelijkbare ronduit dramatische ingrepen ook de Nederlandse PV markt
van haar fundamenten zou kunnen gaan beroven. Werk aan de winkel! Pas
dan kunnen we zeker zijn dat de "tweede Gigawattpiek" binnen
no-time in kannen en kruiken is. En kunnen we echt full-speed door gaan.
Links
1
GW-zonfeest (website ODE)
Kort verslag
met foto's en links naar reportages (homepage ODE)
Landelijke
mijlpaal zonnestroom gevierd op sportpark Elinkwijk! (9 sep. 2014)
Nederland
bereikt mijlpaal 1 GW zonvermogen (verslag / rapport Stichting Monitoring
Zonnestroom) - 19 pp. Met grafieken van, o.a. Polder PV (figs. 2.3, eerst
gepubliceerd tijdens TSF
27 mei 2014, 4.1 tm. 4.3, gepubliceerd op
24 juli 2014, op Polder PV)
Een
kwestie van maanden: Op naar 1 GW solar in NL
(video presentatie bijdrage Polder PV op The Solar Future NL VI, 27 mei
2014)
Webpagina
voorbereid 13-19 september 2014. Publicatiedatum: 19 september 2014, Peter
Segaar/Polder PV.
|