starting up our own green power production unit: 4 solar panels, March 2000
1 GWp PV in Nederland
links
PV-systeem
basics
grafieken
graphs
huurwoningen
nieuws
index

 

SOLARENERGY

Inspiratie: Projecten

Sportpark Elinkwijk "1 miljardste Wp" en bespiegelingen over de 1e GWp PV

(13 september 2014)


^^^
Wat zou er toch verstopt zitten onder dat rose-rode doek op het sportterein
van Elinkwijk in het noorden van Utrecht? Lees verder en u komt het te weten...

Introductie
Fotoreportage

Rapport Stichting Zonnestroom:

Ruwe prognoses al van langer geleden bij Polder PV
(1) Inconsequenties berekening "verwachte" stroomproductie
(2) Cijfergegoochel rond CertiQ data
(3) Bizar gegoochel met foute cijfers "grootschalige opwek" leidt tot foute conclusies
(4) PIR register
(5) Aannames
(6) Zonnestroom in de Nederlandse stroom mix
(7) "De berekening van de datum van behalen van 1 GWp"
Laatste bijstelling! Status grote projecten Klimaatmonitor - PIR
(8) Nieuwe perspectieven - de toekomst

Links

Special: Markt segmentatie CBS


Introductie

Zoals ik tijdens mijn presentatie voor The Solar Future in Amsterdam (27 mei 2014) heb laten zien, "moet" op basis van de historische evolutie van de toename van zonnestroom capaciteit in 2014 bij "niet al te gekke negatieve zaken in de markt" de geaccumuleerde capaciteit van 1 GWp aan zonnepanelen cq. -systemen worden bereikt

Wannéér dat punt precies is of wordt bereikt is van vele factoren afhankelijk, en dat heeft vooral te maken met de permanente onzekerheden in het beschikbare cijfermateriaal voor onze PV-markt. Wel zijn er, op basis van een toenemende hoeveelheid, deels door Polder PV aangedragen cijfers, steeds betere "schattingen" te doen. Waar echter, gezien al gesignaleerde, later optredende "ingrepen met terugwerkende kracht" (dramatisch negatief in Liander gebied), nog steeds een pot zout naast moeten worden blijven gezet. Op basis van een eerste publicatie van maandelijkse progressie cijfers voor (het gezamenlijke) PIR register van Netbeheer Nederland heb ik cijfermatig uitgewerkte prognoses gedaan en enkele potentiële scenario's besproken wat de uiteindelijke consequentie zou kunnen zijn voor het PV vermogen aan het eind van 2014. Die analyse heb ik al op 24 juli dit jaar gepubliceerd.

Er zijn tot dusver nog geen nieuwe cijfers gepubliceerd die dat algemene beeld sterk zullen wijzigen. Derhalve is mijn voorzichtige conclusie dat een volume van 1,2 GWp einde 2014 "tot de mogelijkheden behoort" nog ongewijzigd gebleven (hoewel, zoals gezegd, blijvend met mitsen en maren omkleed). Dat betekent dat "enkele maanden voor het jaareinde" de voor Nederland "historische" drempel van 1 GWp gehaald zou kunnen zijn/worden. Het uitbouw tempo na het uitputten van het budget voor de nationale subsidieregeling (7 aug. 2013) leek immers slechts beperkt lager te zijn dan tijdens die regeling. Bij een voorlopig door CBS verkondigde nieuwbouw van 360 MWp in 2013 zou de gemiddelde maandgroei in dat jaar ongeveer op 30 MWp zijn gekomen.

Met name Ronald Franken, voorzitter van de sectie Zon van ODE en tevens consultant voor Atrivé (Zonnig-Huren project), vond dat het "behalen van de eerste GWp zonnestroom capaciteit in Nederland" met een feestje gevierd mocht worden. Ook al weten we voorlopig beslist niet met zekerheid wanneer dat moment nu werkelijk is gekomen. Als we het ooit al te weten zullen komen, gezien het nog steeds met vele vraagtekens omgeven cijfermateriaal.

Het feestje was trouwens al veel eerder gepland, voor het energie overleg in de Tweede Kamer op 2 juli. Maar de planning werd te krap bevonden en te onzeker, en dus uitgesteld. Het "nieuwe moment" is gekozen op zaterdag 13 september 2014. En de "gelukkige" geselecteerde nagelneue PV-eigenaar was het sportpark van USV Elinkwijk langs het Amsterdam-Rijnkanaal, aan de noordrand van de Domstad Utrecht.

Op deze pagina volgt ten eerste een foto verslag van het leuke feestje. Maar, u kent Polder PV, ook wordt uitgebreid stilgestaan bij het verschenen rapport over deze mijlpaal. En worden zaken bediscussieerd, kritisch tegen het licht gehouden, en in perspectief geplaatst.


Fotoreportage

Polder PV toog met de trein naar Utrecht Centraal, en vanaf de infrastructuur chaos rond het station met de oude, trouwe vouwfiets noordwaarts. Hij kwam onderweg langs dit leuke PV-systeem aan de Kerkweg. Wat natuurlijk net zo goed "een kandidaat" voor het behalen van de eerste GWp had geweest, als het net was opgeleverd. Zoals talloze andere nieuwe PV-installaties, klein of groot, elders in het land (ik heb ook al weer enkele nieuwe systemen gezien in Leiden en omstreken).

Dat mocht verder de pret niet drukken natuurlijk, al moest ik nog bijna 4 kilometer peddelen langs het Amsterdam Rijn-Kanaal (waar veel vieze steenkool over wordt getransporteerd), om bij het sportpark Elinkwijk te komen (Google Maps link). Dat ligt trouwens zo'n beetje tegenover het Bedrijventerrein Lageweide (ZW zijde AR-Kanaal), waar het actieve Energie-U, co-organisator van deze dag, helaas eind januari dit jaar in het stof moest bijten met hun plannen voor een windpark. Wat op hevige weerstand stuitte ook al was het midden in een omvangrijk bedrijventerrein gepland, zouden de Utregters er van mee kunnen profiteren, en staan er ook nog eens hoge bomenrijen langs beiden zijden van het kanaal (kunt u zelf vanuit uw luie stoel zien...).

Midden op het sportterrein stond een kleine schuur, en daarop zou "het" dan gaan gebeuren. Het dak was afgeschermd met twee rode dunne doeken. Wat zou daar toch onder schuil gaan?

Het programma was wat voordrachten / presentaties betreft een beetje aan de lange kant (sommige mensen liepen na een tijdje weer weg), maar de zon brak door dus het was voor de PV-o-fielen goed uit te houden.

De wind, de, laten we wel wezen, grootste contribuant van wat in Nederland "duurzame elektriciteit" wordt genoemd, namelijk in 2013 5,4 van in totaal 12,5 TWh (ruim 43% volgens CBS Statline), vond dat het allemaal kennelijk wat te lang duurde. En lichtte tijdens de presentaties alvast een flink deel van de doeken omhoog om te laten zien waar we vandaag voor waren gekomen: zonnepanelen.


KLIK op foto voor uitvergroting

"Wind helpt zon" - Aeolus vond het allemaal kennelijk te lang duren en liet - geholpen door de door zonlicht veroorzaakte drukverschillen in de atmosfeer - alvast wat van het blauwe moois zien. Vlnr. Ronald Franken (ODE), Frank Boon (Wij Krijgen Kippen), vertegenwoordiger van co-organisator Hivos, ditto van Utrechtse energie coöperatie Energie-U, Wilfried van Sark (Univ. Utrecht, Stichting Monitoring Zonnestroom, hier ook afgekort gebruikt als "SZ", opsteller van het rapport), en natuurlijk welbespraakt dag presentator IJmert Muilwijk (voorzitter van ODE).

Zowel van Sark als Franken probeerden op overtuigende wijze doen voorkomen dat de theoretische 1.000.000,000e "watt" aan zonnestroom vermogen "uiteraard" in Utrecht zou zijn geplaatst. En dat over een paar tot xx jaar wat hen betreft ook de 2e resp. 10e Gigawatt gerealiseerd zouden worden in het Utrechtse domein. Het is ze natuurlijk gegund, maar de 1e Gigawattpiek kan wat Polder PV betreft net zo goed in Vaals (L), in Delfzijl (Gr), op Texel (NH), in Sluis (Zld), of, laten we ook eens brutaal wezen, in de oude, respectabele studentenstad Leiden (ZH) zijn geplaatst. Wat mij betreft mag heel Nederland die 999.999.999e én de 1.000.000.000e Wattpiek claimen (al kan er maar één het werkelijk zijn geweest). Maar wannéér precies die 1e GWp is (of wie weet zelfs nog zal moeten worden) "vol gemaakt" weet niemand, laten we wel wezen.


KLIK op foto voor uitvergroting

Natuurlijk was bij dit feestje het "obligate" politieke vragenrondje ingepland. Er werd weer even gekissebist tussen lokale politici over invulling van duurzame doelstellingen, waarbij maar weer eens de prehistorische modaliteit "kernenergie" van wat stof werd ontdaan (door lokaal CDA fractie voorzitter Sander van Waveren, rechts op foto, in navolging van een post-komkommertijd oprisping van landelijk CDA politicus Buma). En dat terwijl die gratis Koperen Kernfusie Ploert bij iedereen vandaag hevig in de nek stond te branden... Zand erover.

De meest zinnige bijdragen waren van Gerben Jan Gerbrandy, D'66 EU parlementslid (met een grote visie, waarbij de beruchte postcoderoos als "gepruts in de marge" werd gekwalificeerd ...), midden met lichtblauw jack. En van de vlijtige CU energie specialiste Carla Dik-Faber, links op de foto. Ze vuurt regelmatig kritische vragen af op Economische Zaken, en gaat inhoudelijk in op problemen rond, onder anderen, het gedrocht genaamd postcoderoos voor decentrale energie opwekking (zie o.a. deze bijdrage). Ze brak op deze feestelijke dag ook weer een lans voor eerlijke beprijzing van energie, dus externe kosten internaliseren cq. energiebelasting met name over CO2 intensiteit van geleverde energie. We mogen hopen dat die voorstellen in de Tweede Kamer niet op het ambtelijke EZ beton zullen stuk lopen (wat zeer goed voorstelbaar is). Maar het "moet" natuurlijk zo spoedig mogelijk worden ingevoerd. Op een vraag van mij wanneer we eindelijk een Ministerie voor Duurzame Ontwikkeling mogen verwachten antwoordde ze dat ze er beslist werk van wilde maken om bij de Macro-Economische Verkenningen meer "People & Planet" te gaan betrekken (zie ook Tweet van Duurzame Buren). Weliswaar geen antwoord op mijn vraag, maar bemoedigend dat ze in ieder geval ook meer "zachte" prioriteiten wil gaan bepleiten in het "harde" energiewereldje van de EZ doctrines in Den Haag.


KLIK op foto voor uitvergroting

Hoogste tijd voor "de onthulling". Die werd verricht door de (duo-) voorzitter van USV Elinkwijk, Ronald van Eijk, links, twee in de clubkleuren gestoken voetballers-in-de-dop, en, in toepasselijk eigeel gekleed, Lot van Hooijdonk, rechts. Mevrouw van Hooijdonk is Utrechts wethouder voor GroenLinks, met o.a. duurzaamheid en verkeer in de portfolio, en een bekende persoonlijkheid op Twitter. De doeken mochten van de eerder al "door schemerende" blauwe multikristallijne modules worden afgetrokken.

... en dan volgt natuurlijk het "persmoment" waar iedereen z'n eigen invulling aan gaf. Deze is van de hand van Polder PV:


KLIK op foto voor uitvergroting

Zo, "die ligt er", weer tien modules van - vermoedelijk - 250 Wp, wat een systeemgrootte van rond de 2 en een halve kWp doet vermoeden. Moderne multikristallijne zonnepanelen met 3 "busbars" over de celrijen. Het spandoek mag u met een korreltje zout nemen, maar u mag er ook van genieten... ;-)


KLIK op foto voor uitvergroting

Mevrouw van Hooijdonk mocht "een" stekker in "een" contrastekker steken, waarbij ik u niet zal verklappen hoe op het zeer zonnige moment een - geschat - momentaan vermogen van zo'n 2.000 Watt AC (uit een installatie van 2,5 kWp) die zuinige spaarlamp - van geschat 20 Watt - op het tafeltje aan heeft weten te sturen zonder dat er vreemde zaken zijn geschied. Misschien had IJmert daar ook zo zijn gedachten over, gezien zijn blik...

Na de onthulling kregen we van USV Elinkwijk nog een heerlijk glas champagne aangeboden, waarvoor grote dank. Uiteraard hebben we de wandelgangen weer belopen en wat contacten verstevigd (waar onder een bekende van Twitter, die ik nu eindelijk eens in "levende lijve" kon ontmoeten) ...

We "moesten" natuurlijk ook op een groepsfoto voor de installatie, "zoekt en gij zult vinden"... Ik heb zelf een plagerige shot gemaakt, en met Paint Shop bewerkt om aan te geven dat je wel "1 GWp" kunt claimen, maar dat je er ook de draak mee kunt - en natuurlijk, het is een vrij land, mag - steken.


KLIK op foto voor uitvergroting

Tip: een modern kristallijn zonnepaneel heeft vaak een "geflasht" gelijkstroom vermogen van 250 Wp, en bevat 60 zonnecellen die elk dus een nominaal STC vermogen hebben van ongeveer 4,2 Wattpiek per stuk ...


KLIK op foto voor uitvergroting

Sfeerplaatje met gadget van Energie U. Zonnestroom: van piepklein (voorgrond) via commercieel #nobrainer (achtergrond) naar ... wellicht binnen een paar jaar een Utregs zonnestroompark? Aan die blauwe lucht zal het niet liggen, in ieder geval...

Tijdens het "afbreken" van de festiviteit hardware verscheen opeens een mobiel van een "soort" waar ongetwijfeld nog boeken over vol geschreven gaan worden, om de spullen af te voeren...:


KLIK op foto voor uitvergroting

We hopen natuurlijk dat die mooie witte auto niet op zwarte kolenstroom is geladen, in de avonduren (de bijna 1,25 GW grote kolengestookte Amer centrale van RWE/Essent - met biomassa en gas bijstook - is maar 50 kilometer verwijderd van Utrecht noord, in Geertruidenberg).

In ieder geval kan Elinkwijk zichzelf op de borst kloppen dat een klein stukje van hun intensieve energievoorziening op elektrisch vlak nu is verduurzaamd. Waarvoor uiteraard de complimenten.


^^^
Elinkwijk "gaat" voor de 1 miljardste wattpiek. Immers: op elke vierkante meter dak
passen zonnepanelen. #nobrainer


Rapport Stichting Zonnestroom

Op de website van Stichting Zonnestroom is inmiddels het door ODE gevraagde - en op deze feestelijke dag aan de "notabelen" uitgereikte rapportje verschenen. Met daarin een verhandeling hoe dat "medio september staat er 1 GWp aan PV capaciteit" sommetje is berekend. Daarin ook diverse grafieken van de hand van Polder PV, die ik eind juli al had gepubliceerd (artikel 24 juli 2014), en een ververst exemplaar wat ik aanvankelijk voor The Solar Future in mei had geopenbaard, en een update daarvan had gedaan in mijn laatste CertiQ revisie van augustus 2014 (8 sep. 2014). Ik heb het rapport bekeken, en wil er toch wat zaken uit lichten. De feestvreugde is inmiddels achter de rug, en het is goed om kritisch te blijven op cijfers en abstracties daarvan.

Ruwe prognoses al van langer geleden bij Polder PV

Polder PV heeft trouwens al anderhalf jaar geleden scenario's tijdens TSF V in Eindhoven laten zien hoe de evolutie van de PV-capaciteit zou kunnen gaan verlopen bij verschillende aannames over groeitempo's van de markt (artikel 3 oktober 2013, zie ook power point presentatie). Die eerste grafiek was al snel verouderd, omdat CBS met nieuwe - behoorlijke hogere - cijfers kwam eind van dat jaar (op basis van updates van mijn leverancierslijsten). Voor The Solar Future NL VI heb ik in mei 2014 al een te verwachten "1 GWp feestje" aangekondigd als "inkoppertje", nadat tijdens de 2e Solar Solutions beurs in Vijfhuizen ook al een tongue-in-cheek "5 miljoenste zonnepaneel event" was gevierd, medio april 2014 (dia 23 van mijn presentatie):


^^^
Screenshot uit New Energy video van presentatie Polder PV tijdens
The Solar Future NL VI in Amsterdam, 27 mei 2014.

Voor de zesde TSF conferentie in mei dit jaar heb ik een nieuwe prognose grafiek gemaakt (laatste dia van presentatie, nr. 26). Ik kom hier later op deze pagina nog op terug, maar wil hier wel een detail uit mijn presentatie laten zien (NB: "NAP" slaat in deze grafiek op "Nationaal Actieplatform Zonnestroom", zie ook laatste paragraaf):

Ik had twee hoofdscenario's in die m.b.v. Excel uitgewerkte grafiek zitten (vertikale as in MWp op gesteld vermogen). Die bedoeld waren om aan het publiek te laten zien wat er zou moeten gebeuren aan groei om de "Urgenda doelstelling" van 24,8 GWp in 2030 te kunnen halen (onderdeel van hun "NL 100% duurzaam in 2030" programma). De dikke rode lijn geeft de "historische groei" van PV-capaciteit in NL, tussen 2012 en 2013 weer (laatste cijfers CBS, die in theorie nog zouden kunnen worden bijgesteld). En, na de "knik", het "noodzakelijke" verloop bij continue groei tm. 2030 (om aan het "Urgenda doel" te geraken). Die lijn komt eind 2014 (in grafiek weergegeven als de dikke vertikale zwarte, gestreepte lijn) ongeveer op 889 MWp uit (accumulatie). Echter, ik heb in mei dit jaar ook voorspeld dat er mogelijk twee "ingrepen" in de markt komen. Ten eerste de "afbouw" van de salderingsregeling (die ik toen nog per 2017 in liet gaan, omdat Henk Kamp nog geen - verbale - verzekering "pas vanaf 2020" had gegeven). En mogelijk later nog een "ingreep" van netbeheerders die allerlei onzinnige barrières in de markt zouden kunnen gooien om de autonome groei van decentale PV af te remmen.

Als je met die "knik punten" rekening houdt, en je toch het genoemde Urgenda doel wilt halen, moet je een fors hogere groei in het begin hebben om de volumes te realiseren waarmee - met veel lagere groei in latere jaren - toch een vergelijkbaar eindresultaat in 2030 kan worden gehaald. Dat heb ik laten zien in de dikke groene lijn, waarbij je aanvankelijk een jaarlijkse groei van 60%/jaar tm. 2017 moet realiseren (waarna de groei op een fors lager pitje zou komen te liggen). Die groene lijn komt in dat scenario in 2014 op ruim 1.150 MWp uit. Wat dus aardig "in lijn" lijkt te liggen met de "redelijk realistische" prognoses die ik op basis van nieuwe cijfers van Netbeheer Nederland heb gemaakt voor eind dit jaar (die cijfers van NN waren nog niet bekend in mei 2014, die werden pas op 15 juli gepubliceerd).


Het rapport

Ik ga in deze paragraaf in op enkele zaken die me opvielen in het rapport van Stichting Zonnestroom (SZ) over het "mogelijke bereiken van 1 GWp vermogen medio september 2014". Ik pak daarbij de belangrijkste punten van aandacht (ik heb meer vraagtekens bij diverse claims).


(1) Inconsequenties berekening "verwachte" stroomproductie

Geclaimd wordt dat eind 2013 de door CBS eerst gerapporteerde 722 MWp opgesteld volume "goed voor 0,5% van de Nederlandse stroomproductie" zou zijn (p. 6 van het rapport). De "absolute" getallen worden daarbij niet genoemd, die zijn als volgt volgens CBS data.

504 GWh "met oude kengetallen berekende" zonnestroom productie in 2013 (zie deze CBS StatLine tabel, het gedetailleerdere exemplaar is helaas gestopt per 2012/2013...). In totaal werd er in 2013 volgens de eerste cijfers 98.574 GWh elektriciteit geproduceerd (CBS Statline), waardoor het aandeel zonnestroom dus neerkwam op 0,51%. Echter, laatstgenoemde tabel laat ook zien dat het totale stroom aanbod inclusief reusachtige import (minus export), en dus ook het fysieke verbruik van elektriciteit in 2013 neerkwam op 119.614 GWh. Dat is een eerlijker vergelijkings-criterium wat beslist niet onvermeld mag blijven: dan houd je op het totale verbruik nog slechts 0,42% (berekende) zonnestroom productie over voor dat jaar.

Het blijven grove schattingen waarbij nog steeds met de verouderde kengetallen wordt gerekend (700 kWh/kWp.jaar voor netgekoppelde, 400 kWh/kWp.jaar voor off-grid systemen*). Later wordt op pagina 12 van het rapport, met de "berekende" 1 GWp medio september echter uitgegaan van de door Universiteit Utrecht / Stichting Zonnestroom eerder dit jaar bijgestelde 875 kWh/kWp.jaar (geen installatie typering, bedoeld wordt waarschijnlijk netgekoppeld), in tabel 2.1. Daar wordt met de hypothetische (ook weer "berekende") "1 GWp" en 875 kWh/kWp.jaar (correcte eenheid, in tabel is "jaar" vergeten) een verwachte "jaarlijkse productie van ongeveer 875 miljoen kWh" (= 875 GWh) gerekend.

CBS rekent echter nog steeds met de oude kengetallen, en indien "autonoom" ongewijzigd zou blijven steken op 5 MWp (al jaren, hoogst onwaarschijnlijk, ongewijzigd, volgens StatLine), zou je met "995 MWp" netgekoppeld en 5 MWp autonoom volgens de vigerende CBS systematiek met totaal 1 GWp capaciteit slechts op 699 GWh "verwachte jaarproductie" komen. Dik 20% minder dan SZ berekent. Daarbij moet ook nog worden gezegd dat CBS zelf over hun klassieke berekende stroom productie een marge van 20% aanhoudt, dus een afwijking van de berekende productie "volgens SZ" kan nog fors verder oplopen in het slechtste geval. Overigens is het wel zo dat CBS van plan is om het nieuwe kengetal (875 kWh/kWp.jaar, kalenderjaar productie daarmee berekenen op basis van de veronderstelde capaciteit halverwege dat jaar) in het voorjaar van 2015 te gaan invoeren volgens hun net gepubliceerde jaaroverzicht over 2013 (p. 53). En wel: met terugwerkende kracht vanaf de artificiële ingangsdatum 1-1-2011...

Zie ook verder de deliberaties van Polder PV over de CBS cijfers in zijn artikel van 30 augustus jl.

* Markt segmentatie CBS
Stichting Zonnestroom laat zich er niet over uit, maar suggereert in hun figuur 2.1 dat er "cijfers" bekend zouden zijn gemaakt voor de modaliteiten "off-grid" capaciteit, en PV-vermogen bij/in eigendom van energiebedrijven. Echter, de StatLine tabel die deze modaliteiten zou moeten bijhouden, heeft lege velden voor 2013, en deze segmenten zijn dus zelfs bij CBS niet meer "bekend". Derhalve zouden ze eigenlijk ook niet meer in "nationale statistieken" en afbeeldingen daarvan mogen worden opgenomen.

Ik heb eerder al melding gemaakt van het zeer slecht bekend zijn van de sector "autonome systemen". Die volgens mij ook behoorlijk gegroeid moet zijn, denk aan het explosief toegenomen aantal kampeerauto's, die vaak met een zonnepaneel worden uitgerust. Ook in de pleziervaart zie je vaak 1 of meer zonnepanelen op of boven het dek gemonteerd.

Maar ook de energiebedrijven hebben niet stilgezeten en diverse PV projecten opgeleverd. Hoeveel vermogen dat betreft is nog ongewis, maar gezien de al met vette SDE subsidies gezegende twee 1 MWp parken die GDF-SUEZ / Electrabel dit jaar nog in Zwolle en Nijmegen wil gaan bouwen, gaat hier dus de komende tijd ook de nodige capaciteit mogelijk niet meer "toegerekend" worden aan die vele jaren tot en met 2012 door CBS bijgehouden "deelcategorie"...

Ondertussen zijn nieuwe analyses van data uit Klimaatmonitor naar voren gekomen die weer vraagtekens zetten bij "gemelde" capaciteiten in het PIR register, wat daar het grootste - maar niet het enige - dossier is. Zie daarvoor mijn analyse verderop in deze beschouwing. Een van die grote projecten was Royal Lemkes in Bleiswijk, met ruim 724 kWp aan Chinaland Solar PV-modules, waar ik die ochtend en middag nog langs ben geflitst in de trein tussen Den Haag Centraal en Gouda...

Dit geeft al aan dat ook bij het PIR register nog steeds vraagtekens open blijven staan, zoals bij alle gepubliceerde cijfers voor ons land. Als daar niet "alles" wat beslist al (soms lang) bestaat/is opgeleverd in is opgenomen, zijn de daarin geaccumuleerde volumes dus sowieso al als een absoluut minimum te beschouwen. Als er véél "grote" projecten niet in dat register blijken te staan (lastig om uit te zoeken indien al veel capaciteit in het betreffende gebied staat opgesteld), kan dat nog aardig wat volume schelen. Al is de omvang vooralsnog onbekend. In ieder geval is na lange tijd in het PIR register ontbroken te hebben, het grootste project van Nederland, 2,3 MWp Floriade dak in Vijfhuizen (Haarlemmermeer), inmiddels wel opgenomen. Dat is dan een "positieve" aanpassing geweest van de betreffende netbeheerder, Liander. Die tussen februari en juli van 2014 echter ook dramatische hoeveelheden vermogen uit het register heeft geschrapt, zonder daar zelf ruchtbaarheid aan te geven (analyse).


(2) Cijfergegoochel rond CertiQ data

Van het stukje over CertiQ in het SZ rapport (p. 8) kreeg ik een beetje hoofdpijn, want er staan nogal wat fouten in. Ik som ze hier op:

  • Het bijschrift bij de van mijn website overgenomen figuur 2.3 klopt niet: CertiQ registreert niet uitsluitend "SDE en SDE+" vermogen in hun database, zoals in het onderschrift wordt weergegeven. Er zit ook nog een substantieel volume oudere MEP installaties bij, wat ik ook regelmatig benadruk in mijn maandelijkse CertiQ analyses. Ergo, het onderschrift had moeten luiden: "het totaal aan MEP en SDE en (dan wel: inclusief) SDE+ capaciteit in MWp".

  • SDE"+" regeling bestaat niet "sinds 2010" zoals geclaimd, maar sinds de SDE 2011 regeling werd geïntroduceerd, waarbij de facto particulieren uit de SDE werden geschopt toen de beleidsambtenaren van Maxime Verhagen de minimum deelname / acceptatie grens opschroefden naar projecten vanaf 15 kWp (oorspronkelijk 601 Wp, per SDE 2010 minimaal 1 kWp).

  • De "SDE+" heeft helemaal géén "cap", waarbij SZ suggereert dat dit een "limiet ten aanzien van de grootte van het systeem" zou hebben betroffen. Feit is, dat SDE 2008 gelimiteerd was op maximaal 3,5 kWp (en er minimaal 601 Wp moest worden aangevraagd, anders werd de aanvraag door destijds nog SenterNovem geshredderd), dat in SDE 2009-2010 er twee categorieën waren die "gemaximeerd" werden op 15 resp. 100 kWp (met wijzigingen voor de laagste vermogens, en de te subsidiëren opbrengsten). Dat met SDE 2011 (lees: "invoering van SDE+") de vermogens-maximering van 100 kWp werd opgeheven, en er vanaf die regeling zelfs ook voor "niet dak cq. gebouw-gebonden" PV-systemen subsidie kon worden aangevraagd (dus ook in theorie voor vrije-veld installaties). Wel is er tot en met SDE 2010 een maximaal subsidiabele specifieke productie van 850 kWh/kWp.jaar geweest (ook al produceerde je meer, alleen voor dat deel kreeg je de subsidie). En dat vanaf SDE 2011 die "subsidiecap" is opgetrokken naar maximaal 1.000 kWh/kWp.jaar (echter, nogmaals, zonder maximering op te installeren capaciteit van de PV generator!). Er zijn installaties die meer dan 1.000 kWh/kWp.jaar kunnen halen, maar die moeten dan wel geoptimaliseerd zijn, geen schaduw kennen, en bij voorkeur in de zonlicht rijkere regionen van Nederland staan. In dat geval zal een relatief bescheiden deel van de "meeropwek" geen SDE "+" subsidie krijgen (maar kan wel intern worden verbruikt of, bij overschot, aan een leverancier worden verkocht voor een paar cent/kWh).

  • "Eind 2013 88,5 MWp iets meer dan 10% van totaal vermogen in NL". Feit: De definitieve eindstand voor 2013 kennen we nog helemaal niet, want er was toen een grote herinschrijvings-operatie gaande bij CertiQ. Het hoogste eindcijfer voor 2013 is gerapporteerd in de maand november (CertiQ rapport 1 dec. 2013), 88,241 MWp. Maar omdat er op 1 januari 2014 nog maar 11.060 participanten stonden ingeschreven (1 dec. 2013: 11.088), moet daar nog capaciteit ontbreken. Het is afwachten wat de "definitieve" cijfers van CertiQ voor 2013 nog gaan opleveren (dat zal trouwens niet veel schelen met het geschatte vermogen van 88,5 MWp).

  • Als het "88,5" MWp zal zijn geweest, is dat 12,3% van het totale, door CBS op 26 mei voor het eerst gerapporteerde eindejaar-cijfer voor 2013 (722 MWp) geweest. Daarbij is de door SZ gemelde "iets meer dan 10%" een wat magere kwalificatie.

  • "Kwalijker" is de suggestie "Het aandeel zonnestroom van voor 2010 is toe te schrijven aan de toen geldende SDE-regeling voor particulieren". Waar SZ dat vandaan haalt weet ik niet, maar ik wil daarbij hier het volgende stellen.

    (a) Er is zelfs door bedrijven gebruikt gemaakt van SDE 2008 - SDE 2009 categorie "klein" (!!). Waarvan NS werkplaats Tilburg met hulp van ne-gen-en-tach-tig SDE 2008 beschikkingen "klein" (gemaximeerd op 3,5 kWp per stuk!) uiteindelijk een PV-installatie van 189 kWp heeft gekregen. Wat waarschijnlijk in de berichtgeving van SZ beslist te kwalificeren zou moeten zijn als een "grootschalig", en beslist NIET "particulier" PV project. Geïnstalleerd door bepaald geen "kleine" speler als DEC/VolkerWessels (project pagina).

    (b) Ook een "berucht" exemplaar is het uitvoerig door mij beschreven Klepperstee project bij Ouddorp op Goeree Overflakkee, wat acht-en-vijf-tig SDE 2009 "klein" beschikkingen van elk (max.) 15 kWp kreeg toegewezen door SenterNovem, daarbij handig gebruik makend van een glitch in het oerwoud van "voorwaarden" (voor categorie "groot" gold beperking aan/op een gebouw, die beperking waren de EZ ambtenaren "vergeten" in te bouwen voor SDE 2009 "klein" !!). En uiteindelijk, na een hoop gedoe met de Provincie, met die stapel SDE beschikkingen in de hand een voor NL begrippen beslist "grootschalig" project van 844 kWp wist te realiseren! Voor zover mij nu bekend nog steeds het 8e grootste bestaande PV project van Nederland...

    (c) Er zijn trouwens ook particulieren die een MEP beschikking hebben voor een zonnestroom installatie (ik ken er twee, er zullen er beslist meer zijn). Het aantal is onbekend, maar ze zijn er, naast de dominante aanwezigheid van grote installaties als Floriade dak van NUON/Siemens (je kon tien jaar lang 9,7 eurocent/kWh subsidie beuren mits je een bruto productiemeter liet installeren). Eind maart 2008, vlak voor de eerste SDE regeling officieel werd geopend, waren er volgens de laatste historische cijfers van CertiQ (in bezit van Polder PV) 619 participanten bij CertiQ met een geaccumuleerd vermogen van 12,3 MWp. De gemiddelde systeemgrootte was toen 19,9 kWp, wat sterk is vertroebeld door grote projecten als 2,3 MWp Floriade dak, 674 kWp Ecopark Waalwijk, 518 kWp Blijdorp Oceanium, etc. Als je slechts die 3 er af haalt, duikt dat systeemgemiddelde al naar 14,3 kWp/installatie.


    De formulering in het SZ rapport, met verwijzing naar mijn CertiQ grafiek, doet vermoeden dat ze de "gerealiseerde capaciteit vóór 2010" (ruim 20 MWp) lijken toe te schrijven aan de SDE regeling(en). Echter, al een substantieel deel van die capaciteit betreft niet SDE-gesubsidieerde installaties, maar al vele jaren lang zonnestroom producerende systemen met MEP subsidie (ruim 12 MWp sinds maart 2008)...

    (d) Er zijn echter in de loop van de tijd ook, wat (nog) gesubsidieerde MEP installaties betreft, alweer de nodige uit het subsidie administratie systeem verdwenen. In het MEP/SDE jaarverslag van RVO.nl over 2013 (peildatum 1 maart 2014) wordt nog maar melding gemaakt van 490 beschikte (gesubsidieerde) MEP projecten met een gezamenlijk vermogen van nog maar 9 MWp (opgegeven cijfer is afgerond). Dit betekent echter beslist niet dat de betreffende "niet meer door RVO geadministreerde" oude MEP installaties zijn afgebroken. En/of dat ze niet meer bij CertiQ staan "geregistreerd". Alleen, dat ze geen MEP subsidie meer krijgen. Het verschil met de CertiQ cijfers is een substantieel volume van 3,3 MWp op peildatum 1 maart 2014.
    Onwaarschijnlijk is dat al die capaciteit, als je bijvoorbeeld met een volume van een ouder type 125 Wp/module zou rekenen, "goed" voor zo'n 28.000 oude zonnepanelen, al zou zijn "afgevoerd". Waarschijnlijk is dat het merendeel gewoon nog stroom levert op de plek waar ze vele jaren geleden zijn geïnstalleerd.

    (e) De conclusie van dit alles moet sowieso luiden dat de suggesties van SZ, "alleen particuliere installaties" voor (SDE) 2010, en/of "particulieren (alleen in) SDE voor 2010" niet kloppen.

  • Een volgende frase in het SZ rapport is ook merkwaardig gezien het beschikbare cijfermateriaal, "Met de huidige gegevens schatten we het totaal aan SDE+ aan grootschalige geïnstalleerd vermogen aan zonnestroom op ongeveer 70 MW. Dit betekent dat 18,5 MW aan vermogen aan zonnestroom geïnstalleerd is door particulieren". Klopt dit? Neen.

    (a) Laatst bekende cijfers RVO.nl van 1 juli 2014, realisaties SDE 2008-2012 (alle SDE-gesubsidieerde PV installaties, "klein" en "groot"): 9,8 + 22,3 + 17,5 + 16,7 + 4,0 + 8,0 = 78,3 MWp. De laatst bekende stand van CertiQ (= MEP + SDE) was: 105,727 MWp eind augustus 2014. Eind maart 2008 stond er 12,309 MWp genoteerd bij CertiQ (historische revisie data in bezit van Polder PV), wat "MEP vermogen" moet zijn geweest. SDE ("alle PV projecten" onder alle regelingen, van SDE 2008 tot en met "SDE+" 2013) zou dus geaccumuleerd 93,4 MWp moeten kunnen hebben bij CertiQ (status eind aug. 2014). Let op dat het "MEP/SDE jaarverslag" over 2013 (pdf), gepubliceerd in juni 2014, cijfers bevat met peildatum 1 maart 2014, die zijn dus alweer verouderd t.o.v. dat laatste halfjaar overzicht.

    (b) RVO geeft in de laatste halfjaarlijkse updates helaas geen segmentatie meer voor "SDE klein cq. SDE groot". De laatste maal dat dit geschiedde was in de update van 1 juli 2012. Voor de "SDE groot" (alle regelingen vanaf SDE 2009, minimaal 15 kWp per project, naast "SDE klein" tm. SDE 2010!) werd toen genoemd: 8,9 (SDE 2009) + 2,5 (SDE 2010) + 1,7 (SDE 2011) = 13,1 MWp. Voor de "SDE klein" (waar dus óók bedrijven via handige truuks van gebruik hebben kunnen maken, zie boven, al zal dat beslist bij het totaal geen groot volume zijn geweest) was dat toen 8,7 (SDE 2008) + 10,9 (SDE 2009) + 11,2 (SDE 2010) = 30,8 MWp. In totaal was er op die datum 43,9 MWp "gerealiseerd SDE vermogen" bekend bij de voorganger van RVO.nl (Agentschap NL).

    (c) "Gelukkig" kunnen we in de steeds interessanter wordende Klimaatmonitor database details van die oudere regelingen vinden. Die zijn daar namelijk uitgesplitst in realisaties bij "particulieren" respectievelijk "organisaties". Waarbij de laatstgenoemde categorie natuurlijk ook "bedrijven" zal moeten bevatten. Voor "particuliere" realisaties zijn met name (doch niet exclusief, zie verder!) de SDE regelingen 2008 tot en met 2010 relevant. Apart is echter hierbij, dat zelfs voor SDE 2011, die slechts beschikbaar was voor installaties vanaf 15 kWp, toch ook nog een contingent "particulieren" wordt genoemd (!). Dit zijn waarschijnlijk kleine boeren, kleine instellingen, e.d. geweest, en/of, wellicht, de wat beter bedeelde Nederlanders, die minimaal 15 kWp op hun dak(en) kwijt konden, niet als "organisatie" of "bedrijf" konden worden aangemerkt, en die de sprong in het diepe hebben gewaagd bij het aanvragen van SDE "+" subsidie in dat jaar. Gezien onderstaande tabel is dat een "relatief klein, maar beslist niet weg te gummen" volume van 819 kWp geweest op peildatum 1 maart 2013. Het laatst genoemde jaardossier, SDE 2012, bevatte toen (nog) geen data, dus daar is nog niets over te zeggen.


    Hierbij natuurlijk ook weer een waarschuwing: het hoeft niet zo te zijn dat genoemde categorieën bij Klimaatmonitor voor genoemde SDE jaargangen overeenkomen met de categorieën "klein" resp. "groot". Maar waarschijnlijk lijkt het wel. In onderstaande tabel heb ik ook de stand van zaken een jaar later, peildatum 1 maart 2014 met afgeronde getallen in het MEP/SDE jaarverslag 2013 van RVO.nl toegevoegd, evenals de voorlopige eindstand van MEP + SDE bij CertiQ per 1 september 2014.


    KLIK op plaatje voor uitvergroting

    Uit deze reken excercitie volgt dat voor de "categorie particulieren" volgens uitgangspunt van Klimaatmonitor er mogelijk gerekend kan worden met 19,5 MWp tot aan peildatum 1 maart 2014. Wat iets hoger is dan de schatting van SZ (18,5 MWp tot en met eind 2013). Daarbij wel de aantekening, dat er een forse wijziging is geweest per SDE 2011. Want het systeemgemiddelde bij genoemde "particulieren" lag in de SDE jaren 2008-2010 tussen de 2 en 4 kWp in. Het formaat van de ons bekende "klassieke kleine Nederlandse residentiële PV systemen". In 2011 was dat zelfs bij de categorie particulieren fors gestegen naar ... gemiddeld 31,5 kWp (205 gerealiseerde beschikkingen in die categorie)! Dat heeft er waarschijnlijk mee te maken dat bijvoorbeeld boeren e.d. als "particulier" (kunnen) hebben aangevraagd, en een schuurdak hebben laten vol leggen. De crux is natuurlijk: reken je zo'n dak met grofweg 158 modules van 200 Wp (toen "gangbaar") tot een categorie "groot", of wellicht beter tot een categorie tussen "residentieel" (klein) en "zakelijk groot" in? Een vervolgvraag zou moeten luiden, "waar begint de categorie grootschalig eigenlijk?" Als daar geen duidelijkheid of consensus over is, heeft het ook weinig zin om onderscheid te maken tussen "particulieren" en "grootschalige toepassing" van PV, zoals Stichting Zonnestroom lijkt te doen, ook gezien de data die Klimaatmonitor opgeeft. Verder is er nog geen duidelijkheid over eventuele toegevoegde capaciteit op conto van "particulieren" in regelingen vanaf SDE 2012 (inclusief eventueel nog bij te werken capaciteit van eerdere regelingen) bij Klimaatmonitor. En daarbij is ook nog het volume aan capaciteit bij "particulieren" binnen de MEP regeling onbekend (onderdeel van de totalen bij CertiQ).

    (d) Voor de SDE "klein" (maximaal 15 kWp, in SDE 2008 zelfs maar max. 3,5 kWp) wordt door Polder PV afgeschat dat het totaal op peildatum 1 juli 2014 zo'n 35 MWp "gerealiseerd" kan hebben bedragen tm. SDE 2010.
    Zoals geschetst, hebben zelfs bedrijven van die categorie gebruik kunnen maken. Een bekend ander project betrof de flats van Heuvelrug in Driebergen, waar maar liefst 129 SDE 2008 beschikkingen zijn ingezet, en en een vermogen van bijna 248 kWp is gerealiseerd. Weliswaar zijn daar huishoudens die via kostenreductie van de stroomnota voor de centrale voorzieningen profiteren, maar dit kan niet anders dan als een "grootschalig" project worden gekwalificeerd. Wat op gespannen voet staat met de kunstmatige verdeling "particulier" versus "grootschalig". Een nog duidelijker voorbeeld is het ook door het gefailleerde Energieker getrokken "grootschalige" 176 kWp project voor huurwoningen van Ymere, waarbij alle betreffende huurwoningen zelfs een SDE bruto productiemeter én een op afstand uitleesbaar monitoring apparaat hebben gekregen: zeer duidelijk "toepassing particulier", maar als project impliciet "grootschalig".

    (e) Als we de uitspraak letterlijk nemen, "het totaal aan SDE+ projecten", kan er alleen maar naar de SDE 2011 regelingen en later worden verwezen, daarvoor bestond het "fenomeen SDE+" immers nog helemaal niet. Terug grijpend op de laatste gegevens van RVO.nl en CertiQ, kan dat alleen maar om een volume van (106 MWp CertiQ per 1 sep. 2014 minus minimaal 49 MWp SDE 2008-2010 RVO.nl per 1 maart 2014 =) minimaal zo'n 57 MWp aan "grootschalige" (>= 15 kWp) realisaties zijn gegaan. Dat ligt nogal ver van de door SZ geschatte 70 MWp af, zelfs al zou je rekening houden met nog een late invulling/registratie van oudere SDE 2008-2010 projecten die nog niet in de cijfers van RVO.nl zijn verwerkt. Dat volume kan volgens mij nooit 13 MWp hebben bedragen.

    (f) Hoe je het ook wendt of keert, of er eind 2013 "70 MWp aan grootschalige installaties" binnen de SDE+ regeling heeft gestaan, zoals SZ lijkt te claimen, is ten eerste zeer onwaarschijnlijk. Ten tweede zijn er ook nog steeds geen definitieve cijfers voor dat jaar.

(3) Bizar gegoochel met foute cijfers "grootschalige opwek" leidt tot foute conclusies

Dat er een fout wordt gemaakt met de interpretatie van de beschikbare MEP en SDE cijfers is nog tot daar aan toe (dat is inderdaad ingewikkeld, je moet heel goed letten op alle wijzigingen en "wat er exact met bepaalde cijfers wordt bedoeld"). Maar dat die fout vervolgens nog verder wordt uitvergroot is onvergeeflijk. De door SZ genoemde "70 MWp toe te schrijven aan grootschalige opwek" wordt namelijk direct 1 op 1 vergeleken met de totale markt accumulatie cijfers van CBS voor 2013 (voor het eerst gepubliceerd op 26 mei 2014) op pagina 10 van het rapport.

Stichting Zonnestroom stelt doodleuk dat van de 722 MWp door CBS gerapporteerde (voorlopige) eindejaars-capaciteit slechts "genoemde" (sowieso te optimistisch gedachte) "SDE+ 70 MWp grootschalige" capaciteit betreft. En trekt daaruit vervolgens de hoogst merkwaardige en apert foute "conclusie" dat er "ongeveer 650 MW is geïnstalleerd op daken van particulieren, ofwel 90% van het totaal geïnstalleerde vermogen" !! Van die claim klopt echt helemaal niets.

(1) Ten eerste, hier wordt rücksichtslos verondersteld dat alle "grootschalige, niet door particulieren geplaatste" PV projecten (alleen) onder de SDE+ regelingen (ergo, vanaf SDE 2011) zouden zijn gerealiseerd. Dat is klinkklare nonsens, want "grootschalige" PV-projecten (gedenk 2,3 MWp Floriade dak uit 2002, etcetera) zijn onder alle regimes in Nederland gerealiseerd, of het nu een antieke NOVEM subsidie uit de negentiger jaren van de vorige eeuw (al of niet met "hulp van Europa") betrof (voorbeeld: Nieuw-Sloten A'dam 250 kWp), MEP subsidie (2003-2006), SDE (vanaf 1 april 2008), SDE+ (vanaf 1 juli 2011), EIA, VIA, VAMIL, en noem ze maar op. SZ gaat doodleuk uit van (een foutief veronderstelde) "er is maar 70 MWp grootschalig, en dat kwam uit de SDE+ regelingen", en concludeert met hetzelfde gemak "de rest moet dan dus wel particulier zijn geplaatst". Dat slaat nergens op.

Ik heb de EIA al genoemd. CBS heeft daar al lang cijfers over gerapporteerd, die ik ook al heb genoemd. Houdt u vast, want alleen dat al laat een "wat ander beeld" zien dan door SZ geschetst. EIA, reminder, is uitsluitend beschikbaar voor bedrijven. Particulieren kunnen smeken dat ze een ons wegen, ze krijgen er geen cent van. Dus alle EIA projecten worden op/bij/door bedrijven gerealiseerd. In de gedachtenwereld van SZ lijkt dat "dus" onder de noemer "grootschalig" te moeten worden ingeschaald. CBS "hernieuwbare energie" rapportages 2012 en 2013: 2008 tm. 2011 35 MWp PV projecten, 2012 45 MWp, en in 2013 zelfs 110 MWp via EIA beschikt. Dat laatste volume, "in 2013 te plaatsen zonnepanelen" (er van uitgaand dat het toegestane volume ook daadwerkelijk is gerealiseerd), kwalificeert CBS zelfs als "bijna een derde van het bijgeplaatste vermogen in 2013" (sic). Totaal alle EIA PV projecten vanaf 2008 (maximaal, er van uitgaand dat er ook aanvragen niet zijn gerealiseerd, al lijkt dat vrij onwaarschijnlijk): 190 MWp. Aangezien ze niet "particulier" (kunnen) zijn gerealiseerd, "moet" dat volgens SZ normen dus als "grootschalige PV" implementatie worden gekwalificeerd. Alleen dit volume "grootschalig" (vanwege EIA regeling) is al een factor 2,7 maal het "maximale" (?) volume "grootschalig" wat SZ claimt.

Dubbelaars SDE/EIA

CBS geeft ook in hun HE rapport over 2012 aan dat er "gedubbeld" kon worden tussen EIA en SDE (kon zelfs tm. SDE "+" 2013, dat mag niet meer onder de nieuw opgetuigde SDE 2014 regeling, zie RVO.nl). Het statistiek instituut schatte voor 2012 destijds (in een eerste, grove analyse), dat "van de 56 MWp aan SDE zonnestroomprojecten 25 MWp óók EIA heeft ontvangen", dus 45% "dubbeltelling". Voor 2013 geeft CBS helaas geen nieuwe schatting op. Maar als we die 45% toepassen op de 71 MWp gerealiseerd die in maart 2014 in de SDE zou zitten (tabel D14 in MEP/SDE 2013 jaarverslag van RVO.nl), zou "een eventuele dubbeltelling" van dat volume 32 MWp "ook EIA aftrek" kunnen betreffen.

Kijken we naar de laatst bekende stand van zaken, op 1 sep. 2014, bijna 106 MWp bij CertiQ, minus 9 MWp MEP = 97 MWp SDE, zou, zelfs bij een conservatief uitgangspunt van "30%", 29 MWp "dubbeltelling" SDE/EIA kunnen hebben gehad. Trekken we van genoemde 97 MWp CertiQ "SDE" 29 MWp "EIA dubbelaars" en een grof geschat volume van 35 MWp "SDE klein" van af (zie boven), daarbij verder negerend dat ook daar bedrijven van gebruik hebben kunnen maken/hebben gemaakt, houd je een volume van zo'n 33 MWp "alleen SDE" subsidie "grootschalig" over (andere regelingen zoals VAMIL etc. negerend, want onbekend).

Uiteraard zijn er ook bedrijven die grote PV projecten realiseren zónder gebruik te maken van de SDE regeling. Een beroemde is Hitachi Data Systems Zaltbommel, 1.606 kWp (!), het 4e grootste PV project in Nederland wat ik momenteel ken. Waar het project werd gerealiseerd zónder SDE subsidie, maar wel mét een EIA beschikking. Verwachting "terugverdientijd" van het grote zonnestroom project: 11-12 jaar (artikel Kadans Vastgoed). In de formuleringen van Stichting Zonnestroom, die het alleen maar heeft over "grootschalige" PV in context van (foutief) "70 MWp onder SDE+", komen dergelijke buiten de SDE om gerealiseerde PV projecten dus ook helemaal niet voor...

Met genoemd totaal volume 190 MWp "EIA" in de CBS rapporten, en de conservatief door mij berekende "en dan ook nog mogelijk 33 MWp PV projecten met alléén SDE subsidie bij bedrijven", kom je al op een volume van zo'n 223 MWp "PV projecten bij bedrijven" uit, 31% van het totale geaccumuleerde volume eind 2013 (722 MWp volgens CBS)... Dat is een factor 3,2 maal het volume "niet particulier, grootschalig", van 70 MWp, bij SZ. Ik laat de MEP regeling hier verder buiten beschouwing, want die werd door Joop Wijn in augustus 2006 dicht gegooid, en EIA voor PV was pas vanaf 2008 mogelijk.

Ik heb het ook nog niet eens gehad over de - hypothetische - mogelijkheid dat bedrijven zelfs zonder MEP, SDE, en/of EIA PV projecten hebben kunnen realiseren. Of dat "waarschijnlijk" is, is de vraag, maar uitsluiten kun je het niet.

Conclusie

De conclusie is: de bewering van SZ dat "70 MWp grootschalige (PV) opwek betreft", en dat "dus 650 MWp is geïnstalleerd op daken van particulieren" klopt van geen kant. Het aandeel PV op bedrijven (en dus, in de bewoordingen van SZ, "grootschalig") is veel groter, ruim 30%. Impliciet slaat de bewering van SZ, "ofwel 90% van het totaal geïnstalleerde vermogen aan zonnestroom is toe te schrijven aan investeringen door particulieren", de plank zeer vér mis. Het klopt voor geen meter. En CBS heeft daar zelfs al eind 2012 een duidelijke aanwijzing voor gegeven, dat die bewering (ook toen al) niet kon kloppen. De statistici hadden namelijk een maatwerktabel gepubliceerd, waarbij ze, onder voorbehoud van zowel positieve als negatieve beïnvloedende factoren, voorlopig hebben vastgesteld dat in dat jaar er bijna 70 procent van het PV vermogen bij particulieren moest zijn opgesteld, en dat "de rest" dus - wederom in lijn van de definitie van SZ - "grootschalig" moet zijn geweest. Sterker nog, CBS heeft een onderverdeling van "die rest" gegeven in gerealiseerd PV vermogen in de dienstensector, de landbouw, bij energiebedrijven, in de industrie, en in de bouw. En de grafiek die ik van die tabel heb gemaakt staat al sinds eind 2012 op mijn marktoverzicht pagina. En wel hier...

Uit bovenstaande ruwe berekening door Polder PV volgt, dat het aandeel "niet particulier" mogelijk iets gegroeid lijkt te zijn t.o.v. het totale PV volume voor 2013 (meer dan 30% van totaal). Ondanks het grote volume van 170 MWp wat bij particulieren onder de "nationale subsidieregeling" is gerealiseerd in de eerste jaarhelft van dat jaar (zie artikel met cijfers). Dat is ook helemaal niet verbazingwekkend. Want de berichten over plaatsingen van soms forse PV installaties op daken van gemeentehuizen, scholen, boerderijen, en talloze andere bedrijven, vlogen ons toen al om de oren, en de groeicurve voor de totale markt schoot in 2013 fors verder omhoog. Ik ben benieuwd wat eventuele ververste cijfers van CBS in dit opzicht voor (andere) wijzigingen zullen gaan laten zien tussen de getoonde sectoren.

Afgeleide beweringen kloppen dus ook niet

Ook de "afgeleide" beweringen van SZ, "volgens PIR gegevens zou segment particulier zelfs nog hoger percentage kunnen hebben" (dan genoemde, veel te hoge "90%), resp. "In de afgelopen 2 jaar is er door particulieren zo'n 500 MW geïnstalleerd", kunnen in de prullenbak. Daar is geen enkel bewijs voor en ze zijn gewoon fout. Met de nationale subsidieregeling die 272 MWp (uitsluitend) particuliere installaties in de markt zette (beschikkingen tussen 2 juli 2012 en 8 aug. 2013), en een veronderstelde toevoeging van, grofweg (154 x 0,7)/0,8 = 135 MWp** in jan-jun 2012 en aug-dec 2013, kom je nog "maar" op 405 MWp uit voor particulieren in die twee kalenderjaren. En beslist geen 500 MWp. Het is hoogst onwaarschijnlijk dat zo'n missend volume van 95 MWp bij particulieren "buiten genoemde, zeer laagdrempelige subsidieregeling" om zou zijn gerealiseerd in de eerste jaarhelft van 2012 of de tweede helft van 2013. 95 MWp zou namelijk "goed" zijn voor zo'n 32.000 installaties van elk 3 kWp. Dat is een enorm volume. Derhalve moet de "900 miljoen Euro investeringen in 2012-2013 door particulieren" claim uit het SZ rapport ook in de koelkast, het is waarschijnlijk fors minder geweest.

De "besparing van veel energiebelasting" die SZ claimt wordt niet gekwantificeerd noch gekwalificeerd. Correcter is: particulieren vermijden met hedendaags salderen de volledige variabele stroomprijs, waarvan 71% (bij Vattenfall grijs enkeltarief contract) niet meer naar de Staat toe gaat: energiebelasting + SDE heffing (niet genoemd door SZ) + btw over de totale kWh prijs. Zie mijn kWh prijs updates, beknopt, of volledig uitgewerkt.

** Aannames: 46 MWp totaal toegevoegd aan PIR jan. - jun. 2012, 108 MWp totaal toegevoegd aan PIR aug. - dec. 2013 (beiden uit spreadsheet analyse data Netbeheer Nederland medio juli 2014), "70 procent van totaal volume kan particulier zijn", resp. "80 procent van werkelijk aantal installaties zou in PIR kunnen staan". De laatste twee aannames zijn vooralsnog onzeker, en daar kan dus nog een behoorlijke afwijking in zitten.


(4) PIR register

Op pagina 9 worden door SZ cijfers uit het PIR register genoemd, die ik op Polder PV de afgelopen jaren al in diverse artikelen in groot detail heb geanalyseerd. De opgaves van SZ zijn al lang achterhaald. De "eind 2013" door SZ gemelde 665,5 MWp resp. 161.964 installaties in het PIR register bij Klimaatmonitor zijn namelijk flink omlaag bijgesteld (al gemeld en geanalyseerd door Polder PV op 24 juli): 578,0 MWp resp. 145.046 installaties (13% resp. 10% lager). Genoemde 578,0 MWp wordt nota bene door SZ getoond in mijn grafiek, 4.1, op pagina 14 van het rapport. De waarschijnlijke oorzaak van die heftige neerwaartse bijstellingen: in ieder geval de enorme opschonings-operatie in de PIR data van de grootste netbeheerder Liander (analyse Polder PV). Derhalve is het systeemgemiddelde in "PIR-KM" ook wat lager geworden. Niet 4,11 kWp zoals SZ meldt, maar in 2013 nog maar 3,98 kWp.

Ook de door SZ opgegeven cijfers voor "juli 2014" kloppen niet (meer?). Er werd "755 MWp" en "185.443" gemeld met verwijzing naar Klimaatmonitor (PIR). Momenteel staat daar echter 739 MWp resp. 181.967 installaties (peildatum februari 2014, laatste wijziging alweer van 3 augustus 2014).


(5) Aannames

In de tabel met "aannames" voor berekeningen op pagina 12, wordt voor elektriciteit een verbruik voor particuliere huishoudens van 3.300 kWh/jaar gesuggereerd. Daarbij wordt echter verwezen naar een oud CBS artikel van 16 januari 2012, wat nota bene een verbruik voor het jaar 2010 citeert, bijna 4 jaar geleden. Het laatst bekende CBS cijfer is voor kalenderjaar 2012, en dat is alweer gedaald naar 3.200 kWh (tabel). Derhalve moeten berekeningen die op basis van dat gemiddelde verbruik zijn gebaseerd worden aangepast. De "nieuwe opbrengstfactor" van 875 kWh/kWp.jaar (laatste toevoeging "jaar" is vergeten in tabel), die ik liever als "specifieke opbrengst", in navolging van Duitse terminologie zou zien, wordt nog niet door CBS gehanteerd (zijn ze wel van plan). CBS hanteert nu nog oude "kengetallen" (de beruchte 700/400 kWh/kWp.jaar).


(6) Zonnestroom in de Nederlandse stroom mix

Op pagina 13 van het rapport wat perspectief t.o.v. de "conventionele" opwek in Nederland (dominant fossiel, ondanks alle reuring in Den Haag). Hier worden 2 zaken geclaimd:

(a) "Met 1 GW van dit vermogen uit zon betekent dit dat op een zonnige dag in de zomer, in Nederland maar liefst 4% stroom door zonne-energie wordt opgewekt". Kennelijk wordt hier gerefeerd aan een hoge dagproductie (in kWh) in de zomer. Klopt dat? Als we er van uitgaan dat het jaarlijkse stroomaanbod gemiddeld "mag" worden, krijgen we het volgende sommetje, gebaseerd op de voorlopige CBS data voor 2013 (StatLine tabel Elektriciteitsbalans): totaal aanbod 116,8 TWh, waarvan fysieke productie in NL slechts 98,6 TWh. De rest betreft het verschil tussen het enorme import volume (33,3 TWh) minus de veel bescheidener export hoeveelheid (15,0 TWh). Rekenen we die hoeveelheden terug naar een "gemiddelde hoeveelheid per dag", kom je bij een jaar van 365 dagen op ongeveer 320 GWh aanbod bij een fysieke productie van plm. 270 GWh per dag.

Op zomerse, niet al te hete, lange dagen, kunnen goede PV systemen ongeveer zo'n 7 kWh/kWp aan stroom produceren (het gemeten record bij Polder PV, met relatief minder efficiënte micro-omvormers, was 6,8 kWh/kWp voor een OK4E-100 aangesloten op een 108 Wp module, op 24 juni 2002). Bij een opgestelde capaciteit van 1 GWp zou op zo'n dag dus ongeveer 7 GWh aan zonnestroom geproduceerd kunnen worden. Dat is slechts 2,2% van het totale aanbod aan (niet PV-gerelateerde) elektriciteit op een gemiddelde dag, resp. 2,6% van de fysieke productie in NL.

Zelfs als we de maandelijkse productiecijfers van 2013 er bij halen (StatLine tabel), en we nemen de maand met het laagste aanbod cq. productie, verandert dit beeld niet wezenlijk:

Aanbod laagst in mei 2013, 8.795 GWh, is gemiddeld 284 GWh/dag. Dit resulteert bij een "goede" 7 GWh zonnestroom productie uit 1 GWp vermogen in een aandeel van 2,5%.

Fysieke productie laagst in juni 2013, 6.734 GWh, is gemiddeld 224 GWh/dag. Bij "goede" 7 GWh zonnestroom uit 1 GWp vermogen krijgen we dan een aandeel van nog steeds maar 3,1%

Onduidelijk is derhalve, waar SZ de door hen genoemde "4%" vandaan haalt, tenzij ze "iets anders" bedoelen.

Vervolgens stelt SZ "op een zonnig moment in de zomer wekken alle Nederlanders met zonnepanelen net zo veel zonnestroom op als..." waarna enkele "vergelijkings-modaliteiten" worden getoond. Bij de eerste "keuze", kerncentrale Borssele, gaat het al fout. Daarvan wordt de capaciteit op 477 MW gesteld. EPZ geeft echter 485 MWel op in haar historische overzicht. Als 2 van dat soort kerncentrales op full-power zouden draaien (overzicht meldt zelfs een record van 492 MW voor Borssele), zouden ze een gezamenlijk output vermogen hebben van 984 MW.

Het gebeurt zelden dat zonnepanelen hun "STC" (DC) vermogen halen, laat staan dat ze onder warme condities en hoge celtemperatuur (veel hoger dan de 25 graden C onder STC) een hoge continue output hebben. Het actuele output vermogen komt dan fors onder druk te staan (de energieproductie in kWh in de zomer blijft desondanks hoog, omdat de dagen zeer lang zijn en gemiddeld genomen zonrijk).

Hoge vermogens worden zeer kort gehaald in bijvoorbeeld het voorjaar, als de zon fel op witte, reflecterende wolkenranden staat te schijnen, de luchttemperatuur bijvoorbeeld door oostenwind laag is, er ook daadwerkelijk een lekkere bries staat, en bij voorkeur als er ook nog af en toe een ijskoud regenbuitje op de panelen is gevallen waarna de instraling even kortdurend kan "toppen". Je mag echter blij zijn als in hoogzomer er 80 watt AC vermogen uit de omvormer komt bij een 100 Wp paneel, vaak is het nog lager (voorbeeld bloedhete 4 aug. 2003: 72% van STC vermogen als AC output uit omvormer op zonnigste moment). Zonnepanelen kunnen in continu zonlicht, bij onbewolkt weer, en bij hoge lucht temperatuur, flink heet worden. Blauwe Hoek in Spijkenisse meet al vele jaren lang de temperatuur van de achterzijde van een zonnepaneel en geeft een maximum bereikte temperatuur van 65,5 graad Celsius op 23 juli 2013! Dat ligt ruim veertig graden boven de onder STC condities vastgestelde cel-temperatuur (25 graden C)! Derhalve lag het maximale door de omvormer afgegeven AC vermogen op die dag in Spijkenisse op slechts 1.956 watt. Het STC vermogen van de SolarWorld modules van Blauwe Hoek (getest bij 25 graden C) ligt op 2.700 Wp (ergo, t.o.v. STC DC vermogen op die dag ook slechts 72 procent bij AC output van de inverter).

Als we nu "optimistisch" met een hoge verhouding van 80% (AC output t.o.v. STC vermogen) rekenen, zou 1 GWp opgesteld zonnestroom vermogen zo'n beetje op haar max 800 megawatt vermogen op het net kunnen zetten, nog helemaal geen rekening houdend met de suboptimale situaties bij talloze installaties, dus in werkelijkheid fors minder. Dat is slechts 81% van de output van de genoemde fictieve "2 Borssele kerncentrales", in werkelijkheid zal het op hete zonnige dagen beslist nog een heel stuk minder zijn...


(7) "De berekening van de datum van behalen van 1 GWp"

Tot slot natuurlijk de belangrijkste "opdracht" waar in het rapport een antwoord op wordt gezocht, namelijk het bij benadering "vaststellen" van "een datum" waarbij Nederland 1 GWp zonnestroom capaciteit behaald zou hebben (nogal relevant als je een feestje wilt vieren om dat heuglijke feit te vieren). Daarbij worden maar liefst 3 grafieken van Polder PV gebruikt, gepubliceerd in zijn uitgebreide analyse van de nieuwste PIR data door Netbeheer Nederland, op 24 juli 2014.

Ten eerste blijf ik zelf erg voorzichtig met het doen van harde uitspraken over "zo'n datum", daarbij meteen al aangevend dat 1 GWp "ergens in de tweede helft van" 2014 wel als "waarschijnlijk" mag worden verondersteld gezien de nu bekende data. Er zijn namelijk teveel onzekere cijfers, die ook nog met terugwerkende kracht gewijzigd kunnen worden (zoals dat meermalen in het verleden is gebeurd). Registratie in het PIR is niet bij Wet afgedwongen, en er mist dus sowieso capaciteit. Bij het "vinden" van die missende capaciteit mag verwacht worden dat "een 1e GWp datum" naar voren in de tijd zal kunnen worden verschoven. Maar er zijn ook met terugwerkende kracht heftige negatieve ingrepen in zowel "aantallen", als "capaciteit" van PV-installaties in het PIR register geweest (berucht voorbeeld bij Liander, die daar geen ruchtbaarheid aan heeft gegeven). De "plussen en minnen" als gevolg van alle nog mogelijke wijzigingen kunnen elkaar opheffen of elkaar overvleugelen. Welke kant het "eindresultaat" uiteindelijk op gaat, is dus nog steeds niet met zekerheid te zeggen.

Maar er moest een feestje komen, en een datum, vandaar dat Stichting Zonnestroom met enkele aannames aan het rekenen ging, en uiteindelijk op basis daarvan tot de uitspraak "halverwege september 2014" kwam (pagina 16 van het rapport).

Een van de "aannames" daarbij - op basis van de door mij gemaakte grafieken in het uitgebreide artikel van 24 juli jl. - "de groeisnelheid in vermogen in de maanden tot en met 15 juli 2014 is daarmee 26,4 MW per maand op basis van het PIR (NN)". Alleen al die claim mag worden betwijfeld. Want hoe komt SZ aan dat getal? Ze nemen kennelijk de "171,4 MWp" uit figuur 4.3, en delen dat door 6,5, uitgaande van het volume wat op de publicatiedatum van die cijfers (15 juli 2014) zou zijn bereikt. Dat klopt echter niet. Want ik heb in mijn grafiek onder paragraaf 2b in het oorspronkelijke artikel laten zien dat er ook al capaciteit voor de nog helemaal niet "gerealiseerde" maanden augustus tot en met december op de publicatiedatum stond "geboekt" bij de netbeheerders. Waarvan sowieso niet zeker is of dat wel "reële", daarwerkelijk fysiek in genoemde maanden op te leveren installaties betreft. Het gaat daarbij om een volume van in totaal 7 MWp vanaf augustus. En er is ook nog de complicatie van "de rest voor juli", wat toen nog niet bekend kon zijn (als cijfers al als "definitief" zouden moeten worden verondersteld, wat ze niet zijn).

SZ neemt waarschijnlijk vervolgens genoemde "26,4 MWp groeisnelheid per maand", en deelt dat door 81,9% met als veronderstelling dat het de "conversie naar het werkelijke, straks bij CBS bekende" vermogen zou moeten betreffen (gebaseerd op verhouding tussen voorlopige accumulatie cijfers voor 2013 bij CBS en het PIR van Netbeheer Nederland). Neerkomend op "32,2 MWp/maand CBS equivalente groei". Op basis van de 722 MWp eind 2013 (eerste schatting CBS, 26 mei 2014) en het "nog missende" vermogen van 278 MWp, zou SZ geconcludeerd kunnen hebben dat er nog 278/32,2 = 8,6 maanden "te gaan zouden zijn vanaf 1 januari 2014" voordat de 1 GWp drempel gehaald zou kunnen zijn. Derhalve: ongeveer medio september dit jaar. SZ zelf rondt het op de "conclusie" pagina (16) echter af op "8,5 maanden".


Belangrijke overwegingen bij berekening

Er valt wel e.e.a. af te doen aan die berekening. Zuiverder is, omdat juli 2014 nog helemaal niet was "vol gemaakt" tijdens de publicatie van die cijfers (15 juli 2014), om alleen de reeds verstreken volle maanden mee te nemen in 2014, dus januari tot en met juni. Ook hier weer met het nodige voorbehoud: het is nog volstrekt niet duidelijk of de gepubliceerde cijfers van Netbeheer Nederland niet alsnog met terugwerkende kracht zullen wijzigen. Daar zijn beslist aanwijzingen voor, omdat nog steeds in het PIR dossier in Klimaatmonitor staat gemeld dat Berkelland (Gld, NB: Liander gebied...) de gemeente met het grootste PV vermogen in Nederland zou zijn (12,1 MWp, 3,8 MWp meer dan het inmiddels flink door Liander "kaal geplukte" Amsterdam, wat in februari nog 16,2 MWp "zou hebben gehad"!). Zoals ik al meermalen heb aangegeven, is er geen enkele aanwijzing dat die slechts 45.000 inwoners tellende agrarische gemeente Berkelland zo'n absurd groot vermogen op haar grondgebied heeft dan wel "zou kunnen hebben" staan. Dat volume moét incorrect zijn, het hoeft bovendien beslist niet de enige nog overgebleven grote fout in de PIR database zijn, en bijstellingen zijn dan ook absoluut nog te verwachten.

Daarbij komt ook nog, dat CBS pas een eerste voorlopig cijfer voor 2013 heeft gegeven, wat eind dit jaar nog zou kunnen wijzigen. Gezien de reeds gepubliceerde CBS updates voor 2011 (+15 MWp) en 2012 (+25 MWp), kan daar beslist nog een forse schep bovenop worden gegeven voor 2013. Al verwacht ik niet dat voor dat jaar een eventuele ophoging erg groot zal zijn (de meeste "leverende" bedrijven lijken inmiddels wel bekend te zijn, al groeit mijn op 18 september ververste en verstuurde nieuwste lijst nog steeds). Dus ook in de "verhoudingen" tussen de PIR cijfers en die van CBS kunnen nog wijzigingen komen.


Berekening afmaken

Afgezien van deze belangrijke overwegingen, terugkerend naar "een alternatieve" berekening die net zo goed nog foute aannames kan bevatten, maar die wel "waarschijnlijker" is. De gemiddelde groei in de maanden januari tot en met juni 2014 in het PIR volgens Netbeheer Nederland was 25,3 MWp per maand. Dat is conform de door mij al op 24 juli 2014 weergegeven trendlijn in die grafiek (paragraaf 2c in gelinkt artikel). Uitgaande van dezelfde verhouding PIR/CBS van 81,9% geaccumuleerd vermogen 2013 (niet zeker, kan nog worden bijgesteld), kom je dan op een "CBS equivalente groei" van 30,9 MWp/maand. Voor de begin 2014 nog "benodigde" 278 MWp om de 1 GWp vanaf 722 MWp (eind 2013 CBS) "vol" te maken zouden dan nog 9 volle maanden met vergelijkbare groei nodig zijn. En dan kom je dus al op een halve maand later dan SZ claimt, op einde september. "Nog eventjes wachten met dat feestje", dus, wat echter al op 13 september was gevierd...

Wat natuurlijk net zo goed onzin is, maar deze tweede berekening wilde ik toch even laten zien om aan te geven dat zelfs met een niet eens zo sterk afwijkende - doch wel betere - aanname, genoemde "datum van bereiken 1 GWp" zomaar een halve maand kan worden verschoven, en wel naar eind september 2014 . Als de aannames nog sterker afwijken, kunnen dat zomaar "maanden" worden.


Tweede aanname, nieuw resultaat

Het grappige is dat deze nieuwe berekeningswijze alsnog in het SZ perspectief wordt getrokken als we er nog een tongue-in-cheek aanname bovenop stapelen. Daar heeft SZ het helemaal niet over, maar hij is wel relevant. Het is beslist mogelijk dat, gebaseerd op mijn leverancierslijst updates die ik aan CBS heb gestuurd (laatste exemplaar op 18 september 2014, en die is nog zeker niet "af"), de eindejaars-capaciteit voor 2013 nog verder wordt "opgetrokken". Als we voorzichtig blijven met die schatting, zeg 10 MWp erbij, komt 2013 op 732 MWp, en "mist" er nog maar 268 MWp om de "gieg" vol te maken. En met de door mij gesuggereerde "betere" berekening kom ik dan, heel grappig, op "8,7 maanden te gaan vanaf 1 jan. 2014". En zouden we dus "iets na half september 2014" de 1 GWp "hebben kunnen halen". En dan is de datum van het reeds verstreken feestje alsnog "niet erg verkeerd" geweest.

Dit alles laat natuurlijk onverlet dat die 1 GWp "gewoon wordt/is bereikt" dit jaar, maar we weten de datum niet. Dat is niet zo erg, het gebeurt gewoon, of is al geschied. Maar elke zinspeling op een specificieke dag, of zelfs - een ruimere opvatting - vastgepind binnen een halve maand, moet met prudentie worden behandeld. Daarvoor zijn en blijven de Nederlandse cijfers immers te onzeker.

Derhalve dient ook de "eindconclusie" van zowel SZ, als van Polder PV, over het te bereiken eindvolume voor 2014, met een blijvend kritische houding tot u te worden genomen. SZ komt tot 1,1 GWp bij "groeiverwachting onder gelijke spelregels" (p. 17 van het rapport). Polder PV heeft eind juli al diverse berekeningen laten zien die resulteren in eindejaars-vermogens die iets onder tot fors boven de 1,1 GWp komen. Waarbij niet wordt uitgesloten dat 1,2 GWp haalbaar kan zijn, eventualiteiten in gedachten houdend op basis van het "continu vloeibare" cijfermateriaal.


Laatste bijstelling! Status grote projecten Klimaatmonitor - PIR

Polder PV blijft continu argwanend naar alle gepubliceerde cijfermateriaal over PV capaciteiten en "aantallen installaties" kijken, en blijft zelf kritisch onderzoek doen. Een van de meest pregnante zaken die ik recent ben tegengekomen, en waar ik al "bange vermoedens" over had ontwikkeld, is de status van "grote projecten". In een oudere versie van Klimaatmonitor had ik al eens gezocht naar het Floriade dak van 2,3 MWp, nog steeds, na 12 jaar (!) het grootse bestaande PV project van Nederland. Ik kon het grote project echter nergens in de "annalen" van de cijfer segmentaties terugvinden.

Later verdween de mogelijkheid om gedetailleerd te kijken of waren er filters verkeerd ingesteld. Na mijn vragen daarover is die mogelijkheid hersteld en verbeterd. Ik ben direct aan de slag gegaan met de grootste mij bekende projecten, top-down werkend. Je moet dan wel weten waar exact genoemde grote installaties staan, anders kun je enorme blunders maken. Ik weet van de meeste grote projecten inmiddels precies waar ze staan, dus kon ik zeer gericht zoeken. De zoektocht heeft tot nog toe het al door mij "gevreesde" scenario opgeleverd en de volgende opzienbarende feiten:

  • 18 grote projecten gedetailleerd gescreend tm. 18 sep. 2014.

  • Slechts 3 daarvan vrijwel zeker in Klimaatmonitor PIR opgenomen.

  • Nog eens 2 "zeer waarschijnlijk" opgenomen, met vraagtekens m.b.t. capaciteit cq. exacte "plaatsing" in buurt.

  • 13 van genoemde 18 projecten, 72%, beslist NIET (momenteel) in KM-PIR aanwezig!

  • De "missende" installaties bevinden zich in het netgebied van de 3 grote netbeheerders, Enexis, Liander, en Stedin.

  • Het "missende" vermogen van deze 13 projecten is 10,5 MWp.

  • De zoektocht naar andere grote projecten gaat door.

  • Problemen bij "vaststelling" ja/niet in PIR worden echter groter bij steeds kleinere installaties (die "verzuipen" makkelijker in rest van capaciteit in bepaald gebied).

  • Deze issue is relevant, want een project van bijvoorbeeld 400 kWp wat niet in het PIR register blijkt te staan, is het equivalent van dik 130 kleine residentiële installaties van 3 kWp.

  • Conclusie 1: Klimaatmonitor - PIR is onvolledig (ook) wat betreft de "grote PV-installaties".

  • Conclusie 2: PIR volume totaal wordt onderschat, de accumulatie cijfers moeten in werkelijkheid omhoog worden bijgesteld om de realiteit beter te benaderen.

  • Conclusie 3: 1 GWp geaccumuleerde zonnestroom capaciteit in Nederland kan sowieso eerder dan "eind september", en misschien zelfs "eerder dan september 2014" zijn doorbroken.

  • Conclusie 4: Netbeheerders willen nog wel eens claimen dat "registratie in het PIR zogenaamd verplicht" zou zijn, en zetten zeker de laatste jaren zware druk op particulieren en installateurs om PV installaties (te laten) inschrijven in hun register. Echter, nu keihard bewezen is dat grote commerciële projecten gezegend met nota bene vaak door alle Nederlanders mee betaalde SDE subsidies en/of EIA aftrek beschikkingen hebben weten te krijgen, NIET in dat veelbesproken register staan, mag u wat mij betreft het vel over de oren trekken van een willekeurig netbeheerder als hij/zij u tracht "gedwongen" in te schrijven, en u daar helemaal geen zin in heeft (om wat voor legitieme reden dan ook)...

  • Disclaimer: Beweringen gelden als alle andere cijfers kloppen. Als die niet correct zijn, kunnen alweer verschuivingen in de resultaten optreden.

(8) Nieuwe perspectieven - de toekomst

We kunnen ons van alles in het hoofd gaan halen met toekomstverwachtingen, en dat wordt ook regelmatig gedaan. Polder PV probeert nuchter te blijven en de zeer ongewisse toekomst met reële cijfers te benaderen. Ik haal daar voor dit afsluitende stukje enkele nieuwe cijfers bij die laatst zijn gepubliceerd, en wat oudere getoond tijdens mijn TSF presentatie in mei dit jaar, zoals eerder op deze pagina weergegeven in het "ruwe prognose" stukje. Ik heb die nieuwe cijfers nu in de grafiek weergegeven om de perspectieven naast elkaar te zetten, en de gerealiseerde, de voorspelde en de "haalbare" marktcijfers op een rijtje te krijgen. Ook hier zal ik later nog op terugkomen, maar gezien de nieuwe cijfers leek het me opportuun om deze bespreking in dit stadium naar aanleiding van de behaalde "1 GWp PV capaciteit" af te ronden.


KLIK op plaatje voor uitvergroting

Ik ben voor dit plaatje uitgegaan van "continue groei scenario's", zonder "ingrepen in de markt" (saldering op de helling, evt. ingrepen door de netbeheerders), om de zaken niet nog complexer te maken dan ze al zijn. Met daarbij de notie dat "langjarig continue groeiscenario's" in deze zeer onzekere wereld beslist geen "gegeven" zijn, zoals we maar al te vaak hebben gezien in de afgelopen jaren. Het is een visuele vingeroefening. Let op dat de Y-as een logarithmische schaal heeft!

In rode lijn het scenario wat je nodig hebt om vanaf de 722 MWp eind 2013 (CBS) tot het hoogst ambitieuze "Urgenda" doel van 100% duurzame energie in 2030 te komen, waarbij 24,8 GWp zonnestroom vermogen zou moeten zijn opgesteld.

In gekleurde stippen prognoses / getallen die zijn genoemd door verschillende auteurs cq. bronnen in diverse publicaties en uitingen, voor verschillende jaren. Hierbij met name op de claim van Kees van der Leun van Ecofys (tevens voormalig Econcern bestuurder) letten: 5 GWp in 2020 (Tweet van 25 april 2013).

De blauwe stippellijnen geven de "ambities" weer die, vaak in omfloerste, bedekte termen, vanuit het Nationaal Actieplan Zonnestroom zijn geuit. Dat was aanvankelijk (in november 2011) een magere 4 GWp voor 2020. Later is dat, zeer voorzichtig, en met een enorme spread, aangeduid als "tussen 4 en 8 GWp" voor dat jaar (lijnen NAP I resp. NAP II).

Nieuw is de claim van de nieuwe voorzitter van branche organisatie Holland Solar, Erik Lysen, die in een interview met Solar Magazine (11 september 2014) een aangepast, specifiek "doel" heeft gesteld, omdat in het veelbesproken Energieakkoord helemaal geen cijfers zijn genoemd: "Concreet heeft de solarsector voor 2020 de doelstelling van vijf gigawatt geformuleerd, omgerekend goed voor vier procent van het totale elektriciteitsverbruik". Ik heb dat "nieuwe doel", wat overeenkomt met de schatting van vd Leun in het voorjaar van 2013, in de grafiek aangegeven met een blauwe cirkel.

Vervolgens heb ik met Excel berekend wat, met een vergelijkbare "continue jaargroei", de curve moest worden om dat nieuwe doel in 2020 te bereiken. Dat is de in lichtgele kleur weergegeven lijn, die ik tot iets voorbij 2020 heb laten tekenen. U ziet dat drie van de andere prognoses boven die lijn liggen (voor 2017 resp. 2020), en 1 punt er onder (op de rode lijn, voor 2020). Ook ziet u rechtsboven in de legenda, dat hiervoor een - forse! - continue jaargroei van 32% t.o.v. de accumulatie in het voorgaande jaar nodig is vanaf 2014.

Nog belangrijker natuurlijk is de "waarschijnlijk te behalen" realiteit voor het huidige jaar 2014. Ik heb twee "redelijk realistische" punten weergegeven van 1,1 en 1,2 GWp (zie ook overwegingen elders op deze pagina), in groen voor eind dit jaar. Belangrijkste conclusie: als er verder geen rare dingen gebeuren, en de marktgroei zou inderdaad genoemde 32%/jaar kunnen worden, liggen deze twee punten nog steeds een stuk boven die nieuwe (lichtgele) curve! M.a.w., zelfs de "verhoogde 5 GWp doelstelling voor 2020" van de branche organisatie lijkt, bij gezonde marktgroei, nog steeds (of, alweer), "conservatief".

Tot slot nog een lijn waar ik u opmerkzaam wil maken: de zwarte horizontale stippellijn. Dat is het "16 Gigawattpiek zonnestroom capaciteit is haalbaar en kan zonder al te veel problemen in de bestaande (!!) netten worden ingepast" claim in het recente rapport van DNV-GL (incl. voormalige KEMA) in samenwerking met het Planbureau voor de Leefomgeving. Waarin een fraai en redelijk doortimmerd beeld wordt geschetst wat de "potentie" voor PV in Nederland "zou kunnen zijn" dan wel "zou kunnen worden", als er diverse maatregelen zouden worden getroffen. U ziet meteen dat het (ambitieuze) Urgenda scenario daar iets voorbij gaat, evenals het ook door PBL aangehaalde nieuwe cijfer wat het TKI programma heeft gesignaleerd als "haalbaar" (onder voorwaarden), 20 GWp in 2030. Maar of al die ambities ook daadwerkelijk zullen worden ingevuld, blijft een groot vraagteken. Regeringen reageren de laatste tijd extreem gepikeerd en met volslagen krankzinnige retroactieve ingrepen op de enorm snel gegroeide zonnestroom markten. Waarvan de laatste "exemplaren", van de hand van de Senaat van de - na Duitsland - ooit tweede grootste PV natie ter wereld, Italië, een zoveelste onrustbarend teken aan de wand zijn (zie verschrikkelijke persbericht van EPIA met de details, van 8 september 2014).

Ergo: alle handen moeten uit de mouwen in de duurzame energie branche om te voorkomen dat vergelijkbare ronduit dramatische ingrepen ook de Nederlandse PV markt van haar fundamenten zou kunnen gaan beroven. Werk aan de winkel! Pas dan kunnen we zeker zijn dat de "tweede Gigawattpiek" binnen no-time in kannen en kruiken is. En kunnen we echt full-speed door gaan.


Links

1 GW-zonfeest (website ODE)
Kort verslag met foto's en links naar reportages (homepage ODE)

Landelijke mijlpaal zonnestroom gevierd op sportpark Elinkwijk! (9 sep. 2014)
Nederland bereikt mijlpaal 1 GW zonvermogen (verslag / rapport Stichting Monitoring Zonnestroom) - 19 pp. Met grafieken van, o.a. Polder PV (figs. 2.3, eerst gepubliceerd tijdens TSF 27 mei 2014, 4.1 tm. 4.3, gepubliceerd op 24 juli 2014, op Polder PV)

Een kwestie van maanden: Op naar 1 GW solar in NL (video presentatie bijdrage Polder PV op The Solar Future NL VI, 27 mei 2014)


Webpagina voorbereid 13-19 september 2014. Publicatiedatum: 19 september 2014, Peter Segaar/Polder PV.


© 2014 Peter J. Segaar/Polder PV, Leiden (NL)